Herkomst van toerisme op walcheren (zeeland)

Inleiding Wij doen ons werkstuk over de afkomst van toeristen in Walcheren. Jaarlijks komen er grofweg zo’n 200.000 toeristen op Walcheren en dat is een grote hoeveelheid. We hebben onze onderzoeksvraag zo geformuleerd: ‘Wat voor betekenis hebben de toeristen op Walcheren?’. Bij onze hoofdvraag hebben wij de volgende deelvragen gemaakt:  Wat is er te doen voor toeristen op Walcheren?  Hoe verblijven toeristen op Walcheren?  Is toerisme belangrijk voor de Walcherse economie?  Hoe is de verdeling van de toeristen? Bij onze uitwerking gebruiken wij vaak getallen. Deze getallen komen uit betrouwbare bronnen (zie Bronnen op pagina 9). Echter de meeste cijfers zijn van 1998, deze hebben wij dus ook in ons werkstuk verwerkt tenzij anders vermeld staat. We hebben geprobeerd de gegevens zo duidelijk mogelijk uit te werken en tot een overzichtelijk geheel te komen. Wat is er te doen voor toeristen op Walcheren? Walcheren is een aantrekkelijke regio voor toeristen. Het bied veel uitgaansgelegenheden en leuke uitstapjes. Er zijn op Walcheren alleen al zo’n 20 verschillende soorten musea*. Je kunt bijvoorbeeld met het gezin naar het Arsenaal in Vlissingen gaan of naar Miniatuur Walcheren in Middelburg. Voor het perfecte gezinsuitje moet je naar Neeltje Jans. Dat is het voormalige werkeiland middenin de Storvloedkering, het hart van de Deltawerken. Je kunt een rondleiding krijgen door de Deltawerken, ook is er een mooi strand. Er is een grote keuze uit restaurants, bars en café’s. In de zomer kun je aan het strand in en strandpaviljoen wat eten. Er zijn naast bars ook een aantal discotheken. De voornaamste zijn: Nationaal (Middelburg en Vlissingen), The Night Train (Middelburg), De Hooizolder (Westkapelle) en JoJo (Zoutelande). Verder kun je op de zomerdag heel wat leuke dingen doen: Zweefvliegen, naar een zwembad/-paradijs, kanoën of een bezoekje aan een boerderij brengen. Naast dit alles is er natuurlijk hetgene wat de voornaamste reden is voor vele mensen om walcheren te bezoeken: het strand. Mooie stukken strand zijn bijvoorbeeld: de boulevard in Vlissingen, de Dishoek in Zoutelande, en niet te vergeten het Veerse meer. Je kunt wel zien dat Walcheren een aantrekkelijk eiland is. Vooral in de zomer (het hoogseizoen), want dan komen er veel strandgasten en is het redelijk warm weer. Ook is er dan veel meer te doen.
Hoe verblijven toeristen op Walcheren? In de drie Walcherse gemeenten (Middelburg, Vlissingen en Veere) zijn er vele verblijfsmogelijkheden voor toeristen. Er zijn campings, met al dan niet (enkele) vaste verblijfsplaatsen en ook vakantieparken die wij beiden tot dezelfde categorie zullen rekenen. Sommige toeristen overnachten ook in hun jacht, die mogelijkheid bied Walcheren ook met haar vele wateren. Hotels/pensions of appartementen behoren ook tot de verblijfsmogelijkheden. Er bestaat een duidelijke scheiding tussen Middelburg-Vlissingen en de Dorpengemeente Veere. In Middelburg-Vlissingen vindt 34% van de overnachtingen plaats in hotels/pensions, 12% in jachten en 1% in appartementen. Voor de campings/vakantieparken blijft er nog 53% over. Van de gemeente Veere hebben we geen concrete cijfers kunnen krijgen, maar ervan uitgaande dat Veere aansluit bij de rest van Zeeland, zal daar ongeveer 85% van de overnachtingen op campings/vakantieparken plaatvinden. Is toerisme belangrijk voor de Walcherse Economie? Om op deze vraag een goed antwoord te vinden, moeten we eerst kijken hoeveel inkomsten zeeland krijgt van toeristen.  De totale toeristisch-recreatieve bestedingen in Zeeland worden voor '98 geschat op circa 2,1 miljard gulden, inclusief grensverkeer en -aankopen.  De totale directe werkgelegenheid wordt geschat op circa 8.100 fulltime arbeidsplaaten. Wanneer ook rekening wordt gehouden met het werkgelegenheidseffect van de consumptieuitgaven door de directe en indirecte arbeidskrachten, dan kan de totale werkgelegenheid zelfs worden geschat op zo'n 12.000 arbeidsplaatsen.  Rekening houdend met deeltijdarbeid zorgt de sector voor circa 15.700 personen voor werk in Zeeland.  Toerisme en recreatie, inclusief de horeca-sector, levert een flink aandeel in de totale directe werkgelegenheid in Zeeland. Totaal zijn er 161.345 arbeidsplaatsen. De sector Toerisme en Recreatie (incl. horeca) zorgt voor circa 15.700 arbeidsplaastsen (=9.7 %) Ter vergelijking: de landbouw en visserij heeft een aandeel van 8,3% (=13.365) en de industrie van 16,2% (=26.245). Je kunt dus wel zien dat het toerisme een grote plaats inneemt in onze Zeeuwse economie, bijna 10%. Dat is nog meer dan je op het eerste gezicht zou denken, want deze sector draait vooral in de zomer, als alle badgasten komen. Dit houdt wel in dat als er een jaar slecht weer is, er heel veel inkomsten misgelopen worden, daar staat tegenover dat als het goed weer is, er heel veel inkomsten zijn. Vorig jaar (2000) was het in de maand juli slecht weer voor de tijd van het jaar. Dit kun je wel zien aan de volgende gegevens, ze gaan over de maanden juni/augustus*:  Er waren in 2000 6% minder vakanties doorgebracht in Zeeland t.o.v. 1999, terwijl het aantal vakanties landelijk steeg met 2%.  Door de Nederlanders werd er in 2000 dat jaar 17% minder uitgegeven in Zeeland t.o.v. 1999.  Van de 806.000 zomervakanties werden er 455.000 doorgebracht op toeristische plaatsen en 351.000 op vaste standplaatsen. Dit is een daling van 14% t.o.v. 1999 van de toeristische- en een stijging van 7% van de vaste standplaatsenvakanties. Sinds '91 is de trend m.b.t. het aantal toeristische vakanties duidelijk negatief en die van de vaste standplaatsen licht stijgend. Die trend is ook landelijk zichtbaar, maar dan wat minder duidelijk.  Het aantal overnachtingen daalde in Zeeland, naar 5,87 miljoen (- 9%). Het laagste van de afgelopen 10 jaar. Landelijk was er een stijging van ruim 1%. De sector Toerisme en Recreatie (inclusief de horeca-sector) maakt wel degelijk een groot deel uit van de Zeeuwse economie, en dus ook van de Walcherse economie. We zullen goed voor deze sector moeten zorgen d.m.v goede regels en voorzieningen. Hoe is de verdeling van de afkomst van de toeristen op Walcheren? Het was erg moeilijk om aan concrete cijfers te komen, dus hebben we heel veel kleine beetjes informatie en verwante bronnen met elkaar moeten combineren. Het is voor verschillende instanties handig om te weten waar toeristen vandaan komen. Wanneer het je klanten zijn kun je daar namelijk handig op inspelen bij het maken van reclame ect. 70% van de toeristen die naar Walcheren komen zijn afkomstig uit de 11 overige provincies van Nederland. Hier hoort ook een aanzienlijk aantal dagjesmensen bij. Uit eigen ervaring bij een strandtent is gebleken dat de Nederlanders die hierheen komen en overnachten afkomstig zijn uit Noord-Brabant en Limburg. Ook hebben de bronnen van het Toeristisch Bureau Zeeland dit uitgewezen. De dagjesmensen komen meer uit het zuiden van de Randstad en uit West-Brabant. De overige 30 % die op Walcheren van zijn vakantie geniet komt dus uit het buitenland. Van die 30% is ongeveer 84% Duits (vooral uit Nord-Rhein Westfalen). Dit is dus 25% van het geheel. De nieuwe markten voor Walcheren zijn Groot-Brittannië en Frankrijk (met name het noorden). Groot-Brittannië (ongeveer 1.4%) en Frankrijk (ongeveer 0.6%) zijn nu nog maar goed voor 2% van het toerisme op Walcheren, maar de VVV verwacht dat dit percentage zal stijgen. Van de overige 3% neemt België (voornamelijk Vlaanderen) 2% voor zijn rekening. Dan komt “de rest van Europa” (>0.5%). De minste toeristen komen van buiten ons continent (<0.5%). De regionale VVV speelt op deze percentages in door 1/3 deel van de VVV-gidsen in het Duits te laten uitgeven. De Britten lijken weinig te betekenen, maar voor de hotelbranche zijn ze toch niet onbelangrijk, want van de Britten die hier overnachten doet maarliefst 95% dat in een hotel. Conclusie Het toerisme is erg belangrijk voor de economie van onze regio (Walcheren) en ook voor ons eigen inkomen. De Zeeuwse toeristeninstanties willen uiteraard elk jaar meer toeristen aantrekken. Het is daar voor wel handig om te weten hoe de toeristen hier verblijven. De campings/ vakantieparken zijn het belangrijkst dus die zullen vooral gepromoot worden. Walcheren kan met haar jachthavens ook boottoeristen aantrekken en de fraai Boulevardhotels in Vlissingen doen het ook goed bij toeristen. Voor het promoten van onze regio bij toeristen is het uiteraard erg van belang om te weten waar de toeristen wonen. Dit hebben we onderzocht. Het bleek dat de meeste toeristen (waaronder veel dagjesmensen) uit ons eigen land komen: 70% (vooral Brabant en Limburg). De oosterburen zijn ook een belangrijke toeristenmarkt voor ons met 25% van alle toeristen. Vooral in Nord-Rhein Westfalen, maar ook in de rest van Duitsland wonen veel mensen die hier vaak voor langer dan een dagje verblijven. Om toeristen aan te trekken moeten we ons ook gaan richten op Groot Brittannie en (vooral Noord-) Frankrijk. Deze groeiende toeristenmarkten zijn nu nog maar goed voor 2% van de toeristen, maar dit percentage zal zeker nog groeien. Uit Belgie (en dan voornamelijk Vlaanderen) is ook nog 2% van de toeristen afkomstig. Met 1% stelt de rest van de wereld niet veel voor. Logboek Rond week 21 kregen we de opdracht een praktische opdracht te maken voor het vak aardrijkskunde. We moesten een onderzoek doen naar de afkomst van toeristen in Walcheren en de daarbij gevonden conclusies presenteren in een werkstuk. Tijdens het onderzoek moest er ook een logboek bijgehouden worden. In een logboek staat hoe we het werk hebben verdeeld. Maandag 14 Mei
We mochten kiezen om de Praktische Opdracht zelf te maken, of met zn tweeën. Jelle-Jan en ik hadden besloten om samen te werken. Dit hebben we doorgegeven aan de leraar. Zaterdag 26 Mei. Op deze dag hebben we bij de hoofdvraag: ‘Wat voor betekenis hebben de toeristen op Walcheren’ de volgende deelvragen gemaakt: ‘Wat is er te doen voor toeristen op Walcheren?’, ‘Hoe verblijven toeristen op Walcheren?‘, ‘Is toerisme belangrijk voor de Walcherse economie?’, ‘Hoe is de verdeling van de toeristen?’. Hier hebben we ongeveer een uur aangewerkt. Week 22
In deze week hebben we allebei informatie gezocht voor de deelvragen en hoofdvragen. Dit kostte ons per persoon ongeveer 3 uur. Zaterdag 2 Juni
We hebben de vragen uitgewerkt en het werkstuk in elkaar gezet. Dit duurde 4 uur. Woensdag 6 Juni
Op deze dag moeten we het werkstuk inleveren. Bronnen www.zeelandnet.nl/vvv
Gemeente Vlissingen, Middelburg en Veere
VVV Vlissingen
Het toeristisch bureau zeeland