Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Drugs

Beoordeling 7
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 2e klas vwo | 4054 woorden
  • 3 oktober 2002
  • 151 keer beoordeeld
Cijfer 7
151 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Nederland en Drugs In Nederland wordt altijd drugs gebruikt, ook al is dat wettelijk verboden. De regering doet er twee dingen aan; ze proberen het gebruik van drugs te voorkomen en ze proberen de schade bij de gebruikers te beperken, ook door de overlast voor de medemens te beperken. Dat doen ze door een Methadonbus door plaatsen te laten rijden. Daar kunnen heroïneverslaafden het vervangend middel Methadon krijgen, zodat ze geen heroïne nodig hebben. Ook zijn er plaatsen waar heroïnegebruikers hun spuiten in kunnen leveren, zodat die niet op de grond rondslingeren. In het station van Heerlen en in andere stations hebben ze speciale lampen in de toiletten hangen zodat je je aders niet meer kunt zien en dus kunnen drugsverslaafden daar niet meer spuiten. Verder wordt er veel informatie over drugs verspreid. Cijfers Iedereen heeft het erover dat Nederland hét land van de drugs. Dat klopt wel een beetje, want er wordt veel drugs in Nederland gemaakt en ook veel drugs geëxporteerd naar o.a. Suriname. Maar Nederland heeft minder drugsverslaafden in vergelijking tot verschillende andere landen. Kijk maar: - Nederland: 1,6 op de 1000 inwoners - België: 1,8 op de 1000 inwoners - Frankrijk: 2,5 op de 1000 inwoners - Portugal: 4,5 op de 1000 inwoners - Zwitserland: tussen de 4 en de 6,7 op de 1000 inwoners. In Nederland zijn zo’n 150.000 mensen verslaafd aan slaap- en kalmeringsmiddelen. Verder zo’n 70.000 mensen zijn er verslaafd aan gokken. En het aantal mensen dat verslaafd is aan heroïne e.d. ligt tussen de 25.000 en de 28.000
CAD In Nederland heb je het CAD. Dat is het Consultatiebureau voor Alcohol en Drugs. Daar kunnen mensen met verslavingsproblemen terecht. Ook kunnen mensen die een verslaafd persoon in hun omgeving hebben daar terecht. Daar kan je dan om advies vragen. De meeste mensen die daar kwamen kwamen met vragen over alcohol, heroïne e.d., cocaïne, gokken en hasj en weed. De minste vragen kwamen over snuifmiddelen (27) en LSD e.d. (37). Effecten van drugs Alle drugs bevatten stoffen die de hersenen prikkelen. Die hersenprikkels kunnen lichamelijk of geestelijk werken. Die lichamelijke of geestelijke prikkels worden effecten genoemd. Die effecten kunnen stimulerend, verdovend of bewustzijnsveranderend zijn. - stimulerende effecten: als een persoon van deze middelen krijgt, krijgt hij het gevoel dat hij meer energie heeft en hij is alerter. voorbeelden: cocaïne, speed, tabak, koffie. - verdovende effecten: de persoon krijgt een slaperige roes. Het werkt ook kalmerend en ontspannen. Daardoor lijkt het leven aangenamer. voorbeelden: heroïne, opiaten, alcohol en slaapmiddelen. - bewustzijnsveranderende effecten: de persoon gaat de wereld heel anders zien, alles ziet er mooi uit en veel dingen krijgen felle kleuren en mooie vormen. voorbeelden: LSD, paddo’s en andere tripmiddelen. (Je maakt een soort ‘trip’ naar een andere wereld met al die felle kleuren enz.) vandaar de naam tripmiddelen. Sommige drugs hebben meer dan één effect. Eén daarvan is XTC. XTC is oppeppend maar ook bewustzijnsveranderend. De wet en drugs De meeste mensen denken aan illegalen drugs als ze het woord drugs horen. Maar sommige medicijnen zijn ook drugs. In de Opiumwet staan allerlei middelen die als drugs worden beschouwd. In de Opiumwet staan twee lijsten. Op lijst één staan middelen die een groot en gevaarlijk risico met zich meenemen. Voorbeelden van middelen die daar op staan zijn heroïne, cocaïne, speed, LSD en XTC. Op lijst twee staan middelen die een minder groot en gevaarlijk risico met zich meebrengen. Enkele voorbeelden van de middelen op lijst twee zijn slaap- en kalmeringsmiddelen zoals Valium en Seresta en hasj en wiet. Je mag alle producten van lijst één en twee niet maken (produceren), verhandelen en/of bezitten. Voor het produceren, verhandelen of bezitten van de producten van lijst één staan natuurlijk hogere straffen dan voor het produceren, verhandelen of bezitten van de producten van lijst twee. Harddrugs en Softdrugs De middelen van lijst één (zie vorige paragraaf) zijn harddrugs. De middelen van lijst twee zijn softdrugs. Alleen slaap- en kalmeringsmiddelen zijn een uitzondering, want die worden op recept gegeven. Maar in het drugscircuit worden ze ook verhandeld. Maar, er zijn mensen die zoveel softdrugs gebruiken dat ze met die hoeveelheid harddrugs zijn geworden. Zoals in plaats van één jointje blowen er tien blowen, dan is het effect veel groter. Het kan ook omgekeerd, gewoon heel weinig harddrugs gebruiken en dan zijn ze een beetje soft geworden. Zoals in plaats van één XTC-pil nemen, hem doormidden breken en maar een halve nemen, dan heb je wel harddrugs gebruikt, maar het duurt minder lang en het effect is iets minder. Maar dat is veel moeilijker vol te houden. Waar komen drugs vandaan? Oorspronkelijk komen drugs uit de natuur. Denk maar eens aan hasj en marihuana. Die komen van de hennepplant. Middelen die sterker bewustzijnsveranderend zijn komen soms uit de peyote-cactus en soms ook van paddestoelen. Denk maar eens aan paddo’s. Cocaïne haalt men uit de bladeren van de coca-plant. De basisstof van morfine en cocaïne heet Opium. Opium zit in de papaverplant. In het begin van de negentiende eeuw begon men te ontdekken wat de precieze werkzaamheden van sommige natuurproducten zijn. Toen bleek ook dat je sommige stoffen na kunt maken. Een paar voorbeelden van drugs die in de laboratoria zijn ‘uitgevonden’ zijn XTC, LSD, Valium en Seresta. Soms als er weer een nieuwe drugs is uitgevonden wordt dat eerst in een kleine kring gebruikt. Later worden ze op grotere schaal gebruikt. Dan komt er pas onrust over. Waar komt het nou eigenlijk vandaan? Wat zijn de risico’s? Vaak zijn het van die trends, ze verdwijnen langzamerhand weer, maar sommige ‘drugstrends’ blijven hangen en populair. Enkele voorbeelden daarvan zijn XTC en natuurlijke drugs, ook wel ecodrugs. Ecodrugs zijn drugs die van planten zijn gemaakt. Drugsgebruik is al heel oud, al zeker 7000 jaar oud.
Wie gebruiken drugs en waarom? Drugsgebruik is meestal een keuze van de persoon die het gaat gebruiken. De gebruiker weet dikwijs niet wat hij (of zij) inneemt, want hij weet niet wat erin zit en de risico’s niet of onvoldoende weet. Redenen waarom mensen (vooral jongeren) beginnen met het gebruiken van drugs zijn: - meelopen - het stoer vinden - verkennen van grenzen - nieuwsgierigheid - verveling - spanning zoeken, omdat het niet mag. Niet alleen die dingen spelen een rol of een persoon gaat gebruiken, maar ook de omgeving. Want als vrienden het afkeuren is de kans kleiner, maar vinden vrienden het goed of ze gebruiken het zelf is de kans groter dat die persoon het ook gaat gebruiken
Mensen die de hele nacht door willen feesten gebruiken drugs met een oppeppend effect. De drugs met een dempend, verdovend effect gebruiken mensen vaak die slaap- persoonlijke- en maatschappelijke problemen hebben. En mensen die nieuwsgierig zijn (vooral jongeren) en oudere mensen die op zoek zijn naar een nieuwe geestelijke ervaring gebruiken vaak drugs met een bewustzijnveranderend effect. Mensen kiezen er dus zelf voor om die rotzooi te gaan gebruiken!!! Risico’s Risico’s op korte termijn: de effecten van de drugs is voor een groot deel afhankelijk van de conditie en de stemming op dat moment van de persoon. Meestal wordt de stemming die die persoon op dat moment groter door de drugs. Maar het kan ook heel anders worden dan de gebruiker had verwacht. Bijvoorbeeld iemand die angstig is kan opeens heel paniekerig gaan doen. Verkeerde lichamelijke klachten kunnen braken, misselijkheid, slecht reageren, onwel worden zijn. Verder zijn de risico’s van de meeste drugs hart- en vaatziekten. Een heel bekend risico is een overdosis. Een overdosis is een dodelijke hoeveelheid drugs. Een overdosis komt vaak voor omdat de verkoper zegt dat er iets in zit, maar het zit er dan niet in. Het kan ook zijn dat er meer in zit i.p.v. meer. En verder kan er ook iets heel anders in zitten dat heel gevaarlijk is. Een combinatie van XTC en speed kan heel verkeerd uitpakken. Maar ook alcohol en slaap- en kalmeringsmiddelen. Risico’s op lange termijn: als je lang drugs gebruikt ben je verslaafd, je bent afhankelijk. De schade op lange termijn aan de geest en lichaam is vaak groot. Ook kunnen organen overbelast of beschadigd raken. Als je lange tijd XTC gebruikt kan je daar hersenbeschadigingen mee oplopen. Maar het is goed mogelijk dat nog niet alle risico’s op lange termijn al bekend zijn. Hoe ga je met het drugsgebruik van anderen om? Je kan het drugsgebruik van een ander niet zomaar verbieden, waarschuwen en afraden hebben maar weinig zin. Wat wel of in ieder geval meer zin heeft is om goede informatie erover te hebben. Als iemand veel drugs gebruikt kan de oorzaak zijn dat de gebruiker problemen heeft. Je moet duidelijk zijn over de gestelde grenzen voor de ander, maar ook voor jezelf, je moet als opvoeder een grotere geloofwaardigheid hebben en zorgen dat de persoon zich aan de afspraken houdt. XTC XTC is een harddrugs. Je spreekt het uit als ‘ecstasy’, dat betekent extase. Je kan XTC als pillen of capsules kopen. Je hebt ze in verschillende kleuren, vormen en met plaatjes. In XTC zit MDMA (3,4 methyleendioxymethamfetamine (vraag me niet wat het is)). MDMA werd in 1900 voor het eerst in het laboratorium gemaakt. In de VS gebruikte ze het in de jaren ‘70 het soms als experiment bij psychopaten. In de jaren ’70 kwam het daar ook op de markt als XTC, het was in de discotheken erg populair. In de jaren ‘80 kwam het pas in Europa. XTC wordt in laboratoria gemaakt, het gaat via dealers en subdealers naar de gebruikers. 1 pil of capsule kan F7,50 kosten, maar ook F25,--. Als je XTC gebruikt krijg je geestelijk en lichamelijk veel energie. Als je moe bent is dat grotendeels verdwenen, maar als de pil is uitgewerkt word je nog vermoeider dan eerst. Een pil of capsule begint na 20 à 60 minuten te werken en het effect duurt 4 à 6 uur. De volgende dag heb je nog een licht na-effect, dat kan prettig of juist depressief zijn. Ook krijg je las van een stijf gevoel in je kaken, hartkloppingen, droge keel, misselijkheid of benauwdheid. Dit alles kan tot paniek leiden. XTC wordt vooral bij houseparty’s en in discotheken gebruikt. In 1996 was er een onderzoek waaruit bleek dat 5,6% van de jongeren tussen de 12 en 18 wel eens XTC heeft gebruikt. En in 1997 bleek uit onderzoek dat 64% van de bezoekers van houseparty’s XTC had geslikt. En bij discotheken was dat 36%. De gevaren van XTC: - Het is schadelijk voor je hersenen (vooral geheugen), concentratie en je stemming. - Veel pillen worden als XTC verkocht, maar dan zijn het gewoon andere drugs. - Je kan heel lang door dansen en als je geen water drinkt kan je uitdrogen. Ook kan je oververhit raken. - Als je astma, een zwak hart, hoge bloeddruk, suikerziekte, epilepsie hebt of zwanger bent of borstvoeding geeft moet je het zeker niet gebruiken. - Als je XTC gebruikt met bijvoorbeeld alcohol is dat heel gevaarlijk en in de disco wil je nog wel eens een biertje drinken. - Je kan eraan overlijden (overdosis). Je kunt XTC niet veilig gebruiken. Ook niet voor één keer!!!!! XTC is niet verslavend, want je lichaam heeft het niet steeds nodig. Wel geeft XTC een kick. Speed Een andere naam voor speed is pep. Speed en pep zijn wekaminen, dat zijn chemische stoffen die stimulerend werken bij het zenuwstelsel. Rond 1900 werd speed in het laboratorium gemaakt, maar pas in 1930 ontdekte men de effecten ervan. In de jaren ‘60 wedt speed als vermageringsmiddel gebruikt. Tussen 1969 en 1972 werd er veel speed gebruikt. Speed is ook een harddrug. Speed heeft een oppeppend effect. Je bent niet meer vermoeid, je hebt geen honger meer, je krijgt een hogere bloeddruk, je pupillen worden groter, je spieren spannen zich, je kan hoofdpijn krijgen, duizelig worden, en je kan gaan knarsetanden of je kaken snel bewegen. Je krijgt meer energie, wordt vrolijker, alerter, zelfverzekerder, zelfkritiek verdwijnt en je gaat sneller praten. Maar je kan ook heel angstig worden. Als de speed is uitgewerkt krijg je weer honger en je wordt katterig. Veel andere klachten zijn; chronische vermoeidheid, lusteloosheid en neerslachtigheid. Speed kan je als pil of poeder kopen. Speed werkt na 15 à 20 minuten. Als je speed in je ader spuit werkt het meteen. Het werkt ongeveer 8 uur. Speed wordt zowel in het uitgaansleven als bij mensen die lang door willen werken gebruikt. Ook wordt het in de sport gebruikt (doping). Maar het is heel makkelijk aan te tonen, dus ze gebruiken het niet zo vaak meer. Lichamelijk kun je niet aan speed verslaafd raken, maar als je het vaak gebruikt heb je steeds meer nodig om hetzelfde effect te krijgen. Maar geestelijk kun je er wel verslaafd aan raken, feestjes zijn niet meer leuk zonder speed enz... risico’s van speed: - verslaving - Door langdurig gebruik kan je hartritmestoornissen, hartinfarct of een hersenbloeding krijgen. - Mensen met een zwak hart, epilepsie, suikerziekte, hoge bloeddruk mogen geen speed gebruiken - oververhitting. - Als je moe bent merk je dat niet als je speed gebruikt en gebruik je je reserves en dan kan je flauwvallen. - je valt af - uitputting - nagels gaan breken - tanden gaan los zitten en uitvallen. - het kan lijken dat er beestjes onder je huid kruipen en je kan jezelf tot bloedens toe openkrabben. - je kunt er tics aan over houden. - het beïnvloed het gedrag - als je het met bijvoorbeeld alcohol inneemt kan je agressief worden. - als je speed snuift kan je neusslijmvlies beschadigd raken.
Tripmiddelen Tripmiddelen zorgen ervoor dat de waarneming van de zintuigen veranderen. Tripmiddelen zitten in je huid, urine, bepaalde paddestoelen, bepaalde cactussoorten, kruiden en nootmuskaat. Ze worden ook in laboratoria gemaakt zoals LSD. In LSD zit d-lysergzuurdiethylamide. Die chemische stof wordt gemaakt door bepaalde schimmels chemisch te bewerken. In paddestoelen zit psilocybine. Er zijn meer dan 20 soorten paddestoelen. Sinds we weten dat de natuur tripmiddelen maakt worden ze gebruikt. Vroeger gebruikte men ze voor magische en religieuze dingen, maar nu alleen nog als drugs. De eigenschappen van LSD ontdekte ze in 1943 bij toeval in een laboratorium. Ook tripmiddelen zijn harddrugs. Tripmiddelen versterken de emoties en het veranderd de beleving van tijd en ruimte. De gebruiker gaat dingen zien die er niet zijn. De effecten kunnen als de drugs al lang is uitgewerkt nog terugkomen, dat kan zelfs nog jaren later gebeuren. Dat heten flashbacks
De ‘trip’ begint een half uur tot een uur nadat je het hebt ingenomen. Bij LSD heb je maar 100 à 150 miljoenste gram nodig. de trip duurt 8 à 10 uur. Maar bij bijvoorbeeld DOB duurt de trip wel een hele dag (24 uur). Het wordt als XTC voorgedaan. Bij zo’n ‘trip’ worden het gehoor, reuk en gevoel intenser. Ook kan het in elkaar overlopen, je ziet opeens muziek en je ruikt opeens kleuren. Voorwerpen gaan bewegen en de tijd vertraagd of staat zelfs helemaal stil. Als je in de trip gevangen raakt dan weet je niet meer waar die dingen vandaan komen en dat kan heel eng zijn. LSD is te krijgen in de vorm van papertrips, dat is een klein stukje papier waar vloeibare LSD op is gedruppeld. Ook staat er een plaatje op. Een papertrip leg je op je tong of los je op in water. Paddestoelen eet je. Bij paddestoelen is het moeilijk te bepalen hoe sterk het effect is. LSD en andere tripmiddelen zijn samen met de hippiecultuur een beetje verdwenen. De gebruikers vallen niet zo op, want ze doen het in vertrouwde omgeving, samen met bekenden. Nu de jaren ‘60 weer in zijn komen de tripmiddelen ook weer een beetje terug. Lichamelijk en geestelijk kun je er niet echt aan verslaafd raken. Wel als je een nieuwe dosis neemt vlak na een vorige heeft het geen enkel effect meer. Die tijd duurt 3 à 4 dagen, dan merk je er pas weer wat van. Dus je kan maar één keer per week trippen. risico’s van tripmiddelen: - je kunt er paniekerig van worden - die flashbacks kunnen heel eng zijn. - je kan auto’s voor speelgoedauto’s aan zien en dat kan heel gevaarlijk zijn. - je weet niet hoeveel de sterkte is. Hasj en weed Hasj en weed komen van de cannabis, ook wel de hennepplant. Marihuana zijn verkruimelde vrouwelijke bloemtoppen. Marihuana wordt ook wel weed of wiet genoemd. Als je de hars van de plant tot blokken of plakken perst krijg je hasj. Bij hasj en weed is het belangrijkste THC, hoe warmer het klimaat hoe meer THC, dus ook hoe meer het effect. Weed mag je niet bezitten of kweken ook geen kleine hoeveelheden, zoals veel mensen denken dat kleine hoeveelheden wel mag. Hasj en weed zijn softdrugs. Hennep kan je als drugs gebruiken maar ook als touw en kleding. Dat wordt van de vezels gemaakt. Boeren planten hennep als windscherm. 5000 jaar geleden ontdekte men dat de plant ook een geneeskrachtige werking heeft. Nu wordt TCH nog gebruikt om de bijwerkingen van chemotherapie tegen te gaan. TCH versterkt de stemming, dat kan goed maar ook verkeerd uitpakken. Als je high bent voel je je prettig. Als je stoned bent voelen je armen en benen zwaar aan. Sommige mensen krijgen een vreetkick, dan wil je opeens heel veel eten en sommige krijgen opeens heel erg de slappe lach. Door TCH krijg je een droge mond, slappe spieren, rode ogen en een snellere hartslag. Hasj en weed wordt meestal met tabak vermengd, zo’n grote ‘sigaret’ heet een joint en een kleine heet een stickie. Het roken ervan heet blowen. Je kan het ook in eten verwerken, als het in taart is is het een spacecake. Een stickie of joint begint al na een paar minuten te werken, maar het duurt maar 2 à 4 uur. Als je het eet werkt het na ongeveer een uur. Hasj en weed kan je makkelijk krijgen. Het kost per gram ongeveer F10,--. Bij de 12/13 jarige heeft 6% wel eens hasj of weed geprobeerd, maar bij 16/17 jarigen is dat al 34%. Het aantal hasj en weed gebruikers in Nederland is ongeveer 323.000. Lichamelijk kun je er niet aan verslaafd raken. Wel heb je steeds meer nodig om hetzelfde effect te krijgen. Wel kan je er geestelijk aan verslaafd raken, zonder hasj of weed voel je je minder prettig. de risico’s van hasj en weed: - als je je onprettig voelt kan je je nog onprettiger gaan voelen. - te veel kan leiden tot angst, neerslachtigheid, paniek en flauwvallen. Dit heet flippen. - Het vermindert je concentratievermogen, het reactievermogen en het korte termijngeheugen. - je kan geremd raken in je ontwikkeling. - het is slecht voor je ademhalingsstelsel. (longkanker enz.....) Heroïne Heroïne wordt uit papaver gehaald. Als je de onrijpe zaadbol kerft en het melksap dat daaruit komt droogt krijg je ruwe opium. Daaruit kan morfine worden gehaald. Als je die morfine chemisch bewerkt kan je heroïne maken. In het laboratorium kan zuivere heroïne worden gemaakt, die is niet te koop. Als je het koopt is het vermengd met o.a. cafeïne, paracetamol, suiker, zetmelen en stophoest. Andere namen voor heroïne zijn bruin en smack. 5000 jaar geleden werd er in Zwitserland al papaver geteeld. In de 18e eeuw werd er veel opium gerookt in Aziatische landen. In de 193 eeuw werd ontdekt dat er in opium morfine zit en sinds de 20e eeuw wordt het als pijnstiller gebruikt. In 1898 werd heroïne voor het eerst verkocht. Niet als drugs, maar als medicijn tegen TBC (tuberculose), hoest en morfineverslaving. Maar het bleek dat heroïne nog verslavender was dan morfine en werd het daarvoor niet meer gebruikt. In 1914 werd het verboden en in 1972 kwam het veel in de drugshandel voor. Heroïne is een harddrug. Als je heroïne gebruikt krijg je een langzamere ademhaling, hartslag en lichaamstemperatuur. Je krijgt kleinere pupillen. En je darmen en kringspieren werken minder goed. In het begin kan je last van overgeven, hoofdpijn, duizeligheid, misselijkheid, jeuk en een vreemd gevoel in je hoofd krijgen. Maar pijn, verdriet, angst, honger en kou voel je niet meer. Ook ben je ontspannen en de buitenwereld is niet zo belangrijk meer. Heroïne werkt ongeveer 5 uur. Heroïne chinees of spuit je meestal. Chinezen leg je wat heroïnepoeder op een stukje aluminiumfolie en dat verhit je dan. Da dampen die daarbij vrijkomen zuig je op met een kokertje en dat komt gelijk in je longen. Bij spuiten leg je heroïnepoeder op een lepel en dat los je op in water en zuur. Dat verhit je dan en alles wat overblijft doe je in een injectiespuit en dat spuit je in een bloedvat. Je kan het ook snuiven of met tabak roken. In Nederland wordt er het meest gechineesd. Nederland heeft ongeveer 26.500 heroïnegebruikers. Geschat wordt dat 33% van de mensen die gearresteerd zijn aan drugs verslaafd zijn. De meeste heroïnegebruikers gebruiken niet allen heroïne maar ook cocaïne, alcohol, hasj of geneesmiddelen die een roes veroorzaken. Het gebruik van meerdere middelen heet polydruggebruik. Je kunt aan heroïne lichamelijk en geestelijk verslaafd raken. Als je geen heroïne meer krijgt ga je je ziek, klam en koud voelen, transpireren, kippenvel krijgen, loopneus, buikkrampen, pijn in je armen en benen en diarree. risico’s van heroïne: - overdosis - ontstekingen en infecties door vieze spuiten. - door heroïne merk je pijn niet en dus kom je er te laat achter als je ziek bent. - het verstoord de menstruatiecyclus, soms verdwijnt het helemaal. - pasgeboren baby’s waarvan de moeder heroïneverslaafd was hebben last van ontwenningsverschijnselen. - in combinatie met een ander middel is het heel gevaarlijk. Om met heroïne te stoffen is heel moeilijk. Je kunt 7 tot 10 dagen lichamelijke afkickverschijnselen krijgen. Ook kun je met methadon afkicken en dat dan langzaam afbouwen. In 1999 is er een experiment gestart om mensen onder narcose af te laten kicken. Maar het is heel moeilijk om met heroïne te stoppen. Cocaïne Cocaïne is wit, kristalachtig poeder. Het wordt uit de bladeren van de cocaplant gehaald. Een andere naam voor cocaïne is coke. Sinds de mensen zich kunnen herinneren wordt er al op de bladeren van de cocaplant gekauwd omdat ze stimulerend werken en ademhalingsmoeilijkheden verlichten. In de 19e eeuw kwam men erachter wat de werkzame stof in de bladeren was en werd het gebruikt. Daarna werd het populair als een stimulerend middel en voor plaatselijke verdovingen. Na de Eerste Wereldoorlog werd cocaïne verboden. Cocaïne is een harddrug. Als je cocaïne gebruikt stimuleert dat het centrale zenuwstelsel, versnelt de hartslag, ademhaling en verhoogt het de bloeddruk. Verder krijg je een groter uithoudingsvermogen, honger en vermoeidheid verdwijnen, pijn voel je minder snel, je wordt opgewekt, vrolijk, meer energie en je denkt dat je de hele wereld aankunt. Cocaïne neemt je snel nog een keer, het is dus niet een drugs die maar eenmalig neemt. Cocaïne wordt bijna altijd gesnoven, je legt het in lijntjes en snuift het met een kokertje op. Je kan het ook oplossen in water en het met een injectienaald injecteren. Je kan het ook roken, maar als het in je longen komt is bijna alles al verbrand. Je kan het wel roken als je het chemisch bewerkt tot een crack of basecoke. Als je dat rookt heet dat basen. Als je cocaïne snuift werkt het al na een paar minuten, maar het duurt maar een half uur. Als je het spuit of baset werkt het nog sneller, maar dan nog maar 10 minuten. Het cocaïnegebruik is in de jaren ‘60 begonnen, nu begint het weer populair te worden, vooral bij heroïnegebruikers. Aan cocaïne kun je niet lichamelijk verslaafd raken. Geestelijke verslaving is wel mogelijk. Mensen gebruiken het dan vaak als ze aan het stressen zijn. Risico’s van cocaïne: - Je verliest je eetlust en je vermagert. - Je kan uitputten. - Het is gevaarlijk in combinatie met andere middelen. - Je kan waanvoorstellingen krijgen. - Je kan het gevoel krijgen dat er beestjes onder je huis zitten en je huid tot bloedens toe openkrabben. - Als je het snuift trekken de bloedvaten in je neus samen en je neusslijmvlies kan dan beschadigen. - Infecties door vieze spuiten. - Als je het rookt tast het je longen aan. - Als je een zwak hart of vaten, hoge bloeddruk, suikerziekte of epilepsie hebt loop je extra risico’s. - Het kan vermengd zijn met andere stoffen.

REACTIES

D.

D.

heejj marleen! goed werkstuk ik heb er wat informatie uit kunnen halen xxx deidre

20 jaar geleden

Z.

Z.

eeyy
hoe gaat ut ?? met mij spprr
je heb een goede werkstuk gemaakt
bedant voor de info
xxxx zouliga:p

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.