Interpretatie : Structuur en Techniek
Het boek bestaat uit twintig getitelde hoofdstukken en een dankwoord, in totaal 205 pagina's. Het verhaal wordt chronologisch verteld. Wel kijkt Bruno regelmatig terug op momenten die aan de verhuizing voorafgingen, zoals het bezoek van zijn grootouders dat in ruzie eindigde en het etentje met zijn vaders baas, door Bruno de 'Furie' genoemd, waarin de promotie van Bruno's vader besproken wordt.
De jongen in de gestreepte pyjama wordt vanuit Bruno verteld. Dit heeft gevolgen voor het verhaal. Bruno is immers nog jong en begrijpt niet alles wat er gebeurt. Hij reageert dikwijls naïef. Door dit gezichtspunt krijgt het verhaal een zeer sterke lading. Het onmenselijke en onbegrijpelijke van de holocaust worden er door benadrukt. Aan het eind kunnen ook gedachten en gevoelens van Shmuel gevolgd worden: 'Shmuel had ook de neiging om Bruno te omhelzen, al was het alleen maar om hem te bedanken voor alle aardige dingen en voor het eten en voor het feit dat hij hem wilde helpen zijn papa te zoeken' (p. 195). In het laatste hoofdstuk treedt duidelijk een alwetende verteller op, die vertelt wat er gebeurd is na Bruno's verdwijning.
Het verhaal begint in Berlijn, waar de familie een groot huis bewoont in een rustige, gezellige straat. Bruno heeft het naar z'n zin in Berlijn. Hij heeft vrienden en op straat is veel te zien, winkels, mensen, groente- en fruitstalletjes enzovoort. Er is vrolijkheid. 'In Berlijn stonden er tafels buiten op straat, en soms (...) zaten er mannen en vrouwen aan die tafels glazen met schuimend spul te drinken en hard te lachen; hij dacht altijd dat de mensen aan die tafels wel heel grappig moesten zijn, want het maakte niet uit wat ze zeiden, altijd lachte er wel iemand' (p. 18). Ook het huis bevalt hem. 'Het huis in Berlijn was enorm groot en ook al woonde hij er al negen jaar, hij kon nog steeds plekjes vinden waar iets te ontdekken viel' (p. 16-17). Na de verhuizing gaat het verhaal verder in 'Oudwis'. De woon- en leefsituatie is daar totaal anders. Het nieuwe huis is kleiner en staat op een kale, verlaten plek. Er is een hoog hek met prikkeldraad dat zich kilometers ver uitstrekt, waarachter barakken, gebouwen en schoorstenen te zien zijn. Bruno ziet meteen dat dit geen gezellige woonomgeving is. Ook het huis is niet gezellig. 'Maar er was iets aan het nieuwe huis waardoor Bruno dacht dat er niet gelachen werd; dat er niets te lachen viel en er niets was om vrolijk over te zijn' (p. 18). En hij concludeert: 'Dit is niet als thuis en dat wordt het ook nooit' (p. 20).
Bruno en Shmuel zijn geboren op 15 april 1934. Als ze elkaar ontmoeten, een poos na de verhuizing, zijn ze negen jaar. Het verhaal begint op de dag dat Bruno's spullen worden ingepakt, een paar dagen voor de verhuizing. Het eindigt als zijn vader door soldaten wordt opgehaald, na de oorlog. Het hele verhaal beslaat dus ongeveer twee jaar.
Interpretatie : Personages
Bruno is klein voor zijn leeftijd, wat hij vervelend vindt. Hij wil ontdekkingsreiziger worden. Met zijn ouders heeft hij een goed contact, hoewel hij voor zijn vader ook wel een beetje bang is. Hij spreekt z'n vader nooit tegen. Maar de verhuizing naar 'Oudwis' zit hem zo dwars dat hij tegenover zijn vader zijn ongenoegen laat blijken. Hij is ervan overtuigd dat zijn vader een goed man is.
Bruno is netjes opgevoed. Hij heeft bijvoorbeeld van zijn moeder geleerd om het dienstmeisje Maria met respect te benaderen. Ook probeert hij altijd eerlijk te zijn.
Met zijn zusje Gretel kan hij niet goed opschieten. Zij kleineert hem vaak. Hij noemt haar een hopeloos geval. Maar hij zoekt haar wel op wanneer situaties hem verwarren, bijvoorbeeld als hij voor het eerst vanuit zijn raam het hek en de mensen in de gestreepte pyjama's gezien heeft.
Hij heeft een duidelijke mening over mensen. Hij vindt bijvoorbeeld de 'Furie' een vreselijke man, maar Eva, de vrouw die de Furie vergezelt, vindt hij aardig. Een uitgesproken hekel heeft hij aan de jonge luitenant Kotler, die in 'Oudwis' vaak bij hen over de vloer komt. Hij maakt zelfs een lijst met redenen waarom hij Kotler niet mag.
Bruno reageert dikwijls naïef. Hij snapt niets van wat er achter het hek gebeurt, wie de mensen daar zijn en wat ze doen. Dit blijkt bijvoorbeeld in het eerste gesprek met Shmuel. Hij vindt dat ze in dezelfde situatie zitten. Ze moesten immers allebei tegen hun wil verhuizen. Toch voelt hij wel aan dat er met de mensen achter het hek iets vreemds aan de hand is. Hij vraagt zich af wie er bepaalt welke mensen pyjama's moeten dragen en welke de uniformen. Hij besluit thuis niets over de ontmoeting met Shmuel te vertellen. Hij vermoedt dat het contact met Shmuel niet goedgekeurd zal worden.
Bruno mist z'n grootouders het meest in 'Oudwis'. Vooral met z'n grootmoeder heeft hij een sterke band. Ze bedacht altijd toneelstukjes die ze samen met Gretel en Bruno op feestjes opvoerde. Bruno genoot vooral van de prachtige kostuums die ze dan voor hem maakte. Als hij de gestreepte pyjama aantrekt, moet hij weer aan die verkleedpartijen denken.
Langzamerhand went Bruno in 'Oudwis'. Als ze twee dagen in Berlijn zijn geweest voor de begrafenis van zijn grootmoeder is hij blij dat ze weer terug kunnen. Doorslaggevend hierbij is zijn vriendschap met Shmuel.
Shmuel is een negenjarige, joodse jongen uit Polen. Zijn vader was horlogemaker in Krakau. Zijn leventje werd verstoord door de komst van de soldaten. Samen met vele andere gezinnen zijn hij, zijn ouders en broer per trein naar 'Oudwis' gebracht. Hij ziet er mager, verwaarloosd, grijs en intens treurig uit. Omdat er veel ruzie gemaakt wordt, loopt hij vaak bij de barakken vandaan, de kale vlakte op. 'Daarom kom ik hier. Om alleen te zijn' (p. 106).
Soms reageert hij sarcastisch op Bruno's naïeve vragen en opmerkingen. Op een keer treft Bruno Shmuel aan in hun keuken. Hij pakt zelf een stuk kip en biedt Shmuel niets aan. Als hij Shmuel verlekkerd ziet kijken, vraagt hij of Shmuel honger heeft. '"Hoe kun je het vragen," zei Shmuel' (p. 160).
De vader van Bruno is kampcommandant. Regelmatig wordt gezegd dat hij belangrijk werk doet en dat de 'Furie' grote plannen met hem heeft. Meestal is hij rustig maar hij is erg opgewonden als de 'Furie' zichzelf uitgenodigd heeft om te komen eten.
Hij heeft een bulderende stem: 'een man die je beter dan vader in alle hoeken van een kamer kon horen, moest nog geboren worden' (p. 45), en duldt geen tegenspraak. Zijn kinderen voedt hij autoritair op. Hij geeft hun bijvoorbeeld precieze instructies hoe ze zich moeten gedragen als de 'Furie' op bezoek komt. De kinderen mogen niet in zijn werkkamer komen. 'Bruno ging langzaam de trap op naar zijn kamer, maar voor hij naar binnen ging keek hij nog even naar beneden en zag dat moeder vaders werkkamer in liep, die tegenover de eetkamer lag ' en die 'Verboden Terrein was. Altijd. Zonder Uitzondering' (p. 15).
Bruno's vader wordt door het personeel aangesproken met 'Herr Commandant'. Iedereen lijkt blij en trots met de promotie, behalve zijn eigen moeder. Als Bruno's vader voor het eerst zijn nieuwe uniform aan heeft, vindt zij dat hij opgedirkt is als een marionet en dat het slecht met hem afgelopen is.
Hij bemoeit zich niet zo veel met zijn kinderen, maar geeft wel om ze. Als hij de waarheid achter Bruno's verdwijning ontdekt, stort hij in.
Bruno's moeder is een rijzige vrouw met lang rood haar dat ze in een knot met een netje erom draagt. Ze probeert haar kinderen netjes op te voeden. Ze heeft strikte opvattingen over wat beleefd is en wat niet. Zo vindt ze oorlog geen passend gespreksonderwerp, al is ze bang 'dat we het er binnenkort veel te vaak over zullen hebben' (p. 68).
Hoewel haar man duidelijk de baas is in huis, laat ze regelmatig merken dat ze het niet met hem eens is. Haar ongenoegen over situaties laat ze blijken door over 'sommige mensen' (p. 14) te spreken, terwijl ze haar man bedoelt. Als Bruno tegen haar zegt dat hij het nieuwe huis niks vindt, zegt zij: 'We hebben niets te vinden (...) Sommige mensen maken voor ons de dienst uit' (p. 18).
Dat zij anders denkt dan haar man blijkt ook als Bruno een beenwond heeft, die verbonden is door Pavel, iemand van de andere kant van het hek die elke middag in de keuken werkt en aan tafel bedient. Als zijn moeder thuiskomt, zegt ze tegen Pavel dat als 'de commandant' (p. 82) ernaar vraagt, zij zal zeggen dat zij de wond heeft verzorgd.
Uit onvrede met het wonen in 'Oudwis' drinkt ze regelmatig alcohol, die door Bruno gezondheidssherry wordt genoemd. Door het vriendschappelijke contact met luitenant Kotler wordt zijn moeder opgewekter en drinkt ze minder sherry. Ze gaat weer meer drinken als Kotler overgeplaatst is. Dan heeft ze ook weer vaker ruzie met zijn vader.
Gretel is het drie jaar oudere zusje van Bruno. Ze laat vaak merken dat zij de oudste is en Bruno in alles de baas is. 'Als je zo oud bent als ik begrijp je die dingen veel beter' (p. 37). Toch reageert zij aanvankelijk ook naïef op wat ze vanuit het raam op Bruno's slaapkamer ziet. Haar conclusie is dat dit het platteland moet zijn en dat hun huis een vakantiehuis is.
Gretel heeft een grote poppenverzameling waartegen ze praat. Met luitenant Kotler gaat ze nogal flirterig om. Ze is ontroostbaar als hij is overgeplaatst. Haar poppen doet ze dan zelfs weg. Ze raakt geïnteresseerd in de kaart van Europa en zet er spelden in. Ook leest ze dan elke dag urenlang de krant. Zij lijkt goed op de hoogte te zijn van wat er gaande is. Dit blijkt ook wanneer ze Bruno vertelt dat de mensen in de gestreepte pyjama's joden zijn.
Hoewel ze meestal niet zo aardig is tegen Bruno, mist ze hem enorm als hij verdwenen is.
Interpretatie: Taal en Stijl
Het verhaal wordt sober verteld. Sterke gevoelens worden in bedekte termen weergegeven. Dat is bijvoorbeeld het geval bij Bruno's reactie op het kamp, dat totaal anders is dan hij verwacht had. '"Ik geloof niet dat ik het hier leuk vind," zei Bruno na een poos' (p. 196). Het taalgebruik is vaak beschrijvend. Zo wordt uitgebreid verteld hoe de omgeving eruitziet. Naast beschrijving is er dialoog.
Het taalgebruik is vaak verhullend. Dat met 'Furie' Führer wordt bedoeld en met 'Oudwis' Auschwitz staat bijvoorbeeld nergens letterlijk. In het hele boek worden deze namen geschreven zoals Bruno ze uitspreekt. Hij wordt daarin verbeterd door zijn vader en zusje, maar ook dan vermijdt de schrijver de echte namen. Als Bruno weer eens de term 'Furie' gebruikt, is de reactie: '"Je spreekt het verkeerd uit," zei vader, en sprak het goed uit' (p. 112). De schrijver laat de lezer zelf ontdekken wat er aan de hand is. Als Bruno door het raam op zijn slaapkamer voor het eerst de mensen in de gestreepte pyjama's ziet, staat er: 'Hij drukte zijn neus tegen de ruit en zag wat daarbuiten was, en hoewel zijn ogen groot werden en zijn mond openviel van verbazing, bleven zijn handen ditmaal langs zijn zij omdat hij een heel koud en naar gevoel kreeg' (p. 24). Ook wordt niet expliciet verteld dat Bruno en Shmuel in de gaskamer omkomen.
Hoewel de gebeurtenissen dramatisch zijn, bevat het verhaal ook enige humor, die vaak tragikomisch van aard is. Dat geldt bijvoorbeeld voor sommige uitspraken en vragen van Bruno. Zo zegt hij na de verhuizing: 'Ik vind dat we dit maar het beste helemaal kunnen vergeten en gewoon weer naar huis moeten gaan. We zijn weer een ervaring rijker' (p. 18-19). Tragikomisch is ook Bruno's vraag aan zijn vader waarom ze naar zo'n nare plek moesten verhuizen: 'Hebt u iets verkeerds gedaan? (...) Iets waar de Furie boos om is geworden?' (p. 51).
Door het verhullende taalgebruik en het feit dat niet alles uitgelegd wordt, kan het verhaal moeilijk zijn voor lezers die weinig weten over de Tweede Wereldoorlog. Ook is het de vraag of het tragikomische begrepen wordt.
Door het verhullende taalgebruik en het feit dat niet alles uitgelegd wordt, kan het verhaal moeilijk zijn voor lezers die weinig weten over de Tweede Wereldoorlog. Ook is het de vraag of het tragikomische begrepen wordt.
Sommige woorden, zinnen en uitdrukkingen worden herhaald. Bij het inpakken van zijn spullen ziet Bruno dat Maria ook de dingen inpakt 'die hij achter in de kast had verstopt en die van hem waren en waar niemand aan mocht komen' (p. 7). Als Bruno later terugdenkt aan die dag wordt deze zin herhaald. Dit versterkt de betekenis ervan, namelijk dat die spullen belangrijk voor Bruno zijn.
Interpretatie : Situering binnen het werk
De jongen in de gestreepte pyjama is de vierde roman van de Ier John Boyne (1971). De eerste drie romans ( The thief of time, 2000, The congress of rough riders, 2001 en Crippen : a novel of murder, 2004) hebben met het hier besproken boek gemeen dat ze een historische achtergrond hebben. Het eerstgenoemde boek, in het Nederlands vertaald als Dief van de tijd (2002) gaat over een in 1743 in Parijs geboren man die na zijn vijftigste niet meer veroudert en zo tot 1999 allerlei belangrijke gebeurtenissen uit de wereldgeschiedenis meemaakt. The congress of rough riders is een roman over Buffalo Bill en Crippen is het op ware gebeurtenissen gebaseerde verhaal van dr. Crippen die in 1910 na zijn vrouw vermoord te hebben, op een oceaanstomer vetrekt naar Canada, om uit handen van de politie te blijven. De jongen in de gestreepte pyjama was zijn grote doorbraak en ook de enige van de vier romans die (ook) als jeugdroman werd beoordeeld.
Behalve romans publiceerde Boyne ook korte verhalen in diverse tijdschriften.
Reacties
Al voor verschijnen werd het boek in Engeland genomineerd voor de Ottakar's Children's Book Prize, een prijs voor schrijvers die beschouwd worden als veelbelovend talent op het gebied van kinderboeken. Ook is het genomineerd voor de Carnegie Medal 2006, een van de meest belangrijke prijzen voor kinderboeken in Engeland. Het boek werd in 22 talen vertaald.
De reacties in Nederland en Vlaanderen zijn verschillend. Ilse Degryse ( De Standaard, 24 februari 2006) is uitgesproken negatief. Zij vindt dat het verhaal 'de zeemzoete smaak van holocaustromantiek' heeft, 'onversneden en uitgekookt'. Zij denkt dat de boodschap van het boek niet overkomt bij kinderen.
Nico de Boer ( Leeuwarder Courant, 3 maart 2006) zet vraagtekens bij de onwetendheid en verregaande naïviteit van Bruno. Hij heeft ook moeite met de laatste, in zijn ogen moralistische zinnen van het boek, die volgens hem het 'verder zo sobere, suggestieve verhaal' ontkrachten. Verder is hij lovend. Hij noemt zijn kritiek kanttekeningen 'bij een boek dat een juweel van vertelkunst is en dat een breed publiek, jong en oud, zal aanspreken, ook al zal de jeugd lang niet alle terloopse verwijzingen weten te plaatsen'.
Mirjam Noorduijn ( NRC Handelsblad, 5 mei 2006) heeft geen problemen met Bruno's onwetendheid. Zij verwijst daarbij naar een uitspraak van de schrijver: 'Naïviteit is de manier waarop iemand van mijn generatie het dichtste bij de verschrikkingen van die tijd kan komen', en stelt vast dat De jongen in de gestreepte pyjama dat treffend laat zien.
Lies Schut ( De Telegraaf, 2 april 2006) is van mening dat het boek mooie kanten heeft, maar vindt het ergerlijk dat de schrijver 'situaties creëert die apert onzin zijn'. Zij wijst daarbij op het bezoek van Eva Braun aan de ouders van Bruno en op de enorme tochten die Bruno langs het kamp maakt.
Context / Achtergronden
De Nederlandse uitgever heeft het boek in eerste instantie uitgebracht als roman voor volwassenen, maar het werd in de pers ook besproken door recensenten van jeugdliteratuur.
De gebeurtenissen in het boek verwijzen naar de verschrikkingen van de holocaust tijdens de Tweede Wereldoorlog. Zes miljoen joden werden door de Duitsers weggevoerd naar vernietigingskampen als Auschwitz, Treblinka en Sobibór, waar ze werden vermoord in de gaskamers. Slechts een kleine groep overleefde dit verschrikkelijke drama. Dat het boek hiernaar verwijst, wordt bevestigd door het gebruik van namen als 'Furie' en 'Oudwis', die verbasteringen zijn van 'Führer' en 'Auschwitz'. Een rechtstreekse verwijzing is ook de Hitlergroet. Bruno heeft van zijn vader geleerd 'Heil Hitler' te zeggen als een andere manier om 'Tot ziens en een prettige dag verder' (p. 54) te zeggen.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden