Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Spaanschen Brabander door G.A. Bredero

Zeker Weten Goed
Foto van een scholier
Boekcover Spaanschen Brabander
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Zeker Weten Goed
  • 23 mei 2019
Zeker Weten Goed

Boekcover Spaanschen Brabander
Shadow
Spaanschen Brabander door G.A. Bredero
Shadow

Feitelijke gegevens

  • 1617

Flaptekst

Eerste zin

Samenvatting

Eerste bedrijf
Jerolimo Rodrigo houdt een lange monoloog over de stad Antwerpen waar hij vandaan komt. Hij vindt het een fantastische stad, hij moet alleen weg uit Antwerpen omdat hij schulden had en de schuldeisers achter hem aan bleven zitten. Hij vlucht naar Amsterdam, maar in tegenstelling tot Antwerpen vindt hij Amsterdam een verschrikkelijke stad. Eenmaal in Amsterdam leert Jerolimo Robbeknol, wie op zoek is naar werk, kennen. Jerolimo neemt hem in dienst, maar hij kijkt neer op Robbeknol omdat hij niet mooi Brabants spreekt, maar Hollands. Ook wanneer Robbeknol vraagt om iets te eten weigert Jerolimo en vertelt hij hoe belangrijk het is om sober te leven.
Ondertussen speelt er zich nog een verhaal af over Krelis en Aart, twee straatjongens die de grafmaker Floris Harmens uitschelden. Harmensz zit achter Aart en Krelis aan maar kan ze niet te pakken en komt in gesprek met drie mannen: Jan Knol, Andries Pels en Thomas Treck.


Tweede bedrijf
In het tweede deel gaat Robbeknol bedelen, hij heeft door hij van Jerolimo niets te eten of te drinken zal krijgen. Terwijl Robbeknol druk bezig is met bedelen, gaat Jerolimo netjes aangekleed de stad in. Hoe wel Jerolimo er erg parmantig uitziet, hebben twee snollen in de stad allang door dat Jerolimo eigenlijk hartstikke arm is. Robbeknol komt thuis met een voorraad eten na het bedelen, waar hij Jerolimo treft die aangeeft dat hij al gegeten heeft. Wanneer Robbeknol begint met eten kijkt Jerolimo toch wel erg jaloers en het tweede deel eindigt met dat ze samen heerlijk zitten te eten.

Derde bedrijf
Robbeknol gaat na het eten slapen. Wanneer hij wakker wordt gaat hij het toilet schoonmaken en hij vindt in de kleding van Jerolimo een lege portemonnee. De klok wordt geluid de schout en de secretaris laten weten dat er vanaf dat moment niet meer gebedeld mag worden. De drie oude mannen denken dat de nieuwe regels zijn omdat vreemdelingen zich misdragen in de stad. Robbeknol schrikt hiervan, maar lost het op door stukken uit de bijbel voor te dragen. Drie spinsters laten weten dat hij wat te eten mag komen halen als hij een stukje voordraagt. Hij is blij dat hij die dag kan eten. Ondertussen is Jerolimo blij want hij heeft wat geld te pakken gekregen, hij laat Robbeknol weten dat hij een ander huis heeft en stuurt hem met wat geld naar de markt. Wanneer Robbeknol naar de markt loopt, ziet hij een lijkstoet en hij is bang dat het lijk naar het huis van Jerolimo gaat. Jerolimo lacht Robbeknol uit om deze gedachte en vertelt dat het lijk naar zijn graf gaat.

Vierde bedrijf
Bijateris is uitdraagster, dus ze handelt in tweedehands goederen. Vroeger had ze veel minnaars, maar tegenwoordig is ze koppelaarster en dat verdient best wel goed.
Wanneer Robbeknol komt terug van de markt met eten en drinken. Jerolimo en hij hebben allebei enorm honger, dus Robbeknol verbaast zich erover dat Jerolimo niet meteen aanvalt maar zich aan zijn manieren houdt. De huiseigenaar, Gierige Geeraart en Bijateris raken met elkaar in gesprek. Geeraart vertelt dat hij op zoek is naar een huurder die de huur niet heeft betaald, die huurder is Jerolimo en Bijateris laat weten dat zij ook nog geld van hem krijgt. Samen gaan ze naar Jerolimo, waar ze erg hun best moeten doen om binnen gelaten te worden. Jerolimo laat weten dat hij Robbeknol zo snel mogelijk betaalt, maar ontslaat hem op staande voet en Robbeknol moet vertrekken. Robbeknol zelf slaat op de vlucht.

Vijfde bedrijf
De spinster die Robbeknol eerder al geholpen hadden met iets te eten, bekommeren zich opnieuw over hem. Geeraart en Bijateris komen erbij en Robbeknol laat weten dat Jerolimo vertrokken is.
Ook de notaris komt langs en aan hem wordt gevraagd om Jerolimo’s inboedel te inventariseren. Meer schuldeisers sluiten zich aan, maar horen allemaal dat Jerolimo er vandoor is gegaan. Wanneer de schout het huis opent, is er niks meer te vinden. Daarom willen de notaris en de schout dat de anderen betalen, maar dat doen ze niet. De schout neemt uiteindelijk allen het bed mee, want dat was van Bijateris. Robbeknol draait zich naar het publiek voor applaus

Dit verslag gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

Personages

Jerolimo

Jerolimo is de Spaanschen Brabander. Hij beklaagt zich over de stad Amsterdam, waar hij naartoe is gevlucht nadat de schuldeisers in Antwerpen hem op de hielen zaten. In Amsterdam leeft Jerolimo als een koning, maar al gauw blijkt dat hij eigenlijk geen cent te makken heeft. Ook de uitspraken over zijn afkomst zijn dubieus, zo geeft hij aan een Spaanse vader te hebben en de Spaanse taal goed te beheersen. Echter de volgende zin die hij uitspreekt: ‘Je vos Bassa la man, de vostra Signory.’ Is niet goed Spaans. Ook de naam 'Jerolimo' is niet Spaans, dan zou het 'Jeronimo' moeten zijn.

Robbeknol

Robbeknol is een bedelaar en wordt de knecht van Jerolimo. Robbeknol denkt dat hij hier wel wat geld aan kan verdienen, maar dit blijkt niet zo te zijn. Robbeknol wordt neergezet als een luie man. Jij doet wat huishoudelijke klussen en leest soms voor uit de bijbel, maar daar blijft het verder ook bij.. Ook maakt Robbeknol niet een heel snuggere indruk. Hij heeft vertrouwen in Jerolimo, ook al wijst alles erop dat hij geen reden heeft om Jerolimo te vertrouwen.

Quotes

"Je vos Bassa la man, de vostra Signory." Bladzijde Vers 1613
"Drie ouwe Klouwers bewijsen met haar slechte manieren, spraack en kleedinghe, de oprechte slechtheyt der Amstelredammers, en de Tijdt, namentlijck de Sterfte over meer dan veertich Jaren'" Bladzijde 5
"Op de Haerlemmer dijck van een knoet neereleyt'" Bladzijde vers 1101
"De klock herteken lief, die is ontrent den tien" Bladzijde Vers 612

Thematiek

List, leugens en bedrog

Gedurende het hele toneelspel, bedriegt Jerolimo de boel. In het voorwoord van het boek staat dan ook: 'Al siet men de luy men kenne se niet.' Jerolimo doet zich voor als een rijke man, hij doft zich op, huurt een huis en neemt een knecht aan. Ondertussen heeft hij eigenlijk helemaal geen geld en laat hij alleen maar iedereen in die waan. De fout van zijn omstanders is dat ze hem geloven op zijn woord.

Motieven

Verkrachting/seksualiteit

In het toneelspel wordt er openlijk gesproken over zaken als prostitutie. Bijateris vertelt openlijk dat zij haar geld verdiende als prostituee. Ook wordt er gesproken van een verkrachting. 'Op de Haerlemmer dijck van een knoet neereleyt'

Ziekte

De pest is ook iets wat een aantal keer genoemd wordt in het toneelspel. Bredero noemt het eerst in het voorwoord: 'Drie ouwe Klouwers bewijsen met haar slechte manieren, spraack en kleedinghe, de oprechte slechtheyt der Amstelredammers, en de Tijdt, namentlijck de Sterfte over meer dan veertich Jaren.

Standsverschil

Jerolimo probeert zich gedurende het hele toneelspel te profileren als een rijke Spanjaard. Hij probeert zichzelf daarmee boven zijn eigen stand te plaatsen. Jerolimo is namelijk helemaal niet rijk en over of hij echt een Spanjaard is valt ook zeker te twisten

Geld

Geld is een belangrijk motief in het boek. Jerolimo liegt over geld en doet alsof hij rijk is terwijl hij dat niet is. Robbeknol heeft geen geld en moet bedelen. Wanneer bedelen verboden wordt, wordt hij met wat liefdadigheid van de spinsters geholpen. Bijateris verdiende haar geld door met mannen naar bed te gaan. Aan het eind wil iedereen het geld en de spullen die Jerolimo van ze had afgetroggeld terughebben.

Titelverklaring

De titel van de Spaanschen Brabander kan op een aantal verschillende manieren verklaard worden.
Jerolimo is in Antwerpen geboren, maar in de zestiende eeuw was Brabant, waar Antwerpen lag, in de handen van de Spanjaarden. Zo is Jerolimo dus de Spaanschen Brabander.
Ook zegt Jerolimo dat zijn moeder Brabants is en zijn vader Spaans. Jerolimo is dus half Brabants en half Spaans.
Ook lijkt de Spaanschen Brabander enorm op het boek 'Viva del Lazarillo de Tormes' uit 1554 van de Spanjaard Diego Hurtado. Bredero kan zijn boek gebaseerd hebben op dit boek. Hij veranderde de Spaanse Lazarillo in de Brabantse Jerolimo, daar kan de titel ook vandaan komen.

 

Structuur & perspectief

Het toneelstuk is opgedeeld in vijf bedrijven. Er wordt gebruik gemaakt van zowel monologen, dialogen als een aantal terzijdes. Robbeknol keert zich hier duidelijk tot het publiek: 'Met Oorlof mijnheer Jerolimo, onder verbeteringh, Al groeten hy u wat traagjes de man die had ghelijc, Want soo ghy selver seght hy was Edel en Rijck, Daarom so quaamt u toe hem alder eerst te eren.'
Dit is dus een terzijde.
 

Decor

Het verhaal speelt zich in een paar dagen af in de zestiende eeuw in Amsterdam. Bredero heeft het in het voorwoord over de pest van de zestiende eeuw in zijn voorwoord: 'Drie ouwe Klouwers bewijsen met haar slechte manieren, spraack en kleedinghe, de oprechte slechtheyt der Amstelredammers, en de Tijdt, namentlijck de Sterfte over meer dan veertich Jaren'. Het toneelspel speelt zich af op meerdere dagen, anders dan vaker in toneelstukken uit deze periode gedaan werd. In deze periode werden toneelstukken vaak geschreven met de regel dat het zich binnen 24 uur moest afspelen. Echter wordt Jerolimo wakker in het tweede bedrijf, wat er dus op neer komt dat er een dag verstreken is. Wanneer de snollen vragen hoe laat het is, antwoordt Jerolimo met 'De klock herteken lief, die is ontrent den tien’. Hieruit kan je ook opmaken dat het de volgende ochtend is. 

Stijl

Het toneelstuk is een stuk met rijm en metrum. Niet exact zoals dat in deze tijd gedaan werd, maar het zit er allebei in. Ook wordt er gebruik gemaakt van een aantal dialecten. De Amsterdammers hebben een Amsterdams dialect en Jerolimo heeft een Brabants dialect. Het Brabantse dialect klopt niet helemaal, deels omdat Bredero het Brabants zelf niet volledig beheerste. 

Beoordeling

Het boek is geschreven in het Middelnederlands, dat kan ervoor zorgen dat je misschien wat moet wennen aan het taalgebruik. Doordat het een toneelspel is, zijn de zinnen wel vrij kort en daardoor goed te begrijpen. Ook krijg je in de meeste edities hulp bij ingewikkelde woorden of zinsstructuren. Het verhaal zelf is goed te volgen. 

Recensies

"Andries Pels heeft als voorman van het moderne genootschap Nil Volentibus Arduum rekenschap gegeven van zijn houding tegenover zijn voorgangers. Natuurlijk heeft hij scherpe kritiek op Bredero's onregelmatige versvorm, die voor aanhangers van nil uit den boze is, maar toch rangschikt hij Bredero onder een tiental schrijvers die hij dank verschuldigd is om hun zuiver gebruik van de moedertaal." https://www.dbnl.org/teks...1_0003.php
Je hebt nog 2 Zeker weten goed verslagen over.

Wil je onbeperkt toegang tot alle Zeker Weten Goed verslagen? Meld je dan aan bij Scholieren.com.

35.360 scholieren gingen je al voor!

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Spaanschen Brabander door G.A. Bredero"