Navigatie bij vogels

Navigatie bij vogels
Antwoord op vraag A

Welke drie ‘kompassen’ gebruikt een trekvogel om te navigeren?

Vogels gebruiken de volgende 3 kompassen om te navigeren:
▪ Het magnetische kompas, vogels kunnen met dit kompas het magnetische veld van de aarde voelen. En hierdoor kunnen ze de juiste trekrichting bepalen.
▪ Het zonnekompas, is voor overdag zo houden ze de stand van de zon in de gaten. In de nacht wordt de navigerende rol van het zonnekompas dan ook overgenomen door het sterrenkompas waarmee de vogels zich gemakkelijk op de sterren weten te oriënteren.
▪ Het sterrenkompas, is voor in de nacht. De vogels richten zich op de sterrenhemel. Bijvoorbeeld de Poolster, want deze ster blijft altijd op dezelfde plek staan. Hierbij richten ze op de draaiing rond het centrum. Door dit kunnen de vogels de juiste trekrichting bepalen.

Navigatie bij vogels
Antwoord op vraag B

Hoe oriënteren trekvogels zich ’s nachts?

Ze gebruiken hun ‘sterrenkompas’ (zie Antwoord op vraag A). Ze oriënteren zich op de sterrenhemel. Om de as van de poolster draaien de sterrenbeelden. Blijkbaar oriënteren de vogels zich dus op het centrum van rotatie. Het zien bij ’s nachts vliegen is voor een vogel heel erg belangrijk. ’s Nachts lopen de vogels een kans dat ze een behoorlijke koersafwijking te krijgen door de wind. Maar het blijkt dat ze deze makkelijk herstellen.

Navigatie bij vogels
Antwoord op vraag C

Waarom vliegen postduiven niet bij dichte mist?

Ze raken de door de dichte mist gedesoriënteerd. Door de mist zien de postduiven de zon niet meer, dan weten ze niet waar ze zijn en raken uit hun koers. Ze zien ook de aarde niet meer, dus ze kunnen zich ook niet op de aarde oriënteren.