Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Verschillen van de bestaansmiddelen in de rijke droge gebieden en de arme droge gebieden

Beoordeling 5.8
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 2842 woorden
  • 9 augustus 2005
  • 144 keer beoordeeld
Cijfer 5.8
144 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
inhoudsopgave Voorwoord
Inleiding
Samenvatting
Conclusie
Nawoord
Bronvermelding Voorwoord Dit werkstuk gaat over de verschillen van de bestaansmiddelen in de rijke droge gebieden en de arme droge gebieden. En over welke technieken de arme landen toepassen het gaat ook nog over Inleiding Hoofdvraag Op welke manier hebben de bewoners van de droge, arme gebieden rond de Sahara zich aangepast aan de droogte en wat zijn de verschillen met rijke landen? Deelvragen  Wat zijn de bestaansmiddelen van de mensen die rond de Sahara leven?  Wat is hun ontwikkelingspeil?  Welke soorten bronnen zijn er in de woestijn?  Hoe overleven de bewoners van de Sahara een lange droogteperiode  Hoe breidt de woestijn zich uit?  Wat zijn de gevolgen van een sterke bevolkingsgroei?  Wat is verzilting en wat kun je er tegen doen?  Wat zijn de verschillen tussen de aanpak van waterproblemen in rijke droge gebieden en arme droge gebieden?
Hypothese De bewoners van de Sahara gebruiken maar een kleine hoeveelheid water. Ze hebben ook alleen vee dat geschikt is om te overleven in droge gebieden. Als het voedsel op een plek op is trekken ze rond naar een ander gebied. Ook doen ze er aan akker bouw. Samenvatting Midden in de woestijn groeien geen planten er is allen maar zand. Maar naar de randen van de woestijn toe is het een beetje vochtiger en beginnen er planten te groeien. De woestijn veranderd in een steppe met dorre graspollen. Daar wonnen de Sahara bewoners die elke dag bewijzen dat je niet rijk hoeft te zijn om in zulke gebieden te overleven. Ze hebben hun levens wijze aangepast aan de droogte. Het overleven wordt wel steeds moeilijker vooral als er geen regen valt en de oogst mislukt. Vroeger viel het best mee want toen waren er nog niet zoveel mensen maar juist in de ontwikkelingslanden groeit de bevolking snel dat is ook het geval in de Sahara en met elke inwoner die erbij komt groeit het probleem . Een kenmerk van arme ontwikkelingslanden is dat de meeste mensen zelf hun eigen voedsel produceren. Dat heet zelfverzorging. Ze eten hun eigen vee dat heet zelfverzorgende veeteelt. Ze eten ook hun eigen dadels van hun eigen palmen en het graan van hun eigen akkers. Als er wat overblijft, verkopen ze dat op de markt met het geld ze verdienen kopen ze andere dingen. De veetelers die in de woestijn wonen en geen vaste woonplaats hebben heten nomaden. Ze trekken rond met hun kudde. Hun vee bestaat uit kamelen, schapen, en geiten. Die dieren halen hun water uit dorre planten ze dus heel geschikt voor droge gebieden. In de woestijn vind je ook oase er zijn twee soorten: rivieroasen en bronoasen. Bij een rivier oase zorgt een rivier voor de aanvoer van water uit arme en droge gebieden. Er is maar een rivier in de Sahara die heel het jaar water heeft dat is de Nijl. De Nijl is de grootste rivieroase van de hele wereld alle andere oasen staan tien of elf maanden per jaar droog. Rivier oasen noem je ook wel wadi’s, die ontspringen in de bergen. Langs de wadi’s zijn dorpen gebouwd. Als die is uitgedroogd graven ze waterputten in de rivierbedding. Het water zit daar niet diep. Het water wordt door eenvoudige middelen naar boven gebracht. Die woestijn bewoners gaan heel zuinig om met energie. Als kind zijn ze opgegroeid met hoe ze zuinig met water om moeten gaan. Ze hergebruiken hun afval steeds opnieuw bijvoorbeeld voor het koken en het wassen van gewassen voor het vee. Ze vangen het regenwater op en hebben ook een heel slim irrigatie systeem. Die is aangelegd van kanaaltjes en dammetjes. Heel precies is vastgelegd welke waterrechten hebben. Ook is vastgelegd en hoe hoeveel water iemand mag aftappen. En op welk moment hij dat mag. ’s zomers zijn er heel vaak tekorten. Er wordt daar ook precies bijgehouden hoeveel water iemand gebruikt. Als er hoog in de bergen water valt. Zakt het water weg in een water doorlatende laag, boven die laag ligt een harde, niet-doorlatende laag het water kan dus niet door zich zelf naar de oppervlakte. Maar het staat wel onder druk. Net als het water in een waterleidingbuis want, als je daar een gat in maakt spuit het water eruit. Er gebeurt precies hetzelfde als je door een niet- doorlatende laag een put slaat. Alleen komt daar het water alleen maar omhoog. Zo’n bron heet een artesische bron. In een oaseland zijn dadels een belangrijk voedingsmiddel. Oman is een plaats op het Arabische schiereiland Saoedi-Arabië. Het is een land waar veel dadels worden gekweekt. De dadelpalmen groeien beter als ze met hun palmen in de zon staan en met hun wortels in het water. In de oasen groeien ook veel palmoliebomen, olijven, vijgen, granaatappels en abrikozenbomen. Onder en tussen de fruitbomen zijn er kleine akkertjes en moestuintjes met gewassen als gerst, tarwe en allerlei groente. Ook verbouwen de boeren voor het vee voedergewassen. Het vee levert mest op om de akkers vruchtbaar te houden. Veeteelt en akkerbouw zijn dus helemaal op elkaar afgestemd. Veel mensen zijn van het armoedige bestaan in de oase ontvlucht. Ze zijn naar de stad of het buitenland verhuist. Maar er komen ook weer mensen terug naar de oase. Dat komt omdat ze genoeg geld in de stad hebben verdiend. Ze maken soms ook geld over naar de familie. Met dat geld worden nieuwe bedrijven opgezet. De boeren halen het water met hun eigen dieselpompen boven de grond. Ze hebben dus geen strenge waterregels meer. De komst van de bedrijven heeft voor en nadelen. Voordeel: de woestijn bloeit weer. Nadeel: als er te veel water wordt gewonnen raken de waterputten. Als dat gebeurt zijn de mensen helemaal afhankelijk van neerslag. Als het regent proberen ze de regen op te vangen. Als er reliëf is gaat dat makkelijker. De helling wordt dan door kleine dammetjes verdeeld elk zo’n 750 vierkante meter. Boven worden alle stenen weggehaald, zodat het zo glad mogelijk is. Als het dan gaat regenen kan het water nauwelijks wegzakken. Het stroomt naar beneden en wordt opgevangen bij het dammetje, daar verbouwen ze hun gewassen. Er geen intensieve landbouw. De natuur stelt duidelijk grenzen. Er zijn ook jaren dat er geen regen valt. Als dat gebeurt ontstaan er grote problemen een ervan is dat de oogst mislukt. I de jaren zeventig en in de jaren zestig van de vorige eeuw in de Sahel duizenden mensen van de honger. De inwoners hebben verschillende manieren bedacht om te overleven. Een familie op het platteland van Mali vertelt wat hun hebben gedaan om te overleven. Mamadou vertelt: Oumar mijn zoon kan goed weven hij bleef bijna de hele jaar in Mopti. Daar weefde hij dekens voor de uitzet van meisjes. Ook mijn nichtje Aisha ging naar de stad Mopti om klusjes te doen bij andere mensen. Ze deed bijvoorbeeld: de was of stampte het graan. Ze verdiende zo wat geld. Mijn schoondochter Aminata verzamelde graan en bladeren van de apenbroodboom in de natuur. Die verkochten we op de markt net als de het hout dat Adama had gesprokkeld. Zo droeg iedereen zijn steentje bij. Van het geld dat we verdiende kochten we andere etenswaren. Soms hadden we honger maar we bleven gezond. Maar als er te veel mensen bij komen zijn er niet meer genoeg bestaansmiddelen voor iedereen. Meer mensen is meer vee dat betekend dat al het gras op wordt gegeten. Als ook de wortels worden opgegeten dan hebben de planten geen kans meer om terug te groeien. Dat noemt men verwoestijning. Het betekent ook nog dat alle landbouwgrond nog in gebruik is. De boeren hopen op genoeg zaaigoed en voldoende neerslag. Als het mis gaat dan ligt de akker er kaal bij. Het gevolg is dat de wind weer vrij spel heeft en dat de woestijn weer groter wordt. Wat ze tegen de verwoestijning is minder druk op de grond uit oefenen. Dus minder vee en minder akkers. Dat kan alleen als er andere bestaansmiddelen zijn maar die zijn er niet. Bij een rijk land bijvoorbeeld de VS bouwden ze gewoon een gokstad in de woestijn. Ze bouwden ook een pretpark zoals Disneyland bij Los Angelos. Maar in de Sahara kan dat niet omdat daar te weinig mensen wonen. De meeste woestijnbewoners verhuizen naar een andere plek of een ander land. Wat een groot gevaar is voor die droge gebieden is verzilting. Hoe droger het is hoe groter de kans op verzilting is. Dat gebeurt als het water de grond in zakt want, de grond zit altijd vol zouten. Als de temperatuur hoog is en de lucht droog dan gaat het water een beetje stijgen en verdampt het. Als de zouten komen dan op de grond terecht. Ze vormen daar een korst waardoor de grond zout wordt. De grond kan dan niet meer voor de landbouw gebruikt worden. Jaarlijks raken enkele miljoenen hectare verzilt. Er is een manier om verzilting tegen te gaan en dat is dat er precies genoeg water wordt gegeven en geen druppel te veel. Zo kan er geen water verdampen en komt het zout dus ook niet naar de oppervlakte. Die techniek noemen we druppel irrigatie. Zulke technieken zijn te duur voor de ontwikkelingslanden. Conclusie Toetsing van de hypothese: Een van de aanpassingen van arme ontwikkelingslanden is dat de meeste mensen zelf hun eigen voedsel produceren. Dat heet zelfverzorging. Ze eten hun eigen vee dat heet zelfverzorgende veeteelt. Ze eten ook hun eigen dadels van hun eigen palmen en het graan van hun eigen akkers. Als er wat van hun voedsel overblijft, verkopen ze dat op de markt met het geld dat ze daaraan verdienen kopen ze andere dingen zoals voedsel dat ze nog niet hebben. De veetelers die in de woestijn wonen zonder een vaste woonplaats heten nomaden. Als kind zijn de Sahara bewoners opgegroeid met hoe ze zuinig met water om moeten gaan. Ze hergebruiken hun afval steeds opnieuw bijvoorbeeld voor het koken en het wassen van gewassen voor het vee. Ze vangen het regenwater op en hebben ook een heel slimme irrigatie systeem. Die is aangelegd van kanaaltjes en dammetjes. Heel precies is er vastgelegd welke waterrechten ze hebben. Ook is er vastgelegd hoeveel water iemand mag aftappen. En op welk moment hij of zij dat mag. ’s zomers zijn er heel vaak tekorten. Er wordt daar ook precies bijgehouden hoeveel water iemand gebruikt. De boeren halen het water met hun eigen dieselpompen boven de grond. Ze hebben dus geen strenge waterregels meer. Op andere plekken proberen ze het regentwater op te vangen als het regent. Als er reliëf is gaat dat makkelijker. De helling wordt dan door kleine dammetjes verdeeld elk zo’n 750 vierkante meter. Eerst worden alle stenen weggehaald, zodat het zo glad mogelijk is. Als het dan gaat regenen kan het water nauwelijks wegzakken. Het stroomt naar beneden en wordt opgevangen bij het dammetje, bij die dammen verbouwen ze hun gewassen. De verschillen met d rijke landen zijn dat de rijke landen allemaal dure technieken toepassen . een paar van die technieken zijn druppelirrigatie, waterleidingen naar de woestijn aanleggen en of er een stad bouwen die veel bezoekers trekt. Antwoord deelvragen: Wat zijn de bestaansmiddelen van de mensen die rond de Sahara leven? Een kenmerk van arme ontwikkelingslanden is dat de meeste mensen zelf hun eigen voedsel produceren. Dat noemen we zelfverzorging. Ze eten hun eigen vee dat noemen we zelfverzorgende veeteelt. Ze eten ook hun eigen dadels van hun eigen palmbomen en het graan van hun eigen akkers. Als er wat overblijft, verkopen ze dat op de markt met het geld ze verdienen kopen ze andere dingen. Zoals ander voedsel en of kleding
Wat is het ontwikkelingspeil van de mensen die in de Sahara wonen? Het ontwikkelingspeil van de ontwikkelingslanden rond de Sahara is er laag. Dat komt doordat de welvaart erg laag is en er is ook niet genoeg geld om nieuwe bedrijven te bouwen zodat de welvaart stijgt. Het ligt ook voor een deel aan hoe warm het daar is want, als het daar kouder was en er meer neerslag zou vallen dan zou het ontwikkelingspeil veel hoger zijn. Welke soorten bronnen zijn er in de woestijn? In de woestijn vind je ook oase er zijn twee soorten: rivieroasen en bronoasen. Bij een rivier oase zorgt een rivier voor de aanvoer van water uit arme en droge gebieden. Er is maar een rivier in de Sahara die heel het jaar water heeft dat is de Nijl. De Nijl is de grootste rivieroase van de hele wereld alle andere oasen staan tien of elf maanden per jaar droog. Rivier oasen noem je ook wel wadi’s. Rivier oasen ontspringen in de bergen. Langs de wadi’s zijn dorpen gebouwd. Als die is uitgedroogd graven ze waterputten in de rivierbedding. Het water zit daar niet diep. Het water wordt door eenvoudige middelen naar boven gebracht. Een andere bron is een artesische bron. Als er hoog in de bergen water valt. Zakt het water weg in een water doorlatende laag, boven die laag ligt een harde, niet-doorlatende laag het water kan dus niet door zich zelf naar de oppervlakte. Maar het staat wel onder druk. Net als het water in een waterleidingbuis want, als je daar een gat in maakt spuit het water eruit. Er gebeurt precies hetzelfde als je door een niet- doorlatende laag een put slaat. Hoe overleven de bewoners van de Sahara een lange droogteperiode? De bewoners van de Sahara overleven de droogteperiode doordat de meeste mensen naar de stad trekken. In de stad doen ze klusjes voor andere mensen zoals de was, afwas,schoonmaken, graan stampen. Ze maken bijvoorbeeld kleren, dekens, schoenen. De spullen die ze maken verkopen ze op de markt. Met het geld dat ze daaraan verdienen kopen ze voedsel en een deel geven ze aan de familie. Hoe breidt de woestijn zich uit? Als er te veel mensen in de woestijn bij komen zijn er niet meer genoeg bestaansmiddelen voor iedereen. Hoe meer mensen hoe meer vee. Als er te vee is betekend dat al het gras op wordt gegeten ook de wortels. Als ook de wortels worden opgegeten dan hebben de planten geen kans meer om terug te groeien. Dat noemt men verwoestijning. Als dan ook nog alle landbouwgrond in gebruik als het mis gaat dan ligt de akker er kaal bij. Het gevolg is dat de wind weer vrij spel heeft en dat de woestijn weer groter wordt. Wat ze tegen de verwoestijning is minder druk op de grond uit oefenen. Dus minder vee en minder akkers. Dat kan alleen als er andere bestaansmiddelen zijn maar die zijn er niet. Wat zijn de gevolgen van een sterke bevolkingsgroei? De gevolgen van een sterke bevolkingsgroei zijn: er komen steeds meer mensen bij en voor al die mensen is er ook voedsel nodig. Die mensen krijgen ook allemaal vee. Als er meer vee komt dan worden de planten tot de wortels opgegeten en, hebben ze geen kans meer om terug te groeien. Een ander gevolg is dat er meer grond in gebruik is en als er teveel regen valt dan mislukt de oogst en komt er zout op de grond. Wat is verzilting en wat kun je er tegen doen? Wat een groot gevaar is voor die droge gebieden is verzilting. Hoe droger het is hoe groter de kans op verzilting is. Dat gebeurt als het water de grond in zakt want, de grond zit altijd vol zouten. Als de temperatuur hoog is en de lucht droog dan gaat het water een beetje stijgen en verdampt het. De zouten komen dan op de grond terecht. Ze vormen daar een korst waardoor de grond zout wordt. De grond kan dan niet meer voor de landbouw gebruikt worden. Jaarlijks raken enkele miljoenen hectare verzilt. Er is een manier om verzilting tegen te gaan en dat is dat er precies genoeg water wordt gegeven en geen druppel te veel. Zo kan er geen water verdampen en komt het zout dus ook niet naar de oppervlakte. Die techniek noemen we druppel irrigatie. Zulke technieken zijn te duur voor de ontwikkelingslanden. Wat zijn de verschillen tussen de aanpak van waterproblemen in rijke droge gebieden en arme droge gebieden? De verschillen tussen de waterproblemen in rijke droge gebieden en arme droge gebieden zijn dat er in de rijke gebieden betere technieken kunnen worden toegepast en dat kan niet in de armen gebieden. In de rijke gebieden leggen ze aquaducten aan of ze bouwen er waterleidingen en kanalen naar toe. In de rijke gebieden kunnen ze ook gebruik maken van druppelirrigatie. In de arme en droge gebieden graven mensen putten dwars door de laag die het water niet toelaat en, ze gebruik een slimme techniek de mensen houden bij hoeveel water iedereen gebruikt en wanneer zodat iedereen maar een beperkt aantal water gebruikt.
Nawoord Wat er tegenviel: er viel eigenlijk niets tegen want alle antwoorden stonden in het boek
Wat meeviel: de uitwerking van de bronnen want bijna alles stond letterlijk in de tekst. Ook viel voor de rest alles mee Bronvermelding Internet Boek
www.google.nl (plaatjes) Het aardrijkskunde boek

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.