Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Hoofdstuk 4, Het nationaal-socialisme in de praktijk

Beoordeling 5.1
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 1568 woorden
  • 23 april 2005
  • 36 keer beoordeeld
Cijfer 5.1
36 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Hoofdstuk 4. Het nationaal-socialisme in de praktijk. 1. De economische en sociale opbouw Bedrijfsleven ingeschakeld ter voorbereiding van oorlog
De industriëlen mochten winst blijven maken, maar moesten zich wel bij de leiding van de NSDAP neerleggen. De nazi’s slaagden er in de meerderheid van de industriëlen en arbeiders voor hun economisch beleid te winnen: * Stakingen en het stellen van looneisen werden verboden; veel takken van industrie konden gaan uitbreiden. Hier waren de industriëlen heel blij mee. * Hitlers belofte om de werkloosheid op te heffen sprak veel arbeiders aan. Vrouwen worden verheerlijkt, maar tevens gediscrimineerd
Moederdag werd sterk gepropageerd, net als het krijgen van kinderen, dat werd aangemoedigd. Tegelijkertijd werden de vrouwen wel gediscrimineerd. Alle getrouwde vrouwen werden geschrapt van de lijst van werklozen of ze werden ontslagen. Ook mochten meisjes slechts 10% van het totale aantal studenten vormen. Maar toen na 1936 het grootste deel van de werkloosheid bij de mannen was verdwenen, mochten vrouwen steeds meer gaan werken. Boeren worden verheerlijkt, maar krijgen het ook niet beter

In de ideologie stonden boeren om 2 redenen hoog aangeschreven: * Het Germaanse ras was op het platteland het best bewaard gebleven. * De boeren zouden als kolonisten in de nieuwe ‘levensruimte’ in het Oosten moeten zorgen voor de voedselvoorziening van het zich uitbreidende Duitse volk. De nazi’s stelden een ‘oogstdankdag’ in. In de praktijk moesten boeren zich aan de leiding van de nazi’s onderwerpen. En ook de landbouw werd in dienst gesteld van de voorbereiding op een oorlog. Tot een volksgemeenschap komt het niet
De nazi’s wilden dat het hele volk een hechte eenheid vormde onder leiding van de Führer. Daartoe moesten mensen bij elkaar gebracht worden in allerlei corporaties (nazi-organisaties). In het DAF (deutsche arbeitsfront) waren alle werkgevers en werknemers georganiseerd. De nazi’s hadden gedeeltelijk succes. De oude gelaagdheid van de Duitse samenleving werd doorbroken. nDe bovenlaag moest wijken voor een nieuwe elite. Maar de nieuwe elite slaagde er niet in een hechte eenheid onder de bevolking tot stand te brengen: * Hoewel de meeste Duitsers Hitler steunden, was er een hele grote verdeeldheid onder het volk: voorstanders en tegenstanders van de nazi’s. * Ook onder de meelopers of de neutralen waren er heel wat die hun twijfels hadden over Hitler. Lang niet alle Duitsers konden zich verneigen met de vervolging van Joodse medeburgers, met maatregelen als de boekverbrandingen en met wat hun kinderen op school leerden. 2. De geestelijke gelijkschakeling Jeugd geïndoctrineerd, op school, in de Hitlerjugend en in de Rijksarbeidsdienst. In de propaganda van de Nazi’s richtten ze zich vooral op jeugd. Hervorming van onderwijs en opvoeding was een kernpunt in hun programma: * De school moest de jeugd opvoeden in de geest van het nationaal-socialisme: strijdbaar, nationalistisch en rassenbewust. * Nieuwe leerboeken werden ingevoerd waarin de leer van de nazi’s werd uitgewerkt. * Het onderwijzend personeel aan scholen en universiteiten werd ‘gezuiverd’: Joden, communisten, socialisten en pacifisten kregen hun ontslag. Daarbij zaten ook Einstein en Hertz. Zij gingen naar het buitenland. Ook gaven de Nazi’s een nieuwe inhoud aan de vrije tijd van de jeugd. Alle jeugdverenigingen werden opgeheven of gingen vrijwillig op in de Hitlerjugend die een aparte afdeling voor meisjes had. Na de HJ kwam de Rijksarbeidsdienst: alle achtienjarigen moesten een half jaar arbeidsdienstplicht vervullen. Daarvoor werden werkkampen opgericht. Kunst en publiciteit komen in de greep van de nazi’s. In 1933 werd een nieuw ministerie opgericht: het ministerie voor volksvoorlichting en propaganda. Er werd een rijkscultuurkamer opgericht, waarvan iedereen die actief was op het gebied van publiciteit of kunst, lid moest worden. Joden en politiek ‘onbetrouwbare’ mensen mochten geen lid worden. Velen vluchtten dan ook naar het buitenland. 3 De terreur van het nationaalsocialisme De nazi-revolutie ging gepaard met een golf van terreur tegen politieke tegenstanders. Met die terreur wilden de nazi’s twee dingen bereiken: gevaarlijke tegenstanders direct uitschakelen en weifelaars/toekomstige tegenstanders schrik aanjagen. De SS wordt de machtigste terreurorganisatie
In het begin was de SS een onderdeel van de SA maar later niet meer. De taak van de SS werd uitgebreid: bescherming van de nationaal-socialistische staat door het uitschakelen van tegenstanders. Wie tot de SS wilde toetreden, moest tot het Arische ras behoren. De Waffen-SS was de eigen troepen macht van de SS. Niet alleen Duitsers, ook vrijwilligers uit de bezette gebieden konden zich bij de Waffen-SS aansluiten. De concentratiekampen
Toen in maart 1933 na de Rijksdagbrand heel veel mensen gearresteerd werden, bleken de gevangenissen te klein. Toen werden ze afgevoerd naar afgelegen streken. Daar moesten ze zelf barakken bouwen. Vanaf dat moment zouden er concentratie kampen blijven bestaan. Ook later in de oorlog werden in de bezette gebieden veel nieuwe kampen opgericht. Tijdens de oorlog kwamen er ook nieuwe soorten kampen bij: * kampen die tot doel hadden zoveel mogelijk Joden en zigeuners te vermoorden door de gaskamer; de beruchtste zijn Sobibor en Treblinka * Kampen die tot doel hadden gevangen te laten werken tot ze er dood bij neervielen; de beruchtste zijn Mauthausen en Natzweiler * Kampen die zowel vernietigingskamp als werkkamp waren; het beruchtste kamp is Auschwitz-Birkenau. Hier weren meer dan 2 miljoen Joden vermoord. * Kampen waarin krijgsgevangen werden ondergebracht. Joden, zigeuners, Polen en Russen werden verreweg het slechtst behandeld. In de laatste maanden van de oorlog stierven nog veel gevangenen door ondervoeding en besmettelijke ziekten. 4 De rassenpolitiek De bevolking in Oost-Europa, die volgens de nazi’s tot een lager ras behoorde, werd veel bloediger onderdrukt dan de bevolking in west-europa. De Joden worden uitgestoten in de Duitse samenleving * April 1933: boycot van Joodse winkels afgekondigd * April 1933: Joden die bij de overheid, in het onderwijs of bij de publiciteitsmedia werkten, werden ontslagen * 1935: afkondiging van de Neurenbergerwetten waarin het Joden verboden werd om te trouwen met personen van ‘Duits bloed’ en waarin Joden de rechten van Duits staatsburger werden ontnomen. * 1938: allerlei openbare voorzieningen als scholen, zwembaden, theaters, sportvelden, treinen en trams werden ‘voor joden verboden’ verklaard. Joden die zich verzetten, verdwenen naar concentratiekampen. Doel van de discriminatie was Joden tot emigratie te bewegen. Er waren echter bijna geen landen die Joden wilden opnemen. Tochwisten vóór de oorlog ongeveer 170.000 van de 500.000 Dtuise Joden te emigreren. Het merendeel kwam in Palestina terecht. In de oorlog begint de ‘Endlösung’: een verandering in de praktijk

In opdracht van Hitler schoten speciale Einsatzgruppen van de SS in de veroverde Russische gebieden alle communistische functionarissen, zigeuners en Joden dood. Meer dan een miljoen mensen werden op deze manier gedood. Maar dit bleek wel erg omslachtig, dus ging de SS over op vergassen. Dan werden zoveel mogelijk Joden en zigeuners op de trein gezet naar zo’n kamp. Meestal gingen ze gelijk naar de gaskamer. Maar in Auschwitz vond eerst een selectie plaats. Bejaarden en kinderen gingen sowieso naar de gaskamer, overigen mochten werken. In totaal zijn er volgens de schattingen 5 à 6 miljoen joden vermoord. 5 Levensruimte voor het ‘Groot-Duitse’ Rijk Het ‘Groot-Duitse’ Rijk wordt gesticht
Al vóór de tweede wereldoorlog werd een aantal gebieden toegvoegd aan het Duitse rijk: het Saargebied (1935), Oostenrijk (1938), Sudetenland (1938), het Memelgebied (1939). In het begin van de tweede wereld oorlog werden de Poolse, Franse (Elzas-Lotharingen) en Belgische gebieden die Duitsland bij het Verdrag van Versailles had af moeten staan, weer ingelijfd bij het Duitse rijk. De schande van Versailles was hier mee uit gewist. In het oosten wordt levensruimte gezocht
In maart 1939 werd Tsjechië onder Duits bestuur gebracht en werd Slowakijke er ook bij. Toen Duitsland in september 1939 Polen aanviel, verklaarden Engeland en Polen de oorlog, en was de 2e wereldoorlog begonnen. Het was de bedoeling dat miljoenen ‘Germaanse’ boeren zich als kolonisten in het Oosten zouden vestigen. Daar kwam door de oorlog weinig van terecht, want de meeste Duitse boeren waren in militaire dienst en de rest was in Duitsland hard nodig. Ongeveer duizend Nederlanders vertrokken vrijwillig naar Oostland. (vooral de Oekraïne en Litouwen) Een ‘Europese kruistocht tegen het bolsjeiwsme’ wordt georganiseerd: een verandering in de praktijk
Na inval in de SU probeerden de nazi’s een ‘Europese kruistocht tegen het bolsjewisme’ te organiseren. Dat vonden ze nodig omdat het leger van de SU veel groter was dan het Duitse leger. In de bezette gebieden in het Westen werden vrijwilligers aangeworven voor de strijd tege het Bolsjewisme. Ongeveer 180000 niet-Duitse vrijwilligers, waaronder 22000 à 25000 Nederlanders, traden toe tot de Waffen-SS 6 Verzet in Duitsland Verzet tegen het Hitler-regime was in Duitsland zelf veel moeilijker dan in de bezette gebieden: * De meerderheid van de bevolking stond achter Hitler, waardoor verzet weing kans op succes had en zeer gevaarlijk was. * In de oorlog zagen de meeste Duitsers die niet of niet meer in het nationaal-socialisme geloofden, verzet tegen Hitler toch als landverraad. Vooral onder socialisten en communisten ontstonden kleine verzetsgroepen. Maar ook in liberale, conservatieve en kerkelijke kringen kwam verzet op gang. Men had echt geen schijn van kans om het Hitlerregime ten val te brengen. Bij de kerken bestond de vrees dat zij evenals de andere organisaties zouden worden verboden. Nadat Hitler in een verdrag met de paus de vrije uitoefening van de katholieke godsdienst had beloofd, erkende de katholieke Kerk de Hitler-regering (juli 1933). De enige groepering die het Hitler-regime nog daadwerkelijk bestreigde, was het leger. Geen nazi’s natuurlijk. De officieren dachten dat Hitler het Duitse rijk naar de ondergang zou voeren. In 1944 beraamde een aantal officieren het plan Hitler te doden en vrede te sluiten met de geallieerden. En op 20 juli 1944 plaatste een jonge officier een bom in Hitlers hoofdkwartier; 4 mensen kwamen om maar Hitler had slechts lichte verwondingen. Hitler nam bloedig wraak: ruim 5000 verraders werden opgehangen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.