Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Erfelijkheid

Beoordeling 5.1
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 1680 woorden
  • 3 mei 2000
  • 130 keer beoordeeld
Cijfer 5.1
130 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Inleiding
Informatie over het onderwerp: Het onderwerp is erfelijkheid. Er is weinig informatie over te vertellen maar erfelijkheid houdt in dat het iets is dat je ouders en opa en oma hetzelfde hebben of gehad. Bij lichaamslengte(dit werkstuk) is dat precies hetzelfde. Mijn vader is nu ongeveer even lang als mijn opa. Je kan ook iets erfelijks hebben op een andere manier bijvoorbeeld met uiterlijk. Onze familie heeft dezelfde neus een wangen. Bij andere families is dat anders. Als iemand mijn broer kent en mij dan ziet, ziet hij meteen dat ik een broertje van hem ben. Ikzelf vind dat wel leuk. Erfelijkheid: Bepaalde kenmerken, zoals de kleur van de ogen en van het haar, worden van ouders op kinderen doorgegeven. Die eigenschappen zijn erfelijk. De studie van erfelijkheid heet genetica. Erfelijke eigenschappen (genen)zijn verpakt in kronkelige chromosomen. Elke lichaamscel(behalve de zaadcellen en de eicellen) bestaat uittwee paar van 23, in totaal 46 chromosomen. Ei-zaadcellen bevatten de helft van dat aantal chromosomen. Als een eicel door een zaadcel is bevrucht, heeft de nieuwe cel het juiste aantal(46)chromosomen. Cellen: Ons lichaam bestaat uit duizenden miljoenen cellen. Deze zijn zo klein dat je ze niet met het blote oog kunt zien maar alleen door een microscoop. Gezamenlijk vormen ze ieder deel van ons lichaam, zowel bloed als onze nieren, zowel onze spieren als onze huid. De cellen veranderen en sterven af, maar worden ook voortdurend vernieuwd. Cellen in verschillende delen van ons lichaam hebben uiteenlopende functies en verschillen onderling sterk van vorm en inhoud. Celkern: In elke cel zit een celkern die de cel functioneert. Deze celkern heeft weer onderdelen die chromosomen worden genoemd. Chromosomen: De chromosomen zitten in de kern van een cel. Ze bevatten genetische informatie en zorgen bij elk mens voor een unieke samenstelling van erfelijke eigenschappen. In de chromosomen zit desoxyribonucleine-zuur(DNA). De meeste erfelijke informatie van bijna alle levende organismen zit in het DNA molecul. DNA: Een dna molecuul bestaat uit een lange dubbele draad die om zichzelf gewikkeld zit zoals een opgerolde knot wol. DNA staat voor DeoxyriboNucleineAcid(deoxyribocleine zuur). Als we al het DNA van alle 46 chromosomen uit een enkele celkern zouden afrollen en uittrekken dan zou het ongeveer 2 meter lang zijn. Als al het DNA van het gehele lichaam zo uitgerekt zou worden dan zou het 10.000 keer de afstand tussen de aarde en de maan en de aarde omspannen. Desondanks is het DNA-draad zo dun dat hij, zelfs met de krachtigste microscoop, nauwelijks zichtbaar zou zijn. Afzonderlijke, welgedefineerde stukken van het DNA keten vormen telkens een GEN. Genen: Een DNA keten kan onderverdeeld worden in genen. Iedere cel van een menselijk lichaam heeft een identiek stel van ongeveer 10.000 genen. Deze genen bevatten de versleutelde opdrachten, de genetische code, voor de aanmaak van de bouwstenen voor het menselijk lichaam, de chemische moleculen die bekend staan als eiwitten. Verschillende genen laten verschillende opdrachten uitgaan, d.w.z bepalen de aanmaak van verschillende eiwitten. Een gen kan bijvoorbeeld bepalen wat de kleur van de ogen zal zijn, een andere gen bepaalt de bloedgroep etc. Met uitzondering van een een-eiige tweelingen hebben geen 2 mensen hetzelde stel genen. Extra informatie: Bij de bevruchting worden de 23 chromosomen in de eicel bij de 23 chromosomen in de zaadcel gevoegd, zodat het juiste aantal van 46 ontstaat. Een paar chromosomen van de vader of de baby een jongen of een meisje wordt. Bij de vrouw is een paar chromosomen gelijk: twee maal x. De man heeft een x-chromosoom en een kleiner y-chromosoom. Hierboven zie je wat een meisje wordt en wat een jongen. Wij hebben alleen 1 probleem. Maarten komt oorspronkelijk niet uit deze familie, want hij is geadopteerd. Hij heeft dus hetzelfde dna en hij lijkt daardoor ook niet op zijn ouders. Maar we kunnen wel kijken of hij groot, gemiddeld of klein is. Hypothese(=vraagstelling) Jasper
Ik denk dat de lichaamslengte niet erfelijk is, want je ziet toch verschillen bijvoorbeeld bij mijn broer. Hij is veel groter als mijn vader en moeder. Maar mijn andere broer is weer kleiner, dus ik denk dat de lengte niet erfelijk is

Gert
Ik denk dat de lichaamslengte wel erfelijk is, omdat mijn moeder niet groot is mijn vader is niet groot en ik ben ook niet groot. Of ik zelf nog veel ga groeien weet ik niet maar ik denk dat ik nog weinig groei. Ik denk ook dat voeding en ziekte een belangrijke rol in de lengte spelen. Maarten
Ik denk dat lichaamslengte wel erfelijk is, want je ziet best wel vaak dat als de vader/moeder groot is dan is de zoon/dochter ook vaak groot. Ik ben het helemaal met Gert eens over de voeding maar ik denk dat de lichaamslengte vooral aan erfelijkheid ligt. Werkplan
Ons werkplan is als volgt: · We gaan als eerst onszelf opmeten, dan onze ouders. Daar maken wij een overzichtelijke tabel van. · Op school gaan we dan de knipbladen invullen. Daarin vermelden we de lengtes van onze klasgenoten hun vader en hun moeder. Als we dat allemaal hebben gaan we kijken of wij zelf groot, gemiddeld of klein zijn. Dat vermelden we ok allemaal netjes in een tabel, grafiek of schema. · Daarna gaan we de resultaten omzetten in een verhaal dat de bespreking wordt.Daarin staan de verklaringen. · De conclusie of als er meer zijn conclusies, is het einde van het gehele werkstuk. Daarin staan de dingen die je opgevallen zijn. Bijvoorbeeld dat lengte niet erfelijk is maar dat het aan de voeiding ligt. (als dat ons opgevallen is) . · Het slot hebben we wel gemaakt omdat we vonden dat u moest weten hoe wij over dit werkstuk denken. Als wij het dan leuk en interessant hebben gevonden, kunt u ons vaker van deze werkstukken laten maken. Resultaten van ons zelf
Wie Wij zelf Vader Moeder Opa Oma
Jasper 170 cm 186cm 169 cm 183 cm 173 cm
Maarten 167 cm 197cm 169 cm 187 cm 173 cm
Gert 171cm 175 cm 165 cm 176 cm 168 cm
Slot
Wij hebben een slot gemaakt omdat we vonden dat u moest weten hoe wij over dit werkstuk denken. Wij hebben dit besproken met zijn 3en en hebben besloten alle drie een eigen menig te geven. · Maarten: Ik vond dit een leuk onderwerp om te doen, omdat ik wel eens wou weten of ik nou klein groot of normaal ben vergeleken met mijn klasgenoten. Ik vond het ook interessant om te kijken of de lichaamslengte nou wel of niet erfelijk is. Kort samengevat vond ik dit een heel leuk werkstuk om te maken. · Jasper: Ik vond een beetje saai omdat er niet zoveel over te vertellen valt. Ik vond het wel leuk om met de computer grafieken en tabellen te maken. Ik zelf dacht altijd dat ik groot was maar na dit werkstuk weet ik dat er zat kinderen zijn die groter zijn. Maar ik weet ook dat er kinderen zijn die kleiner zijn. · Gert: Ik vond het een best wel boeiend onderwerp om een werkstuk over te maken. Bijvoorbeeld om te weten of ik klein of groot ben. Nu wij het werkstuk af hebben weten we dat. Dat vind ik erg leuk. Wij hopen dat u het een goed en verzorgd werkstuk vindt! Resultaten van onze klas. Groep Lichaamslengte in cm Aantal leerlingen AantalVaders. Aantalmoeders
I 146-150 cm

II 151-155 cm 1
III 156-160 cm 1
IV 161-165 cm 12 5
V 166-170 cm 7 12
VI 171-175 cm 2 4 6
VII 176-180 cm 2 8 3
VIII 181-185 cm 2 5 1
IX 185-190 cm 4
X 191-….. cm 2 Beantwoording op de vragen
Bekijk het staafdiagram van de lengte van je klasgenoten of je klein gemiddeld of groot bent: · Gert: Ik ben tamelijk groot. · Jasper: Ik ben tamelijk groot. · Maarten: Ik ben gemiddeld kwa lengte. Bekijk het staafdiagram van de vaders. Is jouw vader klein, gemiddeld of groot? · Gert: Mijn vader is klein. · Jasper: Mijn vader is tamelijk groot. · Maarten: Mijn vader is groot. Bekijk het staafdiagram van de moeders. Is jouw moeder klein, gemiddeld of groot? · Gert: Mijn moeder is klein · Jasper: Mijn moeder is gemiddeld. · Maarten: Mijn moeder is gemiddeld. Is er een verband tussen jouw lengte en die van je vader of je moeder? · Gert: Ik denk het wel, ik ben misschien nu niet klein vergeleken met de rest van de klas maar ik loop ook een jaar achter en als een klas verder kijk dan ben ik ook al niet meer groot. Mijn ouders zijn ongeveer even groot als ik. · Jasper: Ik denk dat er wel een verband is want mijn ouders zijn groot, en mijn drie broers zijn ook groot, en ikzelf ben nu noch niet echt groot maar ik zal waarschijnlijk in de derde flink groeien, dat deden mijn broers ook. · Maarten: Ik kan helaas geen conclusie tussen mij en mijn ouders trekken omdat ik geadopteerd ben. Hoeveel leerlingen vinden net zo’n verband als jij? Deze vraag is niet van toepassing omdat wij die niet in de klas behandeld hebben. Welke conclusie kun je trekken uit je onderzoek? ( kijk onder conclusie) Bespreking: Ongeveer de helft van de kinderen is tussen de 160 en 170 cm. Er is maar een klein gedeelte dat onder de 160 cm zit. Er zijn ook maar weinig kinderen die langer zijn 180 cm. Dat zijn er maar 2. De meeste vaders zijn tussen de175 cm en 200cm. De meeste moeders zijn tussen de 161 en 175 cm. Dit klopt ook want vrouwen zijn meestal kleiner dan mannen. We hebben berekent dat van de 31 kinderen: 37% tussen de 161-165 cm zitten. 22% tussen de 166-170 cm
6% tussen de171-175 cm

6% tussen de 176-180 cm
6% tussen de 181-190 cm
De gemiddelde legte van onze klas is 161,5 cm. Conclusie: Wij hebben geconcludeerd dat lichaamslengte wel erfelijk is, maar door ziekte of door voeding kan er verandering in komen. Wij kunnen dit noch niet wetenschappenlijk ondersteunen omdat de kinderen uit onze klas nog niet volledig volgroeid zijn. Maar als we naar onze broers kijken (waar we veel mee overeen komen) kunnen we wel een schatting maken dat we zo rond de lengte van onze ouders zullen worden. Wat betreft de klas, wij in onze klas zitten veel gimmidelde kinderen kwa lengte. Er zijn maar weinig uitschieters, de uitschieters zijn 2 keer 183 cm en 1 keer 153 cm. Dit zijn de 2 grootste en het kleinste kind uit onze klas.

REACTIES

S.

S.

het is een prima werkstuk ik kan het goed gebruiken ook voor mijn werkstuk alleen waar heb je die informatie vandaan??

20 jaar geleden

H.

H.

het is echt goed maar van waar heb je al die informatie vandaan

12 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.