De vierde man door Gerard Reve

Zeker Weten Goed
Foto van Anne
Boekcover De vierde man
Shadow
  • Boekverslag door Anne
  • Zeker Weten Goed
  • 19 december 2013
Zeker Weten Goed

Boekcover De vierde man
Shadow
De vierde man door Gerard Reve
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Feitelijke gegevens

  • 7e druk, 1981
  • 138 pagina's
  • Uitgeverij: Pandora

Flaptekst

De Vierde Man (1981) is het verrassende verhaal over 'een even hartstochtelijke als kortstondige verhouding met een weduwe van het vrouwelijk geslacht'. Het boek werd geschreven als boekenweekgeschenk. Het mysterieuze en spannende verhaal werd door de CPNB geweigerd vanwege zijn te expliciete homoseksuele inhoud. Later werd van het boek een alom bejubelde film gemaakt.

Eerste zin

Er zijn dingen, sprak ik tot Ronald, die je om een of andere reden niet zo gemakkelijk aan iemand vertelt. Zonder dat je eigenlijk weet waarom.

Samenvatting

De hoofdpersoon (Gerard Reve) is in gesprek met Ronald, een vriend van hem. Gerard laat vallen dat hij een verhaal te vertellen heeft, en begint dit te vertellen nadat Ronald erom vraagt.

Het verhaal vangt aan in mei 196* (het exacte jaartal is gecensureerd) wanneer Gerard op een vrijdagmiddag van de grote stad A. naar de Zuid-Nederlandse havenstad V. gaat, om daar een lezing te geven.  Deze lezing verloopt met weinig bijzonderheden, behalve dat hij hier Christine ontmoet. Zij is de penningmeesteres van het literaire gezelschap waar de lezing plaatsvindt. Er lijkt sprake van wederzijdse fascinatie en aangezien Gerard geen slaapplaats heeft en het te laat is om met het openbaar vervoer huiswaarts te keren, nodigt Christine hem bij haar thuis uit.

Het is Gerard in eerste instantie niet helemaal duidelijk wat de achterliggende bedoelingen van Christine zijn. Hij is zelf meer geïnteresseerd in mannen, maar zodra hij het grote huis ziet van Christine ziet hij mogelijkheden. Het idee dat ze rijk is, windt hem op en wellicht kan zij hem financieel gezien wel onderhouden. Ze gaan met elkaar naar bed en in de slaap die daarop volgt, heeft Gerard een vreemde droom. In deze droom richt een oude man een sleutel als een pistool op Gerard, waarna hij met deze sleutel een deur open maakt. De oude man jaagt hem angst aan, terwijl hij eigenlijk niks angstaanjagends doet: hij knipoogt zelfs en zingt een kinderrijmpje.

De volgende dag blijft Gerard nog een tijdje bij Christine, die ook zijn haar knipt. In het huis vindt hij een brief, van ene Herman. Deze brief lijkt Christines man of vriend te zijn, want hij sluit zijn brief af met 'je liefste Herman'. Bij de brief zit een foto en Gerard is direct verliefd op Herman. Hij wil hem een keer ontmoeten en zegt daarom tegen Christine dat hij haar nog eens wil zien. Christine vraagt hem of hij op het huis wil passen als zij het weekend daarna Herman gaat bezoeken in Düsseldorf. Gerard gaat in op dit verzoek en dus is hij het weekend daarop weer onderweg naar het huis van Christine.

Christine zou het huis eigenlijk al hebben verlaten, maar heeft besloten een dag later naar Düsseldorf te vertrekken. Ze brengen samen de avond door en door te acteren dat Gerard een helderziende is, probeert hij informatie over Herman te ontfutselen. Hij komt te weten dat Christine eerst kapster was, maar hier mee stopte toen ze met Johan trouwde. Om geld te verdienen begon ze weer met kappen en kocht samen met Hilda (een vriendin) het huis. Hilda verdwijnt al snel uit beeld en Christine blijft alleen in het huis wonen. Christine laat in het midden wanneer ze iets met Herman kreeg, maar vertelt wel dat het tussen hen niet helemaal lekker loopt omdat hij 'nogal woest' is en naar Christines zin te snel klaarkomt. Samen verzinnen ze het plan dat Christine hem meeneemt uit Düsseldorf om hem jaloers te maken met Gerard.

De volgende dag vertrekt Christine naar Düsseldorf. Gerard reist mee tot aan het station en gaat daarna de stad in. Bij de cinema spreekt hij een jongen aan, Laurens. Hij neemt hem mee naar het huis van Christine waar ze seks hebben. Laurens ziet de foto van Herman en vraagt of dat zijn vriend is. Gerard zegt van wel: samen met zijn tweelingzus Christine hebben ze een driehoeksverhouding. Laurens vertrekt nog diezelfde avond, waarna Gerard een kistje openmaakt dat op Christines slaapkamer staat. Hier zitten allerlei persoonlijke documenten in en het blijkt dat Christine drie geliefden heeft gehad die allen op jonge leeftijd zijn overleden. Allereerst Gerard Verdonk, een soldaat waarmee ze een verhouding had maar niet mee was getrouwd. Ten tweede Johan Overdijk, de eerste man waarmee ze trouwde. En ten derde Gerrit Lunderts, ook hiermee was ze getrouwd. Gerard raakt opeens in paniek door het feit dat Christine mannen in een rap tempo lijkt te slijten. Hij laat een briefje achter en neemt de benen.   

In het laatste hoofdstuk spreekt Gerard weer direct tegen Ronald. Hij vertelt hem hoe het is afgelopen: hij heeft Christine nooit meer gezien. Wel heeft hij vernomen dat Herman, toen hij Christine bezocht, een auto-ongeluk heeft gekregen waarbij hij een deel van zijn gezicht is verloren, waaronder zijn oog. Dit koppelt hij zelf terug op de droom die hij heeft gehad, over de knipogende man.

Dit verslag gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Leraar worden

Alles wat je moet weten over leraar worden

Personages

Gerard Reve

Het hoofdpersonage is Gerard Reve, gelijk aan de naam van de auteur (wat overigens niet wil zeggen dat het verhaal autobiografisch is). Gerard is een alleenstaande man die in Amsterdam woont. Hij is schrijver en geeft lezingen. Hij is erg zoekende naar hoe hij zijn leven moet invullen, zo ziet hij zichzelf het ene moment bij Christine inwonen, het andere moment overweegt hij of hij toch niet beter met Laurens kan trouwen. Dat hij zoekende is, onderschrijft hij zelf ook: \\\"Dus toch maar weder de deur uit, en de straat op? Of niet...? Ik nam in ieder geval nog een \\\'laatste\\\' dubbele whisky, en verzonk daarna opnieuw in gepeins. Ik was een soort zoeker, zoude men kunnen zeggen... Maar wat was er te zoeken, als je goed nadacht...? Ik zocht overal iets achter, waar niets achter stak, en terwijl er niets te vinden was...\\\" (p. 118) Uit dit citaat spreekt ook een pessimistische levensvisie die de ik-figuur het hele boek blijft houden.

Christine Overdijk

Christine is de penningmeesters van het literaire genootschap in Vlaardingen waar Gerard een lezing geeft. Ze woont alleen in een groot huis en nodigt Gerard uit wanneer hij geen slaapplaats blijkt te hebben. Ze heeft een relatie met Herman, maar gaat toch naar bed met Gerard. Wanneer blijkt dat ze al zo veel mannen heeft versleten, verandert Christine in Gerards ogen in een soort heks en wordt hij bang voor haar. Of zij haar mannen heeft vermoord of dat het daadwerkelijk om toeval gaat, blijft onduidelijk.

Herman

Herman is de vriend van Christine. Zijn personage treedt nergens echt op in het verhaal, maar toch speelt hij een belangrijke rol in het verhaal. Na het zien van zijn foto is Gerard direct verliefd op hem en dat is ook de reden waarom hij daarna nog in contact wil blijven met Christine. In het hoofd van Gerard ontstaat een driehoeksverhouding die er in werkelijkheid niet is.

Quotes

"Ik weet niet wat het is, sprak ik ten overvloede. Ik vind je geweldig, ik kan met mijn poten niet van je afblijven... maar... het is tegelijkertijd net of je een heel mooi geil zusje van me bent, waar ik gek op ben... Ziezo, dat was dat, maar ik moest me intomen, en alleen Christine aan het woord laten, want nu zoude ik, als ze niet was dichtgeklapt, alles horen wat ik weten wilde." Bladzijde 82
"Moest ik de verdere dag met Laurens doorbrengen? Het was ondenkbaar, hóe dan wel, tenzij ik hem iedere drie kwartier voor een volgende rit pakte... waarover...? En toen was het een allerliefste jongen, echt een zacht, lief, teder jongensdier... Moest iemand als ik toch niet met iemand als hem trouwen... met al die huiselijkheid...?" Bladzijde 115

Thematiek

Liefdesrelatie: onbereikbare liefde

Er is sprake van verschillende liefdesrelaties (tussen Christine en Gerard, tussen Christine en Herman, tussen Gerard en Laurens en in zekere zin tussen Gerard en Herman, alhoewel dit alleen vanuit Gerards komt) en deze bepalen de thematiek van het verhaal. In de relatie tussen Christine en Gerard blijft in eerste instantie onduidelijk wat beide partijen precies zoeken in de relatie. Het verhaal is geschreven vanuit het perspectief van Gerard, dus de gedachten van Christine kom je als lezer niet te weten. De gedachten van Gerard lees je wel, maar die gedachten zijn nogal wisselvallig. Het ene moment ziet hij hen samen eindigen (waarbij hij er dan een minnaar op na houdt) en het andere moment niet. In zekere zin is dit ook een onbereikbare liefde, omdat Gerard gewoon niet op die manier van een vrouw kan houden zoals hij dat bij een man doet. Maar de echte onbereikbare liefde speelt zich af tussen Gerard en Herman. Gerard is al verliefd op hem wanneer hij enkel een foto ziet en het is eigenlijk meteen al zeer onwaarschijnlijk dat dit ooit op een relatie zal uitlopen. Ten eerste woont Herman in Düsseldorf en is hij niet op de hoogte van het bestaan van Gerard, ten tweede heeft Herman een relatie met Christine en ten derde zijn er geen redenen om aan te nemen dat Herman homoseksueel is.

Motieven

Homoseksualiteit

Alhoewel Gerard een verhouding aangaat met Christine, blijkt al snel dat hij eigenlijk meer voor mannen voelt: \"Jij denkt dat je een man mee naar huis hebt genomen, maar hij is gewoon een flikker: een kat in de zak.\" (p. 29) Hij voelt ook geen liefde voor Christine zoals hij die voelt voor Herman, zonder hem in het echt te hebben gezien. Later heeft hij nog een seksuele escapade met Laurens, en ook loopt hij te flirten met \'de jongen van de Kamperfoeliestraat\'.

Dromen

Dromen en visioenen zijn een motief in dit verhaal: De eerste nacht die Gerard met Christine doorbrengt heeft hij een droom die achteraf gezien voorspellend geïnterpreteerd kan worden. Bovendien heeft Gerard een visioen wanneer hij naar de foto van Herman kijkt: \\\\\"er gebeurde iets, dat ik niet speelde, maar dat echt was... Ik duizelde... Dwars door het beeld van de foto heen, die in een okeren, beige waas oploste, werd de gestalte van de jongen nu niet als een stilstaand herinneringsbeeld, maar lijfelijk zichtbaar, hier in de kamer, als een fantoom\" (p. 74) Ook op een later moment krijgt hij zo\'n zelfde ervaring wanneer hij naar de foto kijkt.

Schrijverschap

De ik-figuur vraagt zich meerdere malen af of het verhaal dat hij vertelt echt een verhaal is. Wat is een verhaal? En wanneer dient dat opgeschreven te worden? \"Ik begon Ronald de geschiedenis uit de doeken te doen, waarover ik zovele jaren tegenover iedereen had gezwegen, en die ik nooit aan het papier had toevertrouwd. Waarom niet? Waarom heb ik het verhaal nooit eerder opgeschreven? Omdat het zo zonderling is? Misschien wel: het is namelijk, als elk waar verhaal, een beetje onwaarschijnlijk en ongeloofwaardig. Of omdat het niet zo verheffend is?\\\\\\\" (p. 8) \"Maar wat droeg ik in mij mede dat de moeite waard was om aan het papier toe te vertrouwen? En wat had ik medegemaakt dat een echte ervaring was die een ander kon interesseren? Of desnoods één of ander avontuur, dat fijn en interessant was om te lezen...?\" (p. 99) In het laatste hoofdstuk is de ik-figuur weer in gesprek met Ronald en bespreken ze of het vertelde verhaal een verhaal genoemd mag worden: \"\'Dus je vindt het een verhaal?\' \'Nou... als je het goed vertelt, met alles er op en er aan... dan... dan zie je toch dat het allemaal met elkaar te maken heeft:... die droom... die sleutel... die doos...\'\" (p.135) Een eenduidig antwoord op de vraag komt er niet, maar het is duidelijk dat dit het een onderwerp is dat de ik-figuur bezighoudt - en waarschijnlijk dus ook de auteur.

Opdracht

Voor Perkin Walker

Trivia

In 1983 is \'De Vierde Man\' verfilmd door Paul Verhoeven.

Titelverklaring

Gerard stelt op een bepaald moment het volgende:

"Elk belangrijk gegeven in het leven was volgens mij een vierkant, althans een rechthoek, of althans viervoudig. Wie zaten er in de vier hoeken? In de ene hoek: Christine. In de andere: ik. In de derde hoek: Herman. Maar wie of wat zat er in de vierde hoek? Niemand... Zie je, en daarom klopte er niets van... In het midden van het vierkant zat de Dood, allicht, maar die zat altijd in het midden, van ieder vierkant, dat was niks bijzonders. Maar wat was een vierkant met één lege hoek? Onzin..." (p. 96)

Gerard is zich hier nog niet bewust van alle mannen die Christine al heeft versleten, daar komt hij dan pas achter. In invulling van de vier hoeken wordt anders wanneer hij de documenten in het kistje vindt:

"Ziezo... Het begon mij nu echt vreemd te moede te worden. Drie doden, dat kwam voor, dat was misschien niets bijzonders... Er stierven zoveel mensen... Wie kon dat allemaal bijhouden...? Geen mens... Maar waarom waren ze verstopt, deze drie, bijgezet in een kistje, dat... toch wel erg veel weg had van een heel ander soort kist..." (p. 127)

Ook in het versje dat de oude man in de droom van Gerard opzegt, komt het gegeven 'de vierde' terug:

"Tierelierelier...
Wie is nummer vier...?"

Dit lijkt te zinspelen op dat Gerard zelf ook wel eens de vierde man zou kunnen worden. Wanneer hij dit beseft slaat hij op de vlucht. Uiteindelijk wordt Herman dus de vierde man, hij overlijdt dan wel niet maar raakt wel zijn oog kwijt.

Structuur & perspectief

Het boek bestaat uit 11 hoofdstukken. In het eerste en het laatste hoofdstuk spreekt Gerard direct tot Ronald. De tussenliggende hoofdstukken bevatten het verhaal dat Gerard aan Ronald vertelt. Hij vertelt dit verhaal in chronologische volgorde, maar omdat dit dus eigenlijk een flashback is, is het verhaal in het geheel niet-chronologisch. 

Het verhaal wordt verteld vanuit een ik-perspectief. De 'ik' is in dit geval Gerard Reve.

Decor

De exacte plaats- en tijdaanduidingen zijn gecensureerd. Zo spreekt de ik-figuur over 196* en de grote stad A. Toch is dit voor de lezer bruikbare informatie, het spreekt redelijk voor zich dat de grote stad A. Amsterdam is. Hoogstwaarschijnlijk wordt met de havenstad V. Vlaardingen bedoeld. 

Qua ruimte is vooral het huis van Christine een belangrijke locatie. Dit is een groot huis waar de rijkdom vanaf straalt. Het huis wordt uitvoerig beschreven: 

"We stopten bij een groot, alleenstaand huis in een vermoedelijk nog deftige straat van negentiende-eeuwse welstand. Neen, het was een geheel van eigenlijk drie huizen: een groot, vierkant fin-de-siècle huis links, en twee lagere gebouwen ter rechter zijde daar tegenaan. Beide van die lagere panden hadden een etalageraam." (p. 22)

Wanneer het eigenlijke verhaal (de samenkomst van Gerard en Ronald dus) zicht afspeelt, is onduidelijk, maar waarschijnlijk ergens eind jaren '70, net voordat het boek is gepubliceerd. Het verhaal dat Gerard vertelt over Christine en Herman, speelt zich in de jaren '60 af. Het is al een aantal jaar later wanneer Gerard het verhaal aan Ronald vertelt, want hij zegt: "'Wist je dat ik, jaren en jaren geleden - ' Ik stokte even, en gevoelde een aarzeling om verder te gaan." (p. 7) Dat het verhaal zich in de jaren '60 afspeelt merk je ook aan uitspraken als: "Was het trouwens niet een meisje, een slank meisje met een pantalon aan, zoals meisjes en vrouwen zonder natuurlijk schaamtegevoel die toen reeds brutaalweg begonnen te dragen...?" (p. 103) Hier lees je dat de emancipatie van de vrouw in volle gang is.

Stijl

Het boek riep ten tijde van de publicatie veel controverse op, vooral vanwege de expliciete homoseksuele inhoud. Ook een uitspraak als de onderstaande zal voor ophef hebben gezorgd:

"Kijk: een jongen met één verdorde arm, of een beetje een manke jongen, of een jongen met een been dat een beetje dunner of korter is, of dat een beetje sleept, maar als het verder een heel mooie en lieve jongen is, en erg onderworpen ook, dan kan dat geweldig zijn: zo'n jongen hoef je niet eens te boeien of vast te binden als je hem martelt, want hij kan niks terug doen... Die kan ik alleen aftuigen en martelen, zonder dat jij mij hoeft te helpen, bij wijze van spreken... Maar een jongen met zijn halve kop er af, en met nog maar één oog, daar is de fleur van af, waar of niet...? Die kan ik overal krijgen... Heb ik gelijk, of heb ik géén gelijk...?" (p. 135)

Inmiddels is men een stuk toleranter is is die controversie achterhaalt. Reve wordt (samen met Mulisch en Hermans) tot de Grote Drie gerekend van de Nederlandse literatuur en wordt tegenwoordig juist gewaardeerd om zijn ietwat vreemde en cynische stijl.

Slotzin

Misschien, dat het me ooit nog eens te binnen schiet... Om het op te schrijven... Als ik er toch nog eens een verhaal over schrijf...

Beoordeling

Ik heb genoten van 'De Vierde Man', het is een redelijk dun boekje dat door de goede spanningsbouw lekker weg leest. Je bent als lezer benieuwd wat er gaat gebeuren: gaat Gerard Herman ontmoeten en zo ja, wat gebeurt er dan? Hoe loopt de relatie tussen Gerard en Christine af? Je voelt eigenlijk al aankomen dat er iets fout zal gaan maar je weet niet in welke richting je het moet zoeken. Bovendien kan ik het waarderen hoe Reve het personage Gerard Reve neerzet. Het is niet echt een heel beminnelijk personage maar juist omdat hij zo eerlijk is en zijn eigen lelijkheid durft bloot te geven, heb ik toch sympathie voor hem.

Recensies

"Maar zijn ironie, en zijn gevoel voor de mooie zin, is van alle tijden, en het lezen van De Vierde Man is misschien wel de beste manier om aan zijn humor en vermogen tot ontroeren verslaafd te raken." http://vorige.nrc.nl/scho...752478.ece
"Dat is de bijzondere combinatie van een verhaal dat je graag in één ruk uit wilt lezen, er zit een spanning in het boek die het bijna tot een pageturner maakt." http://persoonlijk.wimpel...rde-man-2/
Je hebt nog 2 Zeker weten goed verslagen over.

Wil je onbeperkt toegang tot alle Zeker Weten Goed verslagen? Meld je dan aan bij Scholieren.com.

35.919 scholieren gingen je al voor!

REACTIES

B.

B.

Snap niet waarom iedereen dit zo'n goed boek vind. Oeverloos gelul over ranzige zaken en een beetje spanning hoo maar. Bovendien kan Reve niet eens normaal Nederlands spellen. Om nog niet te spreken over die ziekelijke zaken, gadverdamme wat een viespeuk.

7 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De vierde man door Gerard Reve"

Ook geschreven door Anne