ADHD

Beoordeling 6.6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • vmbo | 1438 woorden
  • 11 februari 2007
  • 27 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
27 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
ADHD
Wacht even voordat u zegt dat ADHD een modewoord is.
Wacht even voor u zegt dat kinderen met ADHD gewoon lui of ondeugende kinderen zijn die niet goed worden opgevoed.
Wacht even voordat u zegt dat het te gek is kinderen pillen te geven om hun gedrag te verbeteren
Wacht ook even voordat u zegt dat het gaat om overbezorgde ouders
En wacht vooral even voordat u zegt het drukke gedrag vanzelf wel overgaat

ADHD
Het is een beperking in de hersenen (je kan er niets aan doen)

Attention Deficit Hyperactivity Disorder
3 tot 5% (leeftijd tot 18 jaar) -> 1 op 20 (1 leerling per klas) -> ADHD komt veel voor.
1% bij volwassen
Het grootste aantal (4%) is redelijk ‘normaal’: door job, goede partner
Maar 1% ervaart heel wat problemen (middelenmisbruik, delinquentie, relationele problemen)

Oorzaken
 Genetisch bepaald
 Heel wat hersendelen zijn verkleind.
Neurotransmitters doen hun werk niet goed.
(ze zorgen dat de signalen overgaan naar de volgende hersencel)
 NIET: opvoeding, slechte voeding
ADHD komt wel meer tot uiting door soort omgeving, niet gestructureerd leven
(opvoeding)
ADHD komt wel meer tot uiting als je je kind liters cola laat drinken
-> opvoeding en slechte voeding kunnen de symptomen versterken!!

Symptomen
 Richten van de aandacht

o Onvoldoende aandacht voor details
o Lijkt niet te luisteren (maak daarom steeds oogcontact!)
o Is gemakkelijk afgeleid
 Houden van de aandacht
o Houdt moeilijk de aandacht vast
o Volgt moeizaam aanwijzingen op
o Vermijd taken of slaagt er niet in om ze af te werken
 Regels automatiseren
o Kan moeilijk organiseren
o Raakt vlug spullen kwijt
o Is vergeetachtig

ADHD
 Overbeweegelijk (rennen, klimmen), het kind kan niet stilzitten, doordraven, handen en voeten voortdurend bewegen
 Kan niet rustig zijn, praat vaak aan een stuk door (hak op de tak) (gejaagdheid)
 Is impulsief, te vlug willen antwoorden, kan beurt niet afwachten, verstoort activiteiten, is heel dominant (denkt ook niet aan de gevolgen)

Diagnose
Ideale leeftijd: 7 à 8 jaar (90% van de hersenen zijn ontwikkeld)

 Minstens 6 symptomen, gedurende 6 maanden
 Onaangepaste mate (het klopt niet)
 Beperkingen op 2 of meer terreinen (overal en heel je leven) (niet alleen op school)
 Voor het 7de levensjaar

Mogelijke gevolgen
 Motorische problemen (aan tafel, onleesbaar geschrift (problemen bij het schrijven)
 Leerproblemen (huiswerkproblemen, achterstand)
 Relationele problemen (complexe broer/zus relatie, heel veel vrienden, maar ook vlug andere vrienden)
 Emotionele problemen (laag zelfbeeld, faalangst, depressie)
 Gedragsproblemen (middelenmisbruik, delinquentie)

Bij 85% van de ADHD’ers komt ADHD niet alleen voor (in zijn zuiverste vorm) maar ook met:
 Gedragsstoornissen
 Leerstoornissen (dyslexie, …)
 Angststemmingswisselingen
 Gilles de Tourette (tics)
 Autisme


Gevolgen voor het gezin:
 Schuldgevoelens
 Gevoelens van ontmoeding (radeloosheid)
 Negatieve spiraal: ouder/kind relatie
 Gebrek aan steun van de omgeving / geïsoleerd gevoel
 Erfelijkheidsfactor (‘mijn schuld’)
 Problemen met broers / zussen
 Relatie mama / papa staat onder zware druk

Behandeling (wetenschappelijk onderbouwd)
Symptomen ADHD verhelpen met:
 Gedragstherapie (aanleren gedrag, leren organiseren)
 Medicatie
Problemen ADHD verhelpen met:
 Sociale vaardigheidstraining
 Relaxatie
 Studiebegeleiding

Medicatie -> symptomen te behandelen
 Psychostimulatie
o Methylfenidaat
 Rilatine (werkt 4u) (70 tot 80% slaagkansen)
(terugbetaling ziekenfonds)

(het kind krijgt genoeg energie om de concentratie OK te krijgen)
 Rilatine MR (werkt 8u) (geen terugbetaling)
 Concerta (werkt 12u) (geen terugbetaling)
o Dextroaimfetamine
 Antidepressiva (Strattera, pas vanaf 2007, werkt 24 u)
 Neuroleptica
 Clonidine
Deze medicatie moet opgebouwd worden (kinderpsychiater, neuroloog)
Enkele neveneffecten: verminderde eetlust en slaapproblemen (in- of doorslaapproblemen)

Gedeelde zorg -> positieve aanpak
Ouders, hulpverlener, leerkrachten, …
-> moeten allemaal aan hetzelfde zeil trekken

 Psycho-educatie en informatie (wat is ADHD)
 Begeleiding
o Opvoedkundige ondersteuning
o Training
o Zelfhulp en contact met lotgenoten
 Communicatie (tussen alle betrokken!!)

 Zelfzorg

Mensen met ADHD:
 Zijn gevoelsmensen
 Hebben intense gevoelens
 Zijn creatief
 Zijn spontaan en openhartig
 Hebben energie
 Zijn ontzettend enthousiast
 Zijn humoristisch

Terugbetaling -> € 8 (i.p.v. € 56)

Rilatine MR wordt terugbetaald vanaf 1 november
(6 maanden gebruiken -> vanaf dan pas genieten van de terugbetaling).

Rilatine is meestal niet goed genoeg
Meestal: overdag: rilatine Mr en ’s avonds rilatine

Opvoeder = het gedrag beïnvloeden

 Ongewenst gedrag doen afnemen = STOUT gedrag + de symptomen van ADHD
o Negeren als het kan

o Straffen indien noodzakelijk
Je moet reageren, anders zeg je dat het gedrag goed is.

 Gewenst gedrag doen toenemen (heel belangrijk!!)
o Werken aan een goede relatie
o Positief aanmoedigen (complimentjes geven)
o Structuur geven

Zeggen ‘dat mag niet’: werkt niet -> ADHD-kinderen doen het toch (rode lap op een stier)

Gedrag
Bv.: Afspraak om 6u thuis, kind komt 3 keer om 7u thuis -> ruzie
4de keer -> wij denken ‘hij doet erom’ -> reactie (maar misschien heeft hij nu wel
een platte band)
Wat doen we? Wat zeggen we?

Risico (reden: voor interpretatie vatbaar)
‘Hij is nooit in orde’ : heel gevaarlijke uitspraak
Belangrijke opdracht voor opvoeder (breedste betekenis van het woord)
 Het gedrag zo objectief mogelijk benoemen
 Gedrag goed observeren en turven (3 keer te laat is niet hetzelfde als nooit op tijd)

 Emoties eruit laten

Situatie -> Gedrag -> Gevolg
= prikkel = belonen, negeren of straffen

Bv.
Ga uw tanden poetsen -> Tanden poetsen -> Niets (niet reageren)
-> Ik ben blij dat het goed verlopen is
-> Tanden niet poetsen -> Niet poetsen
-> Ruzie
-> Jongen, tanden poetsen!
(anders formuleren)
Breng structuur aan!! (elke avond, eerst tanden poetsen, dan pyjama aan, …)
Situatie hangt af het gedrag, het gevoel, de mimiek van de opvoeder
(je moet je niet kwaad maken en/of preken, beter gewoon sec/neutraal zeggen of hij zijn tanden gaat poetsen)

Gedragsketen
Situatie is nu vorig gevolg -> gedrag -> gevolg
Bv. Kind zeurt om snoepje in supermarkt -> roept
Mama geeft toe

Volgende keer: het kind zal roepen want als ik luid genoeg roep, dan krijg ik een snoepje

STRUCTUUR
 In tijd
Kunnen geen tijd inschatten (nood aan dagplanning, wat doen in dat ene lesuur)
Nood aan ochtendritueel / avondritueel (moet ondersteunend worden, liefst
op een visuele manier)
Tijd zichtbaar maken met bv. een zandloper
 In ruimte
Wat hoort waar? Boekentas daar, sporttas daar
Structuur in boekentas, alle vakken in een ander soort kaftpapier
 In taal
Duidelijk, maar zonder tierlantijntjes en NIET GEBIEDEND!
Wil je … -> ze doen het NIET
 In opdrachten
Op dezelfde manier, zoals andere collega’s
Opsplitsen in verschillende delen, dus niet te grote opdrachten. Zorg dat de
opdrachten haalbaar zijn (ruim je kamer op is een te ruime opdracht)
Ze moeten eerst hun aandacht kunnen richten

Bv. Week 1: boek zoeken, week 2: boek lezen, week 3: kladversie maken van
boekbespreking, week 4: afwerken van taak
 In afspraken
Zorg dat ze de afspraken KUNNEN waarmaken. Zorg dat het haalbaar is.
Op voorhand afspreken wat de straf/sanctie zal zijn als het niet OK is.
(liefst op papier)

GEVOLG: belonen / negeren / straffen
 Doe het consequent (belonen / straffen)
Bv. toezicht op de speelplaats: de leerlingen mogen niet op de grond zitten
Leerkrachten A, B en C grijpen altijd in als de leerlingen op de grond zitten
Leerkracht D reageert maandag, dinsdag en woensdag
Leerkracht D reageert op donderdag niet -> leerling denkt dat het mag!
-> PROBLEEM: leerkrachten moeten terug optreden!
-> De verschillende opvoeders moeten aan hetzelfde zeel trekken
 Doe het consistent (altijd op dezelfde manier)

 Doe het onmiddellijk (speel kort op de bal)
Gevaar: impulsief reageren -> ‘slechte straf’ (je hebt niet nagedacht)
Oplossing: eventueel 5-tal minuten over nadenken
 Doe het heel langdurig. Blijf volhouden!
 Bespreek de aanpak vooraf, met partner / kind

BELONEN
Lukt het best
 ALTIJD sociale beloners (schouderklopjes, aanmoedigingen, goed zo!)
Je moet daarin overdrijven. Het is altijd beschikbaar en gratis!
 Activiteitenbeloners (iets wat ze mogen doen)
 Materiële beloners (een geschenk) (ev. met een puntensysteem)
Je moet als opvoeder wel baas blijven over het systeem.
Je moet het belonen geleidelijk afbouwen (als het kind het gewenste gedrag vertoont), maar je moet altijd blijven werken met de sociale beloningen

NEGEREN / STRAFFEN
Soorten

 Activiteitenstraf (iets dat ze moeten doen)
 Voordeel afnemen (bv. niet met playstation spelen)
 Hersteltaak (bv. ruzie bijleggen)

 Negeer, indien mogelijk (kind krijgt geen reactie, geen effect)
 Straf op de juiste manier
o Straf realistisch en in proporties
o Straf mild (je moet ze blijven graag zien, maar je mag ze ook niet een te kleine straf geven)
o Straf zinvol
Niet: schoolreglement overschrijven
Maar beter: kind is niet goed in rekenen -> extra oefeningen geven
o Straf eindig (vertel voor hoelang)
o Straf het gedrag en niet het kind
Straffen omdat hij niet OK is is foutief (verlagen zelfbeeld, zelfvertrouwen)
o Benoem het gewenste gedrag

 TAVA-PRINCIPE: totale afzondering van aanmoediging / prikkeling
3 minuten in TAVA = prikkelarme ruimte
Na 3 minuten rustig -> Ben je rustig -> ‘ja’ -> terug spelen

Na 3 minuten -> nog krijsen -> nog eens 3 minuten

VAARDIGHEDEN OPVOEDERS
 Om gewenst gedrag te stimuleren
o Positieve betrokkenheid (tijd maken voor u kind (mama+kind), iets leuk doen, complimenten geven
o Zorg voor een goede relatie
o Toon interesse (Heeft uw ploeg gewonnen?)
o Pak de problemen aan, zoek naar oplossingen (in overleg leren gaan)

 Om ongewenst gedrag te verminderen
o Straffen (denk na over welke straf)
o Zorg voor overzicht (weten waar ze zijn, met wie, …)

REACTIES

K.

K.

ik vind dat je bij een kind met ADHD juist niet moet overdrijven. ikzelf heb ADHD en ik vind het erg storend als dat gebeurt. dat wou ik even kwijt

9 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.