Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Red ons, Maria Montanelli door Herman Koch

Zeker Weten Goed
Foto van Marieke
Boekcover Red ons, Maria Montanelli
Shadow
  • Boekverslag door Marieke
  • Zeker Weten Goed
  • 9 juli 2018
Zeker Weten Goed

Boekcover Red ons, Maria Montanelli
Shadow
Red ons, Maria Montanelli door Herman Koch
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Feitelijke gegevens

  • 26e druk, 1989
  • 159 pagina's
  • Uitgeverij: Ambo|Anthos

Flaptekst

Het zogenaamd moderne en liberale Montanelli Lyceum, waar kinderen 'ontzettend creatief' moeten zijn en leraren het veel te goed bedoelen, staat centraal in deze angstaanjagend herkenbare roman. Wanneer een zwakbegaafde jongen voor de ogen van de verteller verdrinkt, wordt hij van school gestuurd. Zijn hieropvolgende aanklacht tegen een omgeving waarin geld de maatstaf van alle dingen is geworden is tragisch, omdat hij ondanks zijn kritiek toch duidelijk het product blijft van het door hem gehate milieu. 

 

Eerste zin

Het verhaal dat ik wil vertellen gaat over de zwakbegaafde jongen. Hij heette Jan Wildschut, wat precies de goede naam is voor iemand van wie het hoofd niet helemaal in orde is.

Samenvatting

In ‘Red ons, Maria Montanelli’, staat het Montanelli-lyceum centraal en de komst van een zwakbegaafde jongen. Het Montanelli-lyceum, opgezet en bedacht door Maria Montanelli in de sloppenwijken van Napels, hanteert een bijzonder onderwijssysteem waarbij kinderen vooral creatief en verantwoordelijk moeten zijn en een ‘persoonlijk leerplan’ krijgen toegewezen. De verteller van dit verhaal die rond de zestien zal zijn, verzet zich tegen dit systeem, tegen de leraren, tegen de buurt waarin hij is opgegroeid en ook tegen de zwakbegaafde jongen. Al vroeg in het boek wordt duidelijk dat de zwakbegaafde jongen sterft. De zestienjarige jongen vertelt vervolgens hoe dit tot stand is gekomen.

Al bij de binnenkomst van de zwakbegaafde jongen, Jan Wildschut, ziet de verteller dat hij niet helemaal ‘normaal’ is. Tijdens Engels wordt hem meteen de hand boven het hoofd gehouden, omdat hij geen commentaar krijgt wanneer hij in ‘onherkenbaar’ Engels aan het voorlezen is. Wat overigens nog erger is dan het “voorleesterreur” dat elke les plaatsvindt, zijn de sandalen die de docent, Vermaas, aanheeft.

Daarnaast wordt duidelijk dat de moeder en vader van de ik-persoon geen goede relatie hebben. Ze slapen al heel lang niet meer bij elkaar, in tegenstelling tot de ouders van Erik, zijn beste vriend. Zijn vader slaapt twee keer in de week bij een weduwe, waarmee hij een buitenechtelijke relatie heeft. Ook is zijn moeder (ernstig) ziek en verzet zich hierdoor niet tegen haar man.

De verteller is altijd verlegen geweest totdat hij daarmee besloot te ‘stoppen’. Nu gebruikt hij een flinke dosis humor waardoor hij een populaire jongen is bij klasgenoten. Echter, wat minder populair is hij bij de leraren die hem erg brutaal vinden. In zijn schoolrapporten krijgt hij altijd veel kritiek op zijn negatieve houding. Zijn ouders en leraren besluiten hem daarom naar een psycholoog te sturen. Hij heeft een goed gesprek met deze psycholoog, maar wanneer hij 10 dagen later teruggaat voor de volgende afspraak blijkt hij te zijn overleden. Daarna gaat hij nooit meer naar een psycholoog.

Jan Wildschut wordt ondertussen nog steeds voor alles beschermd. Niemand ziet dat hij in werkelijkheid slimmer is dan hij zich voordoet. Hij laat kinderen struikelen terwijl docenten niet kijken en wanneer je iets normaals tegen hem zegt, begint hij ineens te krijsen omdat hij toch bij voorbaat niet de schuld krijgt. De verteller heeft soms een beetje medelijden met de jongen, bijvoorbeeld op het moment dat hij voor de eerste keer, door de docent geschiedenis, de klas uit wordt gestuurd. Maar op de meeste momenten wil hij Jan er flinks van langs geven.

Leerlingen kunnen voor de werkweek een keuze maken uit drie activiteiten: het maken van een poppenfilm, een tocht met roeiboten of een fietstocht door de provincie. Zowel de verteller als Erik als Gerard, ook een goede vriend, kiezen voor dat laatste. Jan, de zwakbegaafde jongen, kiest hier ook voor.

Uit het verhaal van de verteller blijkt dat het thuis niet zo goed gaat. Zijn moeder is overleden en zijn vader wil dat hij de weduwe ontmoet. Hij voelt dit echter als verraad jegens zijn moeder. Ze eten steeds vaker in restaurants, omdat zijn vader niet kan koken.

Tijdens de werkweek verraad Jan de 3 jongens en Menno, die stiekem naar de bioscoop zijn gegaan. De jongens willen wraak nemen. De volgende dag fietsen ze vooruit. Wanneer ze bij een stalen brug aankomen, boven een hele brede rivier, besluit Menno op de reling te klimmen. Erik en de verteller volgen. Dan komt Jan in zijn eentje aanfietsen, die ook, op een houterige manier, erop klimt en gaat staan. Op het moment dat de groep komt aanfietsen, inclusief de leraren, doet Jan ineens een rare stap naar achteren en valt het water in. Niemand komt in actie, waardoor hij verdrinkt.

De jongens krijgen de schuld, maar om de reputatie van de school niet te schaden worden ze pas na een half jaar van school gestuurd. De verteller wordt op geen een andere school aangenomen, omdat ze zogenaamd ‘te vol’ zitten.

De zestienjarige jongen krijgt een droom waarin Maria Montanelli langskomt op het Montanelli-lyceum, om te zien hoe erg het ervoor staat. Ook zij ergert zich aan de leraren en het gehele schoolsysteem. Ze stuurt de landmacht op de school af om de hele school, inclusief leraren en leerlingen, van de kaart te vegen.

Na enkele maanden woont zijn vader bij de weduwe. Ongeveer een keer in de week komt hij langs om een paar honderd gulden af te leveren. De verteller denkt nog steeds aan het Montanelli-lyceum en wil daarom graag weg. Hij wil een nieuw leven beginnen zodat hij eindelijk rust heeft.

 

Dit verslag gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

Personages

De verteller

De verteller is een jongen rond de zestien jaar. Hij is van nature erg verlegen, maar verbloemt dit door humor te gebruiken en een grote mond op te zetten. Hierdoor is hij erg populair bij klasgenoten, maar iets minder bij de leraren. Hij is mager en niet zo goed in sporten. Zijn moeder komt te overlijden en zijn vader trekt in bij een weduwe, waarmee hij eerst al een buitenechtelijke relatie had. Hij voelt zich door niemand begrepen en is negatief over iedereen, met uitzondering van zijn moeder, de psycholoog en Maria Montanelli, die hem als enige nog kan "redden". Pas aan het eind vindt hij rust omdat hij besluit alle moeilijkheden en negativiteit achter zich te laten.

Jan Wildschut

Jan Wildschut is een zwakbegaafde jongen die pas in het midden van het jaar op het Montanelli-lyceum terecht komt. Zijn motoriek is niet helemaal in orde, waardoor hij zich wat houterig beweegt. De verteller voelt zowel afkeer jegens hem als medelijden met hem. Ook vindt hij de zwakbegaafde jongen slimmer dan hij zich voordoet, omdat hij achter de rug van de leraren kinderen voor tegen de benen schopt. De leraren nemen hem vervolgens in bescherming, waardoor hij nooit ergens de schuld van krijgt. Tijdens werkweek klimt hij op reling van een metalen brug, nadat ook de verteller en zijn vrienden dit hebben gedaan. Wanneer de groep aan komt fietsen stapt hij echter ineens naar achteren, waardoor hij komt te verdrinken.

Erik en Gerard

Erik is de dappere van zijn vrienden. De verteller beschouwt Erik als zijn beste vriend. Gerard is wat banger aangelegd. Hij doet altijd alles wat de verteller en Erik willen. Hij durft als enige niet op de reling van de brug te klimmen.

Vader en moeder

Zijn vader heeft een buitenechtelijke relatie met een weduwe, een rijke en bekakte vrouw. Zijn vrouw, de moeder van de verteller, durft hem hier echter niet op aan te spreken, omdat ze hiervoor al te zwak is. Wanneer de moeder van de verteller doodgaat, besluit zijn vader bij de weduwe in te trekken. Hij laat zijn zoon alleen achter en geeft hem ongeveer een keer in de week geld om van te kunnen leven. De verteller praat erg negatief over zijn vader en de weduwe, maar tolereert zijn moeder wel.

De leraren

Alle leraren zijn volgens de verteller slap. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat wanneer Jan Wildschut in het water valt, niemand in actie komt om hem te redden. Zowel de knappe Duits lerares, als de sportieve en arrogante gymleraar springen niet in het water. Daarnaast hebben ze volgens de verteller niet de juiste kleding aan en geven ze niet op de juiste manier les. Alleen de geschiedenisleraar vindt hij nog wel aardig, omdat die Jan Wildschut wél straf heeft gegeven en hem niet de hand boven het hoofd heeft gehouden. Daarnaast gaf hij ook kritiek op het Montanelli-lyceum.

Quotes

"Ik heb nooit begrepen waarom de ouders van een kind dat achterlijk is, hem daarbij ook nog de verkeerde kleren aantrekken, zodat het nog meer opvalt. " Bladzijde 7
"Wat er op het Montanelli nog bij kwam, dat was dat ze ervan overtuigd waren dat ze werkelijk de leukste school van de wereld hadden uitgevonden. Dat was eigenlijk het ergste van alles. " Bladzijde 66
"Als hij nou maar met de poppenfilmploeg was meegegaan, misschien was het dan wel heel anders gelopen allemaal en had hij zijn hele leven nog zwakbegaafd kunnen blijven. " Bladzijde 118

Thematiek

Puberteit

De verteller zet zich in dit boek af tegen alles en iedereen. Hij voelt zich door niemand echt begrepen en al helemaal niet door zijn vader en door de leraren op school. Zijn vader maakt het hem er ook niet makkelijker op door vreemd te gaan terwijl zijn moeder nog leeft. Wanneer zijn moeder sterft is er niemand die vraagt hoe het met hem gaat. Bij Erik thuis maken ze al gauw weer grapjes en ook de leraren op school proberen het onderwerp te vermijden. Hij verbergt zijn verdriet en verlegenheid door stoer en grappig te zijn, waardoor hij een populaire jongen is, terwijl hij zich in werkelijkheid heel erg alleen voelt. Zijn negatieve houding helpt hem niet verder, want door deze houding houdt hij mensen op afstand. Pas aan het einde van het boek komt hij tot inzicht en wil hij zijn opstandige gedrag en negativiteit achter zich laten.

Motieven

Vader-zoonrelatie

De verteller heeft duidelijk geen goede relatie met zijn vader. Zijn vader heeft een buitenechtelijke relatie met een vrouw (een weduwe), terwijl zijn moeder, die ziek is, dit weet. Wanneer zijn moeder doodgaat, wil zijn vader dat hij de weduwe ontmoet, maar de verteller weigert dit omdat dit als verraad naar zijn moeder voelt. Zijn vader besluit op een gegeven moment bij de weduwe in te trekken. De verteller blijft in zijn ouderlijk huis wonen en krijgt (heel veel) geld toegestopt van zijn vader. Hij ziet dit als geld om 'zijn schuld af te betalen'.

Dood

De dood komt meermaals terug in dit boek. Zijn moeder sterft door een ziekte en wanneer de verteller een psycholoog bezoekt, blijkt hij 2 dagen na het gesprek te zijn overleden. Ten slotte sterft Jan Wildschut, de zwakbegaafde jongen, doordat hij op een reling van de brug naar beneden stort. De verteller lijkt deze sterfgevallen niet te verwerken en doet zich stoerder voor dan hij in werkelijkheid is.

Maatschappijkritiek

De verteller geeft op een sarcastische wijze kritiek op het Montanelli-onderwijs, en daarmee indirect op het Montessori-onderwijs. Hij zet zich af tegen het feit dat alles 'leuk' moet zijn en leraren die alles maar voorkauwen. Hij vindt dat de school, als opvolgers van Maria Montanelli, het hebben verprutst. Daarnaast zegt hij 'dat ze het wel goed bedoelen, maar goed bedoelen is vaak niet genoeg'.

Opdracht

Voor Amalia 

Trivia

Herman Koch begon zijn middelbareschooltijd op het Montessori Lyceum te Amsterdam (een school die qua kenmerken erg lijkt op de school die Herman Koch in zijn boek beschrijft), maar werd wegens wangedrag van school verwijderd.

Titelverklaring

De verteller heeft een hekel aan het zogenaamd vernieuwende onderwijssysteem van het Montanelli-lyceum. Van de oorspronkelijke idealen van Maria Montanelli, de bedenkster van het schoolsysteem, is weinig meer over volgens hem. De verteller denkt dat zij de enige is die hem nog kan redden van zijn school, omdat niemand anders hem lijkt te begrijpen. Uiteindelijk komt ze in zijn droom langs op het Montanelli-lyceum, waarna ze de Luchtmacht de opdracht geeft om de hele school plat te gooien omdat ze vol walging ziet dat haar idealen niet zijn volbracht.  

Herman Koch verwijst met de naam Maria Montanelli naar Maria Montessori. Ook zij was een Italiaanse onderwijzeres die een schoolsysteem bedacht, waarbij kinderen veel eigen verantwoordelijkheid en vrijheid toegewezen krijgen.

Structuur & perspectief

'Red ons, Maria Montanelli' is opgedeeld in 14 hoofdstukken.

Het verhaal wordt verteld vanuit het ik-perspectief. Deze verteller, een jongen in zijn puberjaren, wordt niet bij naam genoemd. Het verhaal wordt in niet-chronologische volgorde verteld. In hoofdstuk 1 krijgt de lezer een vooruitblik, waarin duidelijk wordt dat Jan Wildschut, de zwakbegaafde jongen, om het leven zal komen. Deze vooruitblik zorgt voor nieuwsgierigheid en spanning bij de lezer. Vervolgens wordt er, door herinneringen die hij ter plekke krijgt (flashbacks), verteld wat er precies is gebeurd. 

 

Decor

Het verhaal speelt zich af in de jaren zestig, de jaren waarin Herman Koch zelf op de middelbare school zat. Het Montanelli-lyceum speelt een grote rol. Hiermee wordt indirect verwezen naar het Montessori Lyceum, waar Herman Koch zelf op school zat. Uit straatnamen die in het boek worden genoemd blijkt dat het Montanelli-lyceum in Amsterdam staat, ook het Montessori Lyceum staat in Amsterdam. Daarnaast vertonen de onderwijsmethoden van beide scholen grote gelijkenissen.

Tevens speelt het verhaal zich af bij de verteller thuis, waarbij vooral de relatie tussen zijn moeder en vader centraal staat. En tenslotte is de werkweek, en daarmee ook de fietstocht, van groot belang voor de gebeurtenissen die de verteller vertelt. 

 

 

Stijl

Herman Koch schrijft direct en vol humor. De lezer, die het verhaal vanuit een jongen beleeft die in de puberfase zit, kan zich nog beter inleven en voelt zich meer betrokken door de beeldende taal die Herman Koch gebruikt. In het boek komen nauwelijks dialogen voor, omdat bijna alla gebeurtenissen uit de herinneringen van de verteller voortkomen. Hierdoor wordt er soms over een aantal dingen uitgeweid, die voor de rest van het verhaal weinig relevant zijn of waar verder in het boek niet meer op wordt ingegaan. De lezer kan dit als 'verwarrend' ervaren. Dat de verteller soms wat afdwaalt is letterlijk te lezen in het verhaal (pagina 73): 'Maar waar ik gebleven was, dat is...'

De verteller uit zich in de meeste situaties erg negatief. Hij geeft commentaar op het Montanelli-lyceum, op het milieu waarin hij opgroeit en op zijn vader. Daarnaast is de spreekstijl die wordt gebruikt soms wat grof. Beide kenmerken passen bij het beeld dat de lezer van de jongen heeft: een gekwetste en verlegen jongen die dit probeert te verbloemen door humor te gebruiken en een grote mond op te zetten, en een jongen die zich door niemand begrepen voelt en zich daarom tegen iedereen afzet. Door de negatieve situaties die de jongen beschrijft te overdrijven, zoals Herman Koch doet, krijgt je als lezer medelijden met hem. 

Slotzin

'Er wordt een nieuwe bladzijde omgeslagen. Hij gaat nu bedenken hoe het verder moet. Hij heeft zijn hele leven nog voor zich.'

Beoordeling

Als scholier zou je je goed kunnen identificeren met de hoofdpersoon in het boek, omdat er veel herkenbare situaties in voorkomen. De hoofdpersoon voelt zich onzeker en niet begrepen, en gaat daarom zich tegen alles en iedereen afzetten. Herman Koch gebruikt soms wel wat lange zinnen, maar doordat de jongen constant aan het woord is, wordt er weinig gebruik gemaakt van moeilijke woorden of verheven taalgebruik. Door de humor die wordt gebruikt is het boek ook leuk om te lezen. 'Red ons, Maria Montanelli' is aan te raden voor iedere middelbare scholier. Andere boeken die je van Herman Koch zou kunnen lezen zijn: 'Het diner', 'Zomerhuis met zwembad' of 'De greppel'. 

 

Recensies

"De boeken der kleine zielen, De avonden en Blauwe maandagen ineen, maar dan zó geestig dat je de subliem verpakte tiener-weltschmerz hinnikend van sarcastisch plezier en herkenning verslindt." https://www.volkskrant.nl...bc2daf9ed/

Bronnen

Interview met Herman Koch, waarbij het onder andere gaat over het boek 'Red ons, Maria Montanelli'.
https://www.vn.nl/herman-...opgemerkt/
Je hebt nog 2 Zeker weten goed verslagen over.

Wil je onbeperkt toegang tot alle Zeker Weten Goed verslagen? Meld je dan aan bij Scholieren.com.

35.437 scholieren gingen je al voor!

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Red ons, Maria Montanelli door Herman Koch"

Ook geschreven door Marieke