Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Planeten

Beoordeling 7.5
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • 4e klas vwo | 1838 woorden
  • 21 juni 2004
  • 59 keer beoordeeld
Cijfer 7.5
59 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Hoofdstuk 1: HOE ONTSTAAN PLANETEN? Het woord ‘planeet’ komt van het Griekse woord ‘planètès’ wat zwervend of dwalend betekent. Ze heten zo omdat men vroeger constateerde dat de planeten zich ten opzichte van de sterren zeer onregelmatig verplaatsten. Planeten ontstaan uit een rondwentelende gaswolk die onder de zwaartekracht inkrimpt. Bij het samentrekken stoot de gaswolk ringen af, die langzamerhand condenseren tot planeten. Dit betekent dat de buitenste planeten, dus de planeten die het verste weg van de dichtstbijzijnde ster staan, het oudste zijn. En de planeten die dichter bij de ster staan zijn dus jonger. Een ster is een overgebleven deel van die gaswolk. Voor ons zonnestelsel is de zon de dichtstbijzijnde ster, deze is dus ontstaan uit een gaswolk. Er zijn negen planeten uit die gaswolk ontstaan, namelijk Mercurius, Venus, Aarde, Mars, Jupiter, Saturnus, Uranus, Neptunus en Pluto. Hiervan is Mercurius de jongste planeet en Pluto de oudste. Al deze planeten draaien in een baan om de zon. Elke planeet heeft om zijn beurt weer manen die in een baan om deze planeet heen draaien. Op de meeste planeten doen zich kraters voor, deze zijn ontstaan door de inslag van bijvoorbeeld een meteoriet. Leven is er ook niet op de meeste planeten, dit komt doordat de meeste geen dampkring hebben en door de te hoge of te lage temperatuur. Planeten draaien ook om hun eigen as. Er zijn twee soorten planeten: binnenplaneten en buitenplaneten. De baan van de binnenplaneten bevindt zich tussen die van de aarde en de zon. De banen van de buitenplaneten daarentegen zijn groter dan de baan van de aarde. Hoofdstuk 2: MERCURIUS Mercurius is een kleine planeet die van alle planeten het dichtst bij de zon staat, een binnenplaneet dus. Zonder telescoop is deze bijna niet zichtbaar, je kunt hem alleen zien als de weersomstandigheden zeer gunstig zijn. Na zonsondergang zie je planeet laag boven de westelijke horizon en voor zonsopkomst laag in het oosten. De temperaturen op Mercurius kunnen oplopen tot 425 ºc, ’s nachts kan deze temperatuur dalen tot 170 ºc. Deze planeet heeft een sterk magnetisch veld en heeft een enorme kern van ijzer. Om de zoveel tijd vindt er een Mercuriusovergang plaats, dit is de beweging van deze planeet voor de zonneschijf langs. De laatste Mercuriusovergang vond plaats op 15 november 1999, en die daarvoor op 6 november 1993. Mercurius beweegt zich het snelste van alle planeten. Hier onder staan wat feiten over Mercurius op een rijtje. Gemiddelde afstand tot de zon ten opzichte van de aarde (aarde = 1) 0,39

Omlooptijd 0,24 jaar
Massa (aarde = 1) 0,06
Diameter (km) 4878
Rotatietijd (rond as) 58,7 dagen
Bekend aantal manen 0 “ Jaar ” 88 dagen “ Dag “ 58 dagen en 15,5 uur Hoofdstuk 3: VENUS Venus is de tweede planeet van de zon af gerekend. De afstand van deze planeet tot aan de aarde bedraagt 108 miljoen kilometer. Ze is bijna net zo groot als de aarde, maar het is er wel veel warmer. Venus is namelijk de heetste planeet die wij kennen. Het is er ongeveer 462 ºc. Dat het er zo warm is komt doordat Venus wordt omgeven door een dichte dampkring waarin zich dikke wolkenlagen bevinden. Deze dampkring bestaat voor 95% uit koolstofdioxide. Het oppervlak van Venus is van vulkanische oorsprong, mogelijk komt er nog steeds actief vulkanisme op deze planeet voor. Venus heeft geen magnetisch veld. In grootte en massa lijkt Venus veel op de aarde, ook bevinden de twee planeten zich niet ver van elkaar. Hoe het dan komt dat de twee planeten verder zo weinig overeenkomsten hebben, is moeilijk te begrijpen. Waarschijnlijk is de afstand tot de zon daar de oorzaak van De vorige Venusovergang vond plaats in 1882, de volgende zal plaatsvinden in 2004. Onderstaand schema laat enkele feiten over Venus zien: Gemiddelde afstand tot de zon ten opzichte van de aarde (aarde = 1) 0,72
Omlooptijd 0,62 jaar
Massa (aarde = 1) 0,82
Diameter (km) 12104
Rotatietijd (rond as) 243 dagen
Bekend aantal manen 0 “ Jaar “ 225 dagen “ Dag “ 243 dagen en 14 uur Hoofdstuk 4: AARDE Vanaf de zon gerekend is de aarde de derde planeet. De aarde is de grootste van de vier aardse planeten: aarde, Mercurius, Venus en Mars. Wat de aarde onderscheidt van de meeste andere planeten is haar zuurstofrijke atmosfeer en een temperatuur die haar geschikt maakt voor leven. De gemiddelde temperatuur op aarde is 14 ºc. Als de aarde zich dichter bij de zon had bevonden had zich hier nooit leven kunnen ontwikkelen. Ook is de aarde de enige planeet waar water aan het oppervlak voorkomt en, voor zover bekend, de enige planeet waarop leven is ontstaan. Een andere belangrijke reden waardoor er leven op aarde is ontstaan is omdat deze planeet zo rotsachtig is en geen gasplaneet zoals bijvoorbeeld Jupiter. Zo’n planeet heeft helemaal geen grond, daar zouden mensen dus niet kunnen staan, maar steeds verder naar beneden vallen totdat ze uiteindelijk versmelten met de kern. Van alle hemellichamen in ons zonnestelsel vertoont zij de grootste geologische activiteit. In het midden van de aarde ligt de aardkern, daaromheen de mantel en daarop de aardkorst. De aarde heeft één maan, deze draait in ongeveer één maand om de aarde heen. De maan veroorzaakt ook samen met de zon eb en vloed. Bewegingen in de mantel en aardkorst veroorzaken verschijnselen zoals vulkanisme en aardbevingen. Wat feiten over de aarde: Gemiddelde afstand tot de zon ten opzichte van de aarde (aarde = 1) 1,00 =± 150.000.000 km
Omlooptijd 1 jaar

Massa (aarde = 1) 1,00
Diameter (km) 12756
Rotatietijd (rond as) 24 uur
Bekend aantal manen 1 “ Jaar “ 365,24 dagen “ Dag “ 23 uur en 56 minuten Hoofdstuk 5: MARS Mars is, vanaf de zon gezien, de vierde planeet. Mars is een kleine, donkere planeet. Hij heeft zijn naam gekregen door zijn rode kleur, die mensen aan bloed deed denken. Vandaar dat de planeet naar de Romeinse god van de oorlog genoemd werd. Op sommige plekken is Mars verschrikkelijk oud. De planeet heeft vele kraters, kloven en ravijnen, die waarschijnlijk zijn ontstaan door aardbevingen. De grootste vulkaan op deze planeet, de Olympus Mons, is ook de grootste vulkaan van ons zonnestelsel. De Olympus Mons is 26,4 kilometer hoog. Het eerste ruimteschip dat op Mars landde was de Marinier Tien, in 1971. Mars heeft 2
Mars
manen, Phobos en Deimos. Op Mars heerst een primitieve plantengroei, het is er droger dan in de Sahara en kouder dan op de Noordpool. Gemiddelde afstand tot de zon ten opzichte van de aarde (aarde = 1) 1,52
Omlooptijd 1,88 jaar
Massa (aarde = 1) 0,11
Diameter (km) 6794
Rotatietijd (rond as) 24,6 uur
Bekend aantal manen 2 “ Jaar “ 687 dagen “ Dag “ 24 uur en 37 minuten Hoofdstuk 6: JUPITER De planeet Jupiter volgt na de planeet Mars. Jupiter is de grootste van de 9 planeten en is een grote gasbol. Ze lijkt dan ook van alle planeten het meest op een zon. Deze planeet bestaat voor het grootste gedeelte uit waterstof (ongeveer 90 %). Sinds het ontstaan van de planeet blijft zij zich samentrekken. Dit is een proces dat hitte opwekt en dat ervoor zorgt dat die hitte in infrarood wordt opgegloeid. Jupiter was de eerste planeet in ons zonnestelsel dat men al in de prehistorische tijd kon zien. De planeet draait zeer snel om haar eigen as (althans, de buitenste lagen), wat veel stormen en cyclonen veroorzaakt. De temperaturen, die variëren van –120 tot 0 graden Celsius, veroorzaken de kleuren van Jupiter. Dit, omdat de verschillende temperaturen allerlei scheikundige verbindingen in de wolkenlagen veroorzaken. Wanneer je door een telescoop naar Jupiter kijkt, zie je een heldere, maar afgeplatte schijf met donkere banden en een rode vlek. Die rode vlek is waarschijnlijk een enorme, eeuwigdurende orkaan. Gemiddelde afstand tot de zon ten opzichte van de aarde (aarde = 1) 5,20
Omlooptijd 12 jaar

Massa (aarde = 1) 317,8
Diameter (km) 142800
Rotatietijd (rond as) 9 uur en 50 minuten
Bekend aantal manen 16 “Jaar “ 11,9 jaar “Dag “ 9 uur en 55,5 minuten Hoofdstuk 7: SATURNUS Saturnus is vanaf de zon gezien de zesde planeet. De dichtheid van Saturnus is zo laag, omdat ze voornamelijk uit waterstof bestaat. De zwaartekracht op deze planeet is net kleiner dan op aarde. De planeet heeft een beigeachtige kleur. Net als op Jupiter heersen ook op Saturnus wolkenbanden en stormen in de atmosfeer. De verschillen zijn echter niet goed te zien, omdat Saturnus een nevel hoog in de atmosfeer heeft. Saturnus heeft ook de meeste manen. Daarvan is de grootste Titan, zij is zelfs groter dan Mercurius. Op de grond is de planeet ijzig koud en heeft een temperatuur van 180 graden Celsius onder het vriespunt. De luchtdruk is echter wel twee keer zo hoog als op de planeet Aarde. Saturnus staat vooral bekend door zijn ringen. Galileï zag al eerste met zijn primitieve telescoop dat er met deze planeet iets geks aan de hand is, maar de Nederlander Christiaan Huygens was het, die in 1655 een ring kon onderscheiden. Gemiddelde afstand tot de zon ten opzichte van de aarde (aarde =1) 9,55
Omlooptijd 29,5 jaar
Massa (aarde =1) 95,1
Diameter (km) 120660
Rotatietijd (rond as) 10,2 uur
Manen 23 “ Jaar “ 29,5 jaar “ Dag “ 10 uur en 39 minuten Hoofdstuk 8: URANUS Uranus is de volgende planeet na Saturnus, dus de 7e planeet vanaf de zon geteld en is een buitenplaneet. Deze reuzenplaneet werd in 1781 door William Herschel ontdekt. Bij zeer gunstige omstandigheden kan je hem met het blote oog zien. De sterkte van het magnetische veld van Uranus is ongeveer gelijk aan dat van de aarde. Uranus heeft 15 manen waaronder 5 grote: Ariël, Umbriël, Titania, Oberon en Miranda. De 10 andere weren in 1986 door Voyager II ontdekt. In 1997 werd een dunne, donker ring rond de planeet ontdekt. Deze planeet lijkt eigenlijk meer op een ster dan op een planeet. Enkele feiten over Uranus staan in onderstaand schema: Gemiddelde afstand tot de zon ten opzichte van de aarde (aarde = 1) 19,18
Omlooptijd 84,01 jaar

Massa (aarde = 1) 14,5
Diameter (km) 51400
Rotatietijd (rond as) 17,24 uur
Bekend aantal manen 15 “ Jaar “ 84 jaar “ Dag “ 17 uur en 14 minuten Hoofdstuk 9: NEPTUNUS De volgende planeet is Neptunus. Deze planeet werd in 1846 ontdekt door Galle. De planeet zou bijna een tweeling van Uranus kunnen zijn, ware het niet dat Neptunus veel zwaarder is en geen merkwaardige ashelling heeft, zoals Uranus. De dampkring van Neptunus bestaat uit waterstof, helium en methaan. Het methaan en helium, dat ook een dik wolkendek veroorzaakt, zorgt voor de groene kleur. Dit, omdat de rode, oranje en gele straling van de zon door de stoffen wordt geabsorbeerd. De oppervlaktetemperatuur is waarschijnlijk 200 graden Celsius. Gemiddelde afstand tot de zon ten opzichte van de aarde (aarde = 1) 30,23
Omlooptijd 165 jaar
Massa (aarde = 1) 17,2
Diameter (km) 50400
Rotatietijd (rond as) 18 uur
Bekend aantal manen 8 “ Jaar “ 165 jaar “ Dag “ 17 uur en 50 minuten Hoofdstuk 10: PLUTO Pluto is de verste en zwakste planeet. Deze planeet is min of meer toevallig ontdekt. Astronomen waren namelijk op zoek naar een planeet die de afwijkende bewegingen van Uranus en Neptunus kon verklaren. Toen Pluto in 1930 ontdekt werd, bleek echter dat deze planeet veel te klein en te licht is om storingen veroorzaakt te kunnen hebben. In 1978 ontdekte men, dat Pluto vergezeld wordt van een maan, Charon. In verhouding tot Pluto is deze maan ontzettend groot. Veel mensen beschouwen Pluto en Charon dan ook als dubbelplaneten, en niet als planeet met maan. De planeet Pluto heeft een blauw met witte kleur. Deze planeet is de koudste planeet, omdat zij het verst van de zon afstaat. Pluto heeft een extreem ijle, uitgestrekte dampkring die voornamelijk uit methaan bestaat. Gemiddelde afstand tot de zon ten opzichte van de aarde (aarde = 1) 39,49
Omlooptijd 247,6 jaar

Massa (aarde = 1) 0,003
Diameter (km) 2200
Rotatietijd (rond as) 6 dagen, 9 uur en 18 minuten
Manen 1 “ Jaar “ 248 jaar “ Dag “ 6 dagen en 9,3 uur

REACTIES

A.

A.

Waar komen die feitjes weg? ze zijn vrijwel allemaal incorrect...

12 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.