Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

De donkere kamer van Damokles door Willem Frederik Hermans

Beoordeling 6.9
Foto van een scholier
Boekcover De donkere kamer van Damokles
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 2987 woorden
  • 3 juni 2002
  • 152 keer beoordeeld
Cijfer 6.9
152 keer beoordeeld

Boekcover De donkere kamer van Damokles
Shadow

Lees De donkere kamer van Damokles en je wordt meegetrokken in het jonge leven van Henri Osewoudt, sigarenwinkelier te Voorschoten. Het zijn de jaren van de Duitse bezetting: als Osewoudt moet kiezen, is het zonder bedenktijd, met leven of dood als inzet en blind toeval als bepalende factor. Als een watervlugge bokser zet Willem Frederik Hermans ons op het verkeerde b…

Lees De donkere kamer van Damokles en je wordt meegetrokken in het jonge leven van Henri Osewoudt, sigarenwinkelier te Voorschoten. Het zijn de jaren van de Duitse bezetting: als O…

Lees De donkere kamer van Damokles en je wordt meegetrokken in het jonge leven van Henri Osewoudt, sigarenwinkelier te Voorschoten. Het zijn de jaren van de Duitse bezetting: als Osewoudt moet kiezen, is het zonder bedenktijd, met leven of dood als inzet en blind toeval als bepalende factor. Als een watervlugge bokser zet Willem Frederik Hermans ons op het verkeerde been. Steeds komen de gebeurtenissen in een ander licht te staan. De donkere kamer van Damokles biedt superieur schrijverschap, bloedstollende spanning en een sluipend gevoel van ongemak. Osewoudts leven wordt ons leven. Welke keuzes maken wij?

De donkere kamer van Damokles door Willem Frederik Hermans
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Zakelijke gegevens Titel: De donkere kamer van Damokles
Auteur: W. F. Hermans
Plaats en jaar van uitgifte: Amsterdam, 1959
Jaar eerste druk: november 1958 Vooraf Ik moest nog één boek lezen en ik wist totaal niet welke en toen werd dit boek me aangeraden. Ik wist eigenlijk helemaal niet waar het over ging, alleen dat het iets met de oorlog te maken had. Er stond verder ook niets op de achterkant van het boek geschreven, dus ik ben maar gewoon gaan lezen, zonder dat ik wist waar het eigenlijk over ging. Ik had dus ook niet echt een verwachting voordat ik ging lezen, ik had gehoord dat het een snel te lezen boek was en dat velen het leuk vinden. Daarnaast wordt het ook heel erg vaak gelezen. Ik wist ook niet of ik het een leuk boek zou vinden of niet. En omdat ik een hele oude versie van het boek heb, staat er ook niets op de omslag, geen plaatje bijvoorbeeld. Alleen de titel en auteur staan op de rug, meer niet. Titel, motto Damokles was een hoveling aan het hof van tiran Dionysius. Op een dag liet Dionysius Damokles één dag koning zijn, maar daarbij hing hij wel een puntig zwaard boven zijn hoofd, opgehangen aan een paardenhaar. Dit zwaard liet Damokles ervaren in wat voor gevaar een tiran altijd verkeert. In dit verhaal is het zwaard boven het hoofd van Damokles te vergelijken met de foto waar Dorbeck op zou moeten staan. Het leven van Osewoudt zou gered zijn als het bestaan van Dorbeck bewezen zou zijn, en dat kon alleen met die foto. De donkere kamer slaat terug op de donkere kamer waarin deze (en andere) foto’s ontwikkeld worden in het verhaal. In de donkere kamer worden namelijk ook nog andere foto’s ontwikkeld die erg belangrijk zijn voor het verhaal, zoals de 3 foto’s die Osewoudt opstuurt en steeds terug vindt, bijvoorbeeld bij Elly die zich ermee identificeert. Daarnaast slaat de donkere kamer ook terug op de cel waarin Osewoudt zit en daarmee op eenzaamheid en onzekerheid over Osewoudt’s persoonlijkheid. Het boek heeft geen motto.
Genre Dit boek hoort duidelijk bij de oorlogsromans, het gaat over de tijd van de oorlog. Daarnaast is het een psychologische roman, het gaat over het leven van Osewoudt. Osewoudt stelt als persoon weinig voor, totdat hij Dorbeck ontmoet. Dorbeck is als het ware degene die inhoud aan zijn leven geeft. Osewoudt zegt ook van zichzelf dat hij niets voorstelt en dat Dorbeck alles is. ‘Dorbeck is de perfecte versie en ik ben de mislukte’ heeft hij in het boek gezegd, tegen Marianne. Korte inhoud Henri Osewoudt is de zoon van een sigarenwinkelier in Voorschoten. Als Osewoudt nog op de lagere school zit, wordt zijn vader vermoord door zijn moeder (wie psychisch niet helemaal in orde is). Hierdoor komt Osewoudt bij zijn oom Bart Nauta in Amsterdam terecht, waar hij zijn verdere jeugd zal doorbrengen. Al op jonge leeftijd wordt Osewoudt door zijn volle nicht Ria ingewijd in de liefde, met wie hij later ook trouwt. Op de middelbare school maakt Osewoudt geen vrienden, en is eigenlijk alleen bezig met zichzelf. Hij richt zich vooral op judo. Als Osewoudt 18 jaar oud is, trouwt hij z'n nicht en zet de vroegere tabakszaak van z'n vader voort, waardoor hij ook zijn moeder kan onderhouden. Op het moment dat de oorlog begint en Osewoudt afgekeurd wordt voor militaire dienst, dient zich opeens ene luitenant Dorbeck aan. Dorbeck lijkt sprekend op Osewoudt, het enige verschillen zijn dat Dorbeck zwart haar heeft en Osewoudt blond en dat Osewoudt geen baardgroei heeft. Dorbeck vraagt Osewoudt om een paar fotorolletjes te ontwikkelen, Osewoudt doet dit, en na een tijdje komt Dorbeck weer terug met nieuwe rolletjes die ontwikkeld moeten worden. Daarnaast vraagt Dorbeck of hij Kleding van Osewoudt kan krijgen, Osewoudt moet het kostuum van Dorbeck verbergen en begraaft het in de tuin. Als Osewoudt de foto's ontwikkeld heeft, blijken ze mislukt te zijn. Hij koopt van al z'n geld een Leica (fototoestel) en gaat zelf wat militaire objecten fotograferen, om Dorbeck niet teleur te stellen. Een tijd later laat Dorbeck weer van zich horen en vraagt Osewoudt naar Haarlem te komen. In Haarlem ontmoet hij Dorbeck en Zéwüster, met wie hij 2 mannen in de Kleine Houtstraat vermoordt. Daarna ontwikkelt Osewoudt de foto's die hij in eerste instantie van Dorbeck had gekregen. Het gebouw waar hij de mislukte foto's naartoe had moeten sturen, wordt gebombardeerd en de hele familie Jagtman komt hier bij om. Pas in 1944 laat Dorbeck weer van zich horen, schriftelijk. Hij vraagt Osewoudt de foto's naar een bepaalde postbus te sturen. Een paar dagen later ontmoet Osewoudt Elly Sprenkelbach Meijer, die uit Engeland is overgekomen, zij identificeert zich met één van de foto's die Osewoudt had opgestuurd. Osewoudt moet een slaapplaats voor haar vinden, en brengt haar naar z'n oom Bart in Amsterdam. Osewoudt gaat terug naar Voorschoten en komt Moorlag tegen (een student die bij hen een kamer huurt). Moorlag vertelt hem dat zijn vrouw en moeder gevangen zijn genomen en dat ook hij wordt opgewacht. Osewoudt gaat met Moorlag naar Leiden, waar een vriend van Moorlag valse persoonsbewijzen maakt voor Osewoudt en Elly Sprenkelbach Meijer. Voor Osewoudts persoonsbewijs wordt zijn haar zwartgeverfd door Marianne Sondaar(een joodse die daarom haar naam veranderd heeft). Later gaat hij weer terug naar Amsterdam, naar oom Bart. Maar Osewoudt krijgt van Dorbeck de opdracht om naar de stationswachtkamer in Amersfoort te gaan, waar hij een vrouw zal ontmoeten. Samen met haar gaat hij naar Lunteren, waar hij een aanslag op Lagendaal, Gestapo-lid, moet plegen. In Amsterdam ontmoet hij opnieuw Marianne, met wie hij naar de bioscoop gaat. Hier ziet hij zijn hoofd in het beeld verschijnen ‘gezocht wegens straatroof, 500 gulden beloning’. Osewoudt probeert te vluchten maar wordt toch gepakt. Hij wordt verhoord en geslagen, maar hij heeft het idee dat ze hem voor iemand anders (Dorbeck) aanzien. Vanwege zijn verwondingen wordt hij naar het ziekenhuis gebracht, waar hij ontvoerd wordt en daarmee bevrijd. Hij gaat naar Leiden, waar meerdere verzetsleden zich verschuilen in het huis van Labare. Hier krijgt Osewoudt de gelegenheid om foto's te ontwikkelen. ‘s Nachts worden ze overvallen door de Duitsers, iedereen wordt opgepakt. Wanneer Osewoudt in de gevangenis zit, komt hij in aanraking met Ebernuss, die zich voordoet alsof hij van goede doen is. Osewoudt sluit een deal met Ebernuss, en brengt hem in contact met Dorbeck. Osewoudt vermoordt Ebernuss (in opdracht van Dorbeck) en krijgt een schuiladres van Dorbeck. Osewoudt moet zich verkleden als verpleegster en krijgt ook het persoonsbewijs waarop hij als verpleegster staat. Dorbeck belooft hem binnen twee dagen op te halen, maar hij laat nooit meer iets van zich horen. Behalve een briefje waarin hij schrijft dat Marianne, Osewoudt’s vriendin, in de Emmakliniek ligt om te bevallen. Uiteindelijk wil Osewoudt zich nog een keer aanmelden bij het leger (als verpleegster zijnde) in Breda, maar hij wordt direct opgepakt, en raakt in Nederlands gevangenschap. Osewoudt wordt van ontzettend veel dingen beschuldigd, en men ziet hem als een groot oorlogsmisdadiger. Hij probeert zijn onschuld op alle manieren te bewijzen, maar hij heeft een bewijs nodig dat Dorbeck bestaat en de werkelijke dader van alles is. Alle bewijzen die hij kan verzinnen, kunnen niet als bewijs dienen. Uiteindelijk, als alles is mislukt, wordt hij doodgeschoten (als hij probeert te ontsnappen). Het verhaal in één zin: Een man komt tijdens de oorlog in grote problemen doordat hij volgens zijn zeggen een dubbelganger heeft. Het verhaal speelt zich voornamelijk af in Nederland, in o.a. Voorschoten, Amsterdam, Leiden, Den Haag. Aan het einde zit Osewoudt in Engeland. De vertelde tijd gaat van Osewoudt’s jeugd tot zijn dood (als hij dood is, is hij ongeveer 25). Thema en idee Het belangrijkste thema in dit boek is om het zo maar te zeggen ‘een dubbelganger hebben’, het hele verhaal is gebaseerd op de misverstanden rondom Dorbeck en Osewoudt. Belangrijk hierbij is dat je niet altijd de werkelijkheid kunt bewijzen, terwijl je zelf precies weet hoe alles in elkaar steekt. Osewoudt weet exact hoe alles is gegaan, hoe Dorbeck in zijn leven kwam etc., maar hij kan niets bewijzen als het er op aan komt. Het idee hierbij is dat iemand niet altijd in staat kan zijn om alles te bewijzen, hoe zeker hij ook weet dat het waar is. Hoofdpersoon De hoofdpersoon van het verhaal is Henri Osewoudt, een kleine man met blond haar, een hoge stem en zonder baardgroei. En beschrijving van hem en de loop van zijn leven staan eigenlijk al in de korte inhoud van het verhaal. Verteller ‘… Dagenlang zwierf hij rond op zijn vlot, zonder drinken. Hij stierf van dorst want het water van de oceaan was zout. Hij haatte het water dat hij niet drinken kon. Maar toen de bliksem in zijn vlot sloeg en het vlot in brand vloog, schepte hij dat gehate water met zijn handen op, om te proberen de brand te blussen! De onderwijzer begin zelf het eerst te lachen, de klas lachte tenslotte ook mee.’ ‘Hij sloeg Osewoudt’s kamerjas open en knoopte ook het pyjamajasje los. Maar aan de handen van pater Beer zaten minder vingers dan Osewoudt kogelgaten in zijn lichaam had.’ Het boek heeft een alwetende verteller, de schrijver weet de gedachten van alle personages. Het verhaal wordt wel verteld door de ogen van Osewoudt, je krijgt informatie vanuit zijn gezichtspunt. Bijvoorbeeld als hij iemand ontmoet, wordt dat personage beschreven op de manier zoals Osewoudt hem/haar ziet. Waardering Ik geef dit boek een 7,5 omdat ik het een goed verhaal vond. In het begin lijkt het gewoon een beschrijving van wat er tijdens de oorlog gebeurd is, maar later als Osewoudt steeds verhoord wordt, ga je toch wel twijfelen of Dorbeck wel bestaat. Hierdoor wordt het een beetje verwarrend verhaal, maar wel leuk om te lezen. Hierdoor werd de inhoud van het boek wel interessant, doordat je je op gegeven moment toch af gaat vragen hoe alles nou precies zit. Het je afvragen hoe alles nou precies zit, is ook een vorm van spanning in dit boek, want je leest verder om erachter te komen hoe het zit. Het was absoluut niet moeilijk geschreven, soms wel een beetje verwarrend, zoals ik net al zei, maar dat lag aan het verhaal en niet aan de schrijfstijl. Er kwamen ook geen moeilijke woorden of te lange zinnen in voor. Ik zou dit boek ook zeker aanraden aan anderen, het is dan wel een vrij dik boek, maar je gaat er heel snel doorheen, vooral omdat het verhaal je meesleept om verder te lezen.
Verwachting Voordat ik dit boek ging lezen, had ik er niet echt een verwachting van, omdat ik niet wist waar het over ging. Maar het boek viel me helemaal niet tegen, het was een snel te lezen boek, ook al waren het 410 pagina’s. Ik wist van te voren wel dat het boek over de oorlog ging, dat leek me wel minder leuk, maar dat viel heel erg mee. Eigenlijk gaat het ook niet letterlijk over de oorlog, het speelt zich alleen af tijdens de oorlog. Dit is wel het eerste boek dat ik omtrent de oorlog lees (omdat het onderwerp me niet aanspreekt). Extra opdracht: Een uitgebreide beoordeling. - Vond je het boek spannend? - Hoelang het je erover gedaan? - Voelde je je op het eind een beetje genept door de schrijver? - Of vond je het juist een bevredigende afloop? - Werd je somber van de afloop? - Is dit een oorlogsboek zoals je gewend was te lezen of is het iets heel anders? - Had je medelijden met Henri? - Wat denk jij nou, is Henri Osewoudt schuldig of niet? Leeft hij in een fantasiewereld, of is hij slachtoffer van de omstandigheden (noodlot) geworden? Kun je dat goed opmaken uit het verhaal? Ik vond het verhaal niet spannend in de zin van ‘wat gaat er nu gebeuren’ zoals in een moordfilm op tv bijvoorbeeld. Wel vond ik het spannend in de zin van ‘hoe zit het nou’. In het begin van het verhaal was het ‘een gewoon verhaal’, waar geen twijfel in bestond. Maar naarmate het verhaal verder ging, werd het steeds gecompliceerder, er gingen steeds meer dingen meespelen in ‘de waarheid’ achter alles. In het begin van het verhaal was het duidelijk dat Dorbeck echt bestond, maar dat werd steeds twijfelachtiger. Aan het einde van het verhaal was het helemaal een groot vraagteken geworden of Dorbeck nou echt bestaan heeft of maar een verzinsel is van Osewoudt (al blijf ik erbij dat Dorbeck gewoon bestaan heeft). Doordat dit allemaal zo twijfelachtig werd, bleef je lezen, en dat was voor mij de spanning in het boek. Ik heb er daarom ook niet echt lang over gedaan, 9 dagen om precies te zijn (niet elke dag gelezen). Van tevoren had ik het idee van ‘410 blz…. dat duurt wel even’, maar dat viel dus heel erg mee, ik had het uit voordat ik het wist. Toen ik nog ergens midden in het boek was met lezen, hoorde ik van iemand dat het geen gelukkig einde had, dus toen vermoedde ik al dat Osewoudt niet meer samen zou komen met Marianne. Ik had toen de verwachting dat hij in gevangenschap zou blijven, tot het einde van het boek. Aan de ene kant vond ik het wel jammer toen ik hoorde dat het geen gelukkig einde is, want ik heb liever een gelukkig dan een ongelukkig einde. Maar toen ik verder in het verhaal kwam, zag ik zelf ook al wel aankomen dat Osewoudt niet meer op vrije voeten zou komen. Ik hoopte er nog wel op, maar vooral toen hij eenmaal in Engeland werd vastgehouden, had ik die hoop al wel opgegeven. Hij probeerde nog op alle mogelijke manieren te bewijzen dat hij niet schuldig is en dat Dorbeck echt bestaat, maar alle bewijzen sneuvelden. Dus toen er op gegeven moment aan het licht kwam dat zijn leica nog ergens moest zijn, had ik al meteen het idee dat die toch niet gevonden zou worden. Het verbaasde me dan ook dat hij toch wel gevonden werd, maar de foto bleek mislukt te zijn, en daarmee was ook het laatste bewijs verloren. Het einde maakte me dus ook niet somber, omdat ik al geen vertrouwen meer had in een bewijs dat Dorbeck bestaan heeft, ik had de hoop al opgegeven. Of ik wel medelijden heb met Osewoudt weet ik eigenlijk niet, hij kon er natuurlijk niets aan doen dat alle bewijzen sneuvelden, maar aan de andere kant heeft hij wel zelf toegestemd met Dorbeck. Hij heeft zonder tegenstribbelen gewoon gedaan wat Dorbeck hem vroeg, terwijl hij dat niet verplicht was. Ondanks dat echt alles dat Osewoudt nog kon helpen sneuvelde, was het toch nog wel een reële afloop om het zo maar te zeggen (in andere woorden, ik vond het niet onbevredigend). Het was immers oorlog, en dan is het vrij logisch dat veel bewijzen verloren gaan, al was het wel heel erg toevallig dat echt alles verloren ging. Toch kijk ik daar niet van op in de tijd van de oorlog, het is immers één grote ramp geweest, dus waarom dit niet? Ik kan dus ook niet zeggen dat ik me genept voel door de schrijver (doordat hij alle bewijzen verloren liet gaan). Het feit dat het oorlog was (geweest) zorgde er ook voor dat ik het geen sombere afloop vond (het was natuurlijk wel somber, maar zo heb ik het niet ervaren). Om verder te over het feit dat het oorlog was; ik vond het niet echt een oorlogsboek. Als ik aan een boek over de oorlog denk, dan verwacht ik daarin minstens scènes waarin er gestreden wordt, waarin honderden mensen sneuvelen. Ik vond dit boek dus ook geen echt oorlogsboek, het speelde zich af tijdens de oorlog, maar het ging niet over de oorlog zelf. Er werd niet in verhaald hoe de oorlog verliep enzo. Er zijn alleen kenmerken van de oorlog in het verhaal naar voren gebracht, zoals de Duitsers die Nederland bezetten. Dan blijft alleen de grootste kwestie in het hele verhaal over: heeft Dorbeck echt bestaan? Ik blijf volhouden dat Dorbeck geen verzinsel is van Osewoudt, misschien zeg ik dat wel omdat ik goedgelovig ben en mensen vertrouw op wat zij zeggen (tenzij ik reden heb ze niet te vertrouwen). Maar op gegeven moment zegt Osewoudt tegen Marianne dat hij zichzelf het mislukte exemplaar van Dorbeck vindt. Dan zou hij Dorbeck verzonnen kunnen hebben als beeld van hoe hij zou moeten zijn. Maar daar kun je tegen in brengen dat Osewoudt simpelweg zoveel bewondering heeft voor Dorbeck dat hij zichzelf met hem gaat vergelijken en eruit concludeert dat hij zijn mislukte versie is. Maar dat zou dan alleen gebaseerd zijn op uiterlijk (omdat ze sprekend op elkaar lijken), maar wie zegt dat ze verder (qua) karakter ook op elkaar lijken (daar kan het dus niet op gebaseerd zijn). Naar mijn mening heeft Osewoudt het beeld dat hij een mislukking van Dorbeck is alleen maar gehaald uit het feit dat hij zo op Dorbeck lijkt. En is Dorbeck dus geen verzinsel. Daarnaast zou het ook een erg vreemde draai aan het verhaal geven, want als je vanaf het begin zou weten dat Dorbeck een verzinsel is van Osewoudt zouden alle handelingen van Osewoudt voortkomen uit illusies. Dan zou hij foto’s uit het niets moeten halen, dan zou hij briefjes uit het niets ontvangen, dan zouden er telefoontjes door z’n hoofd moeten spoken, etc. Dat zou allemaal wel erg raar zijn, dan klopt het verhaal ook niet meer. Ik denk dus dat Dorbeck gewoon heeft bestaan en een erg slim persoon is. Hij heeft Osewoudt overal voor op laten draaien zodat hij zelf nergens voor beschuldigd kan worden. Dat alle bewijzen aan het eind van het verhaal verloren zijn gegaan, hoef ik verder niet te verklaren, dat kan simpelweg toeval zijn (zoals ik eerder ook al zei).

REACTIES

P.

P.

Hallo,

Ik wil graag melden dat ik deze samenvatting top vind! Ik heb door deze samenvatting een heel goed cijfer voor mijn boekbespreking gehaald zonder daadwerkelijk het boek te hebben gelezen!

verder dank ik graag www.scholieren.com voor het bestaan van deze site!

keep up the good work! (vertaling: lekker bezig, ga zo door)

Warme groetjes uit Den Haag,

Peter Blom

12 jaar geleden

P.

P.

kan je site ook voor mij vertalen

8 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De donkere kamer van Damokles door Willem Frederik Hermans"