Terug tot Ina Damman door Simon Vestdijk

Beoordeling 8.4
Foto van een scholier
Boekcover Terug tot Ina Damman
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vwo | 5237 woorden
  • 10 augustus 2004
  • 106 keer beoordeeld
Cijfer 8.4
106 keer beoordeeld

Boekcover Terug tot Ina Damman
Shadow

Anton Wachter doorleeft in zijn eerste H.B.S.-jaren vele gevoelens van frustratie en ontluikende liefde. De problemen van de intelligente maar wereldvreemde jongen blijven hem niet bespaard en hij is het tijdelijk slachtoffer van de plaagzucht van zijn schoolgenoten. De eerste, haast onbegrepen liefdesgevoelens voor het meisje Ina Damman veranderen zijn innerlijk leve…

Anton Wachter doorleeft in zijn eerste H.B.S.-jaren vele gevoelens van frustratie en ontluikende liefde. De problemen van de intelligente maar wereldvreemde jongen blijven hem niet…

Anton Wachter doorleeft in zijn eerste H.B.S.-jaren vele gevoelens van frustratie en ontluikende liefde. De problemen van de intelligente maar wereldvreemde jongen blijven hem niet bespaard en hij is het tijdelijk slachtoffer van de plaagzucht van zijn schoolgenoten. De eerste, haast onbegrepen liefdesgevoelens voor het meisje Ina Damman veranderen zijn innerlijk leven en maken hem in zekere zin onaantastbaar. Het verwarrende in het leven van een puber is in milde en poëtische bewoordingen zeldzaam raak neergezet. 

Terug tot Ina Damman door Simon Vestdijk
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Voorwoord Het allereerste boek dat ik voor dit jaar voor Nederlands heb gelezen: Terug tot Ina Damman van Simon Vestdijk. Ik had het vorig jaar al eens gelezen voor een verslag. Toentertijd koos ik het, omdat ik geen tijd had om naar de bibliotheek te gaan: dit boek stond thuis gewoon op de boekenplank. De voorkant sprak me aan en op de een of andere manier de naam Ina Damman ook. Toen ik de achterkant las, wist ik het zeker: dit zou echt een boek zijn voor mij. Ik had het in 1 adem uit en ben daarna gelijk in de andere delen van de serie begonnen. Ik hoop dat u mijn verslag met veel plezier leest en dat ik het goed heb gemaakt! 2. Samenvatting Deel I: Het woord

Als Anton naar de Lahringse HBS gaat, begint het gepest vrijwel meteen. Piet Idzerda en Jelle Mol noemen hem ‘vent’, een benaming die zijn vader hem vroeger gaf toen deze nog leefde. Ze kwetsen hem zo erg dat Anton uiteindelijk vlucht in zijn schoolwerk om zo de harde realiteit van het gepest te vergeten. Met negens is hij niet tevreden, hij blijft doorzetten en gaat voor tienen. Zo probeert hij angst voor het vreemde, angst voor het pesten en angst voor nog een afwijzing te verbergen. Uiteindelijk, als zijn leraar Nederlands, Greve, hem ‘naarstig’ noemt, blijkt dat al het zwoegen voor niets is geweest en totaal geen waarde heeft gehad. Jan Breedevoort, die in het begin zijn vriend lijkt te zijn, kwetst hem door met Marie van den Boogaard te gaan, terwijl Anton zich had voorgenomen verliefd te worden op haar. Na een ruzie met Piet Idzerda, waarvan Anton erg van streek raakte, komt aan het licht dat Anton’s moeder de ouders van Piet hierover een briefje heeft geschreven. Dit leidt alleen maar tot meer pesterijen en Anton voelt zich verstotener dan ooit. Hij geeft zijn moeder er de schuld van dat iedereen hem veracht en maakt zich los van haar. Hij zoekt steeds meer steun bij zijn vader, maar raakt in verwarring door het contrast dat hij te zien krijgt: zijn levenslustige vader en zijn zorgzame moeder. Dan ontdekt hij in de Paasvakantie een foto van het voormalige dienstmeisje: Janke. Hij idealiseert haar, ze is het toonbeeld van moet en kracht en dat geeft hem sterkte om te vechten voor zijn plekje in de klas. Hij herinnert zich een erotisch spel met haar dat zich zeven jaar geleden afspeelde, een ontmoeting met Janke stelt hem nu teleur. Deel II: Ina Damman
In zijn tweede jaar op het HBS komt er een nieuw meisje op school. Ze valt hem gelijk op, ze is bleek, opvallend en koeltjes. Via Soer laat hij zich aan haar voorstellen en ze maken contact. Ina Damman blijft nuchter en zwijgt veel. Ze vindt het goed als hij haar voortaan naar de trein brengt uit school. Hij wordt rustig en gelukkig van haar, de onzekerheden jegens zijn klasgenoten verdwijnen en maken plaats voor de angst en onzekerheid die zich op Ina Damman richten. Zorgvuldig houdt hij in zijn agenda bij hoe vaak ze naar hem kijkt en de gesprekken worden genoteerd in zijn bruine Note Book. Hij raakt helemaal geobsedeerd door haar, denkt aan niets anders meer. Dat ze niet erg aardig tegen hem is, merkt hij niet, zo erg wil hij van haar houden. Dat hij haar amper kent en dat ze zich vrijwel niet blootgeeft, wil hij niet weten en dus weet hij het niet. Ina Damman blijft zwijgzaam, ook als hij haar naar de trein naar Driehuizen brengt zegt ze meestal geen woord. Pas als hij haar een eigengemaakte tekening stuurt voor haar verjaardag komt ze wat meer los, maar nog is van haar gezicht geen emotie af te lezen en ze blijft ingetogen. Anton blijft hard werken en vooral zijn leraar Frans, Couvée, vindt hem helemaal geweldig. Niet elke leraar toont sympathie voor de hardwerkende Anton, maar Anton gaat gewoon door met het behalen van hoge resultaten. Anton en Ina fietsen af en toe samen en als het winter wordt, vinden ze een nieuwe bezigheid: schaatsen. Toch is dit niet wat Anton ervan verwacht, hij weet niet goed hoe hij zich gedragen moet en stelt zichzelf teleur. Anton hervindt zijn geluk in het samenzijn met Ina, als er een fietstocht georganiseerd wordt in de klas. Hij zal twee dagen met haar kunnen fietsen en ze overnachten in een hotel. Zijn geluk neemt toe maar ook Ina’s onverschilligheid wordt met de dag groter. En Anton merkt maar niet hoe hij zich vast houdt aan niets, aan een liefde die niet bestaat. Pas als Ina haar vriendinnen meedeelt dat ze Anton ‘een vervelende jongen’ vindt en dit hem via Max Mees en Jan Breedevoort bereikt, komt Anton’s grootste angst uit. Toch krijgt hij voldoening als Ina bevestigd dat het waar is, zijn gevoel blijkt nu immers de waarheid gesproken te hebben. Deel III: De overwinning
Anton Wachter ontdekt de erotiek en vlucht wederom in allerlei fantasieën. Dit keer over het vrouwennaakt. Als school weer begint, vindt hij het moeilijk om Ina Damman in de school te zien. Ze spookt een tijdje door zijn hoofd, maar als de winter aanbreekt, is hij daar overheen. Anton wordt betere vrienden met Max Mees en samen praten ze over erotiek. Zijn fantasieën richten zich op Janke, nadat Max verliefd wordt op Dirkje: de dienstmaagd van de buren. Als Anton Gabriëls een aframmeling geeft, heeft hij zijn eer terug gewonnen bij zijn vrienden. Het lijkt sociaal gezien beter met hem te gaan en als Marie van den Boogaard verliefd op hem wordt, verklaard hij haar ook zijn liefde. Weer vindt er de fietstocht plaats, ditmaal zonder Ina en met Marie van den Boogaard. Nu hij door Marie over Ina heen denkt te zijn, blijkt het tegendeel waar te zijn: de geur van het koolzaad op de fietstocht herinnert hem aan Ina en bezorgt hem een zekere afkeer tegen Marie van den Boogaard. Hij beseft dat hij kiest voor de Ina Damman die hij heeft gecreëerd in zijn hoofd, de onkreukbare, onverschillige, ongenaakbare en bovenal koele Ina. Na de fietstocht gaat hij vermoeid naar huis. ‘Maar zijn voeten raakten zwaar de aarde, zwaar en knarsend op het kiezel alsof zij het alleen hadden te bepalen hoe onwankelbaar trouw hij blijven zou aan iets dat hij verloren had, - aan iets dat hij nooit had bezeten.’ 3. De analyse 3.1 Verhaallagen, thematiek, motieven en motto Verhaallaag Het boek gaat over de liefde die Anton Wachter voor Ina Damman ontwikkeld in zijn middelbare school tijd. Anton Wachter gaat naar het HBS waar hij heel erg gepest wordt en vlucht in zijn schoolwerk. Daarna ‘verdrinkt’ hij zichzelf in de onverschillige Ina Damman. Als blijkt dat zij hem niet moet, probeert hij over haar heen te komen. Maar net als hij over haar heen is, merkt hij dat hij niet over haar heen kan komen en altijd trouw zal blijven aan haar. Betekenislaag De betekenislaag ‘leert’ dat de idee van liefde belangrijker is dan echte liefde. De initialen van Ina Damman geven dan ook dit platonische begrip weer: ID. Zij is het symbool van zijn liefde, ze vertegenwoordigt de Idee ‘Liefde’. Opbouw van het boek Het boek is opgedeeld in 3 delen die elk een jaar duren. 1. Het woord [over hoe Anton Wachter op school is] 2. Ina Damman [over hoe zij zijn leven begint te beïnvloeden door er alleen maar te ‘zijn’] 3. De overwinning [ over hoe hij over haar heen komt, over hoe diep ze toch bij hem zit ] In deel I komen de mislukte pogingen tot contact met andere leerlingen naar voren en ook de dubbelzinnigheid van het woord ‘vent’. Zijn vader gebruikte het liefkozend, zijn klasgenoten om hem te pesten. De leraar die hij bewondert zet hem op zijn nummer en zijn moeder probeert hem te veel te beschermen: hierdoor raakt hij in een sociaalisolement. In deel II probeert Anton dit isolement te doorbreken met behulp van Ina Damman. Letterlijk en figuurlijk verandert zijn kijk op de dingen om hem heen. Ik geef een voorbeeld: ‘Nooit had de hbs hem zo’n mooi gebouw toegeschenen, zo’n groot en betekenisvol gebouw’ (Terug tot Ina Damman, blz. 68). Toch kan Ina hem niet de houvast bieden die hij nodig heeft, de school evenmin. Ook in de liefde blijft hij een buitenstaander, merkt hij als hij via via te horen krijgt dat Ina hem vervelend vindt. In deel III poogt Wachter nogmaals om het isolement te door breken. Dit keer door te dalen naar het niveau van zijn vrienden en zijn heil te zoeken in de erotiek. Het begint verbaal en daarna ook fysiek (het ‘vuilbekken’ en later zijn gescharrel met Marie van den Boogaard). Hij komt hiervan terug: hij zal niet zo worden als zijn vrienden, maar hij zal trouw blijven aan de gevoelens en herinneringen bij Ina Damman. Zij bieden hem meer dan de realiteit ooit gedaan heeft en zal doen. Spanning in het verhaal is er niet, het is een psychologische roman die langzaam de ontwikkeling van Anton Wachter beschrijft. Het enige dat je wellicht spanning zou kunnen noemen, is dat de titel niet duidelijk aangeeft wat er bedoeld wordt met ‘Terug tot’ en je daar wel nieuwsgierig naar wordt. Later blijkt dat hij niet terug komt bij haar, maar bij zichzelf, bij de liefde die hij voor haar voelt. Thema Het thema dat in dit boek duidelijk naar voren komt, is de geïdealiseerde onmogelijke jeugdliefde. Anton Wachter is verliefd op Ina Damman, maar zij lijkt onbereikbaar voor hem te zijn. En is hij wel werkelijk verliefd op de echte Ina? Houdt hij van de koele, onverschillige Ina? Die hem haast geen blik waardig gunt? Nee, hij is verliefd op de Idee Ina, het beeld dat hij zelf van haar heeft gevormd. Het boek draait om de liefde die hij voelt en wat dat met hem doet. Deze liefde doet hem vluchten in een fantasiewereld, zoals menig puber zou doen. Wellicht kunnen we daarom puberteit ook als thema rekenen.
Genre Het genre van het boek is een halfautobiografische psychologische roman. Het gaat terug naar een jeugdliefde van Vestdijk, die hij Ina Damman noemt. Het subgenre is ‘Bildungsroman’. Een roman waarin je ziet hoe Anton Wachter zich ontwikkeld, zijn proces van zelfaanvaarding staat centraal. Motief/herhaling (verhaalmotief) Eigenlijk komt uit de thematiek al redelijk naar voren wat de motieven zijn. » Puberteitsproblematiek (dit kunnen we onderverdelen in enkele andere ‘submotieven’, zoals zijn dominerende vader, zijn bezorgde moeder, zijn negatieve zelfbeeld, de zoektocht naar zichzelf, het kennis maken met de liefde) » Het woord ‘vent’, dit woord komt gedurende het hele boek terug en verbindt hem met zijn overleden vader, maar ook met het gepest. » Het vluchten in een fantasiewereld om zo aan de realiteit te kunnen ontsnappen » Het contrast tussen verschillende liefdessoorten. Dit gaat terug op een veel uitgebreidere roman van Vestdijk, ‘Kind tussen vier vrouwen’. Zijn moeder symboliseert de kinderliefde, Ina Damman de geestelijke (ideale) liefde, Marie van den Boogaard staat voor zinnelijke liefde en het dienstmeisje Janke voor de pure lichamelijke liefde. Leidmotief Een mogelijk leidmotief is misschien wel het woordje ‘vent’. Het komt voortdurend terug en heeft een soort van symbolische waarde. Moet Anton de warmte van zijn vader voelen, daar aan denken als hij het woord hoort? Misschien, omdat zijn vader hem zo noemde vroeger. Toch overstemt het gepest de betekenis die het woord eens voor hem had. Uit dit fragment blijkt hoe Anton zich al vanaf de eerste keer voelde toen zijn klasgenoten ‘het woord’ gebruikten. ‘ ‘Hé lui, daar heb je vent ook!’ hoorde hij op hetzelfde ogenblik een andere, zwaardere stem achter zich, de stem van een van de oudere jongens. Op de rand van de stoep staande, met zijn gezicht naar het schoolgebouw, zag hij niets anders dan de vage schim van een gordijnkoord, schuin afhangend achter matglas; daaromheen werd alles wazig alsof het wegglijden ging. Hij was doodsbleek geworden. (…) Hij sloeg Max Mees slapjes op zijn schouder, onhandig omreikend met zijn linkerarm, alsof zijn recht niet allen de tas droeg, - de nieuwe tas, die zijn moeder voor hem had gekocht, - maar ook verlamd was: verlamming die deel uitmaakte van het machteloze, doof tintelende gevoel, dat hem van top tot teen doortrok alsof alles in zijn benen wegzakte.’ (Terug tot Ina Damman, blz. 14) Titel en thema De titel van het boek is ‘Terug tot Ina Damman’. Je kunt eigenlijk niets uit de titel op maken, enkel dat het om een meisje moet gaan dat Ina Damman heet. Wie zij is, weet je niet. En wat er met ‘terug tot’ bedoelt wordt, weet je ook niet. De titel verwijst wel naar het thema, Ina is immers de onmogelijke liefde van Anton. Verder is de titel weinig onthullend. De ondertitel laat al wat meer weten. ‘De geschiedenis van een jeugdliefde’ zegt genoeg: het boek gaat dus over een jeugdliefde. Dan is de optelsom gauw gemaakt: Ina kan wellicht die jeugdliefde zijn. 3.2 Tijd Verhouding verteltijd en vertelde tijd De verteltijd van het boek is 212 bladzijdes. De vertelde tijd bestrijkt ongeveer 3 jaar. Dit is opgedeeld in 3 delen, elk deel vertelt 1 jaar. De verteltijd is korter dan de vertelde tijd, in 212 bladzijdes wordt namelijk een periode van 3 jaar vertolkt. Ik heb er ongeveer 3 uur over gedaan om het boek te lezen, dus in mijn leessnelheid is dat 1 jaar per uur.
Flashback en tijdsprongen Het boek is voornamelijk chronologisch opgebouwd, de drie jaren worden in chronologische volgorde verteld en elke gebeurtenis wordt gevolgd door de volgende. Soms denkt Anton terug aan eerder gebeurde dingen. Als Ina Damman hem afwijst, denkt hij aan de dingen
die ze al had laten doorschemeren, dat hij had kunnen weten dat ze hem niet moest. Ook denkt hij terug aan een schilderijtje dat hij haar gegeven had. Zou ze dat nog hebben? Dit zijn geen flashbacks in het verhaal, maar in de gedachten van de hoofdpersoon. In het boek is echter wel 1 flashback te ontdekken: het erotische spelletje dat hij jaren terug met Janke gespeeld had. Als we het iets uitgebreider bekijken, kunnen we het boek in een breder verband plaatsen: Het is deel 3 uit de achtdelige Anton-Wachter-serie dus wat dat betreft begint het boek in het midden van het 'gehele verhaal', maar het boek zelf begint gewoon bij het begin van het verhaal dat in dit boek beschreven wordt. Historische tijd Het verhaal speelt zich ongeveer in het begin van deze eeuw af. Anton gaat naar de H.B.S., deze is de voorloper van het huidige atheneum. Het is rond de jaren '70 afgeschaft, dus het moet zich in elk geval voor de jaren '70 afspelen. Verder gaat Ina Damman met een stoomtrein van Uitschoten naar Driehuizen. Stoomtreinen werden vooral in het begin van deze eeuw gebruikt. Ook weet je dat het een halfautobiografische roman is. Simon Vestdijk werd in 1898 geboren en het gaat over zijn 'middelbare school'. Dus dat was ongeveer in 1910. 3.3 Ruimte Gethematiseerde ruimte De ruimte waarin het zich afspeelt is met name het huis van Anton en de HBS. Deze plekken liggen in een provinciestadje, Lahringen Dit is een anagram voor Harlingen, de stad waar Simon Vestdijk geboren en getogen is. Daarmee legt hij voorzichtig de nadruk op het feit dat het een halfautobiografische roman is. Ruimte en personages De ruimtes waarin het verhaal zich afspeelt, zijn het schoolgebouw, zijn eigen huis en de bossen waarin de fietstocht plaatsvindt. De ruimtes hebben zeker invloed op hem, maar ook de personen die op dat moment in zijn buurt zijn. Het schoolgebouw maakt verschillende soorten indrukken op hem, het ene moment lijkt het een ontoegankelijk gebouw waarin zijn gedrag beïnvloed wordt door de bijvoorbeeld aanwezige pestkoppen. Hij maakt zich klein en het gebouw betekent voor hem niet veel meer dan een angstige plek waar hij afgewezen kan worden. Pas als hij de liefde voor Ina Damman voelt, verandert zijn kijk op zijn omgeving. Ik heb onderstaand voorbeeld al eerder gebruikt, maar ter verduidelijking geef ik het nog een keer: ‘Nooit had de hbs hem zo’n mooi gebouw toegeschenen, zo’n groot en betekenisvol gebouw’ (Terug tot Ina Damman, blz. 68) In zijn eigen huis is het enige dat hem een beetje tegenwerkt zijn moeder. Zij herinnert hem aan de realiteit en roept hem telkens terug uit zijn fantasiewereld. Pas als hij rustig op zijn kamer zit met zijn Note Book kan hij zijn fantasie vrij spel geven. Als hij piano speelt, voelt hij zich pas echt rustig: hij associeert de menuet in D-majeur van Haydn met zijn liefde voor Ina. Ook de fietstocht heeft invloed op hem, de geur van het koolzaad dat hij daar ruikt, doet hem terug verlangen naar de fantasieën over Ina Damman. Symbolische ruimte Het plaatsje Lahringen is symbool voor Harlingen, de geboorteplaats van de schrijver. Het schoolgebouw geeft iets onheilspellends voor Anton, elke keer als hij het gebouw betreedt, weet hij niet goed wat hij er van vinden moet. Is het juist een mooi gebouw? Of jaagt het hem angst aan? Eigenlijk zou je zo kunnen zeggen dat het gebouw de tweestrijd in Anton weergeeft. Maakt de gedachte aan Ina hem gelukkig en moet hij er aan vast blijven houden? Of is het een hopeloos iets en kan hij het beter laten varen..
3.4 Personages Hoofdpersonages Anton Wachter is de hoofdpersoon in het verhaal, je kijkt vanuit zijn ogen, zijn visies, twijfels en gedachten. De schrijver vertelt wat Anton doet, ziet, denkt. De andere personen (zoals Ina Damman, zijn moeder, vriendenkring) zie je alleen van de buitenkant, van hen krijg je niet te weten wat ze denken en voelen Ze spelen uiteraard wel een belangrijke rol, zonder Ina Damman was er geen liefde die hij voor haar voelde en zonder zijn ‘vriendenkring’ bestond het gepest niet. Karakter en typen en eigenschappen van de personages
Anton: Anton is een ietwat verlegen jongen. Hij is heel erg intelligent, maar ook wereldvreemd. Al het vreemde waar hij bang voor is, duwt hij weg. Om zijn angsten te verbergen blijft hij de hele dag maar leren en vlucht zo voor de harde werkelijkeheid. Anton gaat wel volwassen om met zijn gevoelens voor Ina Damman, maar toch ook erg bang. Het is nieuw voor hem, het is spannend, onbekend gelukkig maar ook vreselijk beklemmend. Haast zonder dat hij dat laatste beseft. Hij is ontzettend bang dat ze hem vervelend vindt. Als later blijkt dat ze hem 'die vervelende jongen' genoemd heeft, is hij daar heel erg verdrietig over, maar hij heeft toch een bevredigd gevoel van binnen: zijn vermoedens dat ze hem vervelend vond, bleken dus waar te zijn. Hij vindt het moeilijk om over zijn gevoelens te praten, bang dat men hem verkeerd begrijpt of nog meer zal gaan pesten. Als hij eenmaal zijn gevoelens voor Ina Damman, zijn begrip, onbegrip, haat, liefde, onmacht, overwonnen heeft voelt hij zich een stuk opener. Plotseling is hij niet zo angstig meer en is hij gelukkiger. Ook als het gepest gestopt is ('vent'), is hij een stuk eerlijker naar zichzelf toe. Nooit durfde hij toe te geven aan zijn liefde voor Ina en zijn gevoelens van onmacht t.o.v. het woord 'vent'. Noch aan zichzelf, noch aan anderen. Verder is hij naast verlegen toch ook erg vastbesloten. Als hij iets wil bereiken wil hij er alles aan doen om dat te krijgen, het moet alleen niet ten koste gaan van zijn reputatie of aan die van anderen. Ook is hij een echte dromer, hij vindt het leuk om gewoon thuis uit het raam te kijken en te denken over muziek, Ina, liefde; kortom: zijn leven. Anton is ook wel een begripvolle jongen. Als blijkt dat Ina hem niet aardig vindt heeft hij daar alle begrip voor. Ook als hij gepest wordt en zijn 'beste' vriend niets doet snapt hij dat wel. Hij zou zelf immers ook niets doen, realiseert hij zich. Onzeker of puberteitscrisis zijn twee woorden die hem het beste identificeren denk ik. Ina Damman: Ina Damman is het dertienjarige meisje met de blonde vlechten (Was het er nou 1 of waren het er twee, Anton kon het zich alsmaar niet herinneren), een bleek gezicht met uitstekende jukbeenderen en blauwe ogen. Ze is koel en onverschillig en laat zich niet leiden door gevoelens. De toenaderingspogingen van Anton wijst ze af. Ze lijkt wel ondoordringbaar. Je kunt haar in het boek dan ook niet echt doorgronden, maar dat komt ook omdat je weinig over haar te weten komt. Ze is stil, een beetje in zichzelf gekeerd maar haar broertjes en vriendinnen doen wel precies wat ze zegt. Door een leraar wordt ze in het boek ‘een stuk marmer’ genoemd, wat ik persoonlijk een mooie omschrijving vind. Ouders: Antons vader is een beetje een soort ‘obstakel’ voor Anton. Aan de ene kant herinnert het hem aan zijn plichten en bezorgt het hem angst om te falen, aan de andere kant mist hij de steun en bescherming van hem. Zijn moeder doet haar best om deze bescherming te bieden. Anton kan goed met haar opschieten en deelt veel met haar. Het enige aspect wat voor hem niet prettig is, is dat ze hem blijft zien als haar kleine jongen. Ze treedt op als beschermvrouwe en dat wordt door Anton als benauwend en vervelend ervaren. Klasgenoten: Max Mees is de klasgenoot waar Anton goed mee kan opschieten. Veel over hem kom je niet te weten, behalve dan dat Anton in hem echt een vriend ziet. Mees probeert grappig te zijn en heeft het veel over meisjes. Anton en hij ‘vuilbekken’ veel samen. De pestkop Piet Idzerda, de banale rijmer Jelle Mol, de onbetrouwbare Jan Breedevoort en de grofzinnelijke Gerrit Bolhuis, vormen de pestkoppen in de klas, ze zijn echte plaaggeesten en maken het er voor Anton niet makkelijker op. Marie van den Boogaard wordt op een zeker moment zijn vriendinnetje. Ze staat lijnrecht tegenover Ina Damman: ze geniet van de aandacht, wil altijd een vriendje hebben, is speels en uitdagend. Ze doet wat haar het beste uitkomt en is ook een beetje een overloopster. Leraren: Bij de leraren zijn er de stereotypen te ontdekken. Anton ziet Greve als een soort voorbeeld. Hij bewondert hem in zijn omgang met de jongens. Ook Couvée is geliefd bij Anton, hoogstwaarschijnlijk omdat dit wederzijds ook zo is. Hij draagt geruite (soms een beetje bezwete) overhemden, wordt vrij snel boos, heeft een buikje, bemoeit zich overal mee (bij zowel leerlingen als collega's), en heeft een bepaalde voorkeur voor 1 soort leerling: het Anton Wachter type. Eens de beste van de klas? Altijd de nummer één van de klas! Horsting is de leraar van het ‘vieze’ type: volgens roddels verleidt hij Marie om hogere cijfers te halen en is een typisch ‘stiekem-onder-de-rok-kijken’ geval. Normen en waarden Voor Anton is het duidelijk dat hij zijn moeder moet gehoorzamen en anderen zo min mogelijk tot last moet zijn. Ook als dat ten koste gaat van hemzelf. Hij is er zo langzamerhand gewend aan geraakt om afgewezen te worden en zich ‘te onderwerpen’ aan de ander. Begrip en respect zijn twee belangrijke dingen voor Anton, al is het voor hem niet in een balans: hij toont begrip voor anderen en respecteert hen, maar hij krijgt er niets voor terug. Identificatie In het hele verhaal zie je de ontwikkeling van de hoofdpersoon Anton Wachter. Je gaat als het ware in zijn huid zitten en zijn gevoelens en gedachtes worden zo nauwkeurig geschreven dat het haast een boek in de ik-vorm lijkt. Hierdoor leer je de hoofdpersoon goed kennen. Het is geen karakter waarin ik mezelf echt herken. Ik kan me wel goed in hem verplaatsen. Ik heb nog nooit een dergelijke situatie meegemaakt en hoop dat dat niet zal gebeuren. Wel weet ik hoe beklemmend liefde kan zijn, hoe erg het iets kan worden dat je elke minuut, elke seconde bezighoudt. Ikzelf ben heel anders vergeleken met Anton. Ik zou me nooit zo op mijn kop laten zitten door pestkoppen als Piet (misschien zou ik dat vroeger wel hebben gedaan) en zou mezelf ook niet terugtrekken in de fantasiewereld van de ideale liefde. Het is leuk om er met vriendinnen over na te denken natuurlijk, maar het moet niet zo zijn dat je daarin doorslaat en de balans kwijtraakt. Vluchten voor de realiteit is immers nooit goed. Ik kan Antons handelingen begrijpen en terwijl ik lees kan ik voelen wat hij voelt, maar daarnaast kan ik me ook druk maken om hoe hij reageert. Zo heb ik bijvoorbeeld vaak genoeg gedacht ‘He Anton kom op, kwel je zelf niet zo, het is toch overduidelijk dat ze je niet moet?’. Ik moet wel een stapje terug doen in leeftijd als ik een oordeel erover wil geven, immers, dat ik me nu niet zou laten pesten, betekent niet dat ik dat niet gedaan zou hebben als ik even oud was als hij. De brugklas is nu eenmaal een onzekere periode en de liefde wordt daarin iets nieuws. Kortom: ik herken mezelf niet in Anton, maar ik kan me wel in hem verplaatsen. Personages en thema De gevoelens van Anton en zijn obsessie voor Ina Damman verwijzen naar het thema, de onmogelijke, geïdealiseerde jeugdliefde. Ook komt in Anton het begrip puberteit terug, dat ik ook gerekend heb als thema. Anton beeldt het begrip puberteit als het ware uit: hij is één bonk van onzekerheid. Zijn acties en gedachtes, verwijzen naar de aspecten van de puberteit en zijn psychologische ontwikkeling laat zien hoe mensen in de puberteit kunnen veranderen.
3.5 Vertelperspectief De schrijver kruipt als het ware in de huid van Anton Wachter. Hij vertelt het in de hijvorm. Het wordt dus vanuit een personaal perspectief verteld. Je kijkt vanuit de ogen van Anton Wachter, zijn visies, twijfels en gedachten. Hij is namelijk de hoofdpersoon. Van de andere personen kom je weinig te weten, je ziet de buitenkant, je ziet hoe Anton over hen denkt, van hen krijg je niet te weten wat ze denken en voelen. Voorbeeld 1: "Na het eten splitste hij zich in tweeën: de ene helft maakte huiswerk, de andere rustte uit en droomde. Daartussendoor stond hij wel op om een etude te spelen, of de menuet in d-majeur van Haydn, die Ina Dammans muziek geworden was, een soort volkslied van zijn liefde.” (Terug tot Ina Damman, blz. 90, 91). Hieruit zie je dat de schrijver vertelt over de 'acties' van Anton, de dingen die hij doet en waarom hij dat doet. (in dit geval: omdat hij tijdens het spelen van het lied aan Ina Damman denkt en er een soort innerlijke rust van krijgt.) Voorbeeld 2: "Er lag ook iets onthutsends in Ina Damman, niemand zou aan haar kunnen zien dat het haar veel schelen kon zo naar de trein gebracht te worden; men had het gevoel zich altijd weer opnieuw voor haar te moeten uitsloven, en zonder bedankje. Toen hij haar eens voorzichtig, in schroomvallige vertedering, deelgenoot maakte van het dagelijks wederkerend heilig ritueel van het mutsje, antwoordde ze: ' Ja, dat weet ik wel, dat hebben ze me verteld,'- maar met een gezicht waar niets op te lezen stond; vond ze het nou prettig van dat mutsje en dat ze 't haar verteld hadden, of niet?" (A.w. blz. 87). Hieruit blijkt dat Anton niet zoveel van haar weet, maar dat de schrijver je dat ook niet vertelt. Er wordt dus wel beschreven wat Anton voelt maar niet wat bijvoorbeeld Ina voelt of denkt. Héél af en toe gebeurt dit toch en schakelt de schrijver over naar een auctoriële verteller. Zo is er in het boek bijvoorbeeld de volgende passage: “'Hij kon zich niet voorstellen hoe zijn leven zonder haar zou zijn en wist dat zij niet zonder hem kon. Maar Ina Damman kon dat best.” 4. Overige gegevens Simon Vestdijk 4.1 Biografie Biografische gegevens
Simon Vestdijk
Nederlands dichter, romanschrijver en essayist (Harlingen, 17.10.1898 – Utrecht, 23.3.1971). Simon Vestdijk was het enig kind van de gymnastiekleraar Simon Vestdijk en Anna Mulder. Hij studeerde medicijnen in Amsterdam (1917-1927) en nam daarna op diverse plaatsen als arts praktijken waar (1927-1932). Tussendoor studeerde hij filosofie en psychologie en hield hij zich ook bezig met astrologie. Doorslaggevend voor Vestdijks uiteindelijke keuze voor de literatuur in 1932 was de ontmoeting met Eddy du Perron en Menno ter Braak, de stichters van het tijdschrift Forum, waarvan Vestdijk redactielid werd. Hij werkte bovendien als literair criticus, redacteur en muziekrecensent voor een groot aantal andere tijdschriften en dagbladen. Vestdijk debuteerde in 1926 met gedichten in De vrije Bladen. Zijn eerste roman Terug tot Ina Damman verscheen pas in 1934. Hij was een veelzijdige een zeer produktieve schrijver. Zijn oeuvre omvat romans, novellen, poëzie, vertalingen, essays en studies op diverse gebieden (muziek, religie, astrologie, literatuur). Zijn romans werden het bekendst. Vestdijk zelf classificeerde zijn romanproductie als volgt: 1. de auto-biografische Anton Wachterromans; 2. de half-autobiografische romans, zoals De koperen tuin (1950); 3. de contemporaine psychologische romans, zoals Pastorale 1943 (1948) of De ziener (1959); 4. de historische romans, zoals Het vijfde zegel (1947) of De vuuraanbidders (1947); 5. de fantastische romans, zoals De Kellner en de levenden (1949). Vestdijk kreeg verschillende prijzen voor zijn werken: in 1938 de C.W van der Hoogt-prijs voor zijn roman Het vijfde zegel, in 1951 de P.C. Hooft-prijs voor De vuuraanbidders en in 1955 de Constantijn Huygens-prijs voor zijn gehele oeuvre. Hij werd ook voorgedragen voor de Nobelprijs, maar die werd hem nooit toegekend. Op 20 maart 1971 werd hem de Prijs der Nederlandse Letteren toegekend, maar hij kon deze niet meer ontvangen, omdat hij op 23 maart te Utrecht overleed. Bronnen
Van der Paardt, R. 1988: S. Vestdijk. In: Kritisch lexicon van de moderne Nederlandstalige Literatuuur. Ed. Hugo Brems, Tom van Deel, Ad Zuiderendt. Groningen: Martinus Nijhoff Uitgevers 1980. Brackmann, Ch. en Friesendorp, M. (red.): Oosthoek Lexicon Nederlandse en Vlaamse Literatuur. Utrecht/Antwerpen: Kosmos – Z&K Uitgevers1996 (bron: ‘http://www.ned.univie.ac.at/lic/autor.asp?aut_id=733’) 4.2 Bibliografie
Beknopte bibliografie

1934 Terug tot Ina Damman Anton Wachterroman III
1935 De bruine vriend novelle
1935 Else Böhler, Duits dienstmeisje roman
1936 Meneer Visser's hellevaart roman
1937 Het vijfde zegel roman
1938 Fabels met kleurkrijt poëzie
1939 Sint Sebastiaan, de geschiedenis van een talent Anton Wachterroman I
1939 De verdwenen horlogemaker novelle
1939 Lier en lancet essays
1940 De zwarte ruiter roman
1940 Rumeiland roman
1946 Ierse nachten roman
1947 De Poolse ruiter essays
1947 De vuuraanbidders roman
1947 Puriteinen en piraten roman
1947 De toekomst der religie essays
1948 Pastorale 1943 roman
1948 Surrogaten voor Murk Tuinstra Anton Wachter-roman II
1949 De kellner en de levenden roman
1958 Fantasia en andere verhalen
1950 De koperen tuin roman

1950 De glanzende kiemcel essays
1951 Ivoren wachters roman
1951 De dokter en het lichte meisje roman
1953 De schandalen roman
1959 De ziener roman
1961 Een alpenroman roman
1961 Gestalten tegenover mij essays
1962 De held van Temesa roman
1968 De filmheld en het gidsmeisje roman
1974 Verzamelde verhalen
1975 De persconferentie roman (bron: http://www.schrijversnet.nl/vestbibl.htm) 5. Nawoord Ik moet toegeven dat ik toch behoorlijk wat moeite had met het maken van dit verslag. Vorig jaar had ik het al eens in een verslag verwerkt, maar dit jaar kregen we te maken met een veel diepgaandere manier van verslagen maken. Toen ik uiteindelijk begreep wat de bedoeling was, heb ik het artikel uit het Lexicon opgezocht en ben aan de slag gegaan. Al met al wilde het toch wel lukken en ik denk dat ik wel voldoende heb voor een mondeling. Terug tot Ina Damman is zeker het mooiste, door een Nederlandse schrijver geschreven, boek. Ik vond het ontzettend interessant om de ontwikkeling van de hoofdpersoon te lezen en te kijken hoe hij in bepaalde situaties handelde. Ik vond het boeiend te zien hoe erg een persoon op kan gaan in een fantasiewereld, enkel omdat de echte wereld te hard voor hem lijkt te zijn.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Terug tot Ina Damman door Simon Vestdijk"