Beatrijs Een vrome non die verandert in een wanhopige hoer. Het klinkt ietwat vergezocht, maar het is in het kort waar de Middeleeuwse Marialegende Beatrijs over gaat. De Marialegenden vormen een belangrijke groep binnen de geestelijke teksten in de Middeleeuwen. Deze teksten werden ter ere van Maria geschreven. In de Nederlandse literatuur is Beatrijs daar een goed voorbeeld van. Beatrijs is een vrome non in een gerespecteerd klooster, ze is erg trouw in haar dagelijkse bezigheden als kosteres. Er is echter iets dat haar rustige, godvruchtige leven verstoord: de liefde. Beatrijs is verliefd en kan na jaren van strijd tegen haar gevoelens de liefde van de jongeman niet meer weerstaan. Ze verlaat het klooster in het geheim om bij haar minnaar te kunnen zijn. Samen trekken ze naar een verre streek, waar ze genieten van elkaar en het geld van Beatrijs’ vriend. Ze krijgen twee kinderen. Als er enkele jaren verstreken zijn blijkt het geld echter op te raken. Beatrijs’ vriend verlaat haar en laat haar met twee kleine kinderen achter in een vreemd land. Beatrijs besluit dat ze haar lichaam zal gaan verkopen, omdat ze geen andere manier ziet om haar twee kinderen in leven te houden. Natuurlijk valt ze daardoor ten prooi aan niet aflatende wroeging en wanhoop, want een grotere zonde dan prostitutie bestaat er niet. Op een gegeven moment kan Beatrijs het niet meer aan en besluit ze om met haar kinderen te gaan bedelen. Na vele omzwervingen komt ze uiteindelijk terug in de plaats waar het klooster, dat ze jaren geleden verlaten heeft, staat. Daar klopt ze aan bij een huis voor een slaapplek voor haar kinderen en haarzelf. Uit nieuwsgierigheid informeert ze naar het klooster, waarna de gastvrije vrouw haar uitgebreid verteld over de vrome kosteres. Beatrijs vraagt de vrouw hoe dat kan, zij had gehoord dat de kosteres jaren geleden verdwenen was. Dit blijkt echter helemaal niet waar te zijn en Beatrijs vraagt zich verbaast af hoe dat kan. Als Beatrijs die nacht in haar bed ligt spreekt een boodschapper van God of Maria tot haar; ze moet teruggaan naar het klooster en haar taak weer opnemen. Omdat Beatrijs niet zeker weet of het een boodschapper van Satan of God is, moet de boodschapper tot drie keer toe verschijnen eer ze overtuigd is. Met pijn in haar hart, maar met een groot plichtsgevoel, laat Beatrijs haar kinderen bij de vrouw des huizes achter en vertrekt ze stilletjes naar het klooster. Daar blijkt alles nog zo te zijn als toen ze het klooster jaren geleden verliet; Maria ‘de moeder Gods’ blijkt haar plaats al die tijd ingenomen te hebben, omdat Beatrijs ondanks alles toch trouw haar gebeden opzegde. Beatrijs biecht haar zonden op tegen een gerespecteerde monnik. Niemand in het klooster weet van Beatrijs’ verleden, alleen de monnik en Beatrijs zelf. Beatrijs’ kinderen komen ook goed terecht: in een klooster. Deze Marialegende onderstreept het belang van het opzeggen van de gebeden en de biecht. Vooral de noodzaak van het eren van Maria speelt een grote rol. Beatrijs wil dan ook aanzetten tot Mariaverering.