Feitelijke gegevens
- 2e druk, 2004
- 318 pagina's
- Uitgeverij: Nijgh & Van Ditmar
Flaptekst
De twaalfjarige Hazel leert de wereld kennen aan de hand van haar oudere broer Jaris. Ze communiceren in geheime codes, delen een fascinatie voor zwarte gaten in het heelal en het communisme. Maar op weg naar de volwassenheid worden de gedachtes van Jaris steeds donkerder, tot hij in zijn schizofrenie alle grip op de realiteit verliest. Na de verdwijning van Jaris verruilt Hazel het ouderlijk huis in Heerhugowaard voor een zolderkamer in Amsterdam. Daar ontpopt ze zich tot een rebelse studente. Samen met haar onmogelijke vrienden Das en Keizer bewandelt zij de genadeloze weg naar de afgrond en geeft zich over aan drank, drugs en seks. In een laatste poging Jaris terug te vinden start Hazel een zoektocht naar haar broer.
Met gevoel, ironie en grote verbeeldingskracht wordt het idee van de werkelijkheid onderuit gehaald. Zo gaan we niet met elkaar om is een wrangkomisch en poëtisch beeld van een reddeloze generatie.
Eerste zin
Samenvatting
Er is een korte proloog waarin wordt verteld dat Hazel ineenzakt op de vloer van een discoruimte en dat er een zwarte figuur op haar afkomt aan wie ze vraagt waar Jaris is. De zwarte man komt herhaaldelijk in de roman voor. Hij lijkt haar te volgen en volgens een in verderop in de roman geraadpleegde Afrikaanse toekomstvoorspeller is het een kwade geest die haar in de gaten houdt.
Bij het samenstellen van die leesverslag heb ik er voor gekozen de twee verhaallijnen (heden en verleden) steeds apart per deel van de roman te beschrijven. In de uitwerking van Jonkman worden die delen enkele keren van elkaar gescheiden in hoofdstukken.
Deel I
Het verleden:
Hazel en Jaris Friesland vieren bij hun ouders thuis altijd hun beider verjaardag samen; Jaris is een jaar of vijf/zes ouder dan Hazel. Het eerste hoofdstuk speelt zich af op 6 juni 1994. Hazel wordt dan twaalf jaar. Ze heeft van haar ouders een konijn gekregen (dat Koba wordt genoemd naar de bijnaam van Jozef Stalin, de Russische dictator) en een klein surfzeil, terwijl Jaris een groot surfzeil heeft gekregen. Jaris en Hazel kunnen erg goed met elkaar opschieten. Ze hebben nog een gehandicapt ouder zusje, Mensje, maar over haar wordt nauwelijks iets verteld. Jaris en Hazel schrijven elkaar briefjes in een geheimtaal. Jaris heeft ook een voorliefde voor het communisme. Jaris vertelt haar dat sommige dingen in je leven die in je jeugd erg leuk lijken dat later niet meer zijn. Hazel maakt alvast een lijstje van tien dingen waarbij ze zich wat kan voorstellen.
Ze heeft voor Jaris een Herman Broodachtig T-shirt gemaakt. Hij belooft haar het die dag aan te trekken, maar als zijn vrienden er zijn (met wie hij een joint rookt) ziet ze dat hij zich niet aan zijn belofte heeft gehouden. Ze praat met haar leuke oom Gerbrand over enkele puberdingen. Haar vader heeft een hekel aan de broer van haar moeder, maar zij is erg op hem gesteld. Ze mag van hem ook enkele trekjes aan een sigaret doen.
Het heden:
Hazel Friedland wordt wakker naast een niet al te aantrekkelijke man, haar one-night stand van deze keer. Ze vlucht zo snel mogelijk het huis van die man uit en rijdt op de fiets naar haar eigen appartement dat ze deelt met de bijzondere Amsterdammers Keizer en Das. Ze zijn even oud, leven er maar een beetje op los en bekritiseren vaak de levenswijze van Hazel. Die gaat vreemd, want ze heeft een vriendje Mart in Heerhugowaard achtergelaten. Naar hem en haar ouders gaat ze ook meestal met de trein. Ook deze keer. De sullig overkomende Mart heeft al die tijd op haar zitten wachten. Ze verwijt hem dat hij geen interesse in haar woonomstandigheden in Amsterdam heeft. Haar ouders die overdreven netjes en ouderwets zijn, hebben kritiek op de manier waarop ze met Mart omgaat.
De volgende episode speelt zich enige tijd later af in het Vondelpark, waar ze met Das en Keizer blowt en zuipt. Daarna besluit Hazel maar weer eens richting Heerhugowaard te gaan. Het is al laat in de avond en in de trein ontmoet ze haar ex-vriendje van school Job. Ze heeft hem zes jaar niet meer gezien. Ze is nog steeds verliefd op hem en ze besluiten de trein maar door te laten rijden naar Den Helder, het eindpunt. Daar moeten ze de trein verlaten.
Deel II
Het verleden:
Hazel gaat niet lang na haar verjaardag surfen met Jaris, die het veel beter kan dan zij. Jaris vertelt haar altijd interessante dingen, zoals het verhaal van The Lord of the Flies, waarin
alles om macht gaat. Ook blijkt uit die passages dat ze bang is om Jaris te verliezen. Wanneer ze wat te eten bij een snackbar hebben besteld, is hij daarna ineens verdwenen. Ze ziet hem met zijn surfplank op het grote meer surfen. Ze is bang hem te verliezen.
Niet al te lang daarna (want Hazel is nog steeds twaalf jaar), brengt ze Jaris met het hele gezin (ook met Mensje) naar zijn studentenkamer in Groningen. Hij is inmiddels bezeten van muziek van Nirwana (Kurt Cobain) en vertelt in de auto over de inhoud van de hit "Rape me”. Hazels vader vindt de inhoud ongepast voor een twaalfjarig meisje. Hazel zal haar grote broer echt gaan missen.
Het Heden:
Dit speelt op de dag nadat ze met Job uit de trein is gestapt in Den Helder. Hij wilde niet met haar mee naar huis gaan, omdat hij een vriendinnetje heeft en zij een vriendje. Maar net als ze met Mart telefonisch in gesprek is, belt hij haar op haar mobiel op. Ze laat Mart zitten en gaat verder bellen met Job. De sukkel Mart blijft bij het wisselgesprek al die tijd aan de telefoon hangen.
Daarna gaat Hazel de stad in op zoek naar Jaris. Hij overnachtte nog wel eens in het jeugdhotel van de stad. Wanneer ze daar staat, ziet ze er een Australische toerist (Gavin) uitkomen. Ze raken met elkaar in gesprek en belanden natuurlijk met elkaar in bed. Hazel gaat namelijk vaak vreemd. Ze is immers op de vlucht voor haarzelf, vindt de psychiater die ze wel eens heeft bezocht naar aanleiding van de gebeurtenissen met Jaris.
Kort daarop heeft ze een tentamen filosofie, maar ze heeft zich er niet goed op voorbereid. Het lukt dus niet de vragen te beantwoorden en ze levert een leeg tentamenblaadje in. Ze moet nog steeds nadenken over de seks die ze met Gavin heeft gehad.
Ze wordt gebeld door haar moeder met het verzoek haar mail te raadplegen. Daarin staat dat ze Mart niet zomaar mag laten vallen en dat ze eens contact moet zoeken met Oom Gerbrand, die immers vlak bij haar woont in Amsterdam. Ze gaat hem inderdaad opzoeken en ze doet dat in gezelschap van de vreemde Keizer. Ze babbelen met Gerbrand, maar die staat onder curatele bij de verzorgingsdiensten. Hij mag eigenlijk niet meer drinken. Maar ze heeft gedaan wat haar moeder van haar heeft verlangd.
Deel III
Het verleden:
In dit deel maken we kennis met de 15- jarige Hazel. Ze krijgt net op haar donder van de conrector, die ontdekt heeft dat ze absentenbriefjes heeft vervalst met de handtekeningen. Jaris is sinds enkele maanden terug uit Groningen. Hij heeft daar niet kunnen wennen, heeft zijn studie verwaarloosd en er diverse baantjes in Amsterdam op na gehouden. Hij doet nu vreemd, lijkt een Bijbeltic te hebben en waarschuwt Hazel dat ze veel te sexy gekleed gaat.
In de roman wordt namelijk naar de Bijbeltekst verwezen die Jaris bij zijn vertrek in zijn kamer heeft achtergelaten. Die betreft Genesis 2 en 3: oftewel het scheppingsverhaal van Adam en Eva en de manier waarop de vrouw de man heeft verleid. Hij gedraagt zich dan ook steeds gekker.
Hazel echter heeft oog gekregen voor de leuke Job uit de vierde klas, met wie ze toevallig in aanraking is gekomen: hij heeft tijdens de gymles een honkbal in haar oog doen belanden. In haar dagboek (mei 1997) schrijft ze steeds op wanneer ze hem ziet. Haar moeder zegt dat ze nog geen zestien jaar is. Haar rijpere vriendin Jelka zegt dat ze een pushup bh moet gaan dragen en een naveltruitje. Dat is de doorn in het oog van Jaris en zijn verleidingsverhaal uit de Bijbel. Hij hoort voortdurend stemmen in zijn hoofd en lijdt nu duidelijk aan psychoses. Hij verdwijnt naar Amsterdam, waar hij als een zwerver door het leven gaat. Ze gaan hem een keer opzoeken, maar hij wil niet mee naar huis. Later staat hij toch voor haar neus, wanneer ze aan het bollen pellen is. Dat is vakantiewerk in de streek van Heerhugowaard. Ze praat met Jelka over haar schoolfeest op 26 juli, wanneer ze Job hoopt te verleiden. Ze mag de pushup bh van Jelka wel lenen. Ze neemt Jaris weer mee naar huis, maar hij blijft zich extreem gedragen. Op het schoolfeest van 26 juli zal Hazel inderdaad Job benaderen. Maar de manier waarop ze zich kleedt, heeft de woede gewekt van Jaris.
Op het schoolfeest komt Hazel inderdaad in aanraking met Job. Ze zoenen voor het eerst. Wel gaat ze nog alleen naar huis. De dagen erna blijft Jaris maar schreeuwen en vreemde dingen zeggen over het geloof en de man-vrouwverhouding. Na enkele dagen wordt hij weggehaald door de politie en overgebracht naar het ziekenhuis in Alkmaar, waar hij voorlopig verblijft in de gesloten afdeling.
Het heden:
Hazel blijft zich onrealistisch gedragen in Amsterdam. Ze gebruikt XTC en andere drugs, wordt er af en toe goed ziek van. Keizer heeft een Afrikaanse paragnost gevonden die haar de toekomst zal voorspellen. Hij waarschuwt haar voor de zwarte man, die ze trouwens steeds achter zich aan ziet en voelt komen. Hij zegt dat het een kwade geest is, die haar overigens wel zal beschermen. Wanneer hij nog niet helemaal klaar is met zijn diagnose, is Hazel de boel alweer ontvlucht. Ze gaat dan blootsvoets weer terug naar Heerhugowaard, waar ze eerst Mart op de boerderij van zijn vader bezoekt. Wel maakt ze de verkering meteen uit met hem onder het mom van de smoes dat hij haar nooit in Amsterdam is komen opzoeken. Mart snapt er niets van: hij mocht van Hazel toch juist niet naar Amsterdam komen. Wel leent ze de kaplaarzen van zijn vader en gaat daarna naar het huis van haar ouders. Haar moeder heeft meteen weer kritiek op haar kleding en ook op de manier waarop ze Mart heeft behandeld. Maar ze trekt zich er niets van aan en gaat met de kaplaarzen aan op het bed van haar moeder liggen. Die wordt hysterisch en ze krijgt vervolgens een trap van Hazel. Haar vader zegt dan de woorden van de titel tegen Hazel ”Zo gaan we niet met elkaar om“ .
Ze vertrekt meteen uit huis en ontmoet Job weer in de trein die net van zijn vriendin komt. Er komt ook een zwerver in de trein en die wordt gepest door studenten die dronken in de trein zitten. Hazel komt voor de zwerver op (waarschijnlijk omdat ze zich indenkt dat het ook haar broer had kunnen zijn) Maar ze moet wel met Job de trein ontvluchten. Deze keer gaat Job wel mee naar het huis van Hazel in de buurt van de Wallen. Ook Das en Keizer komen thuis en die denken eerst dat Job Mart is. Ze gebruiken weer drugs met elkaar en wanneer ze vroeg in de ochtend wakker worden, hebben Hazel en Job op een wat geïmproviseerde manier seks. Hazel verlangt heel erg naar seks met hem. Dan wordt er plotseling gebeld en staat Mart voor de deur.
Deel IV
Het verleden:
Na een ruime twee weken mag Jaris bezoek hebben in het Alkmaarse ziekenhuis. Hazel, Mensje en moeder gaan hem opzoeken: hij zit in de gesloten afdeling voorlopig. Hij doet heel redelijk.
Job die voor het eerst op het schoolfeest heeft gezoend met Hazel, nodigt zijn nieuwe vriendin uit op de boerderij van zijn ouders. Ze wordt hartelijk ontvangen. Na afloop van het bezoek zoenen ze weer en Hazel is behoorlijk “in love”.
Hazel heeft het plan opgevat om haar broertje nog een keer alleen te bezoeken. Ze neemt de trein en krijgt te horen dat Jaris haar niet wil ontvangen, omdat hij een slechte dag heeft.
De volgende episode uit het heden die wordt verteld is dat ze weer samen hun verjaardag vieren. Maar dat gebeurt in de inrichting. Er is wel enige tijd (een jaar?) voorbijgegaan, en Jaris zit niet meer in de gesloten afdeling, maar hij weigert ook zijn medicijnen te slikken. Ook nu hebben ze weer een cadeau voor elkaar gekocht. Jaris heeft groene sokken voor Hazel gekocht. Zes dagen later is er echter een probleem. Het is Tweede Pinksterdag (2000?) en Hazel hoort van haar vader dat Jaris van het dak van het ziekenhuis is gesprongen. De zelfmoordpoging heeft hij niet overleefd.
In het laatste hoofdstuk van het verleden vertelt Hazel over de condoleance en de begrafenis van Jaris. Ook Job komt haar condoleren. Het is waarschijnlijk de laatste keer dat ze hem zal zien (Later blijkt uit de passages van het heden dat ze elkaar zes jaar niet zullen zien). Wanneer de kist zakt, ziet Hazel Jaris “ins blaue hinein” verdwijnen. Ze ziet hem verdwijnen in een dimensie die geen tijd en ruimte meer kent.
Het heden:
De sukkelige Mart komt boven in de woning van Hazel. Hij ziet Job, Das en Keizer. Die nemen hem niet serieus maar wel in de maling. Hij is voor Hazel gekomen, maar die laat hem duidelijk merken dat het nu te laat is. Ze laat hem uit haar huis vertrekken. Job wil nu nog een keer met haar neuken, maar opeens kan ze het niet meer. Job loopt daarom boos de deur uit. Met Das en Keizer gaat ze naar een themafeest. Maar omdat ze drank en drugs door elkaar gebruikt, gaat ze daar onderuit. Als ze bijkomt, ziet ze de man in het zwart en ze vraagt hem of hij weet waar Jaris is. Dat is ook de passage die in de proloog wordt beschreven. Als ze hersteld is, loopt ze weg van het feest en neemt een besluit om naar huis terug te keren. Ze schrijft een afscheidsbrief aan Das en Keizer en neemt de trein naar Heerhugowaard. Onderweg belt ze haar moeder die op de wc zit op het kerkhof waar Jaris begraven ligt.
Bij het eerstvolgende station stapt ze uit: het is een omgeving waar zowel weilanden als bossen zijn. Ze ziet de man in het zwart weer. Eigenlijk weet ze niet waar ze heen moet. Dan lijkt het alsof ze Jaris ziet aankomen. Ze roept hem, maar hij antwoordt niet. Het is net alsof hij haar niet meer herkent.
Dit verslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden