Roken

1 De geschiedenis De tabaksplant werd omstreeks 1500 met veel andere voorbeelden van de Indiaanse cultuur als nieuwe ontdekking meegenomen naar Europa. De tabak was eerst alleen bekend in Spanje. Met tabak werden verschillende dingen gedaan zoals: pijp roken, sigaren rollen, pruimen en snuiven. Dat kwam omdat iedereen het van andere indianenstammen leerden. En die deden er ook allemaal wat anders mee. Sigaretten roken deden de indianen niet, dat was een veel latere uitvinding. Tabaksblad gebruikten ze ook als geneesmiddel. De tabaksplant is een van de belangrijkste non-foodgewassen in de wereld. Volgroeide tabaksplanten kunnen 1 tot 3 meter hoog worden en tien tot twinfig grote bladeren kdjgen. Deze worden gedroogd, bewerkt en gebruikt om sigaretten, sigaren en pijpen pruimtabak van te maken.

2 Jean Nicot Jean Nicot stuurde in 1560 het 'geneeskrachtige wondermiddel tabak' naar de koningin Catharina Medici om haar van haar hoofdpijn af te helpen. Naar Jean Nicot is de tabaksplant nicotiana en later de nicotine vernoemd.

3 Walgelijk Heel lang geleden waren er ook al mensen die de tabak niet vertrouwden. Koning Jacobus 1 van Engeland heeft er in 1603 ongeveer dit over gezegd: 'tabak is een gruwel voor de ogen, een walging voor de neus, schadelijk voor het verstand en gevaarlijk voor de longen'. Hij wist dus toen al dat er iets fout was met de tabak want roken kwam van de Indianen, die niet in God geloven. Omdat de kerk belangrijk was, rookten velen niet. Deed je het wel, dan werd je van de van de kerk verbannen. In de Islam werd er soms gedreigd met lichamelijke verminking of de dood. Er werd veel gepruimd met pruimtabak, omdat het goedkoper is dan roken. Er kwam een belasting op verschillende luxe artikelen zoals bijvoorbeeld raambelasting en een belasting op snorren en baarden. De belasting op rookartikelen is er nog steeds. Deze heet 'accijns'. Driekwart van de prijs op een pakje sigaretten gaat nog steeds naar de staat. Roken was erg lastig. Je kon niet overal tabak kopen. Het duurde heel erg lang totdat er sigaretten waren. Ze zitten in een klein doosje om dus makkelijk mee te nemen. Een sigaret is beter geschikt om even tussendoor te roken. Waarschijnlijk zijn sigaretten uitgevonden door de soldaten omdat die een los papiertje met wat tabak ertussen rookte. Toen ook sigaretten met de machines konden gemaakt worden werd er steeds meer gerookt. Mensen die geen sigaretten konden betalen, konden nu ook gaan roken. In de eerste en Tweede Wereldoorlog werden er door soldaten sigaretten uitgedeeld. Toen maakten veel burgers kennis met de sigaret.

4 Zaken zijn zaken. Het is raar dat er nog steeds reclame mag gemaakt worden voor de tabak. Want we weten dat roken heel erg slecht is voor de gezondheid. Door de reclame lijkt het of er niks aan de hand is. Sinds een aantal jaren worden er tabaksmerken in Oost- Europa verkocht. Maar het gedrag kan ook beïnvloed worden. Door de reclame bijvoorbeeld. Haast elke dag kom je een reclame tegen voor de sigaret. Op de radio, in de bus, op de fiets, in tijdschriften, op straat, in de kranten en ga zo maar door. Reclame heeft maar een doel: dat je koopt en nog eens koopt. Niet zomaar een produkt, juist dat produkt. Als er reclame wordt gemaakt dan denken de mensen: “dat neem ik een keer mee omdat het toch in de reclame is”. Zo gaat dat met alle produkten.

5 Roken schaadt de gezondheid Als je rookt wordt je sneller ziek dan wanneer je niet rookt. Je hebt meer kans op longkanker of hartklachten. Maar niet alle rokers worden ziek. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontdekten artsen en professoren dat roken zo slecht was. Steeds meer mensen kregen toen longkanker en dodelijke ziektes. Door het onderzoeken ontdekten ze dat roken de schuld was van die dodelijke ziektes. En er rookten toen al heel veel mensen.

6 Kanker Tabak en rook bevatten 40 kankerverwekkende stoffen. Roken kan daardoor longkanker veroorzaken. Longkanker wordt meestal te laat ontdekt en dan gaan de meeste mensen dood. Sommige andere soorten kanker zijn ook de oorzaak van roken. Bijvoorbeeld kanker aan de keel en het strottenhoofd.

7 Andere ziektes van de longen Niet alleen kanker word veroorzaakt door roken maar ook andere ziektes zoals: bronchitis en longenemfyseem. Bij bronchitis worden door het vuile slijm de slijmklieren geprikkeld. Er komen steeds meer ontstekingen. Dat is dus bronchitis. Er komt dan steeds meer slijm en dat ook steeds taaier. Omdat het schoonmaaksysteem niet meer goed werkt, gaat alle teer met het slijm de longen in. Door dat slijm raken de luchtwegen verstopt dan gaat het ademhalen moeilijker. Ophoesten is dan nog de enige manier om het slijm kwijt te raken. Want dan kun je weer een beetje ademhalen. Dit soort hoesten noemen we roker' s hoesten. Dit is een hele zware en gevaarlijke hoest die nooit meer te genezen is. Die is niet te vergelijken met een hoestje als je verkouden bent. Als maar dat zware hoesten is niet goed voor je longblaasjes. Want die knappen dan net zo als te hard als dat je op een ballon blaast meer dan nodig en het ontploft dan. Als dat heel de tijd zo door gaat dan blijft er geen longblaasjes meer over. Eerst leken de longen op een fijne spons met hele kleine gaatjes. Maar die gaten worden steeds groter. En juist in de kleine longblaasjes waar de ingeademde zuurstof naar het bloed kwam. Hoe minder longblaasjes hoe slechter het met je gaat. Uiteindelijk krijg je te weinig zuurstof. En als het eenmaal zover is gekomen, heet dat longemfyseem. Van de kleinste inspanning krijg je het al benauwd. Net zo als longkanker zijn dat ook ziektes aan de longen en luchtwegen. Ongeveer 3/4 van de sterfte aan deze ziekte komt door roken..

8 Hart- en vaatziekten Roken is ook slecht voor hart- en bloedvaten. Van vet eten, veel drinken en weinig beweging kun je een hartaanval krijgen. Maar roken is het belangrijkste oorzaak. Nicotine en koolmonoxide uit sigarettenrook zijn de gevaarlijke stoffen. Door deze stoffen moet het hart veel te hard werken. Nicotine knijpt de kleine bloedvaten een beetje dicht. Het hart moet daardoor extra hard pompen. Er ontstaat een klont bloedplaatjes in het bloed, die een bloedvat kan verstoppen. Als dat in het hart gebeurd dan is er een hartstilstand (of hartinfarct). Het kan ook ergens anders komen bijvoorbeeld in de hersenen (infarct) of in de benen (trombose). Door het koolmonoxide kunnen de rode bloedlichaampjes minder zuurstof opnemen. Het hart moet weer harder werken om genoeg zuurstof naar de cellen te brengen. De bloedvaten worden ruw van binnen. Het vet uit het bloed blijft in de bloedvaten plakken waardoor ze nauwer worden. Het hart moet dus weer harder werken om het bloed er door heen te pompen.