Het zwemmen, dat oudtijds zowel bij de Egyptenaren, de Grieken, de Romeinen als bij de Germanen een zekere verbreiding kende, is later ernstig in verval geraakt. Na de middeleeuwen trad langzaam verbetering op. In 1767 werd de Nederlandse Maatschappij tot Redding van Drenkelingen opgericht en in 1796 in Uppsala (Zweden) de eerste zwemvereniging ter wereld. Engeland was het eerste land waar men over een overdekt zwembad beschikte; het werd in 1843 in Liverpool geopend. De oudste zwemvereniging in Nederland is de Amsterdamse Zwemclub (1870). In 1888 werd de (later Koninklijke) Nederlandse Zwembond (KNZB) opgericht, die het periodiek De zwemkroniek uitgeeft.De crawlslag is de snelste zwemslag door de buitengewoon gestroomlijnde houding van de zwemmer. Er wordt zijdelings ademgehaald en het algehele ritme is belangrijk. Reddingszwemmers gebruiken een aangepaste crawlslag, waarbij het hoofd boven water blijft zodat zij beter kunnen zien. Wedstrijden bestaan uit korte sprints of gaan over lange afstanden.
De borstcrawl is de snelste slag en deze wordt dan ook meestal bedoeld als men spreekt over vrije slag. De armen worden een voor een doorgetrokken en over water naar voren gebracht. De ‘stuw’-arm wordt in het verlengde van de schouder ingezet, waarbij de elleboog hoger wordt gehouden dan de hand, die het eerst het water raakt. Op het moment dat de stuwarm aan de doorhaal is begonnen, wordt de andere arm uit het water gehaald en ontspannen naar voren gebracht. De armbewegingen volgen elkaar ononderbroken en gelijkmatig op. De benen bewegen zich licht gebogen onafhankelijk van elkaar in een op en neer gaande beweging. Een licht rollen van het lichaam is geoorloofd ter ondersteuning van de armdoorhaal en ter vergemakkelijking van de inademing, die geschiedt naar de zijde afgekeerd van de stuwarm. Het uitademen geschiedt onder water. De techniek werd in 1906 geïntroduceerd door C. Healy.
De rugslag of rugcrawl is als het ware een borstslag op de rug. De armen worden afwisselend over het water heen gebracht en door het water getrokken; de benen worden onder de waterspiegel snel op en neer bewogen. Deze techniek werd in 1934 vervolmaakt door A. Kiefer.
Bij de vlinderslag worden de armen licht gebogen naar achteren doorgehaald, ontspannen uit het water gehaald en over het water naar voren gebracht. De benen worden gelijktijdig op en neer bewogen. De beenstuwing geschiedt door een felle neerslag van de onderbenen ondersteund door de bovenbenen. Het toepassen van de beenslag zoals bij de schoolslag is eveneens toegestaan. Het inademen geschiedt aan het eind van de doorhaal van de armen. De vlinderslag werd in 1953 erkend als afzonderlijke techniek.
De schoolslag komt voor uit de kikkerbeenslag en is een redelijk natuurlijke slag voor recreatieve zwemmers. Wedstrijdorganisatoren hanteren strikte regels voor de schoolslag, waarbij strenge eisen worden gesteld aan de uitvoering van de beweging tijdens een wedstrijd. De schoolslag is de minst snelle wedstrijdslag.
Het Olympische Centrum Aquatics dat bij de Olympische Sporten van Athene Complex (OAKA) wordt gevestigd zal in Maroussi, het populaire Zwemmen, waterpolo, het gesynchroniseerde zwemmen en het duiken gebeurtenissen ontvangen. Het Centrum bestaat uit één openlucht zwembad voor de het zwemmen en waterpolo wedstrijden met een capaciteit van 11.000 zetels, twee openluchtpools, met een capaciteit van 5.000 zetels voor gesynchroniseerde zwemmende en één binnenpool van 6.500 zetels, waar waterpolo en het duiken zullen plaatsvinden. Het Secretariaat-generaal van Sporten (GSS) zal de vernieuwingen ondernemen. Het Olympische Aquatische Centrum zou klaar tegen eind 2003 moeten zijn.
Oorsprong
Ruim duizend jaar lang (van 776 v. Chr-393 n. Chr.) werden in Olympia in de landstreek Elis om de vier jaar wedstrijden gehouden, die zijn uitgegroeide to de bekendste sportgebeurtenis van de Oudheid. De oude Olympische Spelen hebben meer dan duizend jaar bestaan totdat de tot het Christelijk geloof bekeerde Romeinse keizer Theodosius ze als een 'heidense' instelling in 393 na Christus verbood. Het behalen van de eerste prijs was een geschenk van de goden. De Spelen waren voor de Grieken zeer belangrijk. Niets en niemand mocht het doorgaan ervan in de weg staan. Terwijl de moderne Olympische Spelen al drie maal - in 1916, 1940 en 1944 - wegens oorlog werden afgelast, zette men in de Griekse oudheid ten tijde van de Spelen juist de oorlogen stop. De deelnemers en toeschouwers moesten immers veilig de vaak maanden durende heen- en terugreis kunnen volbrengen.
De Marathon:
Een Griekse soldaat liep van Marathon naar Athene in het jaar 490 . Chr. om het nieuws te brengen van de Griekse militaire overwinning op de Perziërs. De afstand Marathon - Athene is in werkelijkheid minder dan 40 kilometer. De afstand van de moderne marathon is in 1908 vastgesteld tijdens de Olympische Spelen in Londen. Het is de afstand van Windsor Castle naar White City Stadion in West Londen: 42 km en 195 meter.
Het oprichten van Fédération Internationale DE Natation (FINA) in 1908 was een pragmatische reactie op een verhoging van internationale sportieve gebeurtenissen, die door de Olympische Spelen worden bekroond. Bij eerste moderne Olympisch in 1896, werden drie het zwemmen wedstrijden gehouden. Nochtans, reglementeerden geen universeel toegelaten regels, verordeningen of definities de het zwemmen gebeurtenissen. De Olympische competities van Spelen voorafgaand aan FINA hadden een verscheidenheid van ongebruikelijke gebeurtenissen zoals het onderwater zwemmen (1900) omvat, 200m hindernis (1900) zwemmen en duik die voor afstand (1904). Voorafgaand aan Olympisch van Londen, waar een 100m pool werd gebruikt, de oceaan (1896), de Zegen van de Rivier (1900), en een klein meer in St.Louis, waren de V.S. (1904), gebruikt als Olympische plaatsen. Om de regels te verenigen en een forum voor internationale vergaderingen tot stand te brengen, kwamen de leiders van de acht aanwezige landen (Duitsland, België, Denemarken, Finland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Hongarije en Zweden) op 19 juli 1908 bij het Hotel van Manchester, Londen, ter gelegenheid van de Spelen van de IV Olympiade samen, en losten op om een zwemmende vereniging wereldwijd te vormen. Prioritaire besluiten of de doelstellingen waren duidelijk: om de regels om te zwemmen, te duiken en waterpolo te standaardiseren; om controle van wereldverslagen te verkrijgen en een bijgewerkte lijst van deze verslagen te handhaven; en tenslotte, om de richting van de Olympische competities van Spelen voor het zwemmen, het duiken en waterpolo te verzekeren. De opmerkelijke verwezenlijkingen in de laatste 40 jaar hebben de introductie van de Kampioenschappen van de Wereld (1973), de eerste Koppen van de Wereld (1979), het Olympische debuut van het gesynchroniseerde zwemmen (1984), de het Zwemmen van de Wereld van de Korte Cursus Kampioenschappen (1993), de het Duiken Grand Prix (1994), vooruitgang in het gebruik van technologie, specifiek van elektronisch timingsmateriaal omvat; en de snelle ontwikkeling van het het zwemmen programma om nieuwe gebeurtenissen zoals Meesters en Open Water zwemmen te omvatten.
De wedstrijdaccommodatie:
Het Olympische Centrum Aquatics dat bij de Olympische Sporten van Athene Complex (OAKA) wordt gevestigd zal in Maroussi, het populaire Zwemmen, waterpolo, het gesynchroniseerde zwemmen en het duiken gebeurtenissen ontvangen. Het Centrum bestaat uit één openlucht zwembad voor de het zwemmen en waterpolo wedstrijden met een capaciteit van 11.000 zetels, twee openluchtpools, met een capaciteit van 5.000 zetels voor gesynchroniseerde zwemmende en één binnenpool van 6.500 zetels, waar waterpolo en het duiken zullen plaatsvinden. Het Secretariaat-generaal van Sporten (GSS) zal de vernieuwingen ondernemen. Het Olympische Aquatische Centrum zou klaar tegen eind 2003 moeten zijn.
De meeste Olympische wedstrijdlocaties bevinden zich in Athene en de omringende regio Attica. Alleen de voetbalcompetitie vindt ver van de Griekse hoofdstad plaats, want er wordt gespeeld in Volos, Heraklion, Thessaloniki en Patras. In Athene zijn er drie grotere Olympische complexen: het Athens Olympic Sports Complex (OAKA), het Faliron Coastal Zone Olympic Complex (Faliron) en het Hellinikon Olympic Complex (Hellinikon). Het Olympisch Watersport Centrum is onderdeel van het Athens Olympic Sports Complex (OAKA) in Marousi, een voorstad in het noorden van Athene. Tijdens de Spelen vinden in het watersportcentrum het Olympische zwemmen, waterpolo, schoonspringen en synchroon zwemmen plaats. Het centrum bestaat al, maar wordt grondig gerenoveerd. Eind 2003 moet de renovatie zijn afgerond.
De zwem- en waterpolowedstrijden vinden plaats in een buitenbad met een capaciteit voor 11.000 toeschouwers. Voor het synchroonzwemmen zijn er twee buitenbaden, waarvan één met 5.000 stoelen voor publiek. Een binnenbad met 6.500 tribuneplaatsen is bestemd voor schoonspringen en waterpolowedstrijden.
De vlag en het vuur
De Olympische vlam is het meest bekende symbool van de Olympische spelen. De vlam staat voor het streven naar perfectie, de strijd voor overwinning, vrede en vriendschap. Tijdens de oude Olympische spelen, in Olympia, brandde een heilige vlam continu op het altaar van de Godin Hera. Op de moderne Olympische spelen verscheen de Olympische vlam voor het eerst op In Athene brand zogenaamd het Olympische vuur het vuur elke dag.
Op het moment dat de spelen worden gehouden in een land halen ze zogenaamd het vuur op in Athene.
De fakkel wordt dat aangestoken door het vuur in Athene via een estafetteloop word de fakkel naar het land toe gebracht waar de spelen dan gehouden worden.
In het stadion waar de spelen dan gehouden worden, staat een schaal die met de fakkel word aangestoken.
Deze schaal met vuur blijft branden van de eerste dag tot de laatste dag dat de spelen gehouden worden.
De fakkel voor Athene 2004 werd op 15 januari 2003 gepresenteerd in aanwezigheid van IOC-voorzitter Jacques Rogge. Het object weegt 700 gram en bestaat uit metaal en hout van een olijfboom, waarvan de twijgen symbool staan voor vrede. Op 18 januari 2004, wordt
de fakkel aangestoken. Daarna wordt het vuur doorgegeven over de vijf continenten tot op
13 augustus de openingsceremonie van de Spelen begint. De toorts heeft de vorm van een olijvenblad, de twijgen komen terug in het logo van de Spelen van Athene. In de eerste edities van de Olympische Spelen kregen winnaars nog een krans van olijfbomentwijgen en -bladeren omgehangen. "De olijfboom is Olympisch en ook typisch Grieks'', aldus de ontwerper van de fakkel, Andreas Varotsos. Het Olympische symbool zijn 5 ringen verbonden met 3 ringen boven en 2 ringen onder. Elke ring heeft een andere kleur: blauw, zwart, rood, geel en groen. Pierre de Coubertin ontwierp dit logo in 1913. De vijf ringen stellen de vijf werelddelen voor: Blauw = Europa
Geel =Azie
Zwart = Afrika
Groen = Australië Rood = Amerika
De kleuren hebben geen verbondenheid met een specifiek werelddeel, zoals zwart voor Afrika en geel voor Azië. Ze zijn gekozen met de gedachte dat in elk geval een van deze kleuren is terug te vinden in de vlaggen van alle landen. De in elkaar grijpende ringen, zitten zo in elkaar, dat als je aan de blauwe en de rode trekt er een ketting ontstaat. Europa en Amerika steunen als rijke landen de arme landen. Het teken zit wel ingewikkeld in elkaar. Het kan in het echt wel gemaakt worden maar dan moet de ring open zijn geweest. De Olympische Zomerspelen: Athene 1896
Parijs 1900
St. Louis 1904
Londen 1908
Stockholm 1912
Antwerpen 1920
Parijs 1924
Amsterdam 1928
Los Angeles 1932
Berlijn 1936
Londen 1948
Helsinki 1952
Melbourne 1956
Rome 1960
Tokio 1964
Mexico-Stad 1968
Munchen 1972
Montreal 1976
Moskou 1980
Los Angeles 1984
Seoul 1988
Barcelona 1992
Atlanta 1996
Sydney 2000 Olympische Winter Spelen: Chamonix 1924
Garmisch-Partenkirchen 1940
St. Moritz 1928
Lake Placid 1932
Garmich-Partenkirchen 1936
Cortina d'ampezzo 1944
St. Moritz 1948
Oslo 1952
Cortina d’ ampezzo 1956
Squaw Valley 1960
Innsbruck 1964
Grenoble 1968
Sapporo 1972
Innsbruck 1976
Lake Placid 1980
Sarajevo 1984
Calgary 1988
Albertville 1992
Lillehammer 1994
Nagano 1998
de fakkel aangestoken. Daarna wordt het vuur doorgegeven over de vijf continenten tot op
13 augustus de openingsceremonie van de Spelen begint. De toorts heeft de vorm van een olijvenblad, de twijgen komen terug in het logo van de Spelen van Athene. In de eerste edities van de Olympische Spelen kregen winnaars nog een krans van olijfbomentwijgen en -bladeren omgehangen. "De olijfboom is Olympisch en ook typisch Grieks'', aldus de ontwerper van de fakkel, Andreas Varotsos. Het Olympische symbool zijn 5 ringen verbonden met 3 ringen boven en 2 ringen onder. Elke ring heeft een andere kleur: blauw, zwart, rood, geel en groen. Pierre de Coubertin ontwierp dit logo in 1913. De vijf ringen stellen de vijf werelddelen voor: Blauw = Europa
Geel =Azie
Groen = Australië Rood = Amerika
De kleuren hebben geen verbondenheid met een specifiek werelddeel, zoals zwart voor Afrika en geel voor Azië. Ze zijn gekozen met de gedachte dat in elk geval een van deze kleuren is terug te vinden in de vlaggen van alle landen. De in elkaar grijpende ringen, zitten zo in elkaar, dat als je aan de blauwe en de rode trekt er een ketting ontstaat. Europa en Amerika steunen als rijke landen de arme landen. Het teken zit wel ingewikkeld in elkaar. Het kan in het echt wel gemaakt worden maar dan moet de ring open zijn geweest. De Olympische Zomerspelen: Athene 1896
Parijs 1900
St. Louis 1904
Londen 1908
Stockholm 1912
Antwerpen 1920
Parijs 1924
Amsterdam 1928
Los Angeles 1932
Berlijn 1936
Londen 1948
Helsinki 1952
Melbourne 1956
Rome 1960
Tokio 1964
Mexico-Stad 1968
Munchen 1972
Montreal 1976
Moskou 1980
Los Angeles 1984
Seoul 1988
Barcelona 1992
Atlanta 1996
Sydney 2000 Olympische Winter Spelen: Chamonix 1924
Garmisch-Partenkirchen 1940
St. Moritz 1928
Lake Placid 1932
Garmich-Partenkirchen 1936
Cortina d'ampezzo 1944
St. Moritz 1948
Cortina d’ ampezzo 1956
Squaw Valley 1960
Innsbruck 1964
Grenoble 1968
Sapporo 1972
Innsbruck 1976
Lake Placid 1980
Sarajevo 1984
Calgary 1988
Albertville 1992
Lillehammer 1994
Nagano 1998
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden