Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Joden

Beoordeling 5.8
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 3e klas havo | 2185 woorden
  • 27 april 2007
  • 18 keer beoordeeld
Cijfer 5.8
18 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Video 1: Het Jodendom en de sjabbat
De Sjabbat is het einde van de week, de rustdag waarop je niet mag werken. Het staat gelijk aan de 7e dag van de schepping. Op de 7e dag van de schepping ruste God uit van het maken van de wereld en de mens. Op de Sjabbat zijn de Joden gastvrij en nodigen ze andere mensen uit om Sjabbat samen met hun te vieren. Als je binnen komt of weggaat zie je bij de deur de Mazoeza. Dat hangt daar zodat je de geboden zal herinneren die God gegeven heeft. De Sjabbat begint altijd op vrijdagavond om kwart over 6 (dat noemen ze de loeach).

Voordat de Sjabbat begint zijn er veel voorbereidingen bijv: de tv, radio en telefoon afdekken met een kleedje zodat je niet afgeleid bent. Ook worden de pennen weggehaald zodat je niet gaat schrijven. Licht en vuur mogen niet gemaakt worden op de Sjabbat.


Het eten wordt ook zorgvuldig voorbereid. Joden moeten koosjer eten omdat God heeft gezegd dat je sommige dingen niet mag eten omdat dat slecht voor je is en het onrein is. Koosjer betekent rein dat betekent dat de Joden rein moeten eten. Omdat de Joden rein moeten eten mogen ze niet alles eten je mag bijv. een bokje niet in de melk van zijn moeder koken. Op de Sjabbat mag je niet werken dus ook niet koken! Al het eten wordt voordat de Sjabbat begint gemaakt. Om al dat eten warm te houden worden ze in kleden of in slaapzakken gehouden.

Voordat de Sjabbat begint wordt er voor ieder lid van een gezin een kaars gebrand dat heet Baracha (lofzegging voor iedereen), ook voor de gasten worden er kaarsen aangestoken. Daarna wensen ze elkaar een goede Sjabbat toe. Alle mannen moeten een keppeltje dragen dat is als symbool voordat er iets boven je is, dat er een machtig God regeert en dat hij hoger dan jou is.

Nadat de kaarsen zijn aangestoken begint de Sjabbat. De ouders bidden voor de kinderen, en voor de ouders gebeden. Daarna word er vrolijk gezongen, de Thora wordt gelezen er is een lofzegging en daarna is er een stagebed. Na het gebed verwelkomen ze de bruid en bidden richting Jeruzalem. Na het avondgebed gaan de Joden zich heilig maken dat doen ze door met z’n alle uit 1 beker wijn (druivensap) te drinken. Met hun rechterhand zeggen ze een spreuk over de wijn en Sjerrat. Dan spoelen ze hun handen voordat ze het brood gaan eten. Het brood ligt onder een kleedje, daarna komt de Challot dan worden de broden in het zout gedoopt en zeggen de Joden en gasten op leeftijd een lofzegging.

Als dat allemaal gedaan is kunnen ze lekker gaan eten. Na de maaltijd zingen ze over de goede dingen van Sjabbat ook danken ze God voor de goede dingen die hij doet dat heet Bensjerdankzegging. Als Sjabbat bijna afgelopen is hebben ze een bordje met een beker wijn, kruiden en een kaars, ze laten de wijn overlopen en steken de kaars aan samen met de kruiden dat geeft een lekkere geur wat ze doet denken aan de 1e dag van de schepping.

De Joodse godsdienstige leiders noemt men rabbijnen. Ze onderwijzen de gelovigen de Joodse wetten en geven uitleg. Ze bestuderen daarvoor twee heilige boeken, de Thora en de Talmoed, die op perkamentrollen staan geschreven. De Talmoed geeft uitleg over de Joodse levenswijze en over de in de Thora beschreven Joodse wetten.

Video 2: De Joodse Geschiedenis
Het Israëlische volk heeft zich door de eeuwen heen over de hele wereld verspreid (Diaspora). In het Amsterdams museum is de Joodse Geschiedenis in 6 perioden verdeeld:
1.De Bijbel (en de Thora)
2.De Tempel
3.Het Romeinse Rijk
4.De Middeleeuwen
5.Na de 18e eeuw
6. Nu de 21e eeuw

1. De Bijbel (en de Thora):
In het begin van de Bijbel geloofde de aartsvaders: Abraham, Izaak en Jacob in 1 God.
Toen er honger kwam in het land waar ze woonden vertrokken ze naar Egypte. In Egypte wilde de farao dat alle joden gingen werken voor hem in de slavernij. Hij wilde een groot koninkrijk opbouwen, wat nog mooier en groter was dan dat van zijn vader. Om dat allemaal te kunnen doen had hij natuurlijk slaven nodig. Die slaven werden de joden. Jaren gingen voorbij en de joden bleven voor de farao werken, totdat Mozes van God had gehoord dat hij de joden moest bevrijden. Pas na 10 plagen liet de farao de joden gaan. Toen kwam eindelijk de bevrijding!

Deze bevrijding wordt ook wel Pesach genoemd. Met Pasen wordt er gedacht aan deze uittocht. Pesach betekent eigenlijk ‘overslaan’ wat te maken heeft met de tiende plaag, alle joden die bloed van een lammetje op hun deurpost hadden gesmeerd werden overgeslagen. Als het Pasen is en deze uittocht gevierd word eten de joden matzes, dat heeft te maken met het feit dat de joden tijdens dit feest geen gegiste of gedesemde producten mogen eten. Dat is zo omdat tijdens de uittocht geen tijd was om het deeg voor de broden te laten rijzen.


Tijdens de uittocht ontving Mozes de 10 geboden op de berg Sinai. De tien geboden vormen de kern van de vijf boeken van Mozes: Genesis, Exodus, Leviticus, Numeri en Deuteronomium. De Thora bestaat uit deze vijf boeken.

2. De tempel
Na vele jaren reizen kwamen de joden aan in het beloofde land: Kanaan. In dit land werd Saul gezalfd als koning over Israël. Onder de leiding van Salomo werd de eerste tempel gebouwd en ingewijd in Jeruzalem. Later splitste het rijk door tweeën in het Tweestammenrijk (Juda) en het Tienstammenrijk (Israël). De Assyriërs veroveren Samaria en voeren de 10 stammen van het noordelijk koninkrijk weg in ballingschap. Dit betekent het einde van het Tienstammenrijk (Israël). Nebukadnezar verwoeste Jeruzalem en de Tempel en voert de stam van Juda weg in ballingschap naar Babel. Dit betekent het einde van het Tweestammenrijk (Juda). Nadat de tempel was verwoest was alleen een muur over, dit is de klaagmuur geworden. De Joodse geschiedenis gaat verder door in andere landen.

3. Het Romeinse Rijk
Later nadat de tempel opnieuw verwoest was in 70 na Chr. kwam de diaspora daarbij raken de Joden verspreid over het Romeinse Rijk.

4.De Middeleeuwen
Toen in de middeleeuwen de Joden niet in 1313 mee wilde doen met de Islam en het Christendom werden heel erg vervolgd. In 1492 was het zo erg dat alle Joden Christenen moesten worden want anders werden ze op de brandstapel gegooid. Later werden er ook nog hoeden en kleden verplicht om te dragen. Toen dat gebeurde zijn veel Joden naar Amerika gevlucht daar was vrijheid, gelijkheid en broederschap. In Polen was er nog geen sprake van gelijkheid.

5. Na 18e eeuw
Israël was eens het thuis van de Joden, veel Joden vinden het jammer dat het hun huis niet meer is. Een lange tijd was het gewoon een vage hoop bij de Joden dat Israël weer hun thuis zou worden. Veel Joden hadden dan ook geen plan om terug te gaan naar Israël. Aan het einde van de negentiende eeuw stichtten Theodor Herzl en Chaim Weizmann het Zionisme, een politieke beweging voor de vorming van een Joodse staat in Israël.

De naam “Zionisme” komt van het woord “Zion”, vroeger de naam van Jeruzalem. Het zionisme heeft vooral veel te maken met de politiek voor de vorming van een Joodse staat in Israël.


6. Nu de 19e eeuw
In de negentiende eeuw kwam Hitler en de NSDAP alleen aan de macht, dat was in 1933. Hitler vond dat vooral alle Joden de schuld hadden van alle ellende van Duitsland. Daarom voerde Hitler wetten in tegen de Joden. Ze moesten een Jodenster dragen en de Joden moesten in Getto’s wonen. De meeste Joden werden weggevoerd naar een concentratiekamp. In concentratiekampen werden veel Joden vermoord. Ook werden veel synagoge’s geplunderd en vernield.

Hoofdstuk 2 - Messiasverwachting
Het opvallende aan het Jodendom is dat ze denken dat de Messias nog komt. Iedere dag zeggen ze in hun gebed (achttiengebed) de roep naar de Messias op. Iedere dag kijken ze nog uit naar de komst van de Messias terwijl wij Christenen wel beter weten. De Messias is zo’n 2005 jaar geleden al op de aarde gekomen: Jezus Christus!! Doordat de Joden dat gebed elke dag nog opzeggen houden ze de gedachtenis aan de belofte van de Messias levend en wekken ze het verlangen steeds op. Ze bereiden zich dan ook steeds voor op de komst van de Messias, dat doen ze door gehoorzaam en trouw naar de geboden van God te leven.

De verwachting dat er nog een Messias komt is een grondgedachte in het jodendom. Dat komt omdat ze geloven in de schepping en in de voltooiing. In de gebeurtenis van voltooiing speelt de messiasverwachting een grote rol op de dag van vandaag.

Maar hoe gebeurt die voltooiing? Is het zo dat de Joden echt een persoon verwachten of moeten de Joden samen werken om de tijd van voltooiing te laten beginnen? Want hoe verwachten ze dat eigenlijk? Is de tijd van voltooiing alleen voor een paar mensen? Is de tijd van voltooiing alleen voor het volk in Israël? Deze vragen zijn heel belangrijk, ze zijn allemaal gevormd uit het oude testament, de talmoed en uit historische gebeurtenissen. Maar echt zeker weten ze het niet hoe het echt gaat gebeuren.

Omdat de Joden met de gedachte leven dat de Messias nog komt en altijd voorbereid moeten zijn houden ze elkaar ook scherp in de gaten of iedereen alles wel volgends de geboden doet.

Maar hoe zien de Joden Jezus dan? Ze denken dat Jezus een hele trouwe Jood was, nog meer zelfs een hele goede rabbi! Ze vergeleken hem zelfs met de beroemde Hillel. Maar Jezus als Messias? Nee dat niet, ze begrijpen niet dat een Messias zo erg voor de wereld moet lijden. Ze blijven Jezus dus gewoon zien als een goede rabbi, en blijven zelf op hun eigen Messias wachten!

Hoofdstuk 3 - Samenvatting van de artikelen
Doordat het contact met God was verbroken was de mens ongelukkig. De mens was bang en vluchtte, maar God was goed en ging de mens zoeken toen hij hen gevonden had beloofde hij zijn eigen zoon.

God heeft Zijn Zoon naar de aarde gestuurd. Dat had Hij ook beloofd. Gods Zoon was aan de mens gelijk geworden. Maar hij was toch anders dan de mens want hij was zonder zonde. Hij werd geboren uit de maagd Maria. Zij werd zwanger door de Heilige Geest.
Gods Zoon kreeg een menselijk lichaam en ziel. Dat was nodig voor onze redding. De bijbel leert ons dat Christus echt mens is.

Christus is een nakomeling van David en is een kind van Maria. Christus is nakomeling van Abraham. Christus is gelijk aan de mens geworden maar Hij is zonder zonde. Gods zoon is door zijn geboorte echt mens geworden. Er is een persoon. In deze persoon zijn twee naturen een goddelijke en een menselijke natuur. Als God Christus is nooit gemaakt. Als mens heeft Christus een echt lichaam. Hij is geboren gestorven en weer opgestaan. Daardoor is hij nu onsterfelijk. Christus was God en mens tegelijk ook in zijn dood. Omdat hij God was kon hij de dood overwinnen omdat hij mens was kon hij voor ons sterven.

God stuurde Zijn Zoon naar de aarde. Zijn Zoon werd mens. Om onze straf voor de zonden te dragen. Hij moest sterven om onze schuld voor de zonde te betalen. God is rechtvaardig daarin. Wij waren schuldig en verdienden de dood. Maar Jezus krijg de straf op zich die wij eigenlijk verdienden. Door Christus dood en opstanding krijgen wij het eeuwig leven.
Jezus Christus is voor altijd Hogepriester dat legde God met een eed wast.

God was boos over onze zonden. Maar Christus ging op onze plaats staan. Hij moest heel erg lijden. De straf was heel zwaar. Christus is onze troost door hem kunnen wij weer tot God komen. Gods engel noemt hem Jezus dat betekent verlosser.

Door de Heilige Geest krijgen wij kennis en wijsheid van Christus’ werk. Wij gaan dan veel van Jezus houden. Alleen voor onze redding hebben we Christus nodig. Alleen door geloof in Hem worden wij vergesproken.
Jezus Christus, de Zoon van God werd mens en gaf zijn leven voor ons. Doordat Christus ook God was kon hij maken dat wij weer tot God kunnen komen. God had ons Zijn Zoon zelf gegeven. Niemand houd zoveel van ons al Jezus. Maria of andere Heiligen kunnen ons niet helpen dat kan alleen Jezus Christus. Door hem is het weer goed gekomen. Wij mogen zelf weer tot God komen.

Hoofdstuk 4 – De leer van verzoening door voldoening

In artikel 5 van de NGB staat:

Het gezag van de bijbel
Alleen deze 66 bijbelboeken zijn het Woord van God.
Zij geven de regels voor ons leven en ons geloof.
Zonder twijfel geloven wij alles wat er in de bijbel staat.

Waarom geloven wij alleen in de bijbel?
Niet omdat de kerk dat zegt.
Maar omdat de Heilige Geest ons zegt dat de
Bijbel het Woord van God is.

De Bijbel zelf zegt: Wat in de Bijbel staat, is waar.
Wat in de Bijbel staat gebeurt echt.
Iedereen kan dat zien.
2 Tim 3:16, 17
1 Tess 2:13
1 Kor. 12: 13

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.