Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Red ons, Maria Montanelli door Herman Koch

Beoordeling 6.3
Foto van een scholier
Boekcover Red ons, Maria Montanelli
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vwo | 3870 woorden
  • 9 mei 2002
  • 81 keer beoordeeld
Cijfer 6.3
81 keer beoordeeld

Boekcover Red ons, Maria Montanelli
Shadow

Het zogenaamd moderne en liberale Montanelli Lyceum, waar kinderen 'ontzettend creatief' moeten zijn en leraren het veel te goed bedoelen, staat centraal in deze angstaanjagend herkenbare roman. Wanneer een zwakbegaafde jongen voor de ogen van de verteller verdrinkt, wordt hij van school gestuurd. Zijn hieropvolgende aanklacht tegen een omgeving waarin geld de…

Het zogenaamd moderne en liberale Montanelli Lyceum, waar kinderen 'ontzettend creatief' moeten zijn en leraren het veel te goed bedoelen, staat centraal in deze angstaanja…

Het zogenaamd moderne en liberale Montanelli Lyceum, waar kinderen 'ontzettend creatief' moeten zijn en leraren het veel te goed bedoelen, staat centraal in deze angstaanjagend herkenbare roman. Wanneer een zwakbegaafde jongen voor de ogen van de verteller verdrinkt, wordt hij van school gestuurd. Zijn hieropvolgende aanklacht tegen een omgeving waarin geld de maatstaf van alle dingen is geworden is tragisch, omdat hij ondanks zijn kritiek toch duidelijk het product blijft van het door hem gehate milieu. 

 

Red ons, Maria Montanelli door Herman Koch
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
3. Hoofdstuk 1 In hoofdstuk 1 vertelt de hoofdpersoon wat hij in dit verhaal gaat vertellen. Hij zegt dat het verhaal zal gaan over een zwakbegaafde jongen Jan Wildschut die bij hem op school zat. Jan was een vreemde jongen hij was niet alleen zwakbegaafd hij had zomer en winter een sjaal en wanten aan. Hij kwijlde als hij at en er bleven altijd broodkruimels op zijn gezicht zitten. De ikfiguur vertelt dat de zwakbegaafde jongen aan de ene kant medelijden bij hem opriep, maar aan de andere kant een vreemd soort agressie. Soms wilde hij de jongen zolang in elkaar slaan en schoppen dat hij om genade zou smeken en dat de ikfiguur daarna zou vertellen dat het allemaal wel met hem meeviel en dat hij geweldig was en ieder meisje kon krijgen. Dat was namelijk de ervaring van de ikfiguur dat wanneer je maar lang en vaak genoeg tegen iemand bleef vertellen hoe fantastisch degene was dat het op den duur geloofd werd. Dan vertelt de ikfiguur dat hij zal gaan vertellen hoe de zwakbegaafde jongen de dood vond. Onder de dood vinden verstaat de ikfiguur dat iemand het slachtoffer is van meer dan 1 omstandigheid tegelijk. Nu is nog niet duidelijk wat de ikfiguur hiermee bedoeld. De ikfiguur zegt dat hij zal proberen te vertellen in wat voor buurt hij leefde destijds en op wat voor school hij zat. Hoofdstuk 2 In dit hoofdstuk vertelt de ikfiguur vol afgrijzen in wat voor buurt hij woonde. Hij haatte de buurt zoals hij dit zelf zegt. Wat hem betreft mochten ze de hele “kankerbuurt” zoals hij het noemt van de aardbodem laten verdwijnen. Hij woont in een chique buurt in Zuid-oost Amsterdam. En hij walgt van deze buurt. De buurt is te netjes te overdreven te chique en te bekakt. Hij vertelt hoe erg hij walgt van de mensen die in die wijk wonen. Het zijn allemaal nette dames met nepharen, pancake faces, bontjassen en bekakte lakschoentjes met naaldhakken. Hij hield absoluut niet van dit soort mensen, zijn moeder ook niet. In zijn wijk stikte het van de chique zaken, banketbakkerijen en delicatesse winkels. Hij haatte ze. Hij vertelt hoe hij een keer met zijn moeder schoenen ging passen in een winkel die “ chaussures modernes heette”. Ze hadden er alles behalve moderne schoenen. Toen hij met zijn moeder in die winkel was stootte zijn moeder hem in eens aan en wees een bepaalde richting uit “ dat is ze” De ikfiguur wist precis wie zijn moeder bedoelde dit was de eerste keer dat hij de vrouw zag met wie zijn vader ging ondanks dat zijn moeder en zijn vader nog samen waren. Het was een weduwe die nu met zijn vader ging. Hij walgde bij het zien van haar. Zij was net als alle andere vrouwen uit hun wijk. Hij vraagt zich af hoe zijn vader zo iemand kon nemen. Zo bekakt met haar luipaardjas. Hij had medelijden met zijn moeder dit had zij niet verdiend.
Hoofdstuk 3 In dit hoofdstuk laat de ikfiguur zich uit over de montessori school waar hij naar toe ging. Hij walgde hier nog meer van dan van de buurt waarin hij woonde. Het gebouw zag er vanaf de buitenkant al deprimerend genoeg uit, en volgens hem waren er geen menselijke mensen te vinden behalve de conciërge die nog iets menselijks in zich had. De school heette “ Maria Montanelli lyceum”. Het was vernoemd naar de vrouw die dit alles honderd jaar geleden in Italië had bedacht. De ikfiguur vond het een vreselijke school met een vreselijke systeem waar alleen rijkelui kindjes op zaten uit zijn buurt. Het waren voornamelijk kinderen van kunstschilders, beeldhouders en op de een of andere wijze zaten er horden kinderen van ouders die uit de theaterwereld kwamen. De ikfiguur vertelt over de kinderen die bij hem in de klas zaten , die stuk voor stuk over veel te interessante onderwerpen ouwehoerden en waaraan je tot in de kleinste gebaren kon zien dat ze het allemaal van hun betweterige ouders hadden afgekeken. Hoofdstuk 4 In dit hoofdstuk maakt Jan Wildschut entree in de klas van de ikfiguur. Hij wordt voorgesteld door het hoofd van de school. De jongen had een raar hoofd van een rare kleur. De ikfiguur vond dat het net leek alsof het hoofd niet helemaal goed doorbloedt wordt. Zo’m vieze grauwe kleur had het hoofd van de zwakbegaafde jongen. Het lichaam van de zwakbegaafde jongen klopte ook niet er zat een soort van rare knik in zijn lichaam waardoor hij ook niet helemaal goed liep. Toen de ikfiguur jan zag moest hij meteen denken aan Ferdinand Verwigt een jongen met wie hij op de lagere school had gezeten. Hij zag er precies zo uit. Ook met zo’n raar kleur hoofd en een knik in zijn lichaam. De ikfiguur liep er altijd mee naar school dan deden ze net of ze stoere vrachtwagen chauffeurs waren, en zo vermaakten zij zich op hun weg naar school. Jan Wildschut moest naast een andere jongen gaan zitten en goed mee lezen in Alice in Wonderland waar uit voorgelezen werd tijdens de Engelse les. Hoofdstuk 5 In dit hoofdstuk vertelt de ikfiguur hoe een vreselijke hekel hij had aan de engelse les van meneer Vermaas. Meneer Vermaas dacht dat hij zijn leerlingen een leuke les bezorgde door met zijn alleen tegelijk en op het zelfde tempo voor te lezen uit het boek Alice in Wonderland. Vermaas was het type leraar die je constant bleef verbeteren met zijn keiharde stem bij elke verkeerde Engelse uitspraak. En dat werkt de ikfiguur op zijn zenuwen. Maar het ergste was dat de ikfiguur dat jaar bleef zitten en dat hij dus opnieuw alle lessen van Vermaas moest volgen en nog een keer dat verschrikkelijke boek doormoest. En als je dan eindelijk dacht dat je het gehad had bleek er nog een deel 2 te volgen. Ook maak je kennis met de vrienden van de ikfiguur. Zijn beste vriend heet Erik. Zij zijn samen met nog een andere goede vriend, Gerard. Gerard bewonderd de ikfiguur maar is een beetje bang voor Erik. Erik en de ikfiguur voerden altijd het hoogste woord en Gerard deed altijd maar mee. Je kon hem ook niet echt beledigen en hij deed alles wat je vroeg. Erik zijn vader is kunstschilder. Ondanks dat hij kunstschilder is vind de ikfiguur Erik’s vader een goede man. Hij praat alleen maar over de dingen waar het in het leven echt omdraait. Erik heeft goeie ouders die veel van elkaar houden en waarvan veel mag. De ikfiguur komt er graag. In dit hoofdstuk lees je ook hoe voor de eerste keer de zwakbegaafde jongen beschermd wordt door alle leraren op het Maria Montanelli Lyceum. Het begint in de Engelse les als ze zo als gewoonlijk lezen uit Alice in Wonderland. Vermaas geeft Jan wildschut een beurt. Het zou volgens de ikfiguur alles kunnen zijn behalve Engels. Vermaas die altijd met zijn scherpe harde stem ieder woordje corrigeert zegt nu niks, hij verbetert de zwakbegaafde jongen niet maar zegt alleen maar dank je wel. Dit was de eerste keer dat de leraar de zwakbegaafde jongen een hand boven het hoofd hield. Hoofdstuk 6 De ikfiguur vertelt hier dat hij halverwege de lagere school besloot om niet meer de verlegen jongen te zijn die nooit iemand aan durfde te kijken tijdens het spreken en altijd maar wat stottert. Zijn wapen tegen zijn verlegenheid is grappig zijn. Maar er is nooit iemand die eens bij hem uitkomt huilen of problemen deelt. Dit komt omdat hij niet serieus genomen wordt omdat de ikfiguur, zo zegt hij zelf, altijd grappig probeert t zijn omdat hij anders terugvalt in zijn oude rol. De ikfiguur vertelt dat hij geen geliefde leerling was onder de leraren. Hij had altijd een grote mond en spijbelde regelmatig. De ikfiguur vertelt dat omdat hij altijd brutaal en opstandig was de wiskundeleraar Poortman een keer aan hem vroeg “ Jij wilt hier zeker weer zo snel mogelijk weg hè?” Omdat de ikfiguur met stomheid geslagen was en niet uit zijn woorden kon komen antwoordde hij maar met ja. Dit was het stomste antwoord dat hij op zo’n belangrijke vraag heeft kunnen geven vertelt de ikfiguur. Hoofdstuk 7 In dit hoofdstuk komt de uitleg over het Montanelli systeem. De ikfiguur vertelt dat het Montanelli Lyceum eigenlijk precies zo is als alle andere scholen alleen hebben ze er andere namen voor. Zo heet bijvoorbeeld een rapport een verslag, je krijgt geen cijfers maar beoordelingen, en die bestaan uit voldoende of onvoldoende, goed en slecht. Op het verslag van de ikfiguur staan altijd opmerkingen over zijn opstandig gedrag, dat hij niet goed zijn best doet en de atmosfeer in de klas verziekt door zijn negatieve houding. Van deze opmerkingen baalt de ikfiguur. De ikfiguur vertelt ook over zijn 4 weken durende vakantie bij zijn oom en tante. Hij logeert hier omdat het erg slecht ging met zijn moeder en hij er eens uit moest. Hij vond zijn oom verschrikkelijk. Oom Frits wilde altijd gaan wandelen en praatte eeuwig over bloemen en vogels die zij tegen kwamen en had het vooral over zijn mensen kennis die hij op had gedaan in de “ praktijk”. Op een gegeven moment komt er een telegram dat het er erg slecht gaat met zijn moeder en dat hij snel terug moet komen. De ikfiguur is erg blij met dit bericht, want nu kan hij naar huis, weg bij zijn oom en tante.
Hoofdstuk 8 De Nederlands leraar van de ikfiguur is meneer van Baalen. Hij is bij de ouders van de ikfiguur op bezoek geweest om over zijn slechte resultaten en negatieve houding te praten. Dit alles was nog voordat zijn moeder ziek werd en lang voordat de zwakbegaafde jongen bij de ikfiguur in de klas kwam. Naar aanleiding van dit bezoek werd besloten om met het gezin naar een psycholoog te gaan, dit was immers normaal in deze buurt, de hele buurt liep namelijk met kinderen van 5 bij psychologen. En zo ging het gezin naar een psycholoog. De ikfiguur vertelt dat hij bang was voor de standaard psycholoog die hij verwachtte, maar ondanks zijn beroep viel deze psycholoog nog enigszins mee. De ouders en de ikfiguur zelf moesten op een zogenaamd “ entreegesprek” komen. Maar bij het eerste gesprek ontstond er al ruzie. De ikfiguur moest allerlei testen ondergaan. Hij moest vertellen wat hij in inktvlekken zag, en bij sombere kaartjes verhalen verzinnen. Deze deden hem denken aan de pakjes die ze op het Montanelli Lyceum gebruikte. Je kreeg een kaartje met een plaatje en een woord en dat moest je dan onthouden, ook al hielp het hele systeem nergens bij want er ontstonden alleen maar concurrentie strijden. Uit de testen kwam dat de ikfiguur een hoge score had bij “ logische denken”. Maar 5% haalde zo’n hoge score. Maar op het Montanelli Lyceum had je aan alles wat, behalve aan logisch denken. Daarna moest de ikfiguur nog een keer op gesprek komen bij de psycholoog. Hij vertelde alles over zijn ouders en hun hele gezin. Hoe zijn vader 2 avonden in een week bij een weduwe zat met wie hij ging en hoe hij zijn vrouw kwetste. Na het gesprek werd afgesproken dat over 10 dagen opnieuw contact gezocht zou worden. Toen de ikfiguur tien dagen later belde vertelde de secretaresse hem dat de psycholoog van Dussen 2 dagen na hun gesprek was overleden. En zo had hij dus alle geheimen van de ikfiguur letterlijk mee zijn graf ingenomen. Hoofdstuk 9 De ikfiguur vertelt dat hij de zwakbegaafde jongen Janwildschut nooit gepest heeft. Maar dat niemand hem moest onderschatten want ondanks zijn verwarde kop wist hij kennelijk maar al tegoed wat hij deed. Hij was uitgekookter dan iedereen dacht. Het ergste was nog dat alle begripvolle leraren hem constant de hand boven zijn hoofd hielden. De ikfiguur vertelt dat hij een keer Jan wildschut mee naar huis heeft genomen. Hiervoor heeft hij veel complimenten gehad van zijn klassenleraar. Alleen de geschiedenis leraar had door wat Jan deed. Hij behandelde hem als gewoon leerling en trok hem niet voor uit medelijden. De ikfiguur vond de geschiedenis leraar Bronstein een van de weinige fatsoenlijke leraren op het hele lyceum want hij kon ook prachtig vertellen. De ikfiguur vond Bronstein een zielige man eens gaf hij een feestje en toen zat Bronstein er heel verdrietig bij. Toen heeft de ikfiguur een goed gesprek met hem gehad. Hoofdstuk 10 Kort na de zomervakantie werden de bestemmingen van de werkweek bekend gemaakt. Werkweek dat was alweer zoiets typisch montanelli’s achtig. Want dat klonk namelijk best wel educatief werkweek. In feite was het een gewoon schoolreisje maar om het dan toch educatief te laten klinken werd het een werkweek genoemd. Je kon kiezen uit een poppenfilm maken maar dat zagen de ikfiguur en zijn vrienden niet zitten vooral omdat Vermaas meeging. Het tweede was een tocht met een roeiboot, maar dat was veelte vermoeiend. Dus toen bleef er nog maar een optie over en dat was een fietstocht door de provincie. Zo’n werkweek was vooral gericht op alles zelf kunnen doen koken en zo. De Nederlands leraar en tevens klassenleraar van Baalen ging ook mee maar dat namen ze maar voorlief want Angelina Romeyn en Bronstein gingen ook mee. Angelina Romeyn was de lerares Duits op het Montanelli Lyceum en ze zag er precies zo uit zoals haar voornaam klonk. Erik en de ikfiguur gingen ook altijd vooraan zitten om goed te kunnen zien hoe die Duitse wanklanken over haar lippen gingen. In dit hoofdstuk vertelt de ikfiguur ook over de begrafenis van zijn moeder. Het ging slecht met haar en kort daarna was ze overleden. Daarna was hij uit eten geweest met zijn vader. Hij had nog nooit zo fijn gegeten met zijn vader. Hij vertelt hoe de buurvrouw elke week eten bij hen kwam brengen dat recht de vuilnisbak in ging omdat hij en zijn vader zich prima zelf konden redden. De ikfiguur ging zelf proberen te koken aan de hand van zijn moeders kookencyclopedie. In het begin ging het leven met zijn vader redelijk goed maar hoe langer ze met elkaar omgingen hoe groter de rotzooi werd en hoe slechter de band. Dat kwam ook omdat een ruzie met zijn vader niet mogelijk was. Zijn vader hield altijd zijn mond. Ruzie’s ontstonden vooral als zijn vader maar weer eens begon over de weduwe die hem zo graag een keertje wilde ontmoeten. Het hoofdstuk eindigt als de ikfiguur wqeer begint over de werkweke waarbij de zwakbegaafde jongen ook mee zou gaan en dat dit ene fatale vergissing bleek te zijn. Hoofdstuk 11 De werkweek ging van start en vertrokken ze 3 weken later met de trein naar het beginpunt van de trektocht. Een tegenvaller was dat Bronstein op het laatst niet meer meeging. Daarvoor in de plaats kwam Schutte. Het was een gymnastiekleraar, zo eentje die altijd in een trainingspak rondliep al was daarvoor geen directe aanleiding. De vorige dag was de ikfiguur nog afscheid gaan nemen van Chrtistina zijw as zijn vriendin. Ze was heel mooi zelfs Erik die alle meisjes kon krijgen kon zijn jaloezie nauwelijks onderdrukken. De ikfiguur vertelt dat zij op het Erasmus college zit. Het was daar duidelijk veel beter dan op het Maria Montanelli Lyceum uit de verhalen die hij van haar hoorde terwijl zij weer liever op het Montanelli had gezeten. Ze had strenge ouders en ze moesten dus in het diepste geheim afspreken. Om af te spreken verzon Christina dan een smoes. Ze ging dan zogenaamd bij een vriendin logeren en zodra haar moeder dan naar de vriendin belde zei ze dat Christina net om boodschappen was en dat ze haar terug zou laten bellen. Die vriendin belde dan naar de ikfiguur om te zeggen dat Christina d’r moeder gebeld had en dat ze haar terug moesten bellen. Dat deed ze dan en zo konden ze dan in het geheim afspraakjes maken. De eerste dag van de werkweek overnachtten ze op een kampeerterrein met veel bomen. Erik, Gerald en de ikfiguur deelden amen de tenten, ze sliepen in twee tenten maar wisselde elke nacht zodat er steeds maar een alleeen hoefde te liggen maar de openingen stonden zo dicht bij elkaar dat de vrienden nog tot in het holst van de nacht gegevens konden uitwisselen. Hoofdstuk 12 Overdag fietsten ze tijdens de werkweek met een fijne tegenwind door de bossen en weilanden. En s’ avonds moest iedereen voor zichzelf koken, wat ook al weer zo leuk was dat je het bijna jammer moest vinden dat je het niet zelf had bedacht. Het was dan de bedoeling dat ieder groepje een leraar uitnodigde om mee te komen dineren. Natuurlijk werd Angelina Romeyn uitgenodigd bij de ikfiguur en zijn vrienden. Maar toen kwam er nog een tegenvaller. Want uitgerekend Schutte moest komen vertellen dat Angelina ziek was geworden en dat hij daarom haar plaats wel wilde innemen. Ze waren bang dat het een zeer vervelende avond zou worden omdat Schutte maar door bleef zeuren over allerlei calorieën en diëten. Uiteindelijk werd het toch nog een leuke avond omdat Schutte met alle geweld een truc moest laten zien die je toe moest passen wanneer iemand je wilde beroven. Je moest dan tegen iemands knie trappen. Toen Schutte het voor wilde doen bij Erik maar Erik net op het juiste moment een stap opzij deed viel Schutte op de grond. Omdat de vrienden geen zin hadden om elke avond bij de tenten en de voortdurend uitwaaiende kaarsen te blijven, besloten ze om samen met Menno naar de bioscoop te gaan. De zwakbegaafde jongen stond opeens voor hen toen ze op weg waren naar de bioscoop, om te vertellen dat hij wist waar ze heen zouden gaan. Daarna verdween hij weer in de bossen. Toen ze terug kwamen van de film stonden Schutte en van Baalen hen al op te wachten bij hun tent. Ze hadden hun vertrouwen beschaamd en dit was absoluut niet de bedoeling geweest van de werkweke en ze zouden ze morgen op de trein terug naar huis zetten. De volgende ochtend kwam van Baalen hen met een bloedserieuze toon vertellen dat ze hen nog een kans zouden geven.
Hoofdstuk 13 De ikfiguur ergerde zich vreselijk tijdens de werkweek aan de zwakbegaafde jongen en de leraren die hem constant tegen alles in bescherming namen. Waar een ander onmiddellijk gestraft voor zo worden werd bij Jan wildschut door smoesjes in slappe banen geleid. En zodra het er naar leek dat Jan boven zichzelf uit zou stijgen werd hij onmiddellijk door de leraren aangemoedigd. Zo fietsten ze een keer door een eindeloos durende weilandschap terwijl de regen met gordijnen in hun gezichten sloeg. Toen ze opeens een kreet hoorden. Jan kwam keihard voorbij racen en probeerde aan kop te rijden totdat hij opeens toen hij en eind voor de groep lag frontaal met zijn knieën tegen een paaltje knalde. Op de bewuste laatste dag waren Erik, Gerard, Menno en de ikfiguur een eind voor de groep uitgefietst. Ze waren in een gebied vol rivieren beland. Op een gegeven moment reden ze over een brug waarvan je duizelig werd als je maar even naar beneden keek. De jongens waren gestopt en op de leuning geklommen om het grote wateroppervlak beter te overzien. Toen kwam Jan Wildschut aanfietsen hield halt voor de jongens terwijl hij ze een voor een aankeek. Ook hij klom opeens op de leuning van de brug. Het gebeurde toen de hele groep aan kwam rijden. De zwakbegaafde jongen keek triomfantelijk om zich heen om zich vervolgens ruggelings naar beneden te storten waardoor hij in de diepte viel en uiteindelijk in het water terechtkwam. Op school werd al snel de conclusie getrokken. Het was de schuld van de jongens die op de leuning stonden dat Jan in het water was gevallen zij hadden hem immers tegen kunnen houden, maar zij waren vooral nieuwsgierig naar wat er zou gaan gebeuren toen de jongen met houterige bewegingen op de leuning was geklommen. Uiteindelijk heeft niemand ook niet een van de leraren een poging gedaan om de jongen te redden door hem achterna te springen. Zelfs Schutte niet, hij was toch degene die de beste conditie had. Hij liep alleen maar aanwijzingen te geven naar Jan waar hij geen donder mee op zou schieten. De jongens werden niet meteen van school gestuurd. Er werd gewacht tot de kerstvakantie, Gerard’s ouders gingen verhuizen dus hij ging er al vanzelf af. Erik en menno werd vertelt dat een klassikale school wellicht een betere oplossing zou zijn en bij de ikfiguur werd bij het kerstverslag gemeld dat hij niet in het systeem paste en dat hij toch naar alle waarschijnlijkheid zou blijven zitten. In dit hoofdstuk vertelt de ikfiguur ook over de droom die hij laatst had. Maria Montanelli stopte in een zwarte Mercedes voor hun school. Ze liep de school binnen en op driftige toon beval ze dat iedereen zich moest verzamelen op de binnenplaats. Wie is de jongen die mij een brief heeft geschreven vroeg ze? De ikfiguur stapte naar voren. Samen met Maria Montanelli liep hij langs de leraren die zich in een rij hadden opgesteld. Maria Montanelli zei dat het nog verschrikkelijker was dan ze dacht terwijl ze langs de leraren liep en ze allemaal een afkeurende blik toewierp. In het hokje van de conciërge pakte ze een telefoon en draaide een lang nummer. Zr vroeg de ikfiguur om de coördinaten want de luchtmacht zou het in een keer van de kaart vegen. De ikfiguur wil dan het naar buiten hollen als het lucht alarm afgaat dit keer harder als andere keren. Hoofdstuk 14 In dit hoofdstuk vertelt de ikfiguur wat er gebeurde toen zijn vader bij de weduwe in trok. Hij kwam ongeveer een keer per week langs en gaf hem dan geld. Dit maakte de ikfiguur dan snel op aan alles wat hij lekker vond. Schuld werd duur betaald. als het geld op was ging hij bij Erik eten daar deden zijn ouders niet moeilijk over. Af en toe spreken hij en zijn vader af in het café. Zijn vader heeft alle meubels laten staan omdat het huis van de weduwe volstaat met spullen. De ikfiguur kan zich niet voorstellen hoe je ergens kunt leven waar niks van jezelf is. De ikfiguur heeft met Erik besloten om een lange reis te gaan maken waardoor hij tenminste weg is uit deze buurt. Aan het einde van het laatste hoofdstuk heeft de ikfiguur het over stil zijn en dat hij moe wordt van de mensen die maar door blijven ratelen. Hij zegt dat hij met volkomen stil een stomme film bedoelt en dat ze je niet meer vragen waar je je nou toch steeds tegen verzet of wat je wilt met je wilt met je leven. Hij wil dat iedereen zijn mond nou eens houd met hun slappe geouwehoer. Dat er plots een held uit zijn stoel opstaat en dat er op beeld alleen nog maar verschijnt “ er wordt een bladzijde omgeslagen, hij gaat nu bedenken hoe hij verder moe, hij heeft zijn hele leven nog voor zich”. De ikfiguur bedoelt dat hij moe is van het geouwehoer van iedereen en alle slappe vragen die aan hem gesteld worden. Hij ziet wel wat het leven hem brengt want hij heeft zijn hele leven nog voor zich. Zo eindigt het boek.

REACTIES

P.

P.

had jij niets te doen of zo om zo'n lange samenvatting te gaan maken

20 jaar geleden

E.

E.

wow.. wat ben ik blij dat je dit erop hebt gezet.. Geweldig! tnxx

20 jaar geleden

A.

A.

thnx!

9 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Red ons, Maria Montanelli door Herman Koch"