Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Gedichtenbundel bespreking "Wat blijft komt nooit terug" van Jan Eijkelboom

Beoordeling 6.2
Foto van een scholier
  • Gedichtbespreking door een scholier
  • 5e klas havo | 4126 woorden
  • 5 december 2003
  • 53 keer beoordeeld
Cijfer 6.2
53 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Boekbeschrijving 1. De auteur van de gedichtenbundel is Jan Eijkelboom. 2. De titel van de gedichtenbundel is “Wat blijft komt nooit terug.” 3. De uitgever van de bundel is Wolters-Noordhoff. 4. De plaats van uitgave is Groningen. 5. De gedichtenbundel die ik gelezen heb is uitgegeven in 2002, maar de oorspronkelijke bundel is in 1979 uitgegeven. 6. 6e druk. 7. Er komt geen motto voor in deze gedichtenbundel. 8. Er is ook geen opdracht in de bundel vermeld. 9. De gedichtenbundel bevat 75 bladzijden. 10. Er komen 47 gedichten voor in deze gedichtenbundel. 11. Naast de gedichten komt er ook nog een nawoord in de gedichtenbundel voor. Gegevens over de auteur 12. Jan Eijkelboom is geboren op 1 maart 1926 in Ridderkerk. Zijn vader was verzekeringsagent en speelde een rol in de plaatselijke politiek als raadslid van de Antirevolutionaire Partij. Het gezin was lid van de Gereformeerde Bond. Dit was een strenge afsplitsing van de Nederlands-hervormde Kerk. Zijn ouders waren behoorlijk tolerant, maar toch werd de jeugd van Jan Eijkelboom voor een belangrijk deel beïnvloed door dat ‘rare’ geloof. Hij ging in Rotterdam naar school op het Marnix Gymnasium. Hier raakte hij bevriend met Jan Emmens, die later ook dichter is geworden. Kort na de bevrijding ging hij vrijwillig in militaire diens en werd hij vijf jaar uitgezonden naar Nederlands-Indie. Hier nam hij deel aan de politionele acties. Toen hij terug was in Nederland ging hij studeren in Amsterdam. Eerst studeerde hij Engels en later Politicologie. Beide studies heeft hij niet afgemaakt. In zij studietijd begon hij verhalen te schrijven. In 1953 publiceerde hij het verhaal ‘De terugtocht’ in het tijdschrift Libertinage. Dit ging over zijn ervaringen tijdens de politionele acties. Hij werd redacteur van Propria Cures en richtte in 1957 het literair-culturele tijdschrift Tirade op. Dit deed hij samen met zijn vriend Jan Emmens. Uiteindelijk koos hij voor een journalistieke carrière. Hij ging schrijven voor Vrij Nederland. Hier werd hij eind jaren vijftig benoemd tot adjunct-hoofdredacteur. Later werkte hij ook voor het socialistische dagblad Het Vrije Volk. Hij raakte aan de drank en ging in psychotherapie, vanwege zijn oorlogservaringen in Indonesië. De eerste gedichten die hij schreef kwamen uit deze tijd. Hij schreef deze gedichten eigenlijk om zijn ervaringen te verwerken. ‘Koning Alcohol’ één van zijn bekendste gedichten verscheen in 1976 in Het Vrije Volk. Maar het zou nog vier jaar duren voor hij zijn debuut publiceerde. Wat blijft komt nooit terug was zijn debuut. Eijkelboom was vierenvijftig aar toen hij dit publiceerde. De bundel werd een succes en werd binnen een paar jaar verschillende keren herdrukt. Hij legde zich vanaf die tijd volledig toe op het dichten en vertaalde ook werk van andere dichters. Bijvoorbeeld van Seamus Heaney, Philip Larkin en Derek Walcott. Deze dichters raakten betrokken bij de organisatie van het dichterfestival Poetry International. Voor zijn bundel De Gouden Man ontving hij in 1983 de Herman Gorterprijs. De wimpers van de dageraad kwam uit in 1987. Hoofdthema’s van zijn werk zijn de worsteling met het ouderlijk geloof, alcohol, de melancholie om het verleden dat nooit meer terugkomt en troost die kan uitgaan van de liefde voor het schamele en alledaagse. Zijn taalgebruik is niet al te moeilijk, waardoor zijn gedichten ook toegankelijk zijn voor mensen die geen doorgewinterde poëzielezers zijn.
Algemene indruk/verwachting 13. De titel van deze gedichtenbundel is Wat blijft komt nooit terug. Als je dit leest dan merk je dat er iets niet aan klopt. Het is in tegenstelling met elkaar. Wat als je blijft ben je er al en hoef je niet meer terug te komen. 14. Op de flaptekst staat informatie over Jan Eijkelboom. Wanneer hij debuteerde en over zijn successen. Ook krijg je wat informatie over de thema’s die hij gebruikt. Dat laatste is wel handig om te weten als je de gedichten aan het lezen bent. Bij sommige gedichten snap je dan wat hij ongeveer bedoel en hoe hij het ziet. Maar het hielp niet altijd, sommige gedichten bleven onduidelijk. 15. Zoals ik vaker verwacht bij gedichten, is dat ze moeilijk te begrijpen zijn. Vaak weet je niet waar de dichter nou precies heen wilt en moet je dat zelf allemaal maar gaan bedenken. Dit vind in best moeilijk. Eén voordeel is dat je wel weet dat er drie hoofdthema’s zijn; alcohol, liefde en het verleden. Maar ja dat zegt ook nog niet alles, want deze thema’s zijn erg groot. 16. Elk gedicht is een hoofdstuk, maar sommige zijn verdeeld. Dan bestaan ze bijvoorbeeld uit drie gedichten. Dit is het geval bij De Kleine Komedie. De Kleine Komedie is zelf geen gedicht maar bestaat uit drie gedichten; 1. Inferno, 2. Purgatorio en 3. Paradiso. In totaal zijn er dus 47 gedichten. De gedichten 17. Ik heb de gedichten goed moeten lezen om ze te begrijpen. Ik ben erachter gekomen dat de drie thema’s echt duidelijk naar voren komen in elk gedicht. Elk gedicht heeft zo zijn eigen onderwerp en dat onderwerp heeft weer te maken met alcohol, het verleden of liefde. De hoofdstukken die uit meerdere gedichten bestaan hebben ook echt wat met elkaar te maken. Het zijn geen afzonderlijke gedichten. 18. Ik ga nu bij elk gedicht zetten wat ik denk dat het onderwerp is van dat gedicht. Borborygmes: Het gaat hier over dat het nooit ergens stil is en dat je je nooit ergens voor kunt verbergen. Er is altijd iemand die je opmerkt en er zijn altijd geluiden die je hoort in de stilte. Ik denk dat dit gaat over de oorlog die hij heeft meegemaakt. Twee liedjes van een dwaas 1: Dit gedicht gaat over het zorgen voor iemand en dat het niet altijd even makkelijk is. Ook krijg je er niet altijd iets voor terug. Ik denk dat dit weer over de oorlog gaat en over liefde. Twee liedjes van een dwaas 2: dit gaat over dingen die je erg snel weer kunt vergeten. De dagelijkse dingen maar ook de ongewone dingen. En het vergeten kan verschrikkelijke gevolgen hebben. Gaat waarschijnlijk ook over de oorlog of over drank. Want door de drank vergeet je dingen en als je dan weer nuchter bent weet je wat voor gevolgen het heeft dat je iets vergeten bent. Het wiel: het gaat over het leven wat eigenlijk niks anders is dan verlangen. En uiteindelijk is dit verlangen de dood. De kleine komedie – inferno: dit gaat ook over leven en dat het zomaar voorbij kan zijn en dat niemand meer na je omkijkt. De kleine komedie –Purgatorio: dit gedicht gaat over de dood. Hoe je steeds met minder tevreden bent en dat is dan de weg naar de dood. De kleine komedie – Paradiso: dit gedicht gaat over de dingen die iemand in zijn leven fout heeft gedaan en daar nu waarschijnlijk dood door gaat. Dit wil die persoon niet dus wil hij dat het hem allemaal kwijtgescholden wordt, maar hij weet zelf dat dit niet kan. Bedenking: dit gaat over dingen die je mooier wilt laten lijken. Dit lukt in het begin wel, maar uiteindelijk wordt het gewoon weer wat het was. Je kan niet spelen met je fantasie. Moeilijk moment: dit gedicht gaat ook over de dood. De persoon die sterft had het al aanzien komen en voelt zich op zijn gemak. De drinker: dit gaat over drankverslaving en dat de drank niet helpt, alleen maar tegen werkt. Koning Alcohol: ook dit gedicht gaat over een drankverslaving. Dat het elke dag weer hetzelfde is, elke dag weer een fles drank achterover gooien. Genezen: dit gaat over het verschil van vroeger en nu. Nu lijkt niet op vroeger, maar toch is hij er nog dus hij is herrezen. Verandering van weer: dit gedicht gaat over drie zonnen die elk een ander keer voor hem hebben geschenen. Die momenten herinnert hij zich nog erg goed en heeft hem veel gedaan. Het gaat over zijn jeugd die hij eigenlijk niet als een normaal iemand beleefd heeft. Gedragen kleding 1: je moet altijd positief zijn en ook aan jezelf denken en mensen kunnen vergeven. Gedragen kleding 2: niet iedereen is hetzelfde en je moet iemand anders niet vervloeken als hij anders is dan de rest of anders is als jou. Gedragen kleding 3: ook al geloof je niet, je weet dat er iets is. Bankastraat: dit gedicht gaat over de dingen die zo snel kunnen veranderen ook al wil je dat liever niet. En dat je door die veranderingen achter dingen komt die je nog nooit wist. Wijnhaven: gaat over zijn verleden met zijn gedachten
Kromme elleboog: gaat over de oorlog en dat alles breekbaar is en stuk te maken is als je maar geduld hebt. Postkantoor: gaat over de mooie dingen in het verleden, dat nu allemaal maar snel en simpel wordt afgedaan. Tuin Dordrechts Museum: gaat ook over de dood en over vaderschap. Je zoon kan hetzelfde worden als jou maar of hij hier nou blij mee is… Een haai kraait: dit gedicht gaat over het geboren worden. Dat je dan zo’n blije indruk maakt, maar dat je later denkt: waarom was ik zo blij, het leven is niet zo mooi. Wat blijft komt nooit terug:dit gaat over mooie herinneringen, maar wat nooit meer zo zal zijn. Vroeger komt niet meer terug hoe goed je je het ook herinnert. Pictures in your head: dit gedicht gaat over herinneringen waarvan er steeds meer bijkomen en dat kun je niet stoppen. Impasse 1: dit gedicht gaat over hoe mensen dingen stuk kunnen maken. Dit gedicht gaat waarschijnlijk over de oorlog. Impasse 2: dit gedicht gaat over de oorlog die steeds erger wordt. Pisces: je kunt niet altijd zijn wat je wilt zijn. Ontmoeting: dit gedicht gaat over het verliezen van een dierbare of van een niet dierbare. Het kan ook pijn doen als je iemand niet goed kent. Dit gaat waarschijnlijk ook over zijn gebeurtenissen tijdens de oorlog. Hier heeft hij mensen zien sterven die hij niet kende maar wat hem wel pijn deed. Dat je bestaat: dit gedicht gaat over een onmogelijk liefde. Klaaglied: gaat over het verdriet dat de persoon heeft na het verliezen van een geliefde. Het is dan moeilijk om nog iets positief te doen. Hooglied: dit gedicht gaat over de gedachten van de persoon aan een oude geliefde en die gedachte zal nooit verdwijnen. Schilderij, Duits, 19de eeuw: dit gedicht gaat ook over de liefde. Liefde is sterker dan wat dan ook en kan alles aan. Uit een poesie-album: gaat over het positieve gevoel dat je krijgt als je een geliefde of dierbare iets schenkt. ’t Getemde hert: dit gedicht gaat over het vertrouwen hebben in elkaar. Je moet niet zomaar iemand en iedereen vertrouwen. Hunting: gaat over liefde die zo opeens weer weg kan zijn. Antholigia Greca, nrs. 60 en 66: dit gedicht gaat over onbeantwoorde liefde. Zwarte sonnetten
Achteraf 1: gaat over liefde die de persoon niet onder ogen wil zien. Hij wil niet de dingen doen die de ander ook doet, omdat het dan lijkt dat hij een hekel heeft aan diegene. Achteraf 2: dit gedicht gaat over het wisselen van rollen. De zoon wordt vader en vader wordt de zoon. Later blijkt dat de dood niet zo verschrikkelijk is als je de persoon zo vredig en blij ziet liggen. Egidius: gaat over een oude vriend die je toch mist ook al heb je hem al heel lang niet meer gezien. En dan krijg je ook nog een schuldgevoel. Een schilder: gaat over een vriend die er nu niet meer is, maar die veel betekend heeft voor de persoon. Gered: gaat over een bijna doodervaring
Zes vertalingen – naar Emily Dickinson
That love is all there is…: liefde lijkt alles te zijn, maar dat is het niet. I years had been from home…: Gaat over schaamte en over de angst om ergens weer heen te gaan waar je lang niet meer bent geweest. The soul selects her own society…:Je moet zelf keuzes maken, niet je ziel. The murmer of a bee…: gaat niet alleen over de mens, maar ook over de maker van de mens. A light exists in Spring…: Gaat over een onbekende liefde, maar die wel veel te weeg brengt en die ook zomaar weer verdwijnt. Niemand weet wat voor liefde het is. If I shouldn’t be alive…: gaat over de dingen die je niet meer kunt doen als je er niet meer bent. 19. In alle gedichten komen drie thema’s het duidelijkst naar voren. Deze drie hoofdthema’s zijn alcohol, liefde en het verleden. Analyse van drie gedichten
Koning alcohol, ’t Getemde hert en wat blijft komt nooit terug
20. Koning alcohol. De belangrijkste zin van dit gedicht vind ik de eerste: “Ik drink me elke dag weer dood.” Dit vind ik, omdat het lekker duidelijk is en nergens om heen draait. Je weet gelijk wat de gevoelens zijn van de persoon en je weet ook waar dit gedicht over zal gaan. Het is voor de schrijver ook een belangrijke zin, omdat hij hier uit komt voor zijn eigen probleem. ’t Getemde hert. Ik kan van dit gedicht niet echt zeggen dat er één belangrijke zin in staat, want het is een geheel. Maar de laatste twee zinnen zijn wel belangrijk. “Vreemd dacht ik, dat zich willoos geeft – die zich zo wild verdedigd heeft”. Dit gaat denk ik over zijn alcohol probleem. Eerst bleef hij maar drinken en drinken en dacht dat niks meer hielp. Maar dan later komt hij erachter dat het onzin is waar hij mee bezig is. En op dat moment komt hij uit voor zijn probleem en aanvaard hij hulp. Wat blijft komt nooit terug. De belangrijkste zin van dit gedicht is “ik kan het niet vasthouden”. Het gaat over het verleden en de mooie herinneringen eraan. Alleen blijven die herinneringen herinneringen, het wordt nooit meer werkelijkheid. In dit gedicht is het niet mooi dat herinneringen geen werkelijkheid worden. Maar ik denk dat de schrijver hiermee bedoelt dat ook de slechte herinneringen geen werkelijkheid meer worden. Ik denk dit omdat de dichter in meer gedichten het positieve naar boven brengt. 21. Het onderwerp van Koning Alcohol is drankverslaving. Dit weet je al direct, nadat je de eerste zin gelezen hebt. Van ’t Getemde Hert is overgeven en bekennen het onderwerp. Het hert geeft zich over, omdat hij toch al weet dat de jager en zijn honden hem toch een keer te pakken krijgen. Als je wat dieper hierop ingaat kun je ook denken aan drankverslaving. De drinker weet dat de drank sterker is dan hem, maar als je je vroeg tijdig verzet kan je er nog wat aan doen voordat het je te pakken heeft. Herinneringen is het onderwerp van wat blijft komt nooit terug. Je kunt er wel aan denken, maar het opnieuw meemaken gebeurt niet. 22. Kelk vond ik een moeilijk woord in Koning Alcohol. Kelk betekend brde, wijde kom. In de andere twee gedichten ben ik geen moeilijke woorden tegen gekomen. 23. Een bijzonder woord in Koning Alcohol vind ik Lazerus. Het viel me gelijk op toen ik het gedicht las. Het is een niet vaak voorkomend woord en het was ook met een hoofdletter geschreven (terwijl het in het midden van een zin stond). In ’t Getemde Hert vond ik delicate wel een mooi woord. Niet bijzonder, maar mooi. Het woord wordt niet echt vaak gebruikt in het hedendaagse leven, maar in het gedicht komt het mooi naar voren. Het geeft ook goed de emotie weer. Het rozerood van de dageraad vond ik een bijzondere zin in wat blijft komt nooit terug. Door deze zin zie je het voor je wat er gebeurt en het geeft ook goed de emoties weer van de schrijver. Ik vond het ook wel bijzonder dat het laatste gedeelte van het gedicht tussen haakjes staat. Op die manier lijkt het niet belangrijk, maar onbelangrijk is het niet. 24. In Koning Alcohol zit een beeldspraak. Namelijk een metafoor en een vergelijking met als. In wat blijft komt nooit terug komt geen beeldspraak voor en ook in ’t Getemde Hert heb ik geen beeldspraak kunnen ontdekken. 25. Koning Alcohol bestaat uit één strofe en die bestaat weer uit twaalf regels. Ook ’t Getemde Hert bestaat uit één strofe. Die strofe bestaat weer uit veertien regels. Wat blijft komt nooit terug bestaat uit drie strofen. De eerste strofe bestaat uit 6 regels net als de tweede strofe. De derde strofe bestaat uit 11 regels. 26. Koning Alcohol is niet geschreven volgens een bepaalde dichtvorm. En ook wat blijft komt nooit terug kent geen rijmschema. ’t Getemde Hert kent wel een rijmschema, namelijk a-b-a-b. Dit is dus gekruist rijm. Alleen de laatste twee regels voldoen niet meer aan dit rijmschema. 27. Bij de gedichten Koning Alcohol en wat blijft komt nooit terug komt geen metrum voor. Zij wijken daar dus vanaf en dit heet antimetrie. In ’t Getemde Hert heb ik wel een soort ritme ontdekt, dus geen antimetrie. 28. Enjambement is het moeten doorlezen aan het eind van een regel. In de gedichten ’t Getemde Hert en wat blijft komt nooit terug moet je doorlezen aan het eind van de regel, dus enjambement. Bij Koning Alcohol hoeft dit niet. 29. In Koning Alcohol zit geen echte rijmschema. Alleen de 4e en 5e, 7e en 8e en de 12e en de 7e rijmen op elkaar. In ’t Getemde Hert komt wel een rijmschema voor. De 1e regel rijmt op de 3e, de 2e op de 4e enz. Dit is dus een a-b-a-b schema en dat is gekruist rijm. In Wat blijft komt nooit terug heb ik helemaal geen rijmende regels kunnen vinden. 30. Eindrijm: de laatste woorden of lettergrepen van de versregels rijmen op elkaar. Dit is het geval bij het gedicht waar een rijmschema van te pas komt. Dus alleen bij ’t Getemde Hert. 31. Bij geen enkele van de drie gedichten komt een voorrijm voor. 32. In ’t Getemde Hert zit een rijmschema. Dit is gekruist rijm. 33. Koning Alcohol heeft een stijlfiguur, namelijk hyperbool. Dit kun je zien aan de woorden/zinnen: elke dag weer dood, graflucht en bij toverslag. Ook wat blijft komt nooit terug heeft een stijlfiguur. Pleonasme (donkere vliering)en een tegenstelling (geluk tegenover verdriet en vroeger tegenover het heden). In ’t Getemde Hert komt een climax voor. Je weet dat de jager niet zomaar in zijn huis zit zonder dat er wat gaat gebeuren en het wordt steeds ‘spannender’ door dat de sfeer steeds duidelijker beschreven wordt. 34. Koning alcohol. In dit gedicht komt het onderwerp al direct duidelijk naar voren zonder dat je diep hoeft te graven. Het onderwerp gaat hier over drank en verslaving aan drank. Alles wordt een beetje overdreven verteld, zodat het allemaal nog wat dramatischer klinkt. De dichter houdt zich niet aan een rijmschema. ’t Getemde Hert. Dit gedicht gaat over het overgeven van jezelf. Als je weet dat je op een gegeven moment toch niet meer kan winnen kun je je beter overgeven. Ik vind dat de dichter dat goed naar voren heeft gebracht door een jager en hert als voorbeeld te gebruiken. Hierdoor was overdrijving of een andere stijlfiguur eigenlijk ook niet meer nodig. Het is gekruist rijm waardoor een mooi ritme ontstaat zodat je dit gedicht lekker leest. Wat blijft komt nooit terug. Dit gedicht moet je vaker lezen om een goeie ritme te vinden, want hier is sprake van enjambement. De sfeer wordt mooi en goed weergegeven in dit gedicht zodat de emoties van de dichter goed naar voren komen. Ook bij dit gedicht houdt de dichter zich niet aan een rijmschema. 35. Deze drie gedichten sproken mij wel aan, omdat ik het gevoel had dat ik ze wel begreep. Bij sommige gedichten had ik echt zoiets van Waar Gaat Dit Over?! Maar dat had ik niet met deze. Voor ’t Getemde Hert sprak me erg aan. Ik vond het ook wel een beetje humor en ik vond het ook wel leuk om de achterliggende betekenis ervan te ontdekken, maar of dit gelukt is weet ik niet. Wat blijft komt nooit terug vond ik ten eerste al een mooie titel en de tekst vond ik ook erg goed. Dat sprak mij wel aan. Verder had ik er geen bepaalde gevoelens bij. Het taalgebruik was niet iets wat mij in het bijzonder aansprak.
Thematiek en taalgebruik 36. De gedichtenbundel heeft hele duidelijke thema’s. Die wist je eigenlijk al toen je de flaptekst had gelezen, maar ook bij elke gedicht zag je het meestal en snel naar boven komen. De bundel gaat over liefde, het verleden en alcohol en de verslaving aan alcohol. Dit zijn emoties die iedereen wel kent of die je zelf hebt meegemaakt. Er is niks vreemds aan, dus iedereen zou zich er wel een voorstelling bij kunnen maken. De dichter vertelt de meeste gedichten zonder overdrijving. Hoe doet niet heel erg dramatisch. Dit vind ik op zich wel knap, want het gaat over de dood van zijn vader, de oorlog en zijn drankgebruik. Dit zijn natuurlijk geen leuke dingen om mee te maken en dat je er dan wel zo makkelijk over kan schrijven vind ik knap. 37. Ik had in het begin, toen ik hoorde dat we een gedichtenbundel moesten lezen, wel iets van BAH! Maar nu ik het eindelijk gedaan heb vond ik het niet zo erg als ik dacht. Ik vond dat er erg leuke en goeie gedichten tussen zaten. Natuurlijk zaten er ook een paar bij waarvan ik vond dat ze nergens op sloegen of dat ik ze niet begreep. Maar over het algemeen waren ze erg duidelijk. Ik vond het ook wel prettig dat er niet altijd een heel duidelijk rijmschema in zat, want dat leest niet altijd even prettig. En dan sommige gedichten een enjambement hadden vond ik eerst vervelend, maar toen ik hem voor de tweede keer las werd het al leuker. Ik kan niet echt zeggen dat ik één van de gedichten het allermooist vond of dat één mij het meeste aansprak. Maar de drie die in gekozen heb bij de opdrachten heb ik natuurlijk niet voor niks gekozen. Je kiest natuurlijk geen gedicht uit die je niet leuk vind! De gedichten van de vertalingen vielen mij een beetje tegen. Die vond ik niet echt geweldig. En die ene gedicht in het engels – Hunting – vond ik wel bijzonder, maar ik begreep hem niet helemaal. Secundaire literatuur 38. Voor het maken van dit leesverslag heb ik gebruik gemaakt van de informatie op www.lijsters.nl en ook heb ik het lesboek ‘Laagland’ gebruikt voor het opzoeken van begrippen. 39. Korte inhoud Jan Eijkelboom was de vijftig al gepasseerd toen hij zijn eerste gedichten de wereld in stuurde. Hij had gewacht, geaarzeld, gepolijst. Zou het allemaal wel goed genoeg zijn? Hij had zich geen zorgen hoeven te maken. Wat blijft komt nooit terug werd, zeer terecht, een klassieker. Zijn debuut betekende in 1979 een kleine aardschok in poëzieminnend Nederland. Hier was weer een dichter aan het woord met een eigen stem, een dichter van bijzonder kaliber. Bij hem geen duistere woordbouwsels, maar begrijpelijke poëzie, recht uit het hart. Titelbeschrijving J. Eijkelboom, Wat blijft komt nooit terug, Wolters-Noordhoff, Groningen/Wolters Plantyn, Deurne, 2002. Grote Lijsters nr.6 (uitgegeven met een licentie van Uitgeverij De Arbeiderspers, Amsterdam) Over het boek

Wat blijft komt nooit meer terug is de dichtbundel waar Jan Eijkelboom in 1979 mee debuteert. De bundel bevat bijna veertig gedichten, die gaan over Eijkelbooms woonplaats Dordrecht, zijn drankgebruik, het geloof, zijn ouders, liefde en de dood. Een van de gedichten, `Hunting', is Engelstalig en een tweetal andere is geïnspireerd op werk van de Engelse dichter Edmund Spenser en de Griekse auteur Rufinus. De bundel wordt afgesloten met zes vertaalde gedichten van de Engelse dichteres Emily Dickinson. Laat debuut Jan Eijkelboom is een succesvol journalist als hij op zijn 53-ste debuteert als dichter, maar hij stopt met de journalistiek als de combinatie met poëzie hem te zwaar wordt. Hij vindt overigens wel dat er overeenkomsten zijn tussen de journalistiek en de literatuur: `Zowel de journalist als de dichter streeft naar een zo goed mogelijke compositie, een pakkende eerste regel, een mooi slot en een goede kop.' Wat blijft komt nooit meer terug is niet Eijkelbooms eerste literaire werk, want eerder schrijft hij al De terugtocht, over zijn tijd als dienstplichtig militair in Indonesië (eind jaren `40). Vorm en inhoud Eijkelboom houdt van `muziek¿ in de poëzie. Daarom stoeit hij graag met ingewikkelde rijmschema¿s: `Mijn gedichten moeten rijmen, maar het hele rijm veroorzaakt te vaak een dreun, daarom pas ik het halfrijm toe, of het binnenrijm, ik heb die muziek nodig. Ik kan alleen rijmloos dichten als ik een strak metrum gebruik.' Verder wisselt hij soms binnen één gedicht distichons, terzinen en kwatrijnen af, zonder dat dat de vooropgezette bedoeling was: `Het ontstaat zomaar.' Uitgangspunt voor Wat blijft komt nooit meer terug is het leven zoals dat door Eijkelboom geleefd wordt. Hij schrijft over zijn angsten, het besef dat hij ouder wordt, het verleden, het afscheid van zijn vroegere geliefde, zijn vlucht in de drank, en het voorzichtig ontmoeten van een nieuwe geliefde. Ook speelt in nogal wat gedichten de breuk met het geloof een rol.

REACTIES

F.

F.

een goeie autuur een mooi boek hoor VAN EEN KINDJE UIT HET VIERDE LEERJAAR!!!

13 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.