Module 6 Hoofdstuk 1: De Duitse Eenwording

Samenvatting Geschiedenis. Module 6, Hoofdstuk 1: de Duitse eenwording • Du. Bewijzen dat ze meetelde; eeuwen door EU uitgelachen, vernederd en onder de voet gelopen door legers. • 15e eeuw: kleine staatjes -> Heilige Roomse Rijk/Duitse Keizerrijk • Eind 18e eeuw: verlangen eenheid -> gemeenschappelijke cultuur • Eind 18e eeuw: jonge schrijvers, kunstenaars, geleerde afzetten buitenlanders vooral Franse. • Johann Gotfried Herder: grondlegger nationalisme. Inspiratie: natuur. • Iedere natie: eigen karakter om te mogen bestaan(recht). De taal is de ziel en ligging + klimaat = levenswijze (staatsvorm niet belang) • Volk dus eigen karakter + cultuur waardoor eigen natie vormen • Nationalisme veranderde van vredelievend naar egoïstisch + agressief • Herwaardering naar eigen taal en cultuur en in verleden graven • Culturele Nationalisme: De nationale identiteit zoeken in de cultuur, zoals literatuur, kunst en MUZIEK!!!!!! • 1812 publicatie 1e sprookjesboek gebr. Grimm • Romantiek: stroming die eind 18e eeuw is ontstaan en de nadruk legt op het gevoel en de natuur. (1830 hoogtepunt) • In tegenstelling tot Herder vonden de meeste nationalisten het hervinden van hun cultuur niet voldoende. De napoleontische oorlogen hebben hier flink aan mee gewerkt. • Napoleontische oorlogen: Oorlogen die Napoleon voerde om heel Europa onder zijn heerschappij te brengen. • Wekte haat op tegen Fr. stimuleerde saamhorigheidsgevoel. • Vanaf hier zijn Dui. overtuigt dat ze 1 rijk moeten worden. Het ging niet om 1 verenigd land maar ze wouden ook een staat waar burgers vrij zijn en rechten zijn vastgelegd in een grondwet + gekozen regering • Jahn: Conservatieve Duitse nationalist die de Duitse jeugd trainde in zijn ‘Turngesellschaft’ zodat Duitsland nooit meer een oorlog zou verliezen, zoals tegen Napoleon. • Jahn richtte in 1811 verenigingen om de jeugd militaire discipline bij te brengen. Ook werd geest gevoed met nationalistische ideeën. • Wener congres: Vredesbespreking en herindeling van EU, o.l.v. Ooste. Metternich na de definitieve nederlaag van Napoleon in 1815. • Overwinning Napoleon niet 1 Duits rijk olv 1 keizer • Vorstendommen zagen nationalistische beweging als gevaar • Uiteindelijk ontstond de Deutsche bund (Bondgenootschap van Duitse staten en Oost. Tegen eventueel hernieuwde Fr. agressie). Deze telde 36 staten. O.l.v Metternich (prins 1809-1848 belang. man van oost.) • Hij had veel invloed op Franz I. Niet goed bij adel.. Suc6 bij vrouwen en bij Franz. • Nationalisten niet eens met Deutsche bund en richtte romantisch bevlogen studentenverenigingen of burschenschaften op. Hier hield met patriottische redevoeringen met liberaal-democratische inslag. • Vorsten zagen nationalisme met afschuw toe. Bij moord op student/spion kwam Metternich in actie. Burschenschaften werden verboden en universiteiten onder streng toezicht. Ook Jahn z’n verenigingen verboden en Jahn opgesloten. • 1818 douane rechten tussen Pruisische gewesten afgeschaft. (begin) • Midden 19e eeuw pas meeste staten aangesloten bij de zollverein. • Zollverein: Tolunie opgericht door enkele Duitse staten in 1818 om het handelsverkeer te vergemakkelijken. In de loop der jaren sloten steeds meer Duitse staten zich aan. • 1848 Revolutie jaar.. Nationalisten wind in de rug. Friedrich Wilhelm IV (koning Pruisen) onder druk grondwet toestaan door volksopstand. En 1wording op touw nemen. • Professorenparlement: Nationale Vergadering in Duitsland in het revolutiejaar 1848. De Vergadering was bijeengeroepen om een Duitse staat te organiseren. Ook wel Frankfurter parlement genaamd. (alleen leden burgerij) • Ze kwamen er niet uit. Juni 1849 leger opdracht gegeven nationalisten te verwijderen. Hierop greep volk naar wapens en maandenlang vechten. • In 1862 Otto von Bismarck aan leiding in Pruisische regering. • Conservatief adellijk geslacht kwam hij. Vreemde levensstijl. • op z’n 32ste wordt hij lid van de Pruisische landdag, een orgaan dat de opdracht heeft de besluiten van de koning te bekrachtigen. • Duitse staat moest komen maar niet via liberaalnationalisme. Hij vertrouwde op zijn leger en eigen intuïtie. • 1866 Oostenrijk verslagen -> geld en paar staten bij Pruisen. Hij werd benoemd tot kanselier. De liberalen slonken. Zij vonden hem een verpersoonlijking van hun nationalistische gevoelens. • Steeds meer staten sloten aan. 1870 wond hij oorlog tegen Frankrijk en riep het Tweede Duitse keizerrijk op. (Na de overwinning op Frankrijk in 1871 riep Pruisen zichzelf in Versailles uit tot het 2e Duitse Keizerrijk. Het 1e keizerrijk was het Heilige Roomse Rijk der Duitse Natie) • Volgens Jahn: streepje voor op andere volken: taal, cultuur, ras, zuiver blijven van vreemde smetten. En jeugd moet militaire discipline hebben. • Duitsers dachten dat zij het beste waren (hoog verheven) • Rond 1900 bedreigd voelen door veranderingen samenleving. Toekomst somber uit. Vijanden overal. En bang dat de joden de Duitse cultuur zouden vernietigen. • Frankrijk wachtte op revanche van nederlaag 1871. • Völkisch nationalisme: de theorie dat het voortbestaan van het Duitse volk werd bedreigd door zogenaamde niet-Duitsers, waaronder alle buitenlanders, maar ook Duitse joden en zigeuners. • Dit vormde door gevoelens vang: angst, bedreiging en superioriteit. • Aanhangers streefden naar een sterk legers om zich te beschermen en verwijderen van vreemde elementen (joden).Ze keken liever naar verleden. • Van Vol..Nati.. was het een eenvoudige stap naar het agressieve antisemitisme van de jaren 1930-1934.