Samen met onze partner #UseTheNews doen we onderzoek naar de Europese en Amerikaanse verkiezingen. Geef jouw mening en maak kans op 20 euro Bol.com tegoed!

Vergelijking 1500-1800 en 1800-heden

Beoordeling 4.7
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • 4e klas havo | 1418 woorden
  • 22 juni 2005
  • 29 keer beoordeeld
Cijfer 4.7
29 keer beoordeeld

1500-1800 Partnerkeuze en huwelijk: Je kon pas trouwen als je daar goed op voorbereid was. Als je bijvoorbeeld een bedrijf geërfd had. Of een boerderij. De bruidegom was meestal ouder dan de bruid. In de volgende tabel staat de gemiddelde leeftijd van de bruidegoms en bruiden rond een bepaald jaartal verwerkt: Jaartal Gemiddelde leeftijd bruidegom Gemiddelde leeftijd bruid
1626/27 25 jaar + 8 maanden 24 jaar + 6 maanden
1676/77 27 jaar + 8 maanden 26 jaar + 8 maanden

1726/27 27 jaar + 10 maanden 27 jaar + 2 maanden
1776/77 28 jaar + 8 maanden 27 jaar + 10 maanden
1809/10 27 jaar + 6 maanden 26 jaar + 4 maanden
De man trouwt het liefste met een vrouw die zelf ook wat geld meebracht. Als de vrouw zwanger werd. Betekende dat de man met haar moest trouwen. Scheiden was in die tijd wel mogelijk. Maar dat was wel heel erg moeilijk. De meeste vrouwen kozen zelf hun partner uit. Die was dan wel vertrouwt bij de familie. Maar sommige vrouwen werden ook uitgehuwelijkt en die hadden dan geen keus. Soms werden er wel eens trouwbeloftes op papier gedaan. Als die niet nagekomen werd kon de zwangere vrouw bijvoorbeeld de kosten van de bevalling en alimentatie voor het kind terugkrijgen. Sommige alleenstaande vrouwen legde hun kind te vondeling. Meestal wel met een briefje erbij. Dat deden omdat ze niet genoeg geld hadden. Ze lieten een teken achter bij het kind (het briefje) zodat ze hun kind later weer terug zouden herkennen als ze het kind wel konden opvoeden. Gezinssamenstelling: De man stond boven de vrouw. Op een boerderij was de man de baas boven de knechten en werkte buitenshuis. De vrouw was de baas over de meiden en moest binnenshuis werken. Kinderen opvoeden, het huishouden doen en soms verkochten ze producten op de markt. Ze moesten verder ook voor de moestuin en de kippen zorgen en kaasmaken hoorde tot hun werk. De vrouwen kregen vaak veel kinderen. Van de 100 kinderen die geboren werden, stierven er gemiddeld 25 in hun eerste jaar. En nog eens gemiddeld 25 voor hun 20e verjaardag. Dat waren meestal de kleinste kinderen, de kinderen die niet de goede voeding hadden gekregen en/of te maken hadden met een slechte hygiëne. Omdat er zoveel kinderen stierven hechtten de ouders zich niet al te veel aan hun kinderen. Uit de 17e eeuw zijn ook veel familie portretten waar ook de dode kinderen erbij staan. Bij het familieportret van Jan Pan uit Enkhuizen (1638) zie je 11 kinderen waar er nog 2 van leven. De anderen zijn gestorven toen ze nog baby waren. Het gemiddelde aantal kinderen per gezin was 3 tot 4. Kindertijd: De kinderen werden altijd thuis geboren met hulp van een vroedvrouw. Later werden ze nog verzorgd door een baker. Dat is een inwonende kraamverzorgster. De baby’s werd gebakend. Stijf ingewikkeld in windsels tot aan hun oksels. Ze dachten dat ze zo recht zouden groeien. Als de moeder zelf geen borstvoeding kon of wilde geven konden ze een huurzoogster inhuren. Maar dat koste wel veel geld. De jongens en de meisjes kregen ander speelgoed. De meisjes speelden met poppen en de jongens met stokpaardjes. Als de jongens echt zindelijk zijn (rond hun 5e) krijgen ze een broek aan. Maar hun echte kindertijd duurt niet erg lang. Vanaf hun 7e gaan de meisjes hun moeder meehelpen in het huis en leren ze vrouwelijk handwerken zoals naaien en breien. De jongens gaan met hun vader mee de zee op of ze worden in de leer gedaan bij een ambachtsman. Opvoeding en opleiding: De opvoeding van de kinderen was heel belangrijk. Opvoeden werd ook gedaan met een harde aanpak. Wie niet luisterde of eigenwijs was kon op school geslagen worden door de leraar. Kinderen werden ook bang gemaakt. De volwassenen vertelden hun over de boeman, haantje pik, de bulleman en de zwarte man. Als ze niet braaf waren konden een van die personen hun komen pakken en hun bang maken. Dat was dan een straf. De kinderen waren altijd bang dat ze gestraft werden door bijvoorbeeld de boeman dus luisterde ze beter naar hun ouders of naar de leraar. De kinderen worden vanaf hun 13e opgenomen in het arbeidsproces. Veel wonen er dan ook niet meer thuis. Omdat de meisjes vaak naar de stad gaan als dienstmeid. En de jongens op zee gaan. Rijkere jongens gaan soms nog naar de Latijnse school. Dat is de voorloper van het gymnasium. En daarna gaan ze soms nog naar een universiteit.
Seksualiteit: Wie seks wilde moest er maar voor zorgen dat die getrouwd was volgens de kerk. Seks was bedoelt om het vuur der lusten te doven, niet om het aan te wakkeren. Voorbehoedsmiddelen werden afgekeurd. Hoererij kon niet volgens de Bijbel. Prostitutie was verboden en strafbaar. Maar het bestond nog steeds. Sommige mensen vonden dat als de zeemannen terugkomen van zee. Kunnen ze beter naar de hoeren gaan tegen een redelijke prijs dan dat ze een vrouw aanranden op straat. Wat helemaal strafbaar was, was sodomie. Dat is seks tussen 2 mannen. Het was onnatuurlijk, want er konden geen kinderen van komen. Er stond de doodstraf op. 1800-heden Partnerkeuze en huwelijk: De gemiddelde leeftijd van de bruiden en bruidegoms lag hoger. In de 2e helft van de 19e eeuw daalt die juist weer. Lager dan in de tijd van 1500-1800. Huiselijkheid en gezelligheid komen bij het huwelijk als idealen. En de inrichting van de huizen getuigt warmte en buitensluiten van de boze buitenwereld. De romantische liefde wordt steeds meer praktijk. Maar er vinden ook steeds meer scheidingen plaats. Een romantisch liefdesideaal maakt verkoeling in het huwelijk onverdraaglijk. Maar het blijft nog steeds ongebruikelijk als mensen scheiden. De wet staat het daarom ook alleen nog maar toe als 1 van de partijen overspel heeft gepleegd. De laatste tijd zijn er ook steeds meer scheidingen. En het homohuwelijk is toegestaan volgens de wet. Gezinssamenstelling: Een getrouwde vrouw heeft volgens de wet in 1811 minder rechten dan als ze niet getrouwd is. De man stond toen nog steeds boven de vrouw maar daar kwam verandering in. In 1947 krijgen beide ouders de ouderlijke macht. Maar bij een meningsverschil besliste nog altijd de man. In 1957 kreeg de vrouw handelingsbekwaamheid. Maar de man was nog steeds hoofd van het gezin. Maar na 1970 was dat niet meer zo. Het gezin bestond uit veel kinderen omdat het geboortecijfer omhoog was gegaan. In de 2e helft van de 19e eeuw ging de welvaart omhoog waardoor het sterftecijfer daalde omdat er nu meer geld voor de levensbehoeften was. Dus ook meer kinderen bleven leven. Dus konden mensen zich nu ook beter hechten aan de kinderen. Het was nog steeds ongepast als de getrouwde vrouw buitenshuis ging werken. Daarom werden de ambtenaressen die gingen trouwen ook ontslagen. De rol van de moeder werd wel steeds belangrijker door het ideaal huiselijkheid en moederschap. Het huishouden werd ook makkelijker door de aankomst van apparaten, waterleiding en elektriciteit. Maar het werk thuis werd er niet minder op. De gezinnen waren toen ook heel groot. Maar voor de arme mensen bleef het hetzelfde. Veel kinderen stierven omdat de mensen niet genoeg geld hadden om voor ze te zorgen. In 1811 kon de moeder de verwekker van haar kind niet meer aansprakelijk stellen. Ze had zelf dan maar verstandig genoeg moeten zijn en de juiste keuze moeten maken. Kindertijd: De kinderen werden langer als kind beschouwd. Speelgoed, kleding en lectuur werd speciaal aan de kinderen aangepast. Er gingen steeds meer kinderen naar school toe. Opvoeding en onderwijs: De kinderen gingen langer naar school toe omdat de kinderarbeid in 1874 werd afgeschaft. Zelfs de arme kinderen gingen langer naar school. In 1901 werd ook de leerplicht ingevoerd. Maar toen volgde al 90% van de kinderen onderwijs. Het gevolg hiervan was ook dat de kinderen langer thuis bleven wonen. De jongens gingen vaak nog wel langer naar school dan de meisjes. Omdat die vaak moesten zorgen voor het huishouden. Seksualiteit: Na 1811 waren sodomie en prostitutie geen misdrijven meer. De preutsheid die zichtbaar was vanaf de 18e eeuw nam nog verder toe. Masturbatie was nog niet geaccepteerd. De ouders moesten er streng op letten dat dat niet door de kinderen gedaan werd. In de 19e eeuw bleek uit onderzoek dat mannen meer behoefte aan seks hadden dan vrouwen. En ook bleek dat seksuele onthouding van de mannen ook schadelijk was. Het gevolg hiervan was dat de prostitutie gezien werd als noodzakelijk kwaad. En daar het gevolg weer van was de uitgebreide verspreiding van de geslachtsziekte syfilis. Daarom moesten de prostituees zich elke week op geslachtsziektes laten controleren. De voorbehoedsmiddelen kwamen op de markt maar de overheid werkte de verspreiding ervan tegen en de kerk was er ook op tegen. De katholieke gezinnen bleven daarom ook erg groot. Het homohuwelijk is nu toegestaan.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.