criminaliteit 2e deel 4 t/m 7

Maatschappijleer. Criminaliteit. 2e deel. 4. officier van justitie. 4.1 Officier van justitie is de openbare aanklager, omdat hij namens de samenleving bewijzen zoekt tegen de verdachte en een straf tegen hem eist. Rol in het strafproces van het begin tot eind: · leidt het opsporingsonderzoek · brengt verdachten voor de rechter · eist een bepaalde straf in een rechtszaak · verantwoordelijk voor de uitvoering van de straf. Openbaar ministerie: alle officieren van justitie. Opsporingsbevoegdheid: bevoegd om bepaalde opsporingsmethoden toe te passen. 4.2 3 mogelijkheden van de officier van justitie: · seponeren · transactievoorstel aanbieden · vervolgen

seponeren: dat iemand niet wordt vervolgd. Hoeft niet voor de rechter te verschijnen en krijgt geen straf. Bij onvoldoende bewijs. Voorwaardelijke sepot: de officier verbindt voorwaarden aan het seponeren. Bv afkicken. Doet de verdachte dit niet, dan verschijnt hij alsnog voor de rechter. Transactie: bij minder zware delicten. Een geldboete. Ook wel schikkin g of voortijdige afdoening. Aanvaardt de verdachte dit dan komt hij niet voor de rechter, anders wel. Vervolgen: verdachte gaat naar de rechter. Dossier gaat naar de rechtbank en er komt een rechtszaak. 4.3 voorbeelden opsporingsonderzoeken: · richtmicrofoons mogen gebruikt worden · infiltranten inzetten.* · gecontroleerde doorvoer. (drugsafspraken door laten gaan om zo de leiders te pakken) · informanten meer geld betalen. * · inkijkoperaties. (in het geheim een gebouw binnentreden om te kijken of er strafbare feiten worden gepleegd.) · kroongetuigen. * * infiltranten: dit zijn personen die ongemerkt een misdaadorganisatie binnendringen om informatie over die organisatie te verzamelen. * informanten: leden van een misdaadorganisatie die de politie informatie doorspelen. * kroongetuigen: de justitie van een crimineel strafvermindering geven of niet vervolgen als deze een belastende verklaring aflegt tegen een grotere crimineel. 5. De rechtszaak. 5.1 rechtspraak is de taak van de rechterlijke macht. Rechters zijn hierdoor onafhankelijk. Onafhankelijkheid van de rechters gewaarborgd doordat: · een rechter wordt voor het leven benoemd. Hij kan niet worden ontslagen door de regering of het parlement. · Salaris van rechters is bij wet geregeld. · Aantal rechters is elke rechtszaak staat van te voren vast. Rechters worden bijgestaan door: gerechtssecretarissen (griffiers) Deze leggen schriftelijk vast wat er door de partijen wordt gezegd en maken de vonnissen van de rechters op. 5.2 3 soorten rechtsinstanties: · arrondissementsrechtbanken · gerechtshoven · de Hoge Raad
arrondissementsrechtbanken: is het laagste rechtscollege en houdt zich bezig met alle misdrijven. Arrondissement: het rechtsgebied van een arrondissementsrechtbank. Verschillende rechters bij arrondissementsrechtbanken: · politierechter (houdt zich bezig met lichte misdrijven) · kinderrechter (houdt zich bezig met misdrijven door jongeren van 12 tot 18 jaar) · kantonrechter (spreekt recht in kantons, nevenvestigingen van de rechtbank binnen het arrondissement. Berechting van overtredingen) · meervoudige kamer (3 rechters, behandelt zware misdrijven uit het strafrecht) hogere rechtbank wordt gevormd door het gerechtshof. Belangrijkste taak van het hof: de rechtspraak in hoger beroep van zaken die door de arrondissementsrechtbank zijn behandeld. De hoge raad is het hoogste rechtscollege. Wordt gewerkt met kamers van 3 of 5 raadsheren. De hoge raad spreekt recht als een verdachte of het OM het niet eens is met de uitspraak van het hof. = cassatie. Soort rechtbank Aantal en naam rechters Soort zaken Naam uitspraak
Arrondissementsrechtbank -Politie rechter-Meervoudige strafkamer-Kinderrechter-Economische politie rechter/meervoudige economische kamer-Rechter van de sector kanton -Eenvoudige misdrijven-overige misdrijven / overtredingen in hoger beroep-misdrijven vallend onder het jeugdstrafrecht ( 12-18)-economische overtredingen en misdrijven.-overtredingen vonnis

gerechtshof Meervoudige strafkamer of enkelvoudige kamer Strafzaken van de arrondissementsrechtbank in hoger beroep Arrest
Hoge Raad 3 of 5 raadsleden Alle zaken: cassatie (vernietiging vonnis) arrest 5.3 dagvaarding: hierin staat wat de verdachte heeft gedaan en op welk tijdstip de zitting plaatsvindt. Rechtszaak bestaat uit 8 stappen: 1. opening (persoonsgegevens controleren door rechter) 2. aanklacht (officier leest de aanklacht voor) 3. onderzoek (rechter begint met onderzoek naar bewijs) 4. verhoor van de verdachte
5. requisitoir (een verhaal waarin hij de verdachte schuldig probeert aan te tonen en waarin de rechter om een bepaalde straf vraagt) 6. pleidooi (advocaat verdedigt de verachte) 7. laatste woord (verdachte heeft altijd het laatste woord) 8. vonnis (rechter doet uitspraak) 5.5
terecht voor rechtshulp bij: · advocaat · bureau voor rechtshulp (beginnende juristen) · rechts- of wetswinkel (rechtenstudenten) 6. straffen 6.1 redenen om iemand te straffen: · vergelding (kwaad moet gestraft worden, misdaad moet worden vergolden, goed worden gemaakt) · afschrikking van de dader (zorgen dat de dader het niet nog eens doet) · afschrikking van de samenleving (zorgen dat andere mensen het niet gaan doen) · voorkomen van eigenrichting (anders nemen mensen het recht in eigen hand en gaan zelf een misdadiger straffen) · verbetering van de dader · beveiliging van de samenleving (zolang de dader vast zit kan hij de samenleving geen last bezorgen) 6.2 resocialisatie: verbetering en heropvoeding van een crimineel.
6.3 3 hoofdstraffen: · geldboete · vrijheidsstraf · alternatieve straf (bushokjes schoonmaken, plantsoenen onderhouden) TBS= terbeschikkingstelling, als iemand niet of verminderd toerekeningsvatbaar is. 7. burgerlijk recht. 7.1 eiser: degene die de zaak aan de rechter voorlegt. Gedaagde: de persoon van wie iets wordt gevraagd. Dagvaarding sturen: mededeling aan de persoon dat hij voor de rechter moet verschijnen. Een dagvaarding bevat: · naam van de eiser · de eis · motivatie van de eis · tijdstip en plaats van de rechtszaak Burgerlijk proces Strafproces
Uitgangspunt Onderling geschil Strafbaar feit begaan
Partijen Eiser en gedaagde Officier van justitie en verdachte
Verhouding Partijen zijn Overheid heeft gelijkwaardig aan dwangmiddelen elkaar en hebben de zelfde rechten Rechter Passieve rol: gebruikt Actieve rol: de alleen gegevens die de waarheid achterhalen partijen zelf aandragen en neemt het initiatief door getuigen te laten verschijnen
rechtsbijstand Vaak verplichte vertegenwoordiging door advocaat/procureur Advocaat niet verplicht