Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

De Oude Grieken

Beoordeling 6.3
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • groep 8 | 2164 woorden
  • 19 maart 2014
  • 153 keer beoordeeld
Cijfer 6.3
153 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Hoofdstuk 1: GESCHIEDENIS VAN DE GRIEKEN

  • De Minoïsche, Myceense en Archaïsche beschaving

De eerste Griekse cultuur, dat ontstond rond 2000 v. Chr. op Kreta, was de Minoïsche beschaving. Hun koning heette Minos. Kreta werd heel machtig en rijk en had mooie paleizen. Toen veel paleizen werden verwoest kwam rond 1450 v. Chr. een einde aan de Minoïsche beschaving. Toen kwamen de Myceners. Van 1600 tot 1100 v. Chr. regeerde de Myceense beschaving over een groot deel van Griekenland. De Myceners hadden grote stevige steden. Eén daarvan was Mycene, dat ook de stad was van de Myceense koning Agamemnon. De Myceners waren krijgers, maar ze handelden ook in het hele Middellandse Zeegebied. Later werden ook de Myceners verjaagd door hongersnood en burgeroorlogen. Hierna kwam er een tijdperk zonder machtige heersers. Die jaren werden de Duistere Eeuwen genoemd. Rond 800 v. Chr. kwam er weer een ander volk, de Archaïsche beschaving. In deze tijd werden de eerste tempels gebouwd en werd het Griekse Rijk weer hersteld.

  • Alexander de Grote

Later, in 336 v. Chr. werd Philippus II vermoord en volgde Alexander de Grote hem op. Hij werd koning van Macedonië, dat in het noordoosten van Griekenland lag. Alexander was een goede soldaat en legeraanvoerder, en veroverde het Perzische Rijk.

  • De Romeinen

Na de dood van Alexander de Grote ontstond het Hellenistische tijdperk, waar Griekenland werd veroverd door de Romeinen. De Romeinen bewonderden Griekenland en deden de Grieken met veel dingen na. De geschriften, beeldhouwwerken en zelfs de Goden hadden ze van de Grieken.

Hoofdstuk 2:  LAND VAN DE GRIEKEN

  • Hellas

In de tijd van de oude Grieken heette Griekenland Hellas. Het bestond uit gebieden en verschillende stadstaten. De machtigste daarvan waren Athene en Sparta. Deze twee stadstaten hadden een oorlog van 431 tot 404 v. Chr. Hellas was een droog land omgeven door zee. De meeste steden waren te vinden aan de kust, want de zee was ideaal voor de handel.

  • Het Griekse leger

Als je in een Griekse stad woonde en een jongen van achttien was, kreeg je militaire training voor het Griekse leger. Bij Sparta ging het anders dan bij andere stadstaten. Daar moest je al op je zevende weg van huis en was het leven hard en zwaar. Een Griekse soldaat werd een hopliet genoemd. Hun wapens bestonden uit een speer, zwaard, schild en helm.

  • Het theater

Naar het theater gaan was heel gewoon voor de oude Grieken. Ze speelden daar toneel ter ere van de Griekse god Dionysos. Het theater was een halfrond open gebouw. In het halfrond zat het publiek. Alleen mannen mochten acteren en ze droegen een masker tijdens een toneelstuk.

  • Beroemde bouwwerken

Veel bouwwerken van vroeger zijn nu nog te zien in Griekenland, vooral tempels en theaters. De bekendste tempel is de Parthenon, op het bergje Akropolis. Dat was een tempel van Athena, een Griekse godin. Veel bezoekers komen dit beroemde bouwwerk bekijken. De Griekse architectuur is een bouwstijl die ook nu nog wordt gebruikt. De gebouwen van nu met een Griekse bouwstijl worden neo-klassieke bouwwerken genoemd.

Hoofdstuk 3:  GRIEKSE CULTUUR

  • Taal en alfabet

De Grieken spraken allemaal Grieks. Sommige spraken een ander dialect. Volken die niet Grieks spraken werden Barbaren genoemd. De Grieken hadden bijna hetzelfde alfabet als ons. De Romeinen hadden het Griekse alfabet veranderd en zo hebben wij ons eigen alfabet. Veel Griekse woorden kunnen we terug vinden in onze taal. Zelfs het woord alfabet, van de eerste twee letters van het Griekse alfabet alfa en bèta.

  • Het Griekse huis

De Grieken woonden in huizen met kleine ramen. De muren bestonden uit gedroogde stenen en het huis had meestal in het midden een binnenplaats. De dakpannen waren van klei gemaakt. Aan de buitenkant van het huis stond een beeld van de boodschappers van de goden Hermes om bescherming te vragen tegen ziektes voor de familie.

  • Het gezin

Het hoofd van het gezin was de man. De echtgenote moest altijd naar hem luisteren. Vroeger dachten de Grieken dat mannen belangrijker waren dan vrouwen. De kinderen van rijke families werden door slaven verzorgt. Voor de kinderen vierden ze in Athene het kinderfeest Anthestèria, waarbij de kinderen werden verwend. Net als nu gingen de kinderen naar school. Ze leerden lezen, schrijven en rekenen.

  • Eten

De Grieken aten meestal brood, bonen en fruit. Ook vis vonden de Grieken lekker. Omdat het grootste deel van het land omringt is met zee, aten ze vaak vis. Vlees aten ze bij een godenverering.

Om eten te kopen moesten de Grieken naar de markt. De Grieken noemden de markt de Agora. Behalve eten kon men ook stoffen en sierraden kopen op de Agora. De Agora bestond uit een groot plein met kraampjes. De Agora was ook een openbare ontmoetingsplek.

  • Griekse kleding

De Grieken droegen meestal allemaal een chiton, een soort tuniek. Al het kleding was gemaakt van wol en ze hadden wijde kleren. Vrouwen droegen een haartooi om het haar bijeen te houden. Mannen droegen over hun chiton een mantel, de himaton. Rijke vrouwen droegen veel gouden en zilveren sierraden.

  • Griekse feesten en festivals

Omdat godsdienst een belangrijke rol bij de Grieken speelden, hadden ze vaak religieuze feesten en spelen ter ere van de goden. Als ze goud, zilver en andere kostbare dingen offerde voor de goden, dachten de Grieken dat de goden hun beschermden tegen ziektes en dat ze konden oogsten. Eén keer in de vier jaar deden de Grieken de Olympische Spelen. Daar deden ze vooral sportevenementen ter ere van Zeus, de Griekse oppergod. Dit festival werd ook in andere Griekse plaatsen gehouden voor andere goden. Eén daarvan was het Atheense Panathenaea, waar ze gevaarlijke dingen moesten doen.

Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

Behalve religieuze feesten waren er ook andere feesten. Als er een feest was, dan vierden de Grieken die meestal in de adron, een mannenplaats in het huis. Op zo’n feest luisterde de gastheer naar muziek. Ook bruiloften werden gevierd. Ze trouwden met mensen uit de familie, en zochten meestal de ouders iemand op.

Hoofdstuk 4: GRIEKSE GODEN 

De Grieken geloofden in verschillende goden en helden. De goden zagen eruit als mensen. Ze konden ook gewoon boos, vrolijk of jaloers zijn. Maar ze hadden wel goddelijke eigenschappen. Ze waren bijvoorbeeld onsterfelijk en vaak konden ze vliegen. De Grieken dachten dat alle goden afstamden van Gaia (de god van de hemel en aarde) en Uranus (god van de hemel).

  • Goden op de Olympus

Op de Olympus, de hoogste berge van Griekenland, woonden de belangrijkste twaalf goden. Samen bestuurde zij de wereld. De leider was de oppergod Zeus. De vrouw van Zeus was Hera. Zij was de god van het huwelijk en waakte over de vrouwen nadat Artemis (de maangodin) ze als jonge maagden had beschermd. De zoon van Zeus was Apollo. Hij was de god van muziek en werd in Delphi, een archeologische plaats, vereerd. Hephaestus was de god van de vuur en metaal. Ares was de god van de oorlog en was niet heel belangrijk. De boodschapper van de goden was Hermes. Ook is hij de god van handel en reizigers. Aphrodite was de vrouwelijkste godin en de liefdesgodin. De oorlogsgodin was Athene (ook Pallas genoemd) en droeg een wapenrusting. De zussen van Zeus waren Hestia, godin van huis en haard, en Demeter, de godin van alle planten en van de oogst. Verder was Artemis de god van de jacht en Dionysus god van wijn. De twee broers van Zeus waren Hades en Poseidon. Zij woonden niet op de berg Olympus, want Hades was de god van de dood en woonde in het dodenrijk de onderwereld en Poseidon was de zeegod en woonde in de bodem van de zee.

Romeinse namen van Griekse Goden

Zeus

Jupiter

Hera

Juno

Artemis

Diana

Hestia

Vesta

Apollo

Apollo

Dionysus

Bacchus

Hephaestus

Vulcanus

Demeter

Ceres

Aphrodite

Venus

Athene

Minerva

Ares

Mars

Hermes

Mercurius

Hades

Pluto

Poseidon

Neptunus

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Toen de Romeinen kwamen in Griekenland namen ze ook de Griekse goden over. De goden hadden toen een Romeinse naam gekregen.

  • Soorten godinnen

Er waren verschillende soorten godinnen. Bijvoorbeeld Furiën. Dat waren wraakgodinnen die woonden in de onderwereld en achtervolgde iedereen die iets verkeerds had gedaan. Furiën herkennen we in het woord furieus. Als je furieus bent, ben je woedend. Ook waren er Nimfen. Dat waren lieflijke natuurgodinnen die woonden in een berg, rivier of bos. Muzen waren ook godinnen van de goede soort. Ze beschermen de kunst. Het woord muzen herkennen we in muziek en museum.

  • Tempels

De goden hadden tempels. De tempels waren heilige gebouwen waarvan ze dachten dat daar de goden in woonden. Meestal waren ze versierd met gehouwen en gegoten beelden. In een tempel stond meestal een groot beeld van een god. Ook waren er schatkamers te vinden en een plaats waar ze dieren opofferden door de goden. Er waren drie soorten tempels. Dorische, Ionische en Corinthische stijl. Dorische stijl was een hele simpele stijl. Ionische stijl was meer versierd en had een krul op een pilaar en Corinthische stijl was een tempel versierd met acanthusbladeren.  De steil kon je goed herkennen door de pilaren.

  • Half goden

Goden kregen meestal veel kinderen. Een god(in) kon met een godin trouwen, maar ook met een gewoon mens. De kinderen die een god en mens als ouder hadden, werden halfgoden of halfgodinnen. De halfgoden waren wel sterfelijk. Een bekende halfgod was Hercules. Hij was de zoon van Zeus en een prinses. Veel goden en helden kan je nu nog veel tegenkomen, zoals bij de voetbalclub Ajax. Ajax was een Griekse held. Of bij Nike sportaccessoires, die zijn vernoemd naar de Griekse Godin Nike.

Hoofdstuk 6: GRIEKSE MYTHEN

De oude Grieken kenden veel verhalen over hun goden en helden. Zo’n verhaal wordt een mythe genoemd. De oude Grieken waren dol op die verhalen en nu doen kunstenaars, schrijvers en musici veel inspiratie met de mythen. Mythen gingen vooral over gevoelens, oorlog of over onderwerpen waar ze niet van weten hoe het is ontstaan zoals de zon, bliksem, maan en sterren. In mythen probeerden ze daarop antwoord te geven. Net als de meeste sprookjes kan je wat leren van mythen.

  • VERHALEN
  • Demeter en Persefone

De godin van de gewassen Demeter had een mooie dochter genaamd Persefone. Helaas werd  Persefone ontvoerd door Hades (god van de onderwereld) en was Demeter erg verdrietig. Oppergod Zeus haalde Hades over om Persefone om de zes maanden aan Demeter te geven. De maanden wanneer Persefone bij Hades was, was het herfst en winter. Als Persefone bij Demeter was, was het lente en zomer.

  • Eros en Psyché

De liefdesgodin Aphrodite en de oorlogsgod Ares kregen een zoon genaamd Eros. Hij was een liefdesgod en hiel zijn moeder. Eros had een pijl en als je door die pijl werd geraakt, werd je smoorverliefd. Op een dag vroeg Aphrodite aan Eros om een knap meisje Psyché te treffen met één van zijn pijlen zodat ze verliefd werd op een lelijke man. Aphrodite was namelijk erg jaloers op Psyché. Toen Eros de knappe Psyché zag, raakte hij in de war en raakte daardoor zelf zijn pijl. Toen werd Eros smoorverliefd op Psyché. Eros herkennen we in het woord erotisch en Psyché in het woord psychologie.

  • Hercules

De liefdesgodin Aphrodite en de oorlogsgod Ares kregen een zoon genaamd Eros. Hij was een liefdesgod en hiel zijn moeder. Eros had een pijl en als je door die pijl werd geraakt, werd je smoorverliefd. Op een dag vroeg Aphrodite aan Eros om een knap meisje Psyché te treffen met één van zijn pijlen zodat ze verliefd werd op een lelijke man. Aphrodite was namelijk erg jaloers op Psyché. Toen Eros de knappe Psyché zag, raakte hij in de war en raakte daardoor zelf zijn pijl. Toen werd Eros smoorverliefd op Psyché. Eros herkennen we in het woord erotisch en Psyché in het woord psychologie.

  • Hercules

Hercules was een held en halfgod. Omdat hij zijn vrouw had vermoord moest hij twaalf taken vervullen. Eén van die taken was een leeuw doden die zó harde vacht had dat er geen wapen doorheen kon. Hercules gebruikte zijn vuist om het beest te verslaan. Toen Hercules alle twaalf taken had voltooid, was al zijn schulden weg.

  • Theseus en de Minotaurus

Theseus was de zoon van Aegeus, de koning van Athene. Theseus moest elk jaar zeven jongens en meisjes voeren aan de Minotaurus, een half stier, half mens, tenzij Theseus met Ariadne de Minotaurus doodde. De liefdesgodin Aphrodite zorgde ervoor dat Theseus op Ariadne verliefd werd en toen gingen ze samen naar de doolhof. Ze namen een wollen draad mee die de heenweg volgde zodat ze de terugweg konden vinden. Het lukte Theseus om de Minotaurus te doden en met Ariadne ging hij weer terug naar Athene.

  • Het paard van Troje
De Grieken en de inwoners van Troje, een stad dat zich nu in Turkije bevind, hadden oorlog dat was ontstaan door de Trojaanse koning Paris die de vrouw van de Griekse staat Sparta had meegenomen naar zijn stad. De koning van Sparta wou zijn vrouw terug en voer oorlog tegen de Trojanen. Na tien jaar oorlog bedachten de Grieken een plan. Ze bouwden een houten paard waarom ze zich verstopten en gaven get aan de Trojanen. Zo leek het of ze zich overgaven en een vredespaard geven. Het plan lukte en in de avond kwamen de Grieken uit het paard en veroverde Troje

Er waren nog veel meer mythen. Toen de Romeinen Griekenland veroverde strekte de mythen zich uit over heel Europa.

REACTIES

H.

H.

hoi

5 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.