Feitelijke gegevens
- 1e druk, 2010
- 364 pagina's
- Uitgeverij: Atlas te Amsterdam
Flaptekst
De jaren tien van de twintigste eeuw. De jonge Haijte Haijtema keert zich na een mislukte opleiding tot onderwijzer wrokkig af van de ouderlijke boerderij in Friesland. Vol ambitie begint hij aan de overzijde van de Zuiderzee, in Alkmaar, aan een carrière als kruidenier. Bij Haijte stroomt zakenbloed door de aderen, en zijn Friesche Winkel beleeft gouden tijden.
Op zoek naar nieuwe producten en ter inspiratie reist Haijte in het Interbellum naar Berlijn, Milaan, Rome, Parijs en de Dordogne. Hij ziet er met eigen ogen het leed dat de Eerste Wereldoorlog heeft veroorzaakt, bezoekt in de Eeuwige Stad Mussolini’s fascistische tentoonstelling en ziet in de Franse wijngaarden de voorafschaduwing van een nieuwe oorlog. Na elke verre reis en enkele delicate, thuis angstvallig verzwegen ontmoetingen met een Duitse vrouw lijkt Alkmaar benauwender en zijn de familieverplichtingen knellender.
De vadermoordenaar gaat over tegenslag die dient als brandstof voor geldingsdrang, creativiteit die, tegen de verstikking van het vooroorlogse Holland in, een uitweg móét vinden, en ondernemerszin die zich door de Grote Depressie niet laat temmen. Het is het meeslepende verhaal van een man die zijn tijd vooruit is.
Eerste zin
Haijte opende zijn ogen, en sloot ze meteen weer.Samenvatting
Haijte Haijtema is 23 jaar en woont als boerenzoon in Workum (Friesland), maar hij is niet tevreden met het boerenbestaan. Hij heeft een bijzondere hobby om dieren op te zetten en te prepareren maar hij wil zijn vader niet opvolgen in het boerenbedrijf. Hij volgt extra lessen om onderwijzer te worden, maar hij wordt afgewezen en niet toegelaten op de opleiding. Het lijkt alsof het dorp hem meewarig bekijkt. En hij besluit dan ook naar zijn oom in Alkmaar af te reizen. Hij gaat de kruidenierszaak van zijn oom overnemen. Hij begint met ongeveer 17 klanten die veel van de boodschappen die hij aan hen verkoopt laten opschrijven. Maar hij is protestant en tijdens de kerkgang merkt hij dat er wel 200 potentiële klanten voor hem zijn. Hij benadert hen en hij is erg actief om carrière te maken. In augustus van datzelfde jaar trouwt hij al met een heel aardig meisje, Marie Koch, de dochter van een schipper uit Friesland. Die is als dienstmeisje al in Amsterdam geweest en heeft meer levenservaring dan Haijte Haijtema. Ze verbaast zich over de grote activiteit van hem. De prepareerspullen van hem verdwijnen voorlopig naar de zolder, want voor die hobby, evenals voor het schilderen, daar heeft hij geen tijd meer voor. Hij is vol actie om zijn zaak te laten slagen en zo het ongelijk van zijn vader te bewijzen.
In 1923 overlijdt zijn vader aan een hartstilstand en hij gaat daarom een keer naar Workum terug. Toch is hij in een bepaald opzicht zijn vader wel dankbaar voor alles. Hij heeft intussen drie zoons bij Marie gekregen: Pieter, Jan en Anne. Hij is de Eerste Wereldoorlog goed doorgekomen door steeds gewone prijzen te blijven berekenen. Het was niet echt een vetpot, maar ze hebben zich er toch goed doorheen geslagen.
In 1923 gaat hij voor het eerst een buitenlandse reis maken. Hij gaat naar Berlijn. Het is een imposante en een vooruitstrevende stad. Hij ziet de vooruitgang. Bij één van zijn uitstapjes ziet hij een mooie Duitse vrouw die erg veel indruk op hem maakt. Hij zou haar graag nog eens terug zien, maar hij schrikt ook terug van die gedachte. In feite is het toch een vorm van overspel. Berlijn maakt ook nog indruk door een ander fenomeen dat hij er ziet. Hij merkt op dat er vele jonge mannen gehandicapt zijn door de loopgravenoorlog die er in Europa heeft gewoed. Aangezien Nederland neutraal was, had hij de kant van de oorlog nog niet zo gezien in Nederland. Hij doet verslag van zijn reis aan zijn klanten en daardoor verwerft hij veel aanzien. Maatschappelijk gezien maakt hij stappen: hij wordt in de kerkenraad gekozen, wat hem ook financieel voordeel oplevert, want hij kan de avondmaalwijn leveren aan de kerk. Hij moet er de eerste jaren wel op toeleggen. Aangezien hij ook zijn oude hobby (schilderen) wil oppakken, krijgt hij ook belangstelling voor de kunstenaars van de Bergense school, die er een vrij lichtzinnige levenshouding (zoals naakt zonnen) op na houden. Zo gaat Haijte Haijtema zich steeds verder ontwikkelen.
Zijn tweede reis is naar de Ardennen, waar hij Marie mee naar toe neemt. Die kijkt haar ogen uit. De crisis in Europa begint vastere vormen aan te nemen, maar Haijte Haijtema zet de tering naar de nering. In Duitsland komt Hitler aan de macht, in Italië is dat Mussolini (El Duce). In 1933 besluit Haijte Haijtema een reis naar dat land te brengen: hij is gekozen als vertegenwoordiger van de kruideniersbond en hij gaat met twee andere bestuursleden per trein naar Italië. De treinreis duurt lang en hij wordt uitvoerig beschreven. Onderweg wordt herhaaldelijk gesproken over het fascisme in Duistland en Italië. Ze merken ook verschillen in behandeling op: In Zwitserland reageren de mensen anders dan in het land van Mussolini.
Ze arriveren eerst in Milaan. Daar bezoekt Haijte Haijtema o.a. het imposante kerkhof met zijn praalgraven. Ook ziet hij daar de tombe van een vrouw die op dezelfde dag geboren is als hij, maar dus nu al overleden is. Op het graf prijkt haar foto en ’s nachts droomt hij een wat immorele droom over haar. Daarna vertrekken ze naar Rome en ze verblijven in een duur hotel. Ze moeten o.a. de tentoonstelling over 10 jaar fascisme bezoeken. Er is veel propaganda voor het fascisme. Ook bezoekt hij rooms-katholieke kerken en hij krijgt nu meer begrip voor de kunst die daaruit voortgevloeid is. Vroeger beschouwde hij dat allemaal als ketterse kunst.
De handelsgeest in hem komt los, wanneer hij van een Italiaans schoenpoetsjongetje een foto maakt met het beroemde middel Rogmo erop. Het is een poetsmiddel dat Haijte Haijtema heeft bedacht en dat hij in busjes heeft gestopt en verkoopt. Maar zijn reis wordt helemaal goed, wanneer hij bij de Duitse delegatie opnieuw zijn droomvrouw ziet en hij mag bovendien die avond bij haar aan tafel plaatsnemen voor het afscheidsdiner. Zij blijkt Giselle te heten en ze verleidt hem met zijn ogen. In zijn geest pleegt hij wel overspel, maar met “zijn vlees niet.”
Na een uitstapje naar Capri reist hij terug met de trein naar Alkmaar, waar Marie hem deze keer met afgunst heeft afgewacht. De omstandigheden tijdens de crisis worden namelijk steeds slechter en Haijte Haijtema zit in een luxe hotel. Dat kan ze maar slecht verkroppen. Haijte Haijtema zorgt voor een stunt tijdens de Italiaanse maand en de foto van de Italiaanse straatjongen wordt groot afgebeeld in de etalage en in de regionale kranten,.
Ook maakt hij olijven, Italiaanse wijn en spaghetti bekend in zijn woonplaats. De opening levert veel kijkers op. Veel meer klanten trekt de zaak echter niet, ook al omdat Europa er zwak voor staat. Het lijkt er bovendien op alsof de vlam uit zijn huwelijk gehaald is. Hij wordt zelfs een tijdje depressief. In 1938 krijgt hij weer wat inspiratie als zijn eerste voorraad Rogmo eindelijk op is. Hij wil nu eenzelfde stunt uithalen in Japan en Indonesië. De kennis in Japan wil niet meewerken, maar de vriend in Indonesië zorgt voor een nieuwe foto met het middel. Opnieuw is er een tijdje extra publiciteit. Dat geeft hem nieuwe moed en dan haalt hij ook de banden weer aan met de schilders van de Bergense school. Met een van hen (Eck) raakt hij bevriend. Die enthousiasmeert hem naar Parijs te gaan.
Dat doet hij in 1938. Hij reist weer met de trein en hij brengt eerst een eerbetoon aan Louis pasteur. Natuurlijk zorgt hij voor publiciteit door een foto te laten nemen van die gebeurtenis. Daarna reist hij door naar de Dordogne waar hij op uitnodiging van een oude vriend het gehele wijnproces bijwoont. Hij werkt ook mee op het platteland. Maar hij ontmoet ook zieke Fransen die door de Eerste Wereldoorlog geleden hebben o.a. door mosterdgas. Wanneer hij hen ziet, krijgt hij heimwee, omdat ook zijn jongste zoon Anne geen sterke gezondheid geniet. Hij heeft namelijk veel last van zijn luchtwegen. Voor het eerst ziet Marie dat hij niet met een soort reiskoorts thuiskomt. Hij heeft wel zaken gedaan in Frankrijk en enkele weken later arriveert de wijn. Weer krijgt hij veel publiciteit in de kranten. Zoon Anne is inderdaad ziekelijk: veel bronchitisklachten en zoon Pieter moet tijdelijk het leger in. Hij ziet er niet veel in om de zaak van zijn vader over te nemen. In de oorlog wordt Anne opgenomen in een kliniek, maar aan het einde van de oorlog moet hij toch terug naar huis. De eerste oorlogsjaren zijn goed verlopen en er kwamen zelfs veel Duitsers in zijn zaak om levensmiddelen te kopen, maar in het tweede oorlogsjaar zijn de goederen schaars en valt er niet veel meer te verkopen. Ze moeten echt interen op hun reserves. Maar waar ze kunnen, helpen ze onderduikers aan voedsel.
Na de oorlog is het economisch herstel niet zo groot. Ze moeten de zaak grondig veranderen. Haijte Haijtema wil een restauratie van de winkel. De beide zonen Pieter en Jan krijgen een verloofde en gaan inwonen bij hun ouders. Nog steeds is er een sterk vaderlijk gezag, maar Pieter heeft heel andere ideeën over de bedrijfsvoering dan zijn vader. Bij een ruzie verlaat hij het huis en hij krijgt zijn eerste zoon buitenshuis. Haijte Haijtema verwacht dat zijn kleinzoon naar hem vernoemd zal worden, maar dat is niet het geval. Het kind heet Harry. Haijte Haijtema is geheel van slag. Zijn tweede zoon Jan noemt zijn eerste kind wel Haijte. Na de oorlog neemt Pieter een steeds groter deel van de zaak in handen. Haijte Haijtema wordt ook wat gezondheid betreft een stuk zwakker: hij wordt hartpatiënt en hij trekt zich min of meer terug uit de zaak. Hij legt zich meer toe op het maatschappelijk werk, maar ook dat wordt op den duur te zwaar. Alleen lid van de examencommissie van de kruideniersbond blijft hij. In 1952 kondigt Jan aan dat hij de zaak zal verlaten: hij kan een goede baan krijgen bij de Hema. Haijte Haijtema ziet niets in het systeem van zelfbediening.
In 1953 gaat hij nog een keer een reis maken: naar Zweden. Op kosten van de kruideniersbond reist hij naar Stockholm, waar hij ziet dat de kleine kruidenier ten dode opgeschreven is. Alles gaat naar grote supermarkten. Haijte Haijtema denkt dat dit komt door de Zweedse samenleving waar alle vrouwen buitenshuis werken. Wat dat betreft houdt hij vast aan het bestaande. De Nederlandse vrouw zal zich zo niet ontwikkelen. Die wil de boodschappen thuis bezorgd krijgen. Hij vergist zich. In de trein naar huis wordt hij niet lekker en hij krijgt een hartstilstand. Daarmee komt een einde aan het leven van de opa van de schrijver.
Dit verslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden