Hoofdstuk 4

Hoofdstuk 4 de Franse revolutie: 3 De bourgeoisie komt in verzet (1789) in 1789 wilde de een minister dat edelen veel meer belasting gingen betalen. De Staten-Generaal (een vergadering van 3 standen onder leiding van de koning) werd om goedkeuring gevraagd. De koning wilde dat er per stand werd gestemd. De vertegenwoordigers van de 3de stand benoemde zich tot nationale vergaderingà ze vertegenwoordigde het hele Franse volk. Er wed besloten dat Frankrijk een grondwet moest krijgen daar moest in komen te staan dat de macht van de koning wed beperkt ook de rechten en plichten, Ze kregen steun van de geestelijke en edelen. Door meningsverschillen werd het uiteindelijk een strijd tussen de 3de stand en de koninklijke adel. 4 De armen in Parijs en de boeren steunen de bourgeoisie (1789) de Parijse bevolking had de nationale vergadering gered door het bestormen van Bastille. In de nationale vergadering ontstond de angst voor de boeren en werd besloten dat de adel afstand moest doen van al haar voorrechten. Door de opstand van de burgers à de koning en de nationale vergadering verhuisde naar Parijs. De inwoners van Parijs konden vanaf de tribune de vergadering volgens en laten merken als ze het ergens niet mee eens waren.
5 De nationale vergadering gaat verder met hervormen (1789- 1791) de afschaffing van de voorrechten van de adel en geestelijkheid werd verder uitgevoerd. Er kwam een nieuwe grondwet waarin ideeën van de verlichters over vrijheid en gelijkheid in artikelen waren vastgelegd. Ook de macht van de koning werd beperkt en zorgde ervoor dat de adel en de lagere bevolkingsgroepen de macht niet in handen kregen. 6 Verschillende groepen strijden met elkaar om de macht. (1791-1793) er waren 2 bevolkingsgroepen die het niet met de bourgeoisie eens waren: * De reactionairen -> zij vonden dat ze bij de hervorming veel te ver waren gegaan. * De radicalen -> zij wilde nog meer hervorming. Ze wilde ook de monarchie vervangen door een republiek. De koning vluchtte samen met zijn gezin weg uit Frankrijk, hij wilde zich in het buitenland aansluiten bij de Franse edelen. Maar hij werd herkend en terug gezonden. Dit had 2 belangrijke gevolgen: * De meeste waren nu tegen de koning * De angst van een buitenlandse inval om de koning te helpen groeide. De Franse revolutionairen gingen zelf een oorlog beginnen. In 1792 werd Frankrijk een republiek. 7. Radicalen verslaan hun vijanden (1793-1794) in 1793 kregen de radicalen de steun van de arme Parijse bevolking. De radicalen vonden dat de vijanden van de revolutie moesten worden terechtgesteld. De periode van massale executies wordt Terreur genoemd. De Radicalen kregen de steun van het grootste deel van de Fransen. Dat kwam mede door de goede organisatie van het Franse leger: *naar alle delen van Frankrijk werden afgevaardigde gestuurd om toezicht te houden. *Door de dienstplicht in Frankrijk kregen de Fransen een groter leger dan hun tegenstanders. *het Franse leger werd beter georganiseerd. Er werden ook afgevaardigde gestuurd om het leger in de gaten te houden. De soldaten trokken zingend ten strijde. Hun beroemdste lied werd de Marseillaise. (Dat werd later het volkslied van Frankrijk). Omdat mensen (ook Radicalen) zomaar van iets beschuldigd werden vonden de gematigde en vele radicalen dat er een einde aan de Terreur moest komen. In de jaren 1795-1799 had de regering vele problemen: *buitenlandse vijanden bleven oorlog voeren tegen Frankrijk *de nieuwe bestuurders dachten meer aan zichzelf fan aan Frankrijk. *de Franse adel probeerde met geweld de regering omver te werpen. Binnen een paar jaar wed Napoleon Bonaparte generaal. In 1799 nam hij de macht in handen. 8 Napoleon de nieuwe heerser van Frankrijk. Napoleon veroverde veel gebieden in Europa, daar veranderde hij de wetgeving. Zijn nieuwe wetgeving is bekend onder de naam Code Napoleon (wetgeving van Napoleon. Belangrijke punten uit die wetgeving waren: *iedereen was gelijk voor de wet dus als je meer bezit had mocht je niet worden voorgetrokken. *mensen mochten niet meer gevangen worden genomen zonder dat er een rechtszaak op volgde, de rechtszaak moest openbaar zijn. De koningen van Europa moesten niets hebben van de ideeën van de Franse revolutie. Zij waren bang dat ze door die ideeën de macht zouden kwijt raken. Maar veel Europeanen hadden bewondering voor de Franse revolutie. In 1814 werden Napoleon en zijn soldaten door een leger verslagen. Hij werd op Elba vastgezet. Daar wist hij te ontsnappen en hij werd weer heerser van Frankrijk. Hervormers zoals de Code Napoleon bleven bestaan en er kwamen in de meeste
Europese landen een grondwet.