Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Stijlen en stromingen omschrijvingen

Beoordeling 6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas havo | 796 woorden
  • 18 maart 2003
  • 79 keer beoordeeld
Cijfer 6
79 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Stijl : Griekse kunst
Tijd : ± 500 voor Christus
Bijzonderheden : Dorische en Ionische bouwstijl
Kenmerken : * zuilen hebben dragende, en geen versierende, functie * beelden hebben de contrapost houding * beelden binnen goden, buiten sport helden * schilderkunst is rood- en zwart figurige vazen
Stijl : Romeinse kunst
Tijd : ± 118 voor Christus
Bijzonderheden : tongewelf, kruisgewelf, ribgewelf
Kenmerken : * gebruik van pilasters (halve zuilen) * gebruik van triomfbogen * beelden van keizers (als goden weergegeven) Stijl : Romaanse kunst

Tijd : ± 1000 t/m 1300
Bijzonderheden : veel heiligenbeelden
Kenmerken : * kerk in kruis vorm ( ) * beeldhouwkunst is religieuze kunst in dienst van kerk * schilderkunst in fresco´s in muren van de kerk
Stijl : Gotiek
Tijd : ± 1150 t/m 1500
Bijzonderheden : langgerekte figuren in weide gewaden
Kenmerken : * kerkbouwkunst: ribgewelven, spitsbogen, luchtbogen * deze drie voor het eerst samengevoegd in één kerk * geen draagfunctie dus ook glas in lood * beeldhouwkunst in opdracht van kerk * schilderkunst (miniatuur) voor versieringen
Stijl : Renaissance
Tijd : ± 1450 t/m 1550
Bijzonderheden : mens als persoonlijkheid
Kenmerken : * terugkering naar architectuurregels oudheid * terugkeer zuilenorde * hoog renaissance gekenmerkt door koepels * beeldhouwkunst menselijke anatomie terug gehaald Stijl : Maniërisme
Tijd : 1550 t/m 1600
Bijzonderheden : veel blinde vensters
Kenmerken : * voorloper “barok” (dynamiek, grote plasticiteit) * slangenmensen in beeldhouwkunst * ingewikkelde houdingen in schilderkunst * nog wel in opdracht van de kerk Stijl : Barok
Tijd : ± 1600 t/m 1750

Bijzonderheden : autoriteit Kerk verbeeld, overdadige vormgeving veel verbeelden van gevoelens
Kenmerken : * veel kerkelijke dingen door contra reformatie * geen overzichtelijke composities * schilderachtige effecten in architectuur * zuilen volgens kolossale orde (zuilen bestrijken meer dan een verdieping * Rubens was een vooraanstaand Barok schilder * bewegelijk en onrust verbeeld Stijl : Rococo
Tijd : ± 1733
Bijzonderheden : overmaat aan versiersels
Kenmerken : * kunstvorm van de rijke burgerij * oosterse kunst motieven * veel bladgoud in interieur * beeldhouwkunst in hout
Stijl : (Neo-) Classicisme
Tijd : ± 1850
Bijzonderheden : naar maatstaven klassieke kunst (Grieken / Romeinen) menselijke anatomie geïdealiseerd
Kenmerken : * Jacques Louis David/ Ingres belangrijkste schilders * gulden snede belangrijk * symboliek en klassieke voorstellingen * menselijke anatomie, proportie, licht/schaduw * Arc de Triomphe
Stijl : Romantiek
Tijd : ± 1800 t/m 1870
Bijzonderheden : thema´s uit verleden opnieuw verbeeld (overweldigende natuur, sages, volkssprookjes) Kenmerken : * overheersing gevoel en fantasie * overdreven liefde voor de natuur * sterke nationalistische gevoelens verbeeld * afkeer van de werkelijkheid * exotische, sensuele en dramatische onderwerpen * sterke dynamiek Stijl : Realisme
Tijd : ± 1850

Bijzonderheden : naar de werkelijkheid geschilderd
Kenmerken : * gewone mensen / gebeurtenissen * zonder mooier te maken / eigen gevoelens * arbeidsleven verbeeldingen * School van Barbizon (natuur in openlucht) * architectuur: staal en gietijzer niet weggewerkt
Stijl : Impressionisme
Tijd : ± 1850
Bijzonderheden : heldere kleuren, ook voor schaduwen
Kenmerken : * Manet en Monet / Haagse en A´damse school * hoogteverschillen in kleurnuances * buiten schilderen, niet in atelier * vluchtige moment weergeven * levendige uitbeeldingen (beeldhouwkunst) Stijl : Arts and Crafts
Tijd : 1875
Bijzonderheden : behang, gordijnstof, tapijt, meubels
Kenmerken : * verzet tegen onesthetische industrialisatie producten * geïnspireerd op vormen uit natuur en middeleeuwen * hoogdruk * draagt bij tot ontwikkeling Jugendstil
Stijl : Neo-impressionisme/ pointilisme
Tijd : ± 1884
Bijzonderheden : niet in de buitenlucht maar in atelier (tijdrovend) pointillisme, divisionisme Kenmerken : * toepassing van kleur op wetenschappelijke basis
Stijl : Jugendstil / art nouveau

Tijd : ± 1890 t/m 1910
Bijzonderheden : slingerende vormen naar plant / oosterse vormen
Kenmerken : * versierend karakter * Japanse motieven * slanke vrouwengestalten * gestileerde plant en vogel vormen Stijl : Post-impressionnisme
Tijd : ± 1890
Bijzonderheden : vereenvoudigen van vormen tot basisvormen onrealistisch, persoonlijke geladenheid, felle kleuren
Kenmerken : * naar model, maar geen realistische voorstelling * meer harmonie in vorm en kleur dan impressionisme * Paul Cézanne / Vincent van Gogh * meer meer persoonlijke geladenheid * fel kleur gebruik
Stijl : Expressionisme (fauvisme, die Brucke, cobra) Tijd : ± 1910 t/m 1920
Bijzonderheden : verzet tegen natuurgetrouwe weergave, vereenvoudigde weergave, krachtige kleuren
Kenmerken : * de Vlaminck / Henri Matisse * nadrukkelijk tot uiting brengen van eigen gevoelens en gedachte´s van kunstenaar * spontaniteit speelt belangrijke rol
Stijl : (analytisch) Kubisme
Tijd : ± 1910 t/m 1914
Bijzonderheden : voorstellingen vereenvoudigt tot geometrische vormen
Kenmerken : * Georges Braque / Pablo Picasso * verschillende standpunten in een schilderij * Afrikaanse houtsnijkunst is van invloed (gezichten) * kleur is niet van belang * synthetisch kubisme: collage technieken Stijl : “De Stijl” Tijd : ± 1917

Bijzonderheden : Opgericht door geïsoleerde positie in WOI
Kenmerken : * Piet Mondriaan / Theo van Doesburg / Rietveld * niet langer individuele belichten maar het algemene * In het werk van Mondriaan herkennen we in de horizontalen en verticalen de essentie van elke vorm, (vanuit dezen zijn vierkanten, rechthoeken, diagonalen, cirkels en ellipsen te construeren) * gebruik van primaire kleuren en niet kleuren * architectuur: openheid en primair kleur gebruik Stijl : Dada
Tijd : ± 1920 (hoogtepunt) Bijzonderheden : afzetten tegen de rest
Kenmerken : * collagevorm * geheel van individuele zaken
Stijl : Abstract-expressionisme
Tijd : Na WOII
Bijzonderheden : Men onderscheid “action-painters” en “colorfieldpainting” Kenmerken : * wild gebruik van verf * geen voorstelling * handeling van de kunstenaar te zien
Stijl : Pop-art
Tijd : 1950 t/m 1970
Bijzonderheden : weergave van een op consumptie gerichte maatschappij
Kenmerken : * gebruik van materialen uit commercie (ads, pin-ups) * beelden uit stripverhalen * ontkenning artistieke waarden en tradities * vervreemding (vergroting, herhaling) * gebruik van gladde, harde, glamourachtige kleuren * ironische samenstelling
Stijl : Op-art
Tijd : 1955 t/m 1970

Bijzonderheden : gaat uit van de traagheid van ons eigen oog
Kenmerken : * het unieke eraan is het concept niet de uitvoering * verveelvoudigd door druk (kunst is niet uniek) Stijl : Arte Povera
Tijd : ± 1968
Bijzonderheden : “arme kunst” Kenmerken : * geen diepere betekenis achter kunstwerk * simpele technieken * goedkope / vergankelijke materialen

REACTIES

J.

J.

Welke stoming was er in 1995?

12 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.