Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Het bittere kruid door Marga Minco

Beoordeling 7.1
Foto van een scholier
Boekcover Het bittere kruid
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 3199 woorden
  • 5 februari 2007
  • 140 keer beoordeeld
Cijfer 7.1
140 keer beoordeeld

Boekcover Het bittere kruid
Shadow

In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerheid en angst. Zelfs als de bezetter toeslaat, blijft er nog een spoor van hoop om aan het lot te ontkomen. Met kleine middelen roept de schrijfster een sfeer op van dreiging, ongegronde hoop …

In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerhe…

In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerheid en angst. Zelfs als de bezetter toeslaat, blijft er nog een spoor van hoop om aan het lot te ontkomen. Met kleine middelen roept de schrijfster een sfeer op van dreiging, ongegronde hoop en verwachting, die precies weergeeft wat in die jaren in de harten van de vervolgden leefde. Sober omslag, duidelijke druk.

Het bittere kruid door Marga Minco
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Samenvatting Het verhaal begint in 1939 als de Duitsers Nederland binnenvallen. De vrouwelijke ik-persoon komt met haar ouders in Breda terug. Ze waren net tijdelijk geëvacueerd vanwege de inval. Haar vader vindt het niet nodig dat ze onderduiken, ook al is haar familie Joods. De ik-persoon denkt echter terug aan de tijd toen ze jonger was en denkt aan hoe ze toen al gepest werd omdat ze van Joodse afkomst was. De ik-persoon wordt ziek en tegelijkertijd verhuist de familie naar Amersfoort, waar al haar broer en diens vrouw Lotte wonen. Op een dag komt vader thuis met sterren die alle Joden dragen moeten. Ze zijn allen blij met deze gebeurtenis. Het blijft echter niet bij alleen sterren; vader en Dave krijgen een oproep voor een werkkamp. Ze gaan niet, omdat vader een huidaandoening heeft en Dave net doet alsof hij een ziekte heeft door iets te gebruiken dat in een vreemd flesje zit. Op een gegeven moment komt het buurmeisje, dat niet Joods is, van de ik-persoon langs en zegt dat ze een aantal spullen van de ik-persoon mooi vindt. Die antwoordt daarop dat het buurmeisje ze mee kan nemen, omdat zij er waarschijnlijk toch geen gebruik meer van kan maken. Nog duiken ze niet onder, ondanks alle razzia’s die plaatsvinden, waar zelfs de zus van de ik-persoon bij opgepakt wordt. Weer komt er een oproep, maar nu voor allen. De ik-persoon, Dave en Lotte komen er onderuit door een attest van de dokter die de ik-persoon en Dave nog steeds ziek verklaart, hoewel ze dat eigenlijk niet zijn. Lotte mag dan blijven om hen te verzorgen. Vader en moeder moeten wel weg. Zij gaan naar een getto in Amsterdam. Op een dag besluit de ik-persoon om haar ouders op te gaan zoeken in Amsterdam Ook al was dat in die tijd levensgevaarlijk geworden voor Joodse mensen. In Amsterdam aangekomen besluit ze daar een tijdje te blijven. Tijdens haar bezoek komt er echter een inval in haar ouderlijk huis. Haar ouders worden opgepakt, de ik-figuur niet omdat ze nog net door de achterdeur kon ontsnappen. Helaas hangt haar jas dan nog in het huis met daarin haar identiteitspas. Daardoor weten de Duitsers alles van haar wat ze weten moeten en is de ik-figuur haar leven dus niet meer zeker. Ze besluit naar Dave en Lotte te gaan op de Weteringschans, die sinds enkele dagen al ondergedoken waren. Ze laat nu haar haren bleken en ondergaat als het ware een metamorfose. Weer gaat ze met de trein, nu naar Utrecht. Lotte en Dave worden echter opgepakt op het station en de ik-persoon is nu dus nog in haar eentje over. Ze gaat maar weer naar Amsterdam en daar helpt Wout, een kennis, haar een onderduikadres te vinden. Gedurende het einde van de oorlog wisselde de ik-persoon nog een aantal keren van onderduikadres. Na de oorlog besluit de ik-persoon haar en oom en tante op te zoeken in Zeist. Zij waren echter tijdens de oorlog niet opgepakt, omdat de familie van haar tante niet-joods is. Als ze aankomt, ziet ze haar oom bij de tramhalte staan en is ze dus blij dat hij haar opwacht. Maar dat doet hij echter niet alleen op die dag, maar op elke dag van de week. Hij kan het verdriet van de dood van zijn broer en de rest van de familie niet verwerken. Daardoor gaat die oom tenslotte ook nog dood. Bron: http://www.scholieren.com/boekverslagen/11656 Titelverklaring De titel De titel van het boek ‘Het bittere kruid’ heeft meerdere betekenissen. Deze zijn zowel letterlijk als figuurlijk op te vatten. In een hoofdstuk in het boek dat de zelfde titel heeft, heeft de ik-persoon intrek genomen in het onderduikadres van haar broer Dave en zijn vrouw Lotte. Doordat de ik-persoon èn Lotte èn Dave hun haren gebleekt hadden om een nieuw ‘niet Joods’ uiterlijk te krijgen, viel dit op. Daardoor konden ze er niet meer blijven. Citaat: ‘Ik weet een adres in Utrecht,’zei Dave, ‘daar kunnen we zeker terecht.’ ‘Het is te hopen,’ zei Lotte,‘want waar moeten we anders naar toe?’ ‘Er staan nog deuren genoeg voor ons open,’meende Dave. Aan die deuren moest ik denken, toen ik die nacht in bed lag en niet slapen kon. Ik dacht aan de deur die ik op Seideravond (= de eerste twee avonden van het paasfeest, waarop de uittocht uit Egypte symbolisch gevierd wordt) altijd open mocht zetten, opdat de vermoeide vreemdeling kon zien dat hij welkom was en mee aan mocht zitten aan onze tafel. Ieder jaar hoopte ik dat er iemand binnen zou komen, maar het gebeurde nooit. En ik dacht aan de vragen die ik als jongste moest stellen. ‘Manisjtanno, halajlo, hazee. Waarom is deze nacht anders dan alle andere nachten en waarom eten wij ongezuurd brood en bittere kruiden…?’ Dan verhaalde mijn vader op zangerige toon van de uittocht uit Egypte en wij aten van het ongezuurde brood en het bittere kruid, opdat wij het nog zouden proeven –tot in de lengte van dagen. In dit citaat hebben ze het over het bittere kruid, iets eetbaars. In het Jodendom is het een gebruik om voor de maaltijd bittere kruiden te eten, als herdenking aan de uittocht in Egypte. Zo zou de titel ook de betekenis kunnen hebben van het bittere van de uittocht uit Egypte. Omdat dit in het boek eigenlijk weer het geval is, maar nu worden de Joden uit de wereld ‘verjagen’. En verder heeft de titel ook nog de betekenis van ‘het bittere’ dat haar familie nooit terug zal keren.
Ondertitel: De ondertitel ‘Een kleine kroniek’ heeft te maken met de betekenis van het woord ‘kroniek’. Volgens het (online) woordenboek www.vandale.nl heeft een kroniek de betekenis: verhaal van of boek met chronologisch geordende gedenkwaardige feiten. Een kroniek is dus een verhaal of boek die op volgorde van de tijd is geschreven. Dit boek heeft dat ook. Het begint namelijk in 1939 aan het begin van de Tweedewereldoorlog en eindigt bij de Bevrijding. Omdat het geen dik boek is, slechts 79 pagina’s, is het vanzelfsprekend dat het boek als ondertitel ‘een kleine kroniek’ heeft. Motto: Er rijdt door mijn hoofd een trein
Vol joden, ik leg het verleden
Als een wissel om… Dit motto heeft de schrijfster vrijwel zeker gekozen, omdat ze de droefenis van de oorlog, al het verdriet, achter zich wil laten en een nieuw leven op wil pakken. Genre ‘Het bittere kruid’ is volgens mij een novelle, maar zou ook een roman kunnen zijn. Qua informatie, die je over de karakters te weten komt is het een novelle, omdat je alleen over de ik-persoon haar karakter iets te weten komt. Maar wat betreft de tijdsduur is het een roman, omdat er een lange tijd in het boek verstrijkt. Thema Het boek gaat over de Jodenvervolging in de Tweede Wereldoorlog. Op bijna elke bladzijde van het boek staat iets over Joden of Jodenvervolging. De angst om op gepakt te worden, speelt veel in het hoofd van de hoofdpersoon.
Motieven Er zijn een aantal motieven in het boek: 1. Oorlog. Het hele boek speelt zich af in de oorlog. Hier wordt je dus bijna heel de tijd aan herinnerd. 2. Verboden. In het verhaal vertelt de ik-persoon vaak over dingen die ze niet mag. Niet naar de bioscoop, de schouwburg, het zwembad, cafés etc. 3. Angst. In het boek heeft de hoofdpersoon allerlei angstige gedachten, bijvoorbeeld; als er iets gebeurd, zijn we bij elkaar; zal ik opgepakt worden bij het station? Waar is Bettie, wat zal er met haar gebeurd zijn? In het boek ligt er elke seconde gevaar op de loer. In de trein, in huis, op straat, overal kunnen ze opgepakt worden. 4. Onderduiken. Bijna de helft van het boek gaat over het onderduiken. De hoofdpersoon moet steeds ergens anders heen, omdat de kans dat ze gepakt wordt groot is of omdat er al te veel Joden op een plaats ondergedoken zitten of omdat ze geen geld meer heeft. 5. Ziekte
In het begin van het boek heeft de ik-persoon tuberculose. En wordt ziekte ook als ‘excuus’ gebruikt om niet mee toe hoeven op werkkamp. 6. Vooroordelen over Joden. Dit laatste motief komt niet erg veel aan de orde, maar toch wel een beetje. In het begin en aan het eind van het boek, komen er verschillende vooroordelen over Joden naar boven. Bijvoorbeeld dat Joden altijd zwart haar hebben. Tijd Het verhaal speelt zich af in de Tweede Wereldoorlog. Vanaf het jaar 1940 tot ongeveer 1945. In het begin van het boek, moesten ze vluchten, doordat de stad Breda was ingenomen. Dit was op 12 mei 1940. Het einde van het boek is een paar maanden na de 2e wereldoorlog, dus in 1945. Ruimte Het verhaal speelt zich in Nederland af. In het begin wonen ze in Breda, maar als de hoofdpersoon in een ziekenhuis in Utrecht ligt, verhuizen haar ouders naar Amersfoort, waar ze bij Dave en zijn vrouw Lotte gaan wonen. Na een tijd wordt Bettie opgepakt tijdens een razzia. Eigenlijk zouden Dave en de hoofdpersoon zich moeten melden, nadat ze een oproep hadden gehad, maar dankzij een attest de dokter ontkomen ze eraan. Lotte mag thuis blijven om ze te verzorgen. Maar haar ouders moeten naar de Sarphatistraat in Amsterdam verhuizen, waar ze in een getto zullen gaan wonen. Hier zal ook de hoofdpersoon later naartoe gaan. Als haar ouders worden opgepakt, vlucht ze weg naar haar Dave, die ondergedoken is op de Weteringschans. Hier konden ze allen niet lang blijven en daarom zouden ze met de trein naar Utrecht gaan. Maar Lotte wordt opgepakt. En Dave verdwijnt. De hoofdpersoon blijft alleen achter. In Utrecht kan ze niet blijven en dus zoekt ze een nieuw onderduikadres. Ze gaat weer terug naar Amsterdam, waar Wout haar helpt onder te duiken bij ene oom Hannes op de boerderij. Daar is het helaas ook al volle boel, dus moet ze weer op zoek. Ze komt terecht bij een arm gezinnetje ergens bij Almere. En daar blijft ze een tijd, totdat ze geen geld meer over heeft. Daarna woont ze nog een tijdje in een oud huis in Heemstede. Na de oorlog gaat ze naar haar oom en tante in Zeist en blijft ze daar een tijdje. Perspectief In dit verhaal kijk je mee in de ogen van de ik-persoon. Je komt over de andere personen slechts weinig of helemaal niets te weten. Je weet alleen wat over haar. Haar gedachten vertellen het verhaal als het ware. Personages De hoofdpersoon, de ik-persoon, is naamloos in het verhaal. Zij is waarschijnlijk Marga Minco zelf. Ze is Joodse. Ze is een beetje bang ingesteld. In het begin een beetje nietsvermoedend. Ze heeft tbc gehad. Over de vader en de moeder kom je niet veel te weten. Beiden zijn zij ook Joods. De vader is in het begin erg optimistisch en denkt er niet aan onder te duiken. Hij is meer afwachtend. Ook over de zus van de hoofdpersoon, Bettie, kom je weinig te weten. Ze is net als het hele gezin ook Joods, en wordt in het begin al gepakt bij een razzia. En over de broer en zijn vrouw kom je ook weinig te weten. Achtergronden - Historische achtergronden: Het verhaal speelt zich af in de tweedewereldoorlog. Dit is in het hele verhaal aan de orde. Heel haar gezin wordt opgepakt, behalve zijzelf. In haar omgeving vinden razzia’s plaats. Geen bladzijde heeft niet te maken met de oorlog. - Culturele invloeden. In het verhaal worden veel Joodse begrippen gebruikt. Dit omdat de hoofdpersoon en de andere belangrijke personen (haar ouders, haar broer en zijn vrouw en haar zus) Joods zijn.
Auteur Het boek ‘Het bittere kruid’ is geschreven door Marga Minco. Zij werd als Sara Minco geboren op 31 maart 1920 in het (Bredase) dorpje Ginneken, maar liet zich later Sara Selma noemen. Na haar schooltijd gaat ze bij de Bosche courant werken, maar hier wordt ze na een tijdje ontslagen, omdat haar werkgever verplicht was alle Joden uit dienst te nemen. De rest van haar leven (tot het einde van de 2e wereldoorlog) gaat als in het boek ‘Het bittere kruid’. Na de oorlog trouwt ze met de persoon die ze al voor de oorlog van haar werk bij de krant kende: Bert Voeten. (͈†1992). Ze gaat weer bij de krant werken en begint boeken te schrijven (de onderwerpen waren meestal droevig; oorlog, verdriet ed.) Haar eerste volwassenenboek ‘Het bittere kruid’ was haar debuutroman, waarvoor ze de Vijverbergprijs (prijs voor het beste proza) heeft ontvangen. De reden dat haar schrijversnaam Marga is, is waarschijnlijk zo, omdat ze in de oorlog ook zo heette, nadat ze een nieuwe identiteit had gekregen. Marga Minco heeft ook de onderstaande boeken geschreven: 1955 De verdwenen ambtsketen
1957 Het bittere kruid. 1957 Het adres. 1959 De andere kant. 1961 Tegenvoeters
1963 Kijk 'ns in de la. 1965 Het huis hiernaast; in 1966 ingepast in Een leeg huis
1965 Terugkeer
1966 Een leeg huis
1968 De trapeze, 1970 De dag, dat mijn zuster trouwde
1970 De hutkoffer
1974 Meneer Frits en andere verhalen uit de vijftiger jaren
1975 Daniël de Barrios
1975 Je mag van geluk spreken
1982 Verzamelde verhalen 1951-1981
1983 De val roman
1986 De glazen brug (Boekenweekgeschenk) 1991 De zon is maar een zeepbel
1994 De verdwenen bladzij
1997 Nagelaten dagen
1998 Door het land
2000 De schrijver, literaire estafette. 2003 Decemberblues
2004 Storing. Bronnen: http://www.schrijversnet.nl/minco.htm
http://nl.wikipedia.org/wiki/Marga_Minco
http://www.dichteraanhuis.nl/dichterpaginas/2006/minco.htm Mijn leeservaring Onderwerp Het onderwerp van het boek sprak mij wel aan, doordat ik al eerder een boek over de 2e wereldoorlog had gelezen, die ik ook mooi vond. Dit boek heeft mij wel nieuwe kanten van de 2e wereldoorlog laten zien, doordat het niet over concentratiekampen ging en dergelijke, maar over het leven van een Joods meisje in de tweedewereldoorlog, wanneer haar familie wordt opgepakt. Ik had aan het begin van het boek verwacht, dat het boek wat droeviger en moeilijker te lezen zou zijn. Door het lezen van het boek, komt de 2e wereldoorlog wat minder erg te voorschijn, dan in de meeste andere boeken wordt beschreven. Hier wordt er luchtiger gedacht over wat er komen gaat. Het onderwerp is daardoor ook tamelijk oppervlakkig, maar ook weer verrassend. Ik vond het andere boek ‘De kinderen van het achtste woud’ mooier, omdat je in dit boek wat meer meeleeft in het boek.
Gebeurtenissen Er zijn wel veel belangrijke gebeurtenissen in het boek: De dag dat de zus van de hoofdpersoon op wordt gepakt; de verhuizing van de ouders naar Amsterdam; het oppakken van haar ouders, waarbij ze zelf kan ontvluchten; het oppakken van haar broer en zijn vrouw; het steeds maar weer moeten wisselen van een onderduiklocatie. Personages Je leeft in dit boek echt helemaal met de hoofdpersoon mee, doordat er weinig van de karakters van de andere personen in het boek te weten komt. Je leest alleen wat de ik-persoon denkt, voelt en doet. Dat vind ik wel leuker, omdat je je er zelf helemaal in kan verdiepen. Bouw In het begin van het verhaal begint de hoofdpersoon te vertellen. De gebeurtenissen in het verhaal volgen elkaar logisch op, doordat het steeds in dezelfde tijdsvolgorde gebeurt; van vroeger naar het ‘heden’. Dit maakt het verhaal wel spannend, doordat je niet weet wat er komen gaat. Maar daardoor was het verhaal niet bepaald ingewikkeld opgebouwd. Taalgebruik Ik vond het boek zeer makkelijk om te lezen, doordat de zinnen kort waren en er bijna geen moeilijke woorden in voor kwamen. Er waren alleen een stuk of tien Joodse woorden in het boek, die je wel even moest opzoeken. Er zijn niet zoveel dialogen in het boek. Nou ja, de dialogen worden meestal afgewisseld door een groot stuk tekst, over wat de hoofdpersoon denkt. Dat vind ik wel fijn, want als er alleen dialogen in zitten, vind ik het boek meestal ook saaier. Recensie Deze recensie heb ik via knipselkranten uit de bibliotheek. Schrijver Minco, Marga
Leesidee / Leesideeën Off Line 2000-2002
Publicatiedatum 1-12-2001
Recensent Anke Van Lancker
Recensietitel Het bittere kruid : een kleine kroniek
Schrijven over iets, maar het toch niet letterlijk aanraken dat is de techniek die Marga Minco hanteert in haar bekroonde werk "Het bittere kruid". Haar sobere -- typisch Noord-Nederlandse -- schrijfstijl biedt de lezer hoffelijk een weg om een afgrijselijke waarheid heen en confronteert ons op deze wijze wel heel ongebruikelijk met de Holocaust, maar daarom zeker niet minder aangrijpend. Dit is een getuigenis waarbij men niet hoeft terug te vallen op een arsenaal van sentimenten en gruwelijke details. Het droge verhaal op zich volstaat om ons naar de keel te grijpen. Het hoofdpersonage is een heel gewoon meisje met vriendjes en vriendinnetjes, een vader en een moeder. Dochter van joodse ouders zijnde, verschilt haar levensstijl slechts in kleine vormelijke opzichten van die van ieder ander Hollands meisje. Marga hoeft zich echt om niets zorgen te maken. Ze heeft een mooie kindertijd voor de boeg, ware het niet dat ze pech heeft kind te zijn in oorlogstijd en dat de deportatie vanachter een hoekje loert. Het gezin onderdrukt de spanning en gaat door met functioneren met een filosofie van 'we zullen wel zien wat er komt'. Marga's belevenissen zijn die van een kind. Onschuldig en nietsvermoedend vertelt ze over haar leventje. De oorlog is slechts achtergrond, iets dat je erbij neemt. Marga maakt er dan ook geen probleem van dat haar buurmeisje haar racket komt lenen, want zij heeft die toch niet meer nodig nu ze spoedig naar het getto zullen verhuizen. Het buurmeisje mag meteen ook alle andere leuke spulletjes uit haar kamer meenemen. Onschuldig dus, maar hier wel duidelijk neergeschreven door een volwassen vrouw. Een vrouw die als kind één voor één al haar familieleden moest prijsgeven. Ze zag ze vertrekken naar een verre plaats die ze niet kende, maar waar ze weinig goeds van had gehoord. Uiteindelijk rest haar niemand meer, uitgezonderd zichzelf. Haar oude oom -- die elke dag op de tram staat te wachten die zijn familie zal terugbrengen -- wordt in dit opzicht niet alleen een tragisch, pathetisch overblijfsel, maar tegelijkertijd vormt hij eveneens een tegenpool. Marga kan niet wachten. Zij kan niet anders dan verder gaan, heeft geen boodschap aan illusies. Dit is de harde realiteit van een kind voor wie de omstandigheden geen keuze laten. Langzaam werkt de schrijfster naar een einde dat voor de onvoorbereide lezer bijna een bitterder pil lijkt om te slikken, namelijk het besef dat: "Zij zouden nooit terugkomen, mijn vader niet, mijn moeder niet, Bettie niet, noch David en Lotte." "Het bittere kruid" is een beklijvend verhaal dat zeker zijn plaats verdient tussen andere Holocaustliteratuur, al was het maar om de unieke vorm en toon. De schoonheid waarmee iets heel lelijks wordt beschreven dus. Mijn mening over de recensie. Ik ben het bijna helemaal eens met de recensent (Anke Van Lancker). In het boek lees je vrijwel niets over het verschrikkelijke van de oorlog, de concentratiekampen. Het is allemaal heel onschuldig verteld. Maar je merkt in het verhaal wel dat het oorlog is, hoewel deze recensent daar niet echt iets over zegt. Alleen dat ze iedereen aan het einde van de oorlog verloren heeft. Maar er is wel duidelijk in het boek te lezen dat er oorlog is. Bijvoorbeeld dat er soldaten over straat lopen, mensen worden opgepakt uit een andere getto en dat de hoofdpersoon ook bijna wordt opgepakt.

REACTIES

A.

A.

nouja, er staat dat ze naar Almere ging, bestond Almere al in de 2de wereldoorlog??

15 jaar geleden

A.

A.

dit boek is zo super gaaf. Ik moest er gewoon van huilen. RESPECT!!!

11 jaar geleden

R.

R.

@abel geen idee :S

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Het bittere kruid door Marga Minco"