Eindexamens 2024

Wij helpen je er doorheen ›

Het land door Aukelien Weverling

Zeker Weten Goed
Foto van Cees
Boekcover Het land
Shadow
  • Boekverslag door Cees
  • Zeker Weten Goed
  • 5 januari 2014
Zeker Weten Goed

Boekcover Het land
Shadow
Het land door Aukelien Weverling
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Nieuw seizoen Studententijd de podcast!

Studenten Joes, Tess en Annemoon zijn terug en bespreken alles wat jij wilt weten over het studentenleven. Ze hebben het onder andere over lentekriebels, studeren, backpacken, porno kijken, datediners, overthinken, break-ups en nog veel meer. Vanaf nu te luisteren via Spotify en andere podcast-apps! 

Luister nu

Feitelijke gegevens

  • 1e druk, 2013
  • 225 pagina's
  • Uitgeverij: Meulenhoff

Flaptekst

Eerste zin

Het eindeloos turen naar de einder van in het groene grasland van een veenpolder waar geen eind aan leek te komen, zo plat, zo gelijkmatig, elke fantasie in turf gedroogd en opgebrand, en er was alleen maar die einder waar je naar kon turen en alles, alles om je heen rook naar de koeienstront en de vergane glorie.

Samenvatting

Betje Overveen heeft zomervakantie: ze woont in Wakkum, een dorp waarin niets gebeurt behalve de wisseling van de seizoenen. Wakkum telt slechts 100 huizen en iedereen kent elkaar. Dominee Opvliet heeft het voor het zeggen en ze hebben er een burgemeester die met het dorp maandelijks bespreekt wat er gedaan gaat worden.
Betje is een puber (ongeveer 16) met gevoelens van ontluikende liefde en ze is leerling van de middelbare tuinbouwschool. Ze denkt erover later naar de stad op school te gaan, maar ze weet niet hoe ze dit aan haar streng gelovige ouders moet vertellen. Ze is enig kind met een vader die nauwelijks kan communiceren, (want boer) en een moeder die zich onsterfelijk maakt met het citeren van spreekwijzen. Ze zijn niet rijk en worden vaak geholpen door de buurman met zijn drie zonen (de oudste, de middelste en de jongste genoemd).

Alles gaat zijn gangetje, totdat de oude Vreeman uit Dorpsstraat 5 doodgaat. Een van de dorpelingen die wil gaan trouwen, doet een bod maar het huis gaat later naar een allochtoons gezin. In de roman worden ze aangeduid met termen als wat de zoon was van Dorpsstraat of wat de dochters waren van Dorpsstraat 5. Ze worden door de dorpelingen met de nek aangekeken en in het begin vooral genegeerd. Als “wat de moeder van Dorpsstraat 5 is”,  meedoet aan de plaatselijke bingo en wint, wil ze een citruspers uitzoeken, maar ze krijgt een ham (voor moslims geen echt goede prijs). De dorpsjeugd brengt op een bepaald moment een naziteken op de deur van de woning aan. De dominee spreekt over “goddelozen” die gestraft moeten worden, maar de burgemeester wil dit soort excessen niet in zijn dorp hebben.

Op de Zomerspelen gebeurt er ook niet zo veel, maar de jongste van de buurman begint later op de avond met Betje te zoenen. Dat herhaalt zich enkele keren. Hij zit buiten het dorp op school met “wat was de zoon van Dorpsstraat 5” en hij laat zich met de jongen in. Hij geeft Betje ook boeken over de relativiteitstheorie van Einstein te lezen, maar dominee Opvliet vindt dit geen goed idee en neemt het boek af.
Betje gaat met de Jongste mee naar de verjaardag van één van de dochters van Dorpsstraat 5 en begint zich te verbazen over wat daar allemaal in huis staat en wat juist niet. De jongens van het dorp vinden het niet leuk. Als de winter invalt gaan Betje en De Jongste schaatsen. Bij thuiskomst zoenen ze. De Jongste wordt kort daarna ziek: hij heeft het aan zijn longen. Het dorp geeft de schuld aan de mensen van Dorpsstraat 5: dat zijn immers goddelozen, zegt de dominee. Op 31 december neemt de jeugd wraak: ze schieten met carbid op de deur van Dorpsstraat 5, die vernield wordt. De Jongste sterft later toch en op de begrafenis komen ook de bewoners van Dorpsstraat 5; de dorpelingen vinden dat dit niet hoort.

Betje moet ook naar de stad: ze voelt zich niet goed en moet in het ziekenhuis worden onderzocht: er wordt niet verteld wat ze mankeert. Op de Meidenmarkt en de Grietjesveiling blijft Betje over: ze hoort er niet meer bij. Ook bij het Paasvee, wordt ze met de nek aan gekeken. Betje kan de sociale druk niet weerstaan en trekt om te laten zien dat ze wat durft een pluk haar uit  bij een van de dochters van Dorpspstraat5. De zoon geeft haar een mep. Ineens wordt er daarna gesproken over “we” in plaats van “je”.

Dan komt de apotheose. Een oud, maar verboden gebruik in het dorp is een dier in een ton voort te rollen. Nu wordt de zoon van Dorpsstraat 5 in de ton gestopt, voortgerold en daarna gestenigd. Betje werpt de eerste steen. De jongen sterft. De twee zusjes die alles hebben gezien, worden opgehangen aan een touw waarna het ganzenkoptrekken plaatsvindt. Ook zij sterven allebei. Betje is weer één met de dorpelingen. Die praten samen met de dominee en de burgemeester praten de daden schijnheilig goed. Dan opgejut door deze taal steken de dorpelingen het huis aan de Dorpsstraat 5 in de fik: de bewoners zitten opgesloten. Het dorp heeft zijn vergelding gehad. De daad wordt goedgepraat.

In de epiloog mijmert Betje over het dorp en het land. Ze is vijftien weken in verwachting van De Jongste.

Dit verslag gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

Personages

Betje Overveen

Betje Overveen is een puber die zich stierlijk verveelt in het kleine dorp Wakkum. Ze hangt in de zomervakantie wat rond. Ze is enig kind met een weinig communicatieve vader en een slechts spreekwoorden uitende moeder. Ze heeft het idee om na de middelbare tuinbouwschool in de stad verder te studeren. In de loop van de roman leert ze de liefde/seks kennen met een buurjongen die geen naam heeft, maar steeds met de Jongste wordt aangeduid. Met hem gaat ze ook in contact met de bewoners van Dorpsstraat 5. Dan durft ze het wel, maar als de Jongste dood is, staat ze helemaal alleen in het dorp. Dan probeert ze zich weer geliefd te maken bij de dorpsjeugd, door een pluk haar bij één van de dochters van de allochtonen te plukken. Later gooit ze ook de eerste steen naar de ton waarin de zoon van Dorpsstraat 5 zit’opgesloten. Die wordt gedood. Ze is geen heldin meer, maar wordt door het dorp weer geaccepteerd. In de epiloog blijkt dat de seksuele relatie met de Jongste een kind heeft opgeleverd. Ze verwacht dat dominee Opvliet het wel goed zal praten.

Betjes ouders

Betjes ouders zijn echte boeren: werken hard en zijn vrij stug, gelovig en weinig communicatief. Ze kunnen nauwelijks rondkomen van het boerenbedrijf maar hebben hun hoop op God gevestigd. Daarin laten ze zich leiden door dominee Opvliet. Ze steunen hun dochter niet in wat ze doet: ze moet het boek over de relativiteitstheorie afgeven aan de dominee. Ook nemen ze het voor haar op als ze het op de allochtonen heeft voorzien.

Dominee Opvliet

De dominee in het dorp is de vertegenwoordiger van God op aarde. Maar het is duidelijk de goed van het Oude Testament die meer wraakzuchtig is dan vredelievend. De dominee keurt de komst van de 'goddeloze moslims' sterk al en vindt dat ze eigenlijk gestraft moeten worden. Dat gebeurt dus ook. Een weinig christelijke houding.

De Jongste

De jongste is één van de drie zonen van de buurman. Hij durft wel voor zijn eigen mening uit te komen, maar dat komt ook omdat hij in de stad op school zit. Daar komt hij ook in contact met de zoon van Dorpsstraat 5. Hij gaat met hen om. Ook leest hij een ander soort boeken dan de andere pubers in het dorp. Hij geeft die aan Betje, maar ze worden helaas verboden door de dominee. De dorpelingen zien het als zijn straf dat hij ziek wordt en sterft, omdat hij contact heeft gezocht met de allochtonen.

Quotes

"Bij Dorpsstraat 5 werden tapijten naar binnen gedragen. Wat de moeder was, liep in doeken gewikkeld over het erf. Dirigeerde haar man over het pad. Zei iets onverstaanbaars, bazig was het wel, wees naar het huis en naar de witte vrachtwagen. Zijn woorden sneller dan de duivel, rolden over het gras. In zijn handen een stapel kussens in patronen die we hier niet kennen. In bonte kleuren, biezen van goud." Bladzijde 65
"Pas om tien uur werd het donker. Een swastika uit nood geboren, niemand wist precies waar die van Dorpsstraat 5 vandaan kwamen, je vroeg aan Ronald hoe hij ook alweer moest: “Een lange horizontaal, een lange verticaal, dan aan het eind van elke lijn een kort streepje naar rechts.” Het bloed trok weg uit je wijsvinger waarmee je op de spuitbus drukte. De lange lijnen waren het moeilijkst om te trekken, je had er kracht en beheersing voor nodig." Bladzijde 90
"Vijf dagen kerstkliekjes eten, want spilzucht gaf geen pas, van elk botje werd bouillon getrokken die Moe wel weer wecken zou, het hele huis rook naar wat zij met kruidnagels uitspookte, je prikte met je vork in de stukgebakken groente die ze vanuit de pan op je bord geschept had. Van de kerstfondue waren nog stukken hamburger over die je door de ketchup halen mocht. " Bladzijde 153
"Wat de jongste dochter was reikte je een uiteinde van een springtouw dat ze trots bij zich droeg, een rood poppetje met een lach van zwarte verf dat ooit dagenlang in jou handen had gelegen. Toen deed je wat het leven je aangaf, trok zo hard als je kon aan de haren van dat kind dat tot aan je borst kwam, ze gilde van schrik, probeerde angstig te ontkomen, waarbij ze een pluk haren in jouw handen achterliet. " Bladzijde 191
"Die van Dorpsstraat 5 begon te bonken tegen elke kromgebogen plank, maakte ene hels kabaal dat ze zonder Paasvee in Bronsloo hadden kunnen horen, gilde dat we hem bevrijden moesten, dat hij geen lucht kreeg, dat het te donker was. We klapten in onze handen. Hans trapte hard tegen de ton, liet hem lopen als een hamster in een rad, rolde hem precies tussen twee wilgen aan de waterkant… " Bladzijde 197

Thematiek

Godsdienst en godsdienstwaanzin

Het zware geloof in een klein dorp drukt een stempel op de bewoners van Makkum. Daarin is geen plaats voor andersdenkenden (Betje en De Jongste). Maar er is zeker geen plaats voor moslims als die in het dorp komen wonen. De dominee praat alles goed met citaten vanuit de Bijbel.

Zin van het bestaan / zin van het leven

In het kleine dorp Makkum gebeurt niets, behalve dat de zin van het bestaan moet worden bevochten. Dat betekent hard werken en weinig praten. Godsdienst is daarbij de leidraad voor de bewoners en buitenstaanders worden nauwelijks geaccepteerd. Iedereen blijft ook wonen in het dorp. Alleen nieuwsgierigen willen daaraan ontkomen (De Jongste en aanvankelijk Betje). Maar door de schade en schande wijs geworden blijft ook zij het dorp. Ze zal het als ongehuwde moeder nog moeilijk genoeg krijgen.

Motieven

Wraak

Het dorp neemt wraak voor de dood van de Jongste.

Coming of age

Betje is een puber die de weg naar volwassenheid moet afleggen. Ze wil wel uit het ouderlijk milieu losbreken (bijvoorbeeld nieuwe studie in de stad, gevoelig voor de denkbeelden van De Jongste), maar leert ook dat het vreselijk moeilijk is om de druk van de gemeenschap te weerstaan. Onder leiding van de Jongste treedt ze wel in contact met de moslims, maar blijft hen apart vinden. Intussen leert ze ook de liefde en de seks kennen. De meest tragische les in het leven is de dood van haar vriendje. Dan keert ze terug naar de boerengemeenschap, maar moet daarvoor wel “heldendaden” verrichten.

Discriminatie

Wie niet van dezelfde afkomst is, wordt in het dorp met de nek aangekeken. Dat geldt zeker voor de nieuwe bewoners van Dorpsstraat 5 die eigenlijk het huis gaan bewonen dat een autochtone boerenzoon wilde betrekken. De kinderen worden niet geaccepteerd op school, de moeder wordt gediscrimineerd bij de bingo. Het gezin krijgt ook de schuld van de ziekte van de Jongste. Daarna ligt het helemaal onder vuur: Betje trekt haar uit het hoofd van een van de meisjes, ze stenigt de ton waarin de zon zit, de meisjes worden gewurgd bij het ganzenkoptrekken en het huis en de overige familieleden moeten het ontgelden. Het dorp heeft zijn wraak gehad.

Motto

Het motto is een uitspraak van Aldous Huxley uit "Brave new World".
"Wat man has joined, nature is powerless to put asunder."

(Wat de mens heeft samen gebracht kan de natuur niet in stukken rijten)
Dat is een geschikt  motto voor dit boek over een hechte geloofsgemeenschap, die niet wil dat allochtonen daarin de rust verstoren.

Opdracht

Voor Bart Kraamer

Titelverklaring

“Het land” verwijst naar een gebied waarin de hoofdpersoon leeft, dat een afgesloten geheel van de boze buitenwereld is. In “Het land" gebeurt niets.

Structuur & perspectief

De roman heeft een aantal ongenummerde maar wel getitelde hoofdstukken, gevolgd door een zeer korte epiloog.

Enkele titels van deze hoofdstukken:
- Het intochtslied
- Met sikkels en bijlen
- Job en al zijn zweren
- Een stichtelijk samenzijn

Al deze hoofdstukken worden weer onderverdeeld in titelloze subhoofdstukken die van elkaar worden gescheiden door witregels.

Het perspectief is wel vreemd. In feite zien we de gehele geschiedenis in het godsdienstige dorp Wakkum door de ogen van de puber Betje Overveen. Ze zit op de middelbare tuinbouwschool en moet dus ongeveer 16 jaar zijn. Maar zij vertelt niet in de gebruikelijke ik-vorm. Ze doet het in de “je-vorm”, wat natuurlijk een zekere afstand schept tot haar eigen personage. Als je goed oplet, zie je dat Betje geen deel uit maakt van de gemeenschap, dat ze een beetje buitenbeentje is, maar wanneer ze meegedaan heeft aan de vernietiging van het vreemde, allochtone gezin, spreekt ze ineens over “we.” Ze maakt dan weer wel deel uit van de gemeenschap en zal er in haar latere leven waarschijnlijk niet aan kunnen ontkomen. Betje vertelt in de o.v.t.

Decor

Wat de tijd betreft is het moeilijk een decennium te schatten van de vorige eeuw. De vooruitgang heeft in het dorp niet toegeslagen. Er wordt wel gesproken over Brussel als punt van de Europese eenwording. Internet en televisie spelen geen enkele rol. Er wordt geschaatst op Friese doorlopers. Het zou een dorp kunnen zijn uit de late vijftiger jaren (de Tweede Wereldoorlog ligt achter de rug) maar ook één uit de begin zestiger jaren. Klimaatproblematiek gaat een rol spelen (Denk aan Rapport van Rome - 1960). Het integreren van buitenlandse mensen (hier waarschijnlijk moslims) heeft nog lang geen vorm gekregen.

Wat je met meer zekerheid kunt vaststellen, is de vertelde tijd. Het verhaal begint in de grote zomervakantie (juli/augustus) en loopt via kerst naar het voorjaar. Pasen is al geweest en Betje is vijftien weken zwanger van haar overleden boerenvriendje. Laten we het houden op april. Dan is de periode vertelde tijd van het verhaal ongeveer zo’n acht tot negen maanden.

Ook van het decor valt weinig te vermelden. Het is een streng gelovig veendorp (Drenthe?) met een gesloten gemeenschap. Het dorp waarin Betje Overveen woont, heet Wakkum en de buurt ligt het grotere Muunde. Er is sprake van een symbolisch decor vanwege de geslotenheid van de gemeenschap. Wie zich niet schikt naar de regels wordt met de nek aangekeken (eerst de jongste, Betje, maar vooral de allochtonen van Dorpsstraat 5).

Stijl

De stijl in “Het land” is aangepast aan de inhoud. De bewoners van het dorp zijn hoekig en stug, en zeer rechtlijnig. De stijl van de vertelster is dat ook. Er staan heel wat zinnen in die een noodzakelijk onderwerp of werkwoordsvorm missen. Weverling vertelt heel gecomprimeerd, maar daardoor krijgt de taal wel een bepaald  ritme, waardoor die bijna  poëzie wordt.

Opmerkelijk is ook de “je”-stijl van de vertelster die door dit te gebruiken afstand schept tot haar personage als ik-verteller, maar ook minder afstand dan bij een personale vertelster.
Enkele typische stijlzinnen van Weverling:

(blz. 12) De jongens van een boerderij verder wonnen. Ze waren geen drieling, ze droegen alleen alle drie de hemden van hun vader. Geruite hemden, ze droegen de kavels op hun lijf. Later foto’s van filmsterren.

(blz. 22) De jongste had de rust in zijn natuur die hier zo geprezen werd. Hij had volgens Moe de fijne gelaatstrekken van zijn moeder  meegekregen, ogen  blauw als de muisjes die ze bij zijn geboorte over de beschuit hadden gegooid.

(blz. 142) Zo niet bij ons, zo sterk als ons land was, waren onze genen niet, alle grootouders lagen begraven in koude aarde, Moe had haar twee zussen verloren aan een ziekte waar men niet over sprak. Pa was moeilijk ter wereld gekomen en enig kind gebleven. Zo kwam het dat je hier in drie-eenheid woonde en elke dag met opgedrongen erfgoed onder de schoenen deed wat zich  raden liet. Schaamte lag in dat wat niet behouden werd.

Eigenaardig, maar ook grappig is de communicatie van Moe, de moeder van Betje. Zij spreekt vooral in  spreekwoorden en zegswijzen. Dat werkt komisch.
Spreekwoorden van de moeder:

(blz. 27) “Is de eerste juli regenachtig, de rest van de maand zal wezen twijfelachtig.”
(blz. 73)  “ Daar de vrouw goed huishoudt groeit spek aan de balk.”
(blz. 127) Ik wil geen dood paard aan een boom binden, Herman, maar jouw jongste lijkt bijzondere interesse aan de dag te leggen voor ons Betje.”
(blz. 127) “Opvoeden is knopen tellen.”
(blz. 135) “Sneeuwjaar, rijk jaar"

Het is mijns inziens vooral de stijl die “Het land“ tot een waardevolle roman maakt.

 

Slotzin

Een blauwe lucht met niks erin. Weldra zou het zomer zijn. Zo trokken de seizoenen hier voorbij, met alleen God om te verwijten dat jaar na jaar hetzelfde was, een inwisselbaar patroon, één vingerafdruk waarbij alleen de hand steeds groter werd. Weten: de wereld is al wat het geval is en dit is het land en hier gebeurt niks.

Beoordeling

Het gaat in deze roman van Weverling mijns inziens niet zozeer om de inhoud: die is op zich niet zo origineel, ook al is het einde van het verhaal een beetje over the top. Er wordt nogal rigoureus wraak genomen op de mensen die buiten de gemeenschap staan. En een roman waarin het geloof zo’n sterke rol speelt, is op zich in de Nederlandse literatuur ook niet zo origineel.
Waarin Weverling zich wel onderscheidt, is de zeer gecomprimeerde stijl van haar zinnen. Er worden steeds woorden en zinsdelen weggelaten, waardoor de lezer goed moet nadenken wat er precies staat. Dat geeft zeker een meerwaarde aan de roman. Ook de cynische toon waarin Betje haar mededelingen over Makkum doet, komt voor de lezer aantrekkelijk over. Dat gaat gepaard met een bijzonder perspectief, (dat van de "je-vorm") dat op zich al een afstand van het personage tot de gemeenschap creëert.  

Het boek is bovendien fraai uitgegeven en heeft een prettige bladspiegel om te lezen. Het is qua inhoud en niveau  zeker geschikt voor havo- en vwo-leerlingen uit de examenklassen.

Recensies

"Het is bekend, een tegenstelling extreem opblazen kan een effectief middel zijn om een maatschappelijke kwestie aan de orde te stellen. Aukelien Weverling is hierin echter zo ver doorgeslagen dat de groteske afloop van Het land maakt dat het boek amper beklijft. Terwijl haar stijl veel meer in petto lijkt te hebben dan dit naïeve sprookje met een over-the-top dramatisch einde." http://www.8weekly.nl/art...ebelt.html
"En Betje? Die waait met alle plattelandswinden mee. Maar op één punt brak Weverling met het perspectief – Betje is ‘je’ en de verteller is ‘we’ – en daar was Betje ineens ‘ik’. Dat moment, voor het eerst oog in oog met de zoon van Dorpsstraat 5, was niet willekeurig. Maar het was, veelbetekenend, ook niet meer dan één rimpel in een modderige sloot." http://www.nrclux.nl/het-...t/1135462/
"Het land is een goed verhaal, al is het inhoudelijk weinig origineel. De geschiedenis moet het vooral hebben van stilistische doorwerking. Geen zin die niet is omgeploegd, wat tot opvallende doelmatigheid heeft geleid. Minstens zo opvallend als de hernieuwde Weverling, een soort Treur noir, is dat zij na Mano Bouzamour en Abdelkader Benali op deze plek de derde achtereenvolgende auteur is die het thema racisme nieuw leven inblaast. Als dat geen trend is. " http://www.volkskrant.nl/...-land.html
"Wat moeten we dan wel geloven? Die verstikkende polder met die dominee en die koeien, die kenden wel al, en Het land zou ook niet meer geweest zijn dan een bekend verhaal over bekrompenheid, uitsluiting en rebellie als daar Betje niet was, met haar eigen kijk en vooral haar hoogsteigen zinnen. Diep in haar geest dringen we niet door. Het land is niet echt een Bildungsroman, laat staan een coming-of-agedrama waarin de held zich weet los te maken van alles wat haar vasthoudt. Maar wat dan wel? Een zedenschets van een wereld die niet lang geleden nog de onze was? Of misschien nog steeds is? Want het staat de lezer vrij Het land te lezen als Nederland, maar wie dat te ver vindt gaan, heeft ook gelijk. " http://recensieweb.nl/rec...de-polder/
"Het is jammer dat Weverling bij die laatste plotlijn, en bij de apotheose helemaal (de zondebok voor de sociale onrust ligt voor de hand) uit de bocht vliegt met een wending die zelfs de puriteinen van Salem nog te gortig was geweest. De ondertoon van deze intrige met het obligate goed versus kwaad was al vrij simplistisch, maar het danteske bloedbad waarna de gelederen met bijbelteksten worden gesloten, is van dik hout. " http://www.nu.nl/boek/362...-land.html
"Ik vond Het land een prachtige, bijzondere roman. Hoewel de schrijfster absoluut niet moraliserend is, laat ze wel zien wat de gevolgen kunnen zijn van angst voor het onbekende. Echt een aanrader!" http://www.ingeleest.nl/r...-het-land/
Je hebt nog 2 Zeker weten goed verslagen over.

Wil je onbeperkt toegang tot alle Zeker Weten Goed verslagen? Meld je dan aan bij Scholieren.com.

33.841 scholieren gingen je al voor!

Geschreven door Cees

Foto van Cees

Ik heb verreweg het grootste deel van mijn leven voor de klas gestaan. Eerst vijf jaar op een basisschool, daarna veertig jaar op diverse scholen voor voortgezet onderwijs: havo en vwo, onder- en bovenbouw. Ik vond het destijds  mijn taak om de verouderde en 'afgezaagde' literatuurlijsten voor Nederlands te vernieuwen en mijn leerlingen kennis te laten maken met nieuwe en/of jonge schrijvers. Lezen kan namelijk ook gewoon leuk zijn. Docenten kunnen je met het aanprijzen van leuke en/of spannende boeken enthousiast maken. Stukken die interessant zijn, voorlezen in de klas. Kort vertellen waarover een boek gaat.  Ik heb nu ruim 1460 verslagen gemaakt, waarvan een heleboel Zeker-Weten-Goed-verslagen. Er staan vragen over de inhoud aan het eind om je te laten zien of je het boek begrepen hebt.

Bij Scholieren.com probeer ik daarom zo veel mogelijk boeken van nieuwe schrijvers te bespreken. Ik hoop altijd dat de 'moderne leraar Nederlands' het zijn leerlingen toestaat om de wat minder bekende schrijvers ook op de leeslijst te zetten. Uittreksels maken vond ikzelf vroeger helemaal niet leuk. Ik kocht daarom ook uittrekselboeken. (Bijvoorbeeld Literama, Apercu, Der Rote Faden) Nu maak ik zelf boekverslagen voor  scholieren.com. Nog een gemeend advies: wees verstandig en lees altijd wel het boek. Dan kan een boekverslag op scholieren.com een een prima geheugensteun voor je mondeling zijn.
En geloof me, docenten kunnen vanwege tijdgebrek ook niet alle boeken lezen die jaarlijks verschijnen; zij raadplegen daarom ook wel de boekverslagen die scholieren.com levert.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Ook geschreven door Cees