Eindexamens 2024

Wij helpen je er doorheen ›

Jongerenculturen in de jaren 60

Beoordeling 5.7
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 2e klas vmbo | 1356 woorden
  • 16 mei 2003
  • 136 keer beoordeeld
Cijfer 5.7
136 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Nieuw seizoen Studententijd de podcast!

Studenten Joes, Tess en Annemoon zijn terug en bespreken alles wat jij wilt weten over het studentenleven. Ze hebben het onder andere over lentekriebels, studeren, backpacken, porno kijken, datediners, overthinken, break-ups en nog veel meer. Vanaf nu te luisteren via Spotify en andere podcast-apps! 

Luister nu
INLEIDING: Omdat we met geschiedenis een verslag moesten schrijven over iets wat met hoofdstuk 5 van het geschiedenisboek te maken had, heb ik gekozen voor het onderwerp: Jeugdcultuur. Ik vind dit wel een interessant onderwerp om over te schrijven en het past wel bij de paragraaf uit het boek; Jongeren in verzet. Omdat ik dacht dat hier misschien wel genoeg informatie over te vinden was, heb ik voor dit onderwerp gekozen. Ik wil mijn verslag niet te lang maken, dus ik hou het maar bij 2 jeugdculturen; De Provo’s en de nozems
Ik vond het wel interessant om te weten waarom er zoveel verschillende jeugdculturen waren. Daarom heb ik als onderzoeksvraag gesteld: Waarom waren er zoveel verschillende jeugdculturen? Ik probeer dit verslag te maken zonder deelvragen maar met verschillende kopjes. Ik hoop daarmee genoeg informatie te krijgen om antwoord te vinden op mijn onderzoeksvraag.
GESCHIEDENIS: In de herfst van 1961 kwam er in Den Haag een ban-de-bom-groep. Deze groep was tegen de atoombom. Ze hielden in deze tijd wel meer geweldloze acties. Toen deze acties niet naar andere steden oversloegen, namen Roel en een klasgenoot van hem`, Hans Korteweg een week vrij van school en gingen naar Amsterdam. Het gevolg was op 16 december 1961, een kleine spontane demonstratie tegen de bom, van ongeveer dertig jongens en meisjes. De groep had geen vergunning aangevraagd en werd dus erg hardhandig weggewerkt door de politie. Er volgden meerdere demonstraties, die allemaal hard aangepakt werden door justitie. Toen Roel van Duijn in Amsterdam ging studeren, bleef hij zich bemoeien met het ‘geweldloze verzet’ en nog andere acties in de stad Amsterdam. Een commissaris in die tijd dacht dat bij deze demonstraties gauw relletjes konden komen als de politie het niet hard genoeg zou aanpakken. Uiteindelijk begreep hij dat deze demonstranten niet alleen tegen de bom alleen waren, maar tegen de hele maatschappij. In die tijd was er ook iemand die vaak over het nozemgedrag schreef en waarin hij in sommige verhalen ook de nozems als provo’s (van provocatie) noemde. Roel van Duijn nam dit woord op den duur over, zo was er weer een nieuwe beweging gekomen. UITERLIJK: Het uiterlijk van de provo’s was erg hetzelfde. De jongens hadden lang haar, wat ook wel te zien was bij de artistiekelingen en kikkers. De meisje hadden vaak lang sluik haar met een pony of met een scheiding opzij. De meisjes gebruikten geen of heel weinig make-up. De kleding van de provo’s moest goedkoop zijn en zichtbaar versleten. Zelfgemaakte spullen en spijkergoed voldeden aan de eisen. Wat ook wel origineel was, was het pak dat door een kunstgroep uit Maastricht was ontworpen. Het waren onderdelen die je zo aan elkaar kon ritsen, dus met veel verschillende kleuren kon combineren. Alleen wat wel jammer was, was dat dit niet zoveel gedragen werd. De sieraden die erbij hoorden pasten niet in de sombere look van de provo’s. Verder was de kleding bij de meisjes vaak mini, anderen kozen weer voor de versleten, nonchalante dumpkleding die bij de artistiekelingen en kikkers ook geliefd waren. De provo’s kochten niet vaak iets nieuw, het moest eigenlijk tweedehands zijn met eigenlijk ook een brede pijp in de spijkerbroek. Het jaar na de verloving van koningin Beatrix en pins Claus was eigenlijk het provojaar. In dit jaar kwam de eerste nummer van het blad Provo uit, dat was op 12 juli 1965. Dit nummer werd in beslag genomen door de overheid, omdat het vol stond met tips om zelf bommen te maken. Er was natuurlijk nog veel meer te doen rondom de provo’s, zoals hun ideeën en plannen. Maar dit was wel zo ongeveer het belangrijkste over de provo’s. Op 13 mei 1967 werd Provo opgeheven. Er viel volgens hun niets meer te provoceren. Hun acties hadden alle media bereikt, zelfs burgemeester van Hall van Amsterdam moest door zijn halsstarrigheid aftreden, omdat hij bleef volhouden dat de politie harder moest optreden tegen de provo’s. -DE NOZEMS: Door alle rellen en protesten werd de nozem een symbool. De jongeren namen het bezit in van de openbare ruimte. Ze zaten op brommers, hadden leren jassen aan en een sigaret in hun mondhoek. Ze hadden ook een transistorradio waaruit rock ‘n’ roll klonk. Ze stonden altijd op straathoeken en stadspleinen. De jongeren hadden genoeg van de braafheid van toen, ze wilden helemaal niet meer meedoen met de jeugdbewegingen, politieke partijen of de kerk, ze vonden alles maar saai en daar was verder niks aan te beleven. Ze zochten de lol en ze wilden met de andere jongeren gezelligheid. Ze vonden het zo veel beter. Ze waren op zoek naar de vrijheid die de maatschappij hen bood. Rond 1960 vormde er op het Leidsplein een variant van de nozems, ze noemden zich de pleiners. Ze kozen een café als hun plaats. Ze gebruikten reclame, fotografie, mode, kunst, en ook wel journalistiek om op het verkeerde pad te komen. Een nog jongere groep waar jongeren bij hoorden van de middelbare school, verzamelden zich bij de poffertjeskraam op de hoek van de Weteringschans en de Vijzelgracht. De stad werd opgeschrikt toen ze te horen kregen dat de poffertjeskraam-groep enorm veel winkeldiefstallen gepleegd had. De ouders verhoogden snel het zakgeld met de hoop dat hun kinderen nu niet meer winkeldiefstallen zouden plegen. Maar het hielp niks, veel werd het geld besteed aan de nieuwe mode: marihuana en het geheimzinnige LSD. Het was vooral de kick om nieuwe dingen uit te proberen. Verder werd er ook geld besteed aan brommers, dat is ook te zien aan de foto’s die op deze bladzijde staan. De jongeren die vooral heel vaak bij de nieuwendijk waren, werden nu ook wel ‘dijkers’ genoemd, maar de kranten en de gewone burger bleven deze groepen nozems noemen. Nozem van Nederlands-Onderdaan-Zonder-Enig-Moraal. Een naam die vaak met afschuw werd uitgesproken. De kranten konden er niet genoeg van krijgen. Het woord nozem kwam in elke dagblad wel een keer voor. Er was dan ook wel aanleiding voor. Het kwam vaak voor dat op de Dam weer eens weer wat ongeregeldheden voorkwamen, doordat de nozems zich met de andere mensen om hun heen bemoeide en dat daardoor uiteindelijk weer ruzie uit voort kwam. Omdat er zoveel berichten waren over de nozems, kwamen er al meer sensatiezoekers op af, ze keken, in afwachting van een relletje. Verder heerste er in die tijd tussen de pleiners en de dijkers een behoorlijke vijandigheid. Het was vaak zo dat ze elkaar uitdaagden, wat weer leide tot ruzie zo dat er soms rake klappen vielen. Dit gaf natuurlijk ook weer aanleiding voor stukken in de kranten. VERSCHILLEN TUSSEN PLEINERS EN DIJKERS: De grootste verschillen waren wel dat de pleiners artistiek waren, ze hielden van filosoferen en over kunst praten deden ze ook graag. Ze hadden wel een goede opleiding gedaan en ze stelden zich graag buiten de maatschappij. Ze droegen vaak suède schoenen, luisterden naar jazz, later ook wel naar beatmuziek. Ze reden vaak op een puch, deze brommer word nu ook nog steeds gezien als ‘het’ symbool van de jeugd uit de jaren ‘60. CONCLUSIE Mijn onderzoeksvraag was: Waarom waren er zoveel jeugdculturen? Ik heb antwoord gevonden op mijn vraag, maar ik vond het wel moeilijk om antwoord te vinden, omdat er niet veel informatie over is en dus was het moeilijk om dan antwoord te krijgen, maar uiteindelijk is het gelukt, doordat ik een goede pagina op internet tegenkwam. Mijn antwoord is: Er waren zoveel jeugdculturen, omdat je er gauw tot in de verleiding kwam. Door de muziek en door de anderen bij je op school of bij je in de buurt. Iedere groep had weer andere meningen en zo kwamen er ook verschillende culturen, ze wilden eigenlijk ook opvallen voor de anderen , ze wilden ‘gezien’ worden. Ze wilden niet altijd braaf thuis zitten bij hun ouders, maar lol maken met vrienden. En voor de gezelligheid ergens heen. Het gaf hun ook een kick om dingen uit te proberen, zoals drugs en drank. Ze wilden ook stoer doen en natuurlijk bij de groep horen. En zo kwamen er al meer verschillende groepen bij, doordat ze allemaal hun eigen smaak hadden.
LITERATUURLIJST: * Het boek jong *Internetpagina www.zestig.com

REACTIES

D.

D.

heuj

hoe ben je aan je informatie gekomen voor je werkstuk? ik moet ook zo iets maken voor zo'n vak van mij alleen ik kan der helemaal nix over vinden. weet je wat voor me...

tenks doan

20 jaar geleden

S.

S.

handig ik moet deze info ook hebben XD

13 jaar geleden

W.

W.

Ej man dit is gewoon copy paste werk. Check deze link: http://home.kpn.nl/rpn60/index.html

12 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.