Elektriciteit

Ik heb dit onderwerp gekozen, omdat we een hoofdstuk moesten kiezen uit het boek. Ik heb daar voor Elektriciteit gekozen, om er nog meer van af te weten, dan ik al wist.

Waar wordt elektriciteit voor gebruikt?

Elektriciteit wordt natuurlijk gebruikt in huizen zoals bij de afwas en bij het broodbakken en als je het licht aan wilt doen, eigenlijk heb je bijna overal in huis apparaten voor nodig. Ik neem een voorbeeld: je kamer, je komt je kamer binnen en je doet het licht aan, en je zet daarna de radio aan, en je mobiel moet opgeladen worden dus de het oplaad snoertje stop je in het stopcontact en je mobieltje sluit je aan,.

Maar niet alleen thuis gebruik je elektriciteit, je gebruikt het ook op school en op het werk en in de fabrieken en ook buiten. Eigenlijk is elektriciteit nu heel gewoon voor ons, want je gebruikt het zowat overal.

hoe krijgen we elektriciteit in huis:

De elektriciteit in je huis komt uit een elektriciteitcentrale. Daar maken de generatoren (dynamo’s) elektriciteit met een hoge spanning, de hoogspanning van de elektriciteitcentrale is 380 000 volt, en die hoge spanning is nodig omdat er spanningsverlies is in de kabels, via de hoogspanningkabels gaat de elektriciteit naar de steden en naar de dorpen.

Transformatoren kunnen de hoge spanning omzetten in lage spanning, in een transformatorhuisje wordt van 380 000 volt, 230 volt gemaakt. Vanuit de elektriciteitkabels gaat het naar je huis. De kabel komt daar in de meterkast en gaat naar de hoofdzekering. Die schakelt de stroom in je huis uit als er een grote storing komt. Van de hoofdzekering gaat de kabel naar de elektriciteitmeter.

Vanaf daar gaat de stroomkabel naar de aardlekschakelaar. De aardlekschakelaar zet de stroom uit als er een apparaat onder stroom staat. Vanaf daar gaat de stroom naar de groepenkast, en vanaf daar wordt het verdeeld in verschillende stroomkringen, zo’n stroomkring noem je een groep.

Hoe wordt het gemaakt:

Als je een zonnecel in de zon houdt, kun je er een elektromotortje mee laten draaien. Hoe meer licht, hoe sneller de motor draait. Met (zon)licht en een zonnecel kun je dus elektriciteit maken. Er is nog een manier. Als je een dynamo tegen je fietsband laat draaien, gaat het fietslampje branden. Hoe sneller je fietst, hoe feller het lampje brandt.

Op deze manier wordt een groot deel van de elektriciteit die je in huis gebruikt ook gemaakt. Grote dynamo's worden aan het draaien gebracht, dit geeft elektriciteit. Net als op de fiets. Maar er is een probleem: hoe krijg je die grote dynamo's aan het draaien? Daarvoor heb je ook weer energie nodig.

Dat gaat zo: met brandstoffen zoals olie of steenkool wordt water verhit tot er stoom af komt. Net zoals met een fluitketeltje water op het gas. Die stoom heeft ruimte nodig. De stoom gaat via een buis naar een turbine. Die werkt zoals een waterrad. Door de druk van de stoom gaat de turbine draaien. Hieraan zit een dynamo (generator) die meedraait. En zo wordt elektriciteit gemaakt.

Welke apparaten zijn er, en hoeveel stroom verbruiken die?

Apparaten die warmte opwekken, gebruiken meestal veel elektriciteit. Dat wordt gemeten als vermogen.

Voorbeelden zijn:

Wasmachine:                   3.500 W

Afwasmachine:                 3.500 W

Kookplaat:                       7.200 W

Licht en computers hebben een lager vermogen.

Voorbeelden zijn:

Computers:                        300 W

Stofzuiger:                          1.000 W

Televisie:                            150 W

Lamp:                                 80 W

Het opladen van een mobiele telefoon kost heel weinig vermogen, 3,5 Watt

Dus een wasmachine gebruikt net zoveel als 1000 telefoons die tegelijk worden opgeladen.

Wat kost het gebruik van elektriciteit?

Het energie bedrijf stuurt een rekening voor je elektriciteit verbruik. Dat is ook op de meter te zien. Het verbruik wordt gemeten in kWh dat betekent: Kilo Watt uren.

Als je bijvoorbeeld de wasmachine 2 uur aanzet, gebruik je 2 x 3.500 watt = 7.000 watt, en dat is dan weer 7 kWh.

Als je 100 uur een lap van 80 W laat branden, verbruik je 100 x 80 = 8000 W, en dat is dan weer 8 kWh.

Eén kWh kost ongeveer € 0,08

Dus: je wasmachine kost als je hem 2 uur aanzet, 7kWh * € 0,08 = €0,56

Per huis moet je ongeveer €84,-  per maand betalen aan elektriciteit.

Bronvermelding:

Ik heb de tekst uit het boek gehaald, want daar stond heel veel informatie in. Ook heb ik wel wat tekst van internet. De plaatjes heb ik van Google, en een paar van onze meterkast. Ik heb ook wat filmpjes bekeken voor meer informatie.

www.google.nl

www.schooltv.nl

www.wikibedia.nl