Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

grafieken met de vu-grafiek

Beoordeling 4.1
Foto van een scholier
  • Opdracht door een scholier
  • 4e klas vwo | 288 woorden
  • 24 december 2004
  • 99 keer beoordeeld
Cijfer 4.1
99 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Nieuw seizoen Studententijd de podcast!

Studenten Joes, Tess en Annemoon zijn terug en bespreken alles wat jij wilt weten over het studentenleven. Ze hebben het onder andere over lentekriebels, studeren, backpacken, porno kijken, datediners, overthinken, break-ups en nog veel meer. Vanaf nu te luisteren via Spotify en andere podcast-apps! 

Luister nu
Opdracht 1 f(x)=0.5x3-3x2+30 en 9(x)=6x
a) Snijpunten: a=–3 b= 4 en c=5 berekening: a.) 5 * (-3)3 –3*(-3)2-3.5*-3+30 = 0
berekening b.) 0.5*43 -3*42 -3.5* 4 +30 = 0
berekening c.) 0.5*53 -3*52 -3.5* 5 +30 = 0
b) vensterinstelling
x min = -5
x max= 10
y min = -35
y max = 55 het nadeel is dat de vormen veranderen. c) snijpunt 1 = (-3.66 , -21.96) snijpunt 2 = (2.19 , 13.16) snijpunt 3 =(7.47 , 44.81) opdracht 2 y=6x+b

a) b) aantal grafieken : 8 opdracht 3 y=AX3 – X2 +X
a.) waarden van a :tussen -5 en 5
b.) c.) a= 0.25
d) a= 0.5 opdracht 4 a) f(x) = a(x^2-x) als je de warden van ‘a’ veranderd, word de grafiek bij x < 0 een bergparabool, en bij x > 0 een dalparabool, en bij x=0 komt er helemaal geen grafiek. b) negatief getal à bergparabool
positief getal à dalparabool
x=0.... dat kan geen grafiek vormen
a(0^2-0) c) voor a= 2.5 gaat de grafiek door het punt (3,15) d) de exacte waarde van a is ook 2.5 opdracht 5 a )Je moet voor a elk getal invullen bijvoorbeeld 1,2,3,4, -1, dan zie je dat elke grafiek -3.5 snijdt. Dat zie je ook in de tabel : x= -3.5, Y1= 0, Y2 = 0. je kunt het ook zo uitrekenen : 2/1 + 1/(x+3) ( de / is een hoizontale streep) 2X = -7 X = - 3,5
b) Dan worden de waardes heel groot negatief of heel groot positief. c) bijv. -3. 01 voor X, a = 1,
opdracht 6 a) 30 * 3.6 = 108 km per uur. b) 30 m/s 400 s : 30 = 13.3 s
c) de cheeta bouwt zijn snelheid dus zeker niet de zwarte lijn. Hij loopt regelmatig dus ook niet de groene lijn. het is dus de paarse lijn want je ziet dat hij de snelheid opbouwt opdracht 7 a) 250 is de beginafstand 250+ 19,4 = 1.9t ^ 1,8
dan blijft 250 over.. b) de helling is gelijk
c) ongeveer 34 seconden opdracht 8 b) de twee momenten waarop de zebra en cheeta gelijke snelheid hebben
c) (meer dan) 137 meter

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.