Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Door de waterspiegel door Tomas Lieske

Zeker Weten Goed
Foto van Cees
Boekcover Door de waterspiegel
Shadow
Zeker Weten Goed

Boekcover Door de waterspiegel
Shadow
Door de waterspiegel door Tomas Lieske
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Feitelijke gegevens

  • 1e druk, 2014
  • 196 pagina's
  • Uitgeverij: Querido

Flaptekst

Eva is een van de 2844 joodse kinderen die vlak voor de oorlog uit Wenen zijn gered en in een tehuis of pleeggezin terechtkwamen. Vanaf hun eerste ontmoeting vormen zij en Sebastian het gedroomde hartstochtelijke liefdespaar. 
Tijdens zijn werk bij een stuwmeer in Spanje is Sebastian getuige van een verkrachting. Hij durft niet in te grijpen. Wat volgt gooit alles ondersteboven: zijn liefdesverhouding met Eva, zijn werk als waterbouwkundig ingenieur, zijn beeld van het paradijs op aarde, zijn identiteit. 
Hij reist terug naar Leiden, naar Eva die hij al zo lang niet heeft gezien, maar hij komt er nooit aan. Terwijl zij wacht, raakt hij verstrikt in oponthoud. Toeval, ziekte, hilarische vergissingen, alles stapelt zich op tijdens een krankzinnige reis door Europa. Hij lijkt te stranden bij een blinde en invalide oorlogswees, die zijn verhaal beluistert maar die ook weet dat hij zelf het magistrale einde moet verzinnen.

Eerste zin

In of naast Burgenland, in een streek verloren tussen verschillende landen en bevolkt door Oostenrijkers, Hongaren, Slowaken, Kroaten, Duitsers en nog wat restvolken, bevindt zich een kale vlakte. ’s Winters is de vlakte wit omdat het gesneeuwd heeft, ’s zomers is de vlakte zwart omdat het geregend heeft en de aarde doordrenkt is van het smerige water dat uit de hemel valt. De paar huizen die in de vlakte staan, zijn neergezet langs een straat die bij de woningen geplaveid is, maar niemand begrijpt waarom, want de straat of weg komt nergens vandaan en gaat nergens heen.

Samenvatting

Burgenland
In een kindertehuis in Liechtenstein zit de anonieme ik-verteller van deze roman. Hij is er terechtgekomen  als oorlogsslachtoffer,  nadat dorpsgenoten het huis van zijn ouders in de fik hebben gestoken. Hij is daardoor blind geworden en mist een arm. In het huis heerst strenge tucht, opgelegd  door mevrouw Heydrich, die de jongens naar de nazibeul hebben genoemd. De verteller  heeft een duivelse vader gehad met wie hij- naar zijn zeggen- een broertje de grond in heeft gestampt. Daarna hebben zijn ouders onder de oorlogsdreiging  het huisje verlaten dat erna dus door brandstichting vernield werd. Hij heeft een verhaal gehoord van ene Sebastiaan Romeijn die later bij toeval in het huis terecht was gekomen. Het is een liefdesgeschiedenis van Sebastiaan en Eva Mertz, een mooi joods meisje uit Wenen.

Traunsee
Sebastiaan Romeijn is met een vriend Oskar op uitnodiging van de laatste naar een huis in Traunsee gekomen. Zijn vader heeft een wit legercostuum voor hem gemaakt, waarmee hij indruk maakt op het Weense meisje Eva Mertz. Er is ook een vreemde en wat lugubere oudere Hongaar in het huis, Antal Szabo. Deze heeft een oorlogsverleden als verrader maar ook als de redder van Eva. Sebastiaan slaapt bij Antal op de kamer en op een nacht wordt hij wakker als Eva en Antal samen op zijn kamer komen. Zij knijpt etterige puisten uit die op de rug van Antal zitten. Het is een onsmakelijke passage.
Eva en Sebastiaan komen later echter nader tot elkaar. Ze verkent zijn lichaam seksueel gezien. Dat ziet de Hongaar ook en in feite is hij jaloers. Ze gaan handje-drukken om Eva. (Wie mag haar neuken?) Sebastiaan weigert. Hij gaat de discussie aan met Antal en vraagt waarom hij nazi-ideeën heeft gehad. Antal zegt dat hij dat als ambtenaar moest doen om te kunnen overleven. Uit de feiten die daarna verteld worden, [maar die de anonieme verteller dus nooit kan weten], blijkt dat Eva in 1936 geboren is. Er komt weer een passage waarin Sebastiaan en Eva elkaar naakt zien ( nl.  als ze in een  mierenhoop  zijn beland)

Duero Drops
Eva is naar Nederland gekomen, waar Sebastiaan aan een studie Civiele techniek is begonnen. Hij wil namelijk waterbouwkundige worden. Ze trouwen. Wanneer ze een keer in Haarlem lopen, zegt Sebastiaan dat het zijn droom is om ooit een oud gebouw te kopen en daarin een opvangtehuis voor kinderen te beginnen. Eva slaat op dat moment dicht. (Het is overigens een vreemde passage want later kan Sebastiaan zich deze opmerking helemaal niet herinneren)

Sebastiaan neemt een baan aan in Leiden, waar ze ook gaan wonen.
Dat decor geeft de verteller de mogelijkheid om ineens over de familie Starkow te gaan vertellen die in een arbeiderswijk in Leiden wonen. Deel van die familie is  tante Roelie uit (een 101-jarige gehandicapte vrouw in een rolstoel die niet van jonge meisjes kan afblijven) Vreemd maar ook hilarisch in dit deel is de passage waarin vader en dochter twisten over het gebruik van een lampje in een koelkast/ijskast.

Het verhaal van Sebastiaan gaat dan weer verder. Hij wordt als veertigjarige waterbouwkundige naar Spanje gestuurd om de bouw van een stuwdam te begeleiden.[in Duero Drops] Een heel dorp zal onder water worden gezet; hoewel de bewoners daar tegen zijn gaat alles gewoon door. Vlak voordat dit gebeurt, gaat Sebastiaan een keer ondergronds in het stelsel van de stuwdam en ziet hoe drie mannen een Spaans meisje verkrachten. Hij grijpt niet in en dat betekent een ommekeer in zijn leven. Het moet dan ongeveer halverwege de jaren zeventig zijn, want er wordt in de tekst gesproken over de doodzieke Spaanse dictator Franco die uiteindelijk in 1975 zal overlijden.

’t Lant van Beloften
Sebastiaan raakt in paniek door zijn houding ten opzichte van de verkrachting en reist van Spanje naar Portugal om vanuit Lissabon het vliegtuig naar Madrid te nemen. Hij neemt omdat hij andere mensen ontmoet echter het vliegtuig naar Wenen en hij neemt zijn intrek in een hotel. Hij droomt over het Spaanse meisje  dat verkracht is en onder water jongens de diepte inlokt. Hij wil zich daarna in een taxi naar Nederland laten brengen, maar onderweg krijgt hij ruzie met de taxichauffeur die  hem uit de auto zet. Van een oude dame krijgt hij een lift naar Traunstein en hij komt aan in de villa waarin hij vroeger Eva leerde kennen. En wie is daar nog? Antal Szabo, de lugubere Hongaar.

Het lijkt erop alsof hij door de Hongaar enige tijd wordt opgesloten. Die vertelt daarna over zijn oorlogsverleden. Hij heeft het leven van Eva gered door haar als ambtenaar op een lijst met vertrekkende kinderen te plaatsen. Ze stond formeel niet op de lijst maar met handigheid had hij haar tussen de vertrekkende kinderen kunnen frommelen. Hij is echter wel weer verantwoordelijk voor de dood van haar joodse ouders, die hij had aangegeven bij de overheid.
Er komt weer een bizarre passage voor, waarin Sebastiaan in Traunsee door een spiegel stapt en hij zich ineens in Leiden bevindt. Het is noodweer en hij ziet een statig herenhuis: ’t Lant van Beloften (de titel van dit deel). In werkelijkheid is er ook een “noodweer” in Traunsee.
Het lijkt alsof de verteller deze passage nodig heeft om weer over de familie Starkow in Leiden te schrijven. Eefje vertelt dan aan haar oma Roelie een verhaal in de krant over een stuwmeer en een verdronken dorp. Daar op de bodem van het stuwmeer loopt een man rond. Roelie geniet van dergelijke verhalen. Daarna wordt weer iets verteld over haar rolstoel die kapot is. Een passage van hetzelfde niveau als de discussie eerder in de familie Starkow rondom de koelkast.

In Leiden zit ook Eva die wacht op de terugkomst van haar man. In een winkel ziet ze een mooi mechaniekje dat een zeemeerminnetje voorstelt. Het is een duur voorwerp maar ze koopt het voor Sebastiaans thuiskomst. Maar die komt voorlopig niet.
In Traunsee vraagt de opgesloten Sebastiaan aan Antal of hij Eva wil bellen om te vertellen waar hij zit en wat er is gebeurd. Antal doet het niet. Hij zegt dat Sebastiaan vals spel gespeeld heeft met Eva door niet naar Amsterdam te gaan. Antal heeft Eva gered toen ze drie was en hij heeft dus meer recht op haar dan Sebastiaan. Hij wil daarom van identiteit wisselen met Sebastiaan. Die moet in de villa blijven als hij naar Nederland vertrekt. Hij choqueert Sebastiaan met de mededeling dat Antal en Eva altijd seks hadden, wanneer ze tijdens haar huwelijk naar Traunsee kwam overvliegen. Antal is een bedrieger die sterk op zijn onbetrouwbare vader lijkt. (vindt de anonieme verteller op dit punt van de roman) Het komt tot een stevig gevecht tussen twee concurrenten in de liefde en de ik-verteller maakt ervan dat Antal het pleit beslecht  en de koffers van Sebastiaan pakt om op weg te gaan naar Eva in Leiden.

Zijldijk
Eefje Starkow is vrij van school en gaat naar de boerderij aan de Zijldijk waar ze vaak helpt. Er ligt nu een lichaam in het huis. Haar moeder waarschuwt de politie, die poolshoogte neemt. Er ligt inderdaad een man: hij is nog niet dood en wordt afgevoerd. Als Eefje wordt ondervraagd door de politie, zegt haar moeder dat ze zwanger is (ze is pas dertien, maar ze weet niet van wie). De agent vraagt of de gevonden man de vader van haar kind is. Eefje ontkent dat. De oude tante Roenie beweert dat ze het weet wie de vader is, maar dan moet Henk eerst haar rolstoelwieltje maken.  Er volgt nog een onzinnige discussie over een gevallen bruidsboeket (weer niveau koelkast)

Eva is intussen jaren ouder geworden en er wordt over haar verteld dat ze is gaan zwemmen onder de waterspiegel op de plek waar Sebastiaan in Spanje een stuwdam heeft helpen aanleggen. Uiteraard heeft ze hem niet aangetroffen. Antal is enige tijd bij haar geweest in Leiden, maar op een bepaalde dag heeft ze hem de deur weer gewezen, als hij te impertinent aanwezig is.
Ze heeft zijn vermissing van Sebastiaan  aangegeven bij de politie en afgesproken dat ze van iedere vreemde zwerver of dood aangetroffen man in kennis zou worden gesteld. Ze wordt daarom na de vondst van de man (van Eefje Starkow) gebeld met de mededeling dat er in Zijldijk een man is aangetroffen.  Ze gaat kijken en herkent haar oude geliefde in de man die in coma verkeert. Er vindt een soort elektrische ontlading in Leiden plaats en tante Roenie wordt in het luchtruim gezogen. De politieagent die Eva heeft gebeld, is blij dat dit soort dingen (dat iets goed komt tussen mensen, al is het maar in de verbeelding) nog kan gebeuren. Het is een decennium nadat dokter Barnard iemand een ruilhart gaf. Het moet dan 1977 zijn. Eva en Sebastiaan zijn dan veertigers. De politieman gaat naar de familie Starkow met de mededeling dat Eefje in ieder geval niet zwanger is van deze man.

Dit verslag gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

Personages

de anonieme verteller

De jongen is door zijn ouders verlaten en slachtoffer geworden van de wraak van de dorpsgenoten: hij is blind en heeft een arm verloren. Hij besluit het verhaal te vertellen van Sebastiaan en Eva dat hij uit de mond van Sebastiaan heeft opgetekend. Hij ziet zichzelf eigenlijk liever in de plaats van Sebastiaan en dat geeft de mogelijkheid van een interpretatie waarin hij alles van Sebastiaan en Eva uit zijn duim heeft gezogen. Ondanks zijn handicaps krijg je als lezer eigenlijk geen medelijden met de verteller.

Antal Szabo

De naam is die van een Hongaarse oud-doelman voor de oorlog, maar of dat een speciale bedoeling heeft, heb ik niet kunnen nagaan. Antal is de slechterik: hij is een nazi, die zijn eigen leven wil redden. De redding van Eva moet op dat conto worden geschreven, maar hij is ook een verrader van haar ouders. Hij is een onbetrouwbare man die jaloers toeziet hoe Sebastiaan en Eva elkaar gaan liefhebben. Hij wil dat doorbreken. (passage handjedrukken, wie Eva mag neuken) en het gevecht als Sebastiaan veertig is en op zwerftocht naar huis.Hij wil van identiteit wisselen met Sebastiaan en neemt tijdelijk d e plaats in van hem. Maar hij kijkt onbeschaamd naar Eva die hem dan de deur wijst.

Sebastiaan Romeijn

Vreemd genoeg ervoer ik vanaf het begin een overeenkomst met de zwerftocht van Odysseus. (Was ook niet de verteller van dit klassieke werk blind?) Als Sebastiaan van huis is, proberen mannen als Antal de eer van Eva (toch de naam van het prototype vrouw) te krijgen. Sebastiaan heeft het moreel moeilijk als hij een meisje laat verkrachten en onderbreekt zijn reis. Toch keert hij uiteindelijk terug naar Leiden, waar hij zijn intrek neemt in een verlaten boerderij. Hier heeft hij contact met het meisje Eefje. Mogelijk heeft hij die toch zwanger gemaakt, al beweert het meisje van niet.

Eva Mertz

Eva is als 3-jarig joods meisje door Antal gered. ze werd naar Zwitserland gestuurd waar ze door pleegouders is opgevoed. Haar eigen ouders zijn in de oorlog verdwenen en ze heeft een schuld open staan bij Antal. Ze moet symbolisch zijn puisten uitdrukken: een smerig karweitje dat verwijst naar het smerige oorlogvoeren. De puisten blijven namelijk terugkeren. Ze wordt verliefd op Sebastiaan maar is seksueel meer ontwikkeld dan hij. Ze schrikt van zijn voorstel in Haarlem om een kindertehuis te beginnen. Volgens de verhalen van Antal gaat ze vreemd, maar dat is niet zeker. Ze blijft trouw wachten op Sebastiaan die maar niet komt. Ze gaat in het Spaanse stuwmeer zwemmen om hem op te duiken waarbij ze lijkt op een klassieke [maar omgekeerde] Eurydice. Uiteindelijk mag ze Sebastiaan weer in de armen vallen, als hij de in coma geraakte zwerver blijkt te zijn.

Quotes

"De Hongaar! Ik wist het, ik wist het. Die liegende, onbetrouwbare, duivelse Hongaar. Sebastian krijgt opnieuw met hem te maken. Natuurlijk, wij krijgen allemaal in ons leven met onze Hongaar te maken. Het heeft geen zin aan mij te vragen de feiten vrolijker voor te stellen of zelfs te verdraaien. Dat gaat niet. Ik kan het verleden in mijn verhaal niet ongedaan maken." Bladzijde 110
"Mijn vader heeft dat kind op die natte middag als een aardappelkloot diep in de modder gestopt en daarna hebben we het veld flink aangestampt. Ik moest meehelpen, want dat joch had stenen gegooid. Of hij nog wel kon ademen, vroeg ik ongerust, met al die lagen modder op zijn gezicht. Doorstampen. Meer niet. Zoiets doe je niet als het je broertje is, dacht ik toen." Bladzijde 8
"Maar duel of geen duel, door wat hij zag met zijn grote, donkere, droeve kijkers raakte Sebastian levensgevaarlijk gewond.Maar duel of geen duel, door wat hij zag met zijn grote, donkere, droeve kijkers raakte Sebastian levensgevaarlijk gewond.Maar duel of geen duel, door wat hij zag met zijn grote, donkere, droeve kijkers raakte Sebastian levensgevaarlijk gewond.Het onderjurkje van het kind werd opzij gegooid. Het hernieuwde gegil steeg naar een angstige hoogte tot het gesmoord werd. Een hand of een kledingstuk werd tegen haar mond gehouden. Sebastian durfde niet. Hij kroop als in een doodskramp achteruit." Bladzijde 90
"In een vorig leven heeft Eva een geliefde gekend die ze in dit nieuwe leven niet kan vergeten en dwars tegen elke waarschijnlijkheidsleer in, blijft zij geloven dat haar vorige leven ooit hervat zal worden. Haar vorige leven is overgegaan in haar huidige leven nadat zij, al weer een eeuwigheid geleden, in de onderwereld is afgedaald om haar geliefde te zoeken" Bladzijde 174
"Sebastian realiseerde zich één conclusie heel scherp. En die oversteeg in belang alle verhalen, ontwikkelingen en ellende. Die kinderen die toen naar vreemde verzorgers, ‘ooms en tantes’, waren gestuurd of die, zoals Eva, in een tehuis waren terechtgekomen, moeten het gevoel hebben gehad dat ze dwars door de spiegel waren gestapt en dat ze waren terechtgekomen in een onherkenbare, vaak beangstigende variant van de werkelijkheid, waar honderd meter een afstand blijkt die geen mens kan overbruggen, waar de tijd jaren achteruit- of vooruitspringt. Raadselachtige gebeurtenissen lijken het gevolg van andere gebeurtenissen en hebben er toch niets mee te maken. Al deze absurditeiten, die hem nu op een of andere manier bekend voorkwamen, maakten deel uit van de nieuwe wereld waar die kinderen plotseling in gegooid waren." Bladzijde 147

Thematiek

Fantasie en werkelijkheid

De gehele verhaalinhoud en de structuur staan in het teken van de relatie tussen fictie en werkelijkheid. De anonieme verteller heeft een verhaal gehoord van ene Sebastiaan Romeijn en maakt er zijn eigen versie van die hij voorleest aan de jongens in het tehuis. Hij geeft nadrukkelijk aan dat hij de gegevens van Sebastiaan aanvult en er zijn eigen verhaal van maakt. Er gebeuren dus dingen die waarschijnlijk niet kunnen en waarover je je als lezer wel of niet kunt verbazen. De waarheid/werkelijkheid moet daarom met een grote korrel zout worden genomen. Het is in het uiterste geval zelfs mogelijk dat Sebastiaan en Eva niet eens bestaan hebben en alleen in de fantasie van de anonieme verteller hebben geleefd. Maar ook andere interpretaties zijn mogelijk. Het lijkt er wel op dat de symbolische grens tussen fictie en werkelijk \"de waterspiegel\"is. Daar moet je als lezer ook doorheen durven gaan.

Motieven

Moeizame liefdesrelaties

Sebastiaan en Eva hebben een moeizame liefdesrelatie. Ze hebben geen kinderen en Sebastiaan verdwijnt als hij veertig is naar Spanje om daarna op een wat ongebruikelijke weg weer terug te keren naar Leiden. Daar herkent Eva hem als de man die in coma ligt in een huis. Antal heeft Sebastiaan echter verteld dat Eva met hem seks had als ze naar Oostenrijk kwam.

Seksualiteit

Sebastiaan en Eva hebben na hun eerste toenadering een seksuele relatie met elkaar. Antal vertelt Sebastiaan later dat hij heeft een overspelige relatie met Eva heeft, wanneer die naar Oostenrijk komt.

Judasmotief

Antal is ook de verrader van de ouders van Eva. Bovendien verraadt hij Sebastiaan door overspel te plegen met Eva.

Tweede wereldoorlog jodenvervolging

De oorlog speelt zoals gebruikelijk bij Lieske een rol. Ten eerste is de anonieme verteller opgegroeid in oorlogstijd en eigenlijk ook een slachtoffer van de oorlog in Centraal -Europa. Daarnaast is Eva Mertz een joods meisje dat door Antal Szabo (de nazi-aanhanger) wordt gered door haar op een lijst met vertrekkende kinderen naar Zwitserland te plaatsen. Overigens heeft deze Antal in de oorlog wel gezorgd voor deportatie en uiteindelijk de dood van de ouders van Eva. Hij is dus redder en verrader tegelijk.

Trivia

Tomas Lieske schrijft onder een pseudoniem. Zijn echte naam is voluit: Antonius Theodorus van Drunen.

Titelverklaring

De titel is niet zo gemakkelijk te verklaren. Drie keer komt er echter in de tekst een verwijzing naar de titel voor:
Sebastiaan Meijer leest tijdens zijn verdwijning in de krant een bericht over een onder water gezet dorp. Er is sprake van een meisje dat in het water terecht komt. Zij lokt mannen het water in. Nog veel  schokkender waren de  verhalen dat  zij jongens onder de waterspiegel de diepte in lokte. (blz.101)

Op blz. 127 staat: Toen de verhalen ontstonden  en het meer er  spiegelend  onder de  zonnige  hemel  bij lag,  hoorden reizigers dat daar diep in het  water verdronken dorpen lagen.  Zoiets gaat op de verbeelding  werken. Het verhaal zoemde rond dat  onder de waterspiegel het  leven  gewoon hervat was.

Op blz. 176 staat ook dat Eva Metz  naar Spanje gaat om in het stuwmeer te duiken naar Sebastiaan: Ze schoot naar de groene  diepte. Eva’s lichaam had  een forse  klap  gekregen bij het breken van  de  waterspiegel en die klap was nauwelijks  door haar dunne  kleren opgevangen. Dus tollend om haar  lengteas  zakte zij naar de  diepe delen van het stuwmeer  en in half versufte toestand meende zij twee groene gedaantes te  zien  die op haar af zwommen.

Maar de passage die het meest met de titel te maken heeft, is die in Traunsee waarin Sebastiaan door een spiegel stapt waardoor hij ineens in Leiden is. het is verbeelding/fantasie.
Nu werd een donkere, glazen plaat zichtbaar, waar hij  zichzelf in weerspiegeld zag. Was dat glas? Hij kon zijn vinger erin steken en dat veroorzaakte een rimpeling. Er  zat beweging in, alsof het gelatine was. Of water. Rechtopstaand  water. Hoe kon  zoiets  bestaan? Dat ging tegen alle waterbouwkundige wetten in.Ik begrijp  het niet, maar het bestaat  wel, dacht Sebastian en  in een flits ging hij zijn  studie in  Delft na of  hij, al was het  in miniatuur of bij laminaire experimenten, voorbeelden tegengekomen was van dergelijke dwarse oppervlaktespanning. Hij besloot de risico’s voor lief te nemen,  duwde zijn rechterbeen het spiegelend  oppervlak in en hij stapte naar buiten, Leiden in,  de  bolle keistenen  van de  Hooglandse Kerkgracht op. (blz.121)

Duidelijk wordt dat  de verwijzing naar de waterspiegel bij Lieske de grens tussen verbeelding en werkelijkheid is. (Zie ook nog de quote hieronder over de kinderen die in de oorlog gered zijn en in een totaal andere wereld zijn terechtgekomen)

Mede door de gekozen vertelstructuur kun je je afvragen of het verhaal van Sebastiaan en Eva eigenlijk wel gebeurd is en of dat niet geheel aan de fantasie van de blinde, gehandicapte anonieme verteller is ontsproten. Misschien geeft Lieske in die titel wel een aanwijzing aan de lezer dat hij moet openstaan voor de verbeelding van de literatuur en dat hij door de (water)spiegel moet heen kijken om te zien wat voor soort verhaal hij aan het lezen is.

Structuur & perspectief

Ik ben naamloos. Nee hoor, zegt mevrouw Heydrich en zij noemt dan mijn naam, die ik hier mooi zal verzwijgen. Het  is  goed  om geen naam te hebben. Een schaduw en  een  gedachte zijn ook naamloos
Met deze passage introduceert de anonieme, blinde en gehandicapte verteller zich die zich in een opvangtehuis in Liechtenstein bevindt. Hij vertelt aan de lezer de geschiedenis van Sebastiaan Romeyn en Eva Metz. Hij heef dit verhaal gehoord van Sebastiaan toen deze het tehuis bezocht.  Maar de verteller heeft het verhaal naar eigen believen aangevuld en verzonnen. Hij kan ook hele geschiedenissen helemaal niet weten. Hij is dus een onbetrouwbare ik-verteller.
(Ik  heb  op enkele plekken het verhaal met mijn  fantasie wat  kleur gegeven. Eén keer zei iemand: hoe  weet jij dat  nou,  dat kan Sebastian je nooit  verteld hebben.  Maar wat ik niet van  Sebastian  gehoord  heb  en wat  dus mijn eigen toevoeging is, maakt het verhaal  compleet  en  heeft een  eigen logische  waarheid- blz. 14)

De verteller verwijst enkele keren vooruit naar wat hij zal vertellen. (blz. 58) Van al deze jaren, waarin  de Hongaar zakte naar een nauwelijks bewust niveau, waarin Sebastian en Eva een gewoon leven leken te leiden, waarin Eva’s  handen op de  rug van de Hongaar min of  meer vergeten  raakten,  waarin ze vergaten  welke raadselen in de ander scholen, van  zijn tienertijd  tot het moment dat hij als veertigjarige  naar Spanje  vertrok (en daar de grootste vergissing  van  zijn leven maakte, die hem met een  raadselachtige omweg terugbracht naar de Hongaar),  zijn maar een paar gebeurtenissen van belang.
Een dergelijke structuur noemen we een raamvertelling.

Hij vertelt het verhaal van Sebastiaan en Eva aan de jongens die in het tehuis zitten. Hij onderbreekt diverse keren zijn vertelling om wat gegevens over het tehuis en de jongens prijs te geven.  Het is zelfs mogelijk dat hij het gehele verhaal van Sebastiaan en Eva zelf verzonnen heeft en dat zij alleen in zijn fantasiewereld hebben bestaan. Met de romans van Lieske kun je namelijk vaak meer kanten uit. Hij combineert in zijn romans vaak enkele verhalen met elkaar die ogenschijnlijk niet veel met elkaar te maken hebben. Dat lijkt ook in “Door de waterspiegel ” het geval.

Er zijn drie verhalen te onderscheiden die door elkaar worden verteld:
- het oorlogsverleden van de anonieme verteller die gehandicapt in een tehuis zit
- de liefdesgeschiedenis van Sebastiaan en Eva, in relatie met de Hongaarse  “redder” van Eva, Antal Szabo.
- de familiegeschiedenis van een Leids gezin met een 101 jaar oude oma Roelie en een zwanger meisje van dertien jaar, Eefje.

De roman is opgebouwd uit een aantal delen die een titel hebben.
- Burgenland (het oorlogsverleden van de ik-verteller)
-Traunsee ( de kennismaking tussen Eva en Sebastiaan)
-Duero Drops (de episode waarin Sebastiaan naar Spanje gaat)
-’t Lant van beloften (het vervolg van Sebastiaans zwerftocht door Europa)
-Zijldijk. ( de afloop van Eva’s zoektocht)

Deze delen worden weer onderverdeeld in een aantal ongetitelde hoofdstukken. Maar van een chronologische volgorde is geen sprake. Dat maakt het lezen van deze roman niet gemakkelijk.

Decor

Er worden ongeveer vier decennia beschreven. Eva wordt in 1936 geboren en de anonieme ik-verteller heeft de oorlog in Centraal-Europa ook meegemaakt. Als Eva een pubermeisje is, ontmoet ze Sebastiaan. Het moet dan ongeveer 1950/1951 zijn. Later komt ze naar Nederland waar Sebastiaan studeert: hij zal dan een twintiger zijn. Op zijn veertigste gaat hij naar Spanje waar Franco nog leeft: het kan dan niet eerder dan 1975 zijn. Na zijn morele val en omzwervingen is hij in 1977 (een decennium na de eerste harttransplantatie) weer in Leiden, waar hij volgens de overlevering van de verteller zijn Eva weer ontmoet.

De decors worden wel concreet genoemd:
-De verteller zit vanaf de oorlog in een tehuis in Liechtenstein, waar mevrouw Heydrich de scepter zwaait.
-Sebastiaan ontmoet Eva na de oorlog in Traunsee (een villa in Oostenrijk); later tref hij er Antal Szabo ook weer aan
- Sebastiaan en Eva  gaan later wonen in Leiden. Ook het laatste deel speelt zich af in deze stad.
-Sebastiaan vertrekt 40 jaar oud naar Spanje om een stuwdam te bouwen in Duero Drops, een hydraulisch systeem in de buurt van Salamanca bij de Portugese grens.

Stijl

Tomas Lieske is een schrijver met lovende recensies wat zijn stijl betreft. Die doet poëtisch aan en zet de lezer vaak aan het nadenken. Hij kan op sommige momenten  een licht ironische toon aanslaan zoals in de passages met de Leidse familie Starkow: de passage over het functioneren van de koelkast./ijskast bijvoorbeeld.  Sarcastisch wordt zijn stijl in de passages van de anonieme gehandicapte verteller. 

Voorbeeld van een typische Lieske-metafoor:
(blz. 72) Zij had  het idee dat haar  leven ver voor haar veertigste  al net zo dor  geworden  was als  het  bruidsboeket in hun slaapkamer.

Slotzin

Hoe zielsgelukkig moeten zij nu zijn, allebei. Als zijn waarneming klopt, is dit ook voor hem in zijn harde beroep vol verdwenen en zoekgeraakte kinderen, een troost. Als politieman weet hij beter dan wie ook dat het gewone leven anders is. Maar hij weet ook dat het gewone leven slechts een deel van het bestaan is, en dat een ander deel meer tot het terrein van de verbeelding behoort. Maar ja, dan kan dat kind van Eefje Starkow ook wel van de Heilige Geest zijn. Wat tante Roenie al heeft gesuggereerd

Beoordeling

Tomas Lieske behoort tot de betere romanschrijvers in Nederland, maar hij leest zeker niet gemakkelijk, Naast zijn vaak zware thematiek (heel vaak zwervers, oorlogsdecor) is ook zijn structuur vaak ingewikkeld. Dat is met name het geval in "Door de waterspiegel." Door de onbetrouwbare vertellersfiguur kun je als lezer met dit boek vele kanten uit. Is alles wel zo gebeurd als wordt beschreven en of spelen zich veel passages af in de verbeelding van de verteller. De waterspiegel zou dan de grens moeten zijn tussen verbeelding en werkelijkheid. De lezer moet door die grens (lees de waterspiegel) moeten durven stappen zoals Sebastiaan in Traunsee deed. In een van de recensies wordt de roman een Rubiks kubus genoemd: je kan er diverse kanten mee opdraaien. Dat houdt wel in dat alleen geroutineerde lezers die wat "meer aankunnen" plezier aan het lezen van deze roman kunnen beleven. Toch is het  jammer dat een schrijver als Lieske door zijn zelf opgelegde norm niet een groter lezerspubliek kan krijgen. In het algemeen is hij met dit soort romans toch te moeilijk voor het grote publiek.
Advies voor scholieren: ik vrees dat de roman alleen geschikt is voor geroutineerde lezeressen op vwo-niveau. Zelf heb ik de neiging om Lieske te vergelijken met een andere onbekende schrijver in de Nederlands literatuur , Willem G. van Maanen, die niet alleen vaak een ingewikkelde structuur voorzette aan zijn lezers, maar ook in thematiek (oorlog , relatie tussen fictie en werkelijkheid) en in ironische/sarcastische stijl een voorbeeld lijkt voor Lieske.
Je zou met romans van Van Maanen een combinatie kunnen maken op je literatuurlijst bijv. met "Hebt u mijn pop ook gezien." of "Een Eilandje van Pijn." 
 

Recensies

"Door de waterspiegel is een dood-ernstig boek, van thematiek, van compositie en voor het grootste deel van stijl. Heel soms – wanneer hij over zichzelf schrijft – klinkt in de woorden van de gehandicapte verteller iets van sarcasme, van persoonlijkheid door. Dan wordt er een beetje lucht in deze vertelling geblazen. Zoals in dat ene zinnetje: ‘De rest sla ik over.’" http://www.nrclux.nl/door...t/1293272/
"Daar moet je van houden, van zulke ondergrondse, opborrelende, rondspokende, koersloos aandoende vertellingen. Misschien ben ik wel een beetje té zeer op mijn wenken bediend door Lieske in Door de waterspiegel. Stroef is los geworden, zo niet losgeslagen. Het lijkt af en toe wel het proza van Willem Brakman, in zijn latere, onnavolgbaar idiosyncratische fase. Ondaatje meets Brakman, zouden de Engelsen kernachtig zeggen. De verhaalinhoud laat ik dus maar voor wat die is: ten beste fascinerend, bij te veel reflectie daarover niet heel begrijpelijk." http://www.vn.nl/Artikel-...lingen.htm
"Lieskes taal trekt zich nauwelijks iets aan van de werkelijkheid. Alleen dan kan water rechtop staan en iemand door de waterspiegel stappen. Zulks gebeurt Sebastiaan in zijn poging om thuis te komen waar Eva op hem wacht, een actie die meer dan de helft van de roman bestrijkt. Maar in plaats van werkelijk huiswaarts te keren, is er dat onophoudelijke uitstel, iets dat in wezen Sebastiaans identiteit bepaalt precies zoals die van de klant uit het winkeltje van Carmiggelt. Door de waterspiegel laat zien dat Lieske met zo veel gemak schrijft dat het op routine lijkt. Oorlog, kinderen en wreedheid vormen de vaste motieven, en de taal is er om elementen aaneen te ritsen. Vanuit technisch oogpunt blijft alleen dat laatste interessant." http://www.volkskrant.nl/...iegel.html
"Niets is wat het lijkt, is tussen de regels te lezen, wat nog eens onderstreept wordt door de raamvertelling. De gehandicapte jongen mengt zich soms in het verhaal (‘Maar dat sla ik maar over’) en vertelt dan wat over het weeshuis. Terwijl hij in het begin nog vertelt over zijn oorlogsjeugd, zwijgt hij daar later over, en dat is wat onbevredigend: hij is als personage slechts half af. Binnen de raamvertelling blijft zijn rol vooral die van onbetrouwbare verteller: hij verzint zaken in een verhaal dat hij zelf van horen zeggen heeft (en dat in de basis dus al verzonnen kan zijn)." http://recensieweb.nl/rec...iks-kubus/
"Voor het vertellen van verhalen is verbeelding nodig. We moeten door de waterspiegel stappen om in de verhaalwereld terecht te komen. Op de laatste pagina wordt over een rechercheur gezegd: \'Maar hij weet ook dat het gewone leven slechts een deel van het bestaan is\'. Het is dan ook niet zinvol om \'het gewone leven\' te scheiden van de verhalen; we hoeven ons hoofd niet te breken over wat er nu werkelijk gebeurd is en wat er fantasie is." http://teunisbunt.blogspo...ieske.html
Je hebt nog 2 Zeker weten goed verslagen over.

Wil je onbeperkt toegang tot alle Zeker Weten Goed verslagen? Meld je dan aan bij Scholieren.com.

35.404 scholieren gingen je al voor!

Geschreven door Cees

Foto van Cees

Ik heb verreweg het grootste deel van mijn leven voor de klas gestaan. Eerst vijf jaar op een basisschool, daarna veertig jaar op diverse scholen voor voortgezet onderwijs: havo en vwo, onder- en bovenbouw. Ik vond het destijds  mijn taak om de verouderde en 'afgezaagde' literatuurlijsten voor Nederlands te vernieuwen en mijn leerlingen kennis te laten maken met nieuwe en/of jonge schrijvers. Lezen kan namelijk ook gewoon leuk zijn. Docenten kunnen je met het aanprijzen van leuke en/of spannende boeken enthousiast maken. Stukken die interessant zijn, voorlezen in de klas. Kort vertellen waarover een boek gaat.  Ik heb nu ruim 1460 verslagen gemaakt, waarvan een heleboel Zeker-Weten-Goed-verslagen. Er staan vragen over de inhoud aan het eind om je te laten zien of je het boek begrepen hebt.

Bij Scholieren.com probeer ik daarom zo veel mogelijk boeken van nieuwe schrijvers te bespreken. Ik hoop altijd dat de 'moderne leraar Nederlands' het zijn leerlingen toestaat om de wat minder bekende schrijvers ook op de leeslijst te zetten. Uittreksels maken vond ikzelf vroeger helemaal niet leuk. Ik kocht daarom ook uittrekselboeken. (Bijvoorbeeld Literama, Apercu, Der Rote Faden) Nu maak ik zelf boekverslagen voor  scholieren.com. Nog een gemeend advies: wees verstandig en lees altijd wel het boek. Dan kan een boekverslag op scholieren.com een een prima geheugensteun voor je mondeling zijn.
En geloof me, docenten kunnen vanwege tijdgebrek ook niet alle boeken lezen die jaarlijks verschijnen; zij raadplegen daarom ook wel de boekverslagen die scholieren.com levert.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Ook geschreven door Cees