Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Slagwerk en percussie

Beoordeling 6.7
Foto van een scholier
  • Opdracht door een scholier
  • Klas onbekend | 2056 woorden
  • 20 mei 2008
  • 55 keer beoordeeld
Cijfer 6.7
55 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Slagwerk of percussie: de klank ontstaat door op het instrument te slaan of te tikken, door ermee te rammelen of te schudden.

Membranofonen
Membranofonen zijn muziekinstrumenten waarbij het geluid wordt geproduceerd door een gespannen vel (membraan) in trilling te brengen. Ze vormen één van de vier oorspronkelijke groepen in de classificatie van muziekinstrumenten door Hornbostel-Sachs.

De trilling kan worden veroorzaakt door:
° slaan op trommels met een stok of met de hand; dit is veruit de grootste groep.

° wrijven of strijken, zoals op een foekepot.
° zingen of blazen op mirlitons, zoals de kazoe.

De pauken zijn het meest gebruikte slaginstrument in een symfonisch orkest.
Pauken worden meestal per paar gebruikt, dikwijls zien we er zelfs 4. Een pauk bestaat uit een grote koperen ketel met daarover een vel gespannen. De toonhoogte wordt gewijzigd door het vel meer of minder aan te spannen. De klank is laag, zwaar en dof

De letters D E F G en A staan voor de noten re, mi, fa, sol en la.
Hier kan de paukenist snel de toonhoogte van de pauk wijzigen.
Een ander, vaak gebruikte naam voor pauken is timpani.

Drumstel (ook drums)
Een drumstel is een muziekinstrument of liever gezegd een aantal slagwerkinstrumenten dat door 1 persoon, een drummer, bespeeld wordt.
De basisopstelling van een drumstel bestaat uit een aantal trommels en een aantal bekkens:
- bassdrum
- snaredrum of snarentrom
- high-tom mid-tom low-tom
- floor-tom
- hihat
- cymbals/bekkens

Het hart van een drumstel bestaat uit een bassdrum, de snaredrum en de hihat. De bassdrum wordt met een voetpedaal bediend en geeft de lage klanken. Onder het ondervel van de snaredrum is een matje met metalen snaren gespannen. Hierdoor maakt de snaredrum een fel en scherp geluid. De hihat is een door de voet beweegbare bekkenset waar de drummer met zijn stokken een ritme op slaat.
De hihat kan via de voet worden geopend (de bekkens komen dan los van elkaar). Als er op de hihat wordt geslagen op het moment dat deze wordt geopend, en als daarna de hihat wordt gesloten, ontstaat het karakteristieke ‘sis-geluid’ van de hihat.


De vellen van alle trommels worden als dusdanig gespannen, waardoor het geluid van iedere trom op elkaar is afgestemd. Hierbij is het niet juist om over een ‘toonhoogte te spreken, omdat trommels geen regelmatige geluidstrillingen produceren. Ze produceren juist een ‘ruis’ en daarom wordt er bij trommels over een ‘klank’ gesproken.

De drummer bespeelt het drumstel met drumstokken of brushes/kwasten. De stokken geven een hard geluid, de brushes geven een zacht en wat ‘waterig’ geluid. Kenmerk van een drummer is dat hij zijn handen en voeten onafhankelijk van elkaar beweegt in een bepaald ritme. Dit natuurlijk zonder de maat te verliezen.

Wat bekkens (Engels: Cymbals) betreft, bestaat er een onderscheid tussen afslagbekkens en ritmebekkens. Daarnaast bestaan er ook specifieke bekkens als de ‘splash’ (kleine afslagbekken met een hoge klank) en de ‘china’ ( een speciaal gevormd afslagbekken met een korte en robuuste klank)

Sommige drummers maken gebruik van 2 bassdrums; meestal zijn deze niet gelijk qua diepte en omtrek. Soms gebruikt een drummer een dubbel-bassdrum pedaal. Hiermee wordt het effect van een dubbele bassdrum bereikt, zonder dat er twee bassdrums staan opgesteld. Verder gebruiken sommige drummers meerdere hihats en/of snaredrums. Het geluid van een drumstel wordt voornamelijk bepaald door de bekkens , snaredrum en de bassdrum. Omdat Bekkens en de Snaredrum makkelijk mee te nemen zijn, neemt de drummer ze meestal zelf mee naar de repetitieruimte of op het podium als daar al een drumstel staat.

Het eerste drumstel ontstond rond 1930 in Latijns-Amerika maar de drumsets zagen er toen nog helemaal anders uit als nu. Men gebruikte toen geen hihat maar een ride.

Naast akoetische drumstellen bestaan er elektronische varianten. Bij dat soort drumstellen sla je op zogenaamde ‘pads’. Deze zijn te omschrijven als vrij platte schijven met een slagvlak. Dit slagvlak bestaat uit rubber of uit muffle-vellen (gaasvellen). In beide gevallen maken de slagvlakken zelf geen geluid.

Onder het slagvlak zitten sensoren: triggers. Deze triggers registreren een stokslag en sturen een elektronische puls naar een drummodule. Dat is een kastje die de elektrisch puls van de trigger omzet in een drumgeluid.

Voordelen:
• Je kunt zelf de gewenste geluiden instellen; met één druk op de knop heb je een compleet ander drumstel.
• Je kunt de module op een hoofdtelefoon aansluiten zodat anderen geen last hebben van je drumstel.
• Het drumstel is compacter en dus sneller op te stellen.
• Het drumstel is lichter.
• De meeste drummodules hebben MIDI aan boord; hierdoor is het mogelijk om via de computer geluiden te bewerken en/of op te nemen.

Trommel
Trommels zijn de grootste groep muziekinstrumenten binnen de membranofonen. Het geluid van trommels wordt gecreëerd door op een gespannen vel te slaan. Dit gebeurt met stokken of met de handen. Vandaar de term slagwerkinstrumenten. Deze trommel is binnen de muziek vrijwel altijd aanwezig. Denk hierbij aan fanfares, orkesten, combo’s en aan pop- en rock-bands. Een drumband bestaat bijna uitsluitend uit trommels.


Soorten en maten
Er bestaan zoveel soorten en maten aan trommels. We bespreken enkele standaard modellen.

Trommels komen in verschillende diepte- en omtrekmaten voor. Elke combinatie van diepte en omtrek levert een andere klank op. Hierbij gelden de regels ‘hoe dieper een trom, hoe lager de klank’ en ‘hoe groter de omtrek van een trom, hoe lager de klank’. Het materiaal van een trom is essentieel voor de uiteindelijke klankkleur. Zo klinkt hout warmer en voller dan metaal, fiberglas of kunststof.
Hout is het meest voorkomende materiaal waarvan trommels zijn gemaakt. Het soort hout, de dikte van het hout en de afwerking van het hout; allen tezamen bepalen ze het karakter van de klank. Dat geldt ook voor het materiaal van het vel. Het soort vel (natuurlijk of kunststof), de dikte van het vel en de bespanning van het vel; beïnvloed allemaal het uiteindelijke geluid van de trom.

Een moderne trom bestaat uit volgende componenten:
• De ketel.
• Het slagvel, het membraan.
• Het resonantievel: het ondervel
• De spanringen; de metalen of houten ringen waarmee je de vellen aanspant.
• De spanklauwen; de metalen houders die nodig zijn om een vel te spannen.
• De spanbouten; de metalen schroeven die in de spanklauwen worden gedraaid om het vel op te spannen.
• De snaarmat; een serie metalen draden welke op een bepaalde manier zijn gebogen en aan weerskanten bijeen worden gehouden.
• Het snaarmechaniek; een mechanisme op de ketel van de trom, waarmee de snaarmat op het resonantievel kan worden gedrukt (scherp) of juist van het resonantievel af kan worden gehaald (dof).


Er bestaan net zoveel stokken als dat er trommels bestaan. Zo bestaan er stokken van hout, plastic en zelf van metaal. De meest voorkomende stokken hebben een klein uiteinde; de zogenoemde ‘tip’. Deze kan ook van hout, plastic of metaal zijn. Er bestaan ook stokken waar op het eind een bol is bevestigd. Deze ‘knotsen’ zijn gemaakt van vilt, kurk of leer. Daarnaast heb je ook speciale stokken als ‘kwastjes’, die binnen de jazz veelvuldig worden toegepast. Elke stok levert een ander geluid op. Het materiaal van de stok, de zwaarte en de vorm van de stok; zorgen tezamen voor de klankkleur ven het uiteindelijke geluid.

Percussie-trommels
Bekende percussie-instrumenten die tot de membranofonen behoren zijn:
Bongo
Kleine handtrommels die meestal per twee aan elkaar hangen en samen bespeeld worden.

Conga
Een conga is een circa 70-75 cm hoge eenvellige trommel, tonvormig en open aan de onderkant, die meestal met de handen wordt bespeeld.

Djembé
De traditionele djembé wordt met de hand gemaakt. Een boomstam (Leky) wordt uitgehold en bespannen met een geitenvel. Dit vel wordt via een touw-bespanning op de djembé bevestigd.

Darbuka
Een darbuka is een vaastrommel.

Idiofonen
Idiofonen zijn instrumenten waarbij het klanklichaam zélf in trilling wordt gebracht.
De groep idiofonen vormt een van de vijf hoofdgroepen voor de indeling van muziekinstrumenten gebaseerd op de manier waarop het geluid wordt voortgebracht. De term idiofoon impliceert dat het instrument zelf (idios=eigen) de klank voortbrengt doordat het in trilling gebracht wordt. Een deel van de idiofonen is geschikt voor melodiespel; ze hebben een benoembare duidelijke toonhoogte.

Xylofoon
De concert xylofoon is een muziekinstrument behorend tot het gestemde slagwerk dat bestaat uit twee rijen toetsen, die zijn opgehangen aan een frame gespannen touw. Een rij voor de witte toetsen, als je vergelijkt met de piano, en een rij voor de zwarte. Onder iedere toets kan een resonator hangen om de grondtoon te versterken. Omdat de toonhoogte afhangt van de lengte van de toets zijn de laagste toetsen veel langer dan de hoogste.

De naam komt van het griekse xylos dat ‘hout’ betekent.

Glockenspiel
Een glockenspiel is een idiofoon muziekinstrument bestaande uit twee rijen metalen staven, doorgaans zonder resonator. Het instrument wordt bespeeld met stokken. De afmetingen van de toets bepalen de hoogte van de voortgebrachte toon, waardoor de toetsen voor lage tonen veel groter zijn dan de toetsen voor hoge tonen.

Beiaard
Een beiaard of carillon is een met een klavier bespeelbaar muziekinstrument bestaande uit één of meerdere series klokken. Volgens de definitie van de Beiaard Wereld federatie dient een instrument uit minimaal 23 klokken te bestaan om carillon genoemd te mogen worden.

Het instrument is in de Lage landen in de 16e eeuw ontstaan, toen de rijkere steden hun kerktorens niet alleen voor het oog verfraaiden, maar ook een nieuw geluid toevoegden aan de torenklokken.
Later kregen ook niet-kerkelijke gebouwen een beiaard, zoals bv het Belfort te Gent.

Iemand die een beiaard bespeelt, heet beiaardier of ook wel klokkenist.
De toetsen van de speeltafel zijn houten stokken die gegroepeerd zijn als toetsen van een piano. De beiaardier bespeelt de toetsen met de pink van zijn losjes gebalde vuisten, of als hij twee toetsen tegelijk wil indrukken, met duim en vingers. Meestal is er ook een pedaal, dat met de voeten wordt bespeeld.

Bijna alle beiaarden zijn ook ingericht om af en toe automatisch te spelen. Meestal is het een kort melodietje dat elk uur wordt bespeeld om de uurslag aan te kondigen.

Celesta
De celesta is een toetseninstrument dat behoort tot de idiofonen. Het muziekinstrument heeft een klavier en beschikt over een binnenwerk met metalen staven en houten resonatoren. Deze staven worden doormiddel van met vilt beklede hamertjes aangeslagen. Het uiterlijk wat op een harmonium lijkende instrument brengt een klank voort die wat op die van het klokkenspel lijkt, maar een veel zachter timbre heeft. Aan dit timbre dankt het instrument zijn naam: het Franse celeste betekent “hemels”.


Triangel
De triangel is een metalen slagwerkinstrument, behorende tot de klasse van de idiofonen. Het instrument bestaat uit een driehoekig gebogen metalen staaf en wordt opgehangen aan de bovenkant, aangeslagen met een kleiner metalen staafje. Het brengt slechts drie klokachtige tonen voort en wordt onder meer in een orkest gebruikt. Dit aanslaan gebeurt op de onderzijde, terwijl trillers in een van de dichte hoeken worden geproduceerd door het staafje snel heen en weer te bewegen. Een triangel komt voor in verschillende grootten: kleinere klinken hoger dan grotere, hoewel de exacte toonhoogte van een triangel in de muziek geen rol speelt.

Woodblock
Een Woodblock is een niet gestemd percussie-instrument, dat in vele muziekstijlen wordt gebruikt. De klank is kort en fel, afhankelijk van de hardheid van de stok waarmee gespeeld wordt, en heeft een duidelijke herkenbare toonhoogte. Toch wordt op de woodblock zelden meer dan een rudimentaire melodie gespeeld.
Een woodblock is een langwerpig, enigszins plat houten blok, waarin een gleuf gemaakt is, zodat er een klankholte ontstaat, die het bij aanslaan voortgebrachte geluid versterkt.

Castagnetten
Castagnetten zijn een slagwerkinstrument dat vooral gebruikt wordt in Moorse muziek, zigeunermuziek, Spaanse muziek en Latijns Amerikaanse muziek. Het instrument bestaat uit een paar concave schelpen die aan één kant verbonden zijn met een koordje. Ze worden in de hand gehouden en produceren een klikgeluid of een ratelend geluid bij snel opeenvolgende kliks. Ze worden uit hardhout gemaakt.
In de praktijk gebruikt de speler een paar in elke hand. Het koortje wordt aan de duim vastgemaakt en de castagnetten liggen in de handpalm.
Castagnetten worden voornamelijk gebruikt door dansers en zangers, vooral in de flamencomuziek.

Bekkens of cymbalen
Een bekken of cimbaal is een slagwerkinstrument zoals dat bijvoorbeeld in een drumstel gebruikt wordt. De diverse uitvoeringen van het bekken worden vaak met de Engelstalige benaming (cymbal) aangeduid.
De cimbaal bestaat uit een ronde, iets gekromde metalen schijf die in het midden opgehangen is of met een riem vastgehouden. Ook in de slagwerksectie in klassieke muziek worden bekkens toegepast.

- Crashbekken
- Hi-hatbekken
- Ridebekken
- Sizzler
- Splashbekken
- Hangend bekken
- Chinees bekken

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.