Blaren

12. Module Eerste Hulp Bij Sport Ongevallen (E.H.B.S.O.) Opdracht: Blaren Een blaar is een holte in de huid die gevuld is met vocht. De holte kan ontstaan zijn door een langdurige wrijving tegen de huid. Het deel van de huid waar een blaar ontstaat is meestal vochtig. De huid wordt eerst gevoelig en rood, vervolgens laat de opperhuid los van de onderlaag en ontstaat er een holte met daarin vocht. Een blaar ontstaat door een langdurige belasting van de voeten of door sokken die te veel schuren. Ook als de schoenen niet goed passen of er een afwijking in de bouw en vorm van de voet is kan er een blaar ontstaan. Als de blaar ontstaan is door wrijving, kan je de blaar gewoon laten opdrogen. Als de blaar opengaat moet je de blaar desinfecteren met jodium en er een gaaspleister op doen. Zowel een blaar met helder vocht als voor een blaar met bloed eronder geldt dat je de blaar bij voorkeur niet moet doorprikken. Blaren die wel veel last veroorzaken kan je openprikken met een in vuur gesteriliseerde naald. Daarna kan je met een wattenstaafje de blaar leeg maken zodat er geen vocht meer in de blaar zit. Over de blaar mag een kleefpleister of een steriel gaasje heen, zodat er geen bacteriën bij de open blaar kunnen. Ook als de blaar uit zichzelf kapot is gegaan, moet je dit doen om infectie te voorkomen. Als je geen blaren wilt moet je zorgen dat je goed passende schoenen hebt. Ook met schone, droge sokken verklein je de kans op blaren. Je kan je voeten ook in poederen met talkpoeder zodat de voeten droog blijven en op de kwetsbare delen een kleefpleister plakken.