Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Deel 3, Hoofdstuk 2 en 4

Beoordeling 4.6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • Klas onbekend | 1040 woorden
  • 25 mei 2006
  • 60 keer beoordeeld
Cijfer 4.6
60 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
LEVENSBESCHOUWING: Hoofdstuk 2: het verschil tussen arm en rijk * Als je subjectief na het begrip armoede kijkt, richt je je vooral op de beleving van het individu.(bijv. als iemand zich arm voelt, is hij arm) * Als je er objectief naar kijkt, maak je een vergelijking met andere mensen uit de samenleving. * Als je de begrippen arm en rijk objectief benadert, ontdek je dat deze begrippen met elkaar te maken hebben. Arm en Rijk zijn dan relatieve begrippen. Ze drukken een verhouding uit in verschillen tussen mensen of groepen.(bijv.rijk omdat je meer hebt dan een ander, ander is arm omdat hij minder heeft dan jij) * Christelijke mensen moeten hun minder bedeelde medemens helpen. Ze vinden dat zoveel privé-bezit niet nodig is, dat wij de 3e wereldlanden moeten helpen. Van geld wordt je niet gelukkig. Mensen hebben behoeften(eten, drinken, onderdak) en verlangens(vakantie, tv). Wij moeten alleen naar behoeften gaan kijken en beter met het milieu omgaan.Wij moeten onze verlangens aan de kant zetten voor de behoeften van de arme landen in de wereld…’laten we consuminderen in plaats vaan consumeren’..(Jezus groot voorbeeld). * Humanisten geloven in de mens. Je moet zelf zin geven aan je leven. Ze willen zich niet beroepen op god of een andere hogere macht. Ze vinden de eigen verantwoordelijkheid van de mens erg belangrijk.Problemen zoals het armoedevraagstuk moeten wij als mensen zelf oplossen. Mensen moeten niet denken aan de dood, maar aan het leven zelf. Ze vinden dat we ons moeten schamen over het feit dat er zoveel honger en armoede op deze wereld is. We moeten ze op elke manier dat we ze kunnen helpen, helpen. Mensen moeten zelf kunnen kiezen welk leven ze willen leiden, wij moeten ze niets opdringen. Wij moeten gewoon hun behoeften bevredigen bijv: voedsel, drinken, onderdak, medicijnen, onderwijs enz. Hoofdstuk 4: dood * Invalshoeken dood: - biologische (bijv; wanneer spreken we van een dood lichaam?); - psychische; - sociale; - geografische; - historische. * Een Engelse filosoof David Hume verklaarde het bestaan van religie uit angst voor dood en ongeluk en uit verlangen naar geluk en voedsel. * Volgens de filosoof Bergson is de mens het enige levende wezen dat zijn eigen dood kan voorzien en dat zich bewust is van de eindigheid van het leven. Daaruit ontstaat er angst om te gaan, om achter te blijven en de vraag wat er is na het leven. * Mircea Eliade beweerde dat de mens steeds op zoek is naar een heilige tijd en een heilige ruimte die de loutere toevalligheid en vergankelijkheid van zijn bestaan tenietdoen en overstijgt. Volgens hem probeerde de mens zijn eigen tijdelijkheid en vergankelijkheid te overstijgen door deel te willen uitmaken van een groter – oneindig – geheel. * Plato ging er van uit dat het lichamelijke element van de mens bij diens dood zou ophouden te bestaan, maar dat het geestelijke gedeelte(‘de ziel’) zou voortleven. Het geestelijke is ons geschonken door God en bij onze dood dit weer terug naar zijn oorsprong, terug na god. Deze scheiding tussen lichaam en geest noemen we dualisme. Door Griekse invloeden op het Christendom keken ze anders tegen het lichaam aan, ze vonden het minderwaardiger. * In andere landen zoals India heerst er een vorm van kastenstelsel: sommige mensen zijn meer waard als andere, en hebben dus ook andere rechten. In welke kaste je zit wordt al bepaald door je geboorte. Kinderen worden vaak op jonge leeftijd al aan elkaar uitgehuwelijkt. Zij geloven in leven na de dood  reïncarnatie. Dat betekent dat je na je dood opnieuw geboren wordt. Niet je lichaam maar wel je ziel. Je ziel komt dan terug in een ander lichaam, dat lichaam wordt bepaald door de manier waarop je geleefd hebt. Het gebeurt niet gelijk na overlijden, eerst ben je een geest die offers nodig heeft. Het is belangrijk dat de achtergebleven mensen dan offers voor je brengen. Als ze dat niet doen kunnen er kwade machten het leven van mensen zuur maken. Brahmanen = priesters

Kshatriya’s = strijders
Vayha’s = boeren en handelaren
Sudra’s = slaven Paria’s = de outcast (uitgestotenen) * Grondwaarden boeddhisme:1. Het bestaan heeft een cyclisch karakter: het leven keert steeds terug op aarde. 2. Mensen mogen geen geweld gebruiken tegen levende wezens: het principe van de geweldloosheid. 3. De mens kan ‘meer mens worden’door gebruik te maken van ascetische en meditatieve technieken. Denk bijvoorbeeld aan yoga, dat tegenwoordig ook veel in het westen wordt gepraktiseerd. 4. Om tot wijsheid te komen heb je een leermeester nodig. Zo’n leermeester wordt vaak ‘goeroe’ genoemd. (toegevoegd door boeddha): 5. Het egoïstische begeren van de mens is de oorzaak van het lijden. Begeerte schept namelijk een gemis.6. Mensen worden verlost van hun lijden door niet langer te begeren. Daarnaast kunnen ze streven naar het spanningloze, vredige nirwana.7. Een achtvoudig pad om de straat van nirwana te bereiken: 1 juist inzicht; 2 juist besluit; 3 juist spreken; 4 juist doen; 5 juist leven; 6 juist sterven; 7 juist denken en 8 juist mediteren. * Hedonisme = genotsdenken (verlangens) -> van het leven genieten * Humanistische kijk op dood: Na de dood is het helemaal afgelopen met jou, het is je definitieve einde. Het leven is een eenmalig gebeuren en de dood sluit dat af. Er bestaat geen god. De mens is verantwoordelijk voor wat er gebeurt in zijnhaar eigen leven. Doordat ik weet dat de dood het einde is heeft mijn leven meer waarde. Je moet zelf zin geven aan het leven. Mensen zijn zo bang om te sterven dat ze een religie verzinnen. BEGRIPPEN: Ethiek: 1 praktische wijsbegeerte die zich bezighoudt met wat goed en kwaad is -> ethica, moraal, moraalfilosofie, moraaltheologie, zedenkunde, zedenleer. Mystiek: 1 hartstochtelijk streven naar de bijzondere, persoonlijke vereniging van God met de menselijke ziel. 2 de leer van dit streven
3 geheimzinnig, raadselachtig . 4 betr. hebbend op, behorend tot de 'mystiek' -> bovennatuurlijk
Nirwana: door boeddhisten nagestreefde toestand van volkomen rust doordat het vuur van de hartstochten geheel gedoofd is. Ascese: onthouding van alle zingenot uit religieuze overwegingen => ascetisme, onthechting, versterving
Microkrediet: Arme mensen in ontwikkelingslanden beschikken vaak niet over voldoende onderpand en een regelmatig inkomen om in aanmerking te komen voor een lening bij een gewone bank. Stichtingen helpen kleine ondernemers door hen via lokale banken microkredieten te verstrekken. Daardoor kunnen ook armere mensen in ontwikkelingslanden hun eigen bedrijfje beginnen of hun aandeel in een bestaand bedrijf vergroten.

REACTIES

K.

K.

slechte uitleg

13 jaar geleden

Q.

Q.

slechte samenvatting

10 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.