De middeleeuwen

Beoordeling 4.6
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • groep 7 | 860 woorden
  • 26 mei 2001
  • 300 keer beoordeeld
Cijfer 4.6
300 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Nieuw seizoen Studententijd de podcast!

Studenten Joes, Tess en Annemoon zijn terug en bespreken alles wat jij wilt weten over het studentenleven. Ze hebben het onder andere over lentekriebels, studeren, backpacken, porno kijken, datediners, overthinken, break-ups en nog veel meer. Vanaf nu te luisteren via Spotify en andere podcast-apps! 

Luister nu
De Inleiding

Ik vond het leuk om te maken.
Zoals je ziet is het een mooi werkstuk geworden.
En daar ben ik blij om ook!

1 de stad.

De eerste steden ontstonden duizenden jaren geleden.
Dat gebeurde op plaatsen waar de grond vruchtbaar is en veel mensen langs komen.
Opeen gegeven moment gingen de mensen de taken verdelen de één ging jagen weer een ander ging brood bakken éénander ging wapens maken enz, enz.
Die mannen heten ambachtslieden (daar vertel ik nog over in hoofstuk 3).

Er was in elke stad wel een keer en markt.
Daar konden de ambachtslieden hun spullen ruilen tegen vlees, brood en wijn.
Soms ontstonden er ook markten rond een tempel of een kasteel(een tempel is een plaats waar de mensen bidden voor de goden).
Elke stad had een hoofdweg die weg leiden bijna altijd naar het marktplein.
In de kerk werd warm en koud water toegevoerd via buizen van uigeholde bomen.
In de kerk waren ook sport en rustruimtes.
Die vloeren waren de vloeren meestal belegd met dure mozaïeken.
Om de kerk waren allemaal rondjes van huizen gebouwd met kleine weggetjes die naar de kerk leiden en naar de stadspoort.
De wegen waren nog niet van asfalt maar van gewoon plat gelopen zand er zat ook nog een gul in die weg om het regen water weg te laten stromen naar de rivier. 2
Over die gul lagen planken zodat je er niet in kon stappen.

2 Hoe bouwden middeleeuwerhuizen.

De middeleeuwers gebruikten stokken, klei met gedroogd riet erdoorheen.

Eerst vlochten de mensen muren van de stokken als ze er vier hadden maakten ze de muren vast met stukken touw.
Daarna gingen ze de muren in smeren met leem(dat is klei met gedoogd riet erdoorheen).
Op de hoeken het meest want anders regent het naar binnen.
Het dak werd gemaakt van een skelet(dat zijn een paar balken waar over moet gewerkt) daar deden ze gedroogd riet op.
Op dat riet werden stenen gelegd.
Die stenen lagen daar op om dat als er een stevig briesje staat dan waait het riet van het dak.

3 ambachtslieden en kooplieden.

In één stad was de bijna helft van de mannen ambachtslieden.
Mensen die hetzelfde werk deden woonden dan ook vaak dicht bij elkaar.
In de meeste steden werden er per week 2 a 3 keer een markt gehouden.
Daar konden de ambachtslieden met hun waar ruilen en verkopen.
De dorpelingen kochten er meestal graan, vee, brandhout, eieren en melk van de boeren buiten de stad.
Die zelfde boeren kochten van hen dan weer brood, bier, kaarsen, aardewerk, schoenen, wapens en kleren.
De meeste mensen hadden geen ovens alleen rijke mensen hadden ovens.

Dus de arme mensen brachten hun deeg naar het bakkersgilde daar werd het gebakken.
Alle spullen werden in grote getallen verkocht bijvoorbeeld het graan werd verkocht per schepel(dat is 28 liter), de wijn kon je per anker kopen dat is
39 liter maar ook per mengel dat is 1 liter, het brandhout werd per centenaar dat is 50 kilogram.
Kazen werden hoe groot ze ook waren opgesneden verkocht.
de gilden spraken af waar en wanneer en hoe lang de markten gehouden werden.
Als de marktbel nog niet was gegaan mocht er nog niet gehandeld worden.
Als er iemand een misdaad had gepleegd dan werd de straf vergeleken met de misdaad.
Bijvoorbeeld als er een man water gestolen had moest hij met een lekende emmer op zijn kop door de stad lopen en dan mocht iedereen water in die emmer gooien en als een koopman verkeerde wijn verkocht dan moest hij er zelf van drinken en wat er over bleef werd over hem leeggegooid.
Dat werd dus nieuwe kleren kopen.

4 de markt

In de middeleeuwen werd er 2 a 3 keer per week markt gehouden.
De ambachtslieden regelden de markten altijd waar en wanneer en hoe laat.

Daar werd alles geruild: linnen, brandhout, wijn, eieren, wapens enz.
De dorpelingen kochten meestal graan, vee, brandhout, eieren en melk van de boeren die buiten de stad wonen.
Diezelfde boeren kochten dan weer van hen brood, bier, kaarsen, aardewerk, schoenen, wapens en kleren.
Alle spullen werden in grote getallen verkocht graan werd per schepel verkocht dat is 28 liter, wijn werd per anker verkocht dat is 39 liter maar ook per mengel dat is 1 liter, brandhout werd per centenaar verkocht dat is 50 kilogram.
Kazen werden hoe groot ze ook waren ongesneden verkocht.
Als de marktbel nog niet was gegaan dan mocht je nog niet handelen.
Als iemand een misdaad had gepleegd dan had zijn straf er mee te maken bijvoorbeeld als iemand water had gestolen dan moest hij de helle dag met een lekkende emmer op zijn kop lopen en als een koopman verkeert wijn had verkocht had dan moest hij daar van drinken en wat overbleef dat werd over hem leeggegooid.
Dat werd nieuwe kleren kopen.

De boekenlijstkleintje

Ik heb niet zoveel boeken gebruikt daarom heb ik achter de boeken lijst kleintje gezet.
Maar ik heb wel veel informatie uit deze boeken gehaald dat kun je waarschijnlijk wel zien.
Dit zijn de boeken die ik gebruikt heb voor dit werkstuk.

Zo was het in de middeleeuwen!

De stad door de eeuwen heen!

Ik hoop dat je het een leuk werkstuk vond.

REACTIES

A.

A.

hallo koen.
ik ben anike en zit in 2a van vwo.
Ik moest een werkstuk maken over de verschillen van steden van nu en toen. aan je werkstuk heb ik best veel gehad. dat wou ik ff zeggen.

22 jaar geleden

K.

K.

heeel goed gedaan ik heb er veel aan gehad dankjewel he

22 jaar geleden

P.

P.

echt bedankt man nu heb ik een 9 en half.

dag.

21 jaar geleden

M.

M.

ik heb er niet veel aan gehad en je moet echt een betere tekst maken de volgende keer!!! xussies melanie

21 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.