Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Hoofdstuk 5

Beoordeling 4.5
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 3e klas havo | 1523 woorden
  • 8 mei 2006
  • 42 keer beoordeeld
Cijfer 4.5
42 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Bijziendheid Bij bijziendheid laat het oog voorwerpen dichtbij scherper zien dan die in de verte. Het scherpe beeld van objecten verder weg komt niet op, maar voor het netvlies tot stand. Eigenlijk is het oog te lang en/of de lens te sterk. Wie bijziend is, knijpt de oogleden dicht om veraf beter te kunnen zien. Men gaat dicht bij de tv zitten. Ook kost het moeite om voorstellingen of sportwedstrijden te volgen en om tijdig verkeersborden te herkennen. Kinderen gaan op school vóór in de klas zitten om het bord scherper te zien. Bijziendheid is over het algemeen geen aangeboren afwijking, maar openbaart zich meestal wel al voor het 25ste levensjaar, vooral in de groeiperiode. Op school wordt het vaak voor het eerst ontdekt door minder goede leerresultaten. Negatieve brilleglazen of contactlenzen verleggen het beeld naar achter, zodat op het netvlies weer een scherp beeld ontstaat. Verziendheid Wie verziend is, kan in de verte beter zien dan dichtbij. Het scherpe beeld van voorwerpen komt niet op, maar achter het netvlies tot stand, omdat de ooglens niet sterk genoeg is. Men kan ook zeggen dat het oog te weinig sterkte heeft en/of te kort gebouwd is. Verziendheid kan men met extra inspanning van de accommodatiespier van het oog proberen te compenseren. Het gevolg is vermoeidheid, een gespannen gevoel en branderige ogen. Lezen kan hoofdpijn opleveren en daarom leest men liever niet of houdt men het leesvoorwerp verder dan normaal van zich af. Verziendheid kan een aangeboren afwijking zijn. Het kan zich ook later ontwikkelen. Door positieve brilleglazen of contactlenzen worden de lichtstralen sterker gebroken en valt het beeld weer op het netvlies.
Oudheid Iedereen tussen de veertig en vijftig jaar krijgt moeite met lezen. De krant moet steeds
verder van de ogen vandaan worden gehouden om de kleine letters nog te kunnen lezen. De armen lijken te kort. Er is sprake van leeftijdsver-ziendheid. De ooglens heeft het vermogen verloren om zich voldoende bol te kunnen maken om voorwerpen dichtbij scherp op het netvlies af te beelden. Het accommodatievermogen van de lens is teveel afgenomen. Het accommodatievermogen blijft tot een jaar of 60 zakken. Het is geen oogziekte, maar het gevolg van het normale verouderingsproces. Met behulp van een bril met plussterkte kan het probleem voor een deel worden verholpen. Astigmatisme Een oog met deze afwijking, oftewel een astigmatisch oog, geeft meestal een vertekend beeld van de werkelijkheid. Zowel dichtbij als veraf kunnen de beelden vervormd of wazig zijn. De spaken van bijvoorbeeld een fietswiel ziet men niet allemaal even scherp. Het oog mist duidelijk een 'brandpunt'. Astigmatisme betekent: niet-puntvormig in afbeelding. Omdat men dikwijls aan astigmatisme gewend is, zal men de vertekende werkelijkheid soms als normaal ervaren. Een wazig beeld, hoofdpijn, of pijn in de ogen zijn aanwijzingen in deze richting. De afwijking ontstaat als de doorzichtige voorkant van het oog, het hoornvlies, Ûf de ooglens geen zuivere bolvorm meer heeft. De fout kan ook in beide het geval zijn. Populair en overdreven gezegd is het oog dan geen ronde voetbal meer, maar een ovale rugbybal. Brillenglazen met een zogenaamde cylinder of contactlenzen kunnen astigmatisme corrigeren. Zo heeft een cylindrisch geslepen brillenglas in 2 loodrecht op elkaar staande richtingen juist verschillende sterktes. Astigmatisme kan zowel in combinatie met bijziendheid als met verziendheid voorkomen. Illusies Optische illusies zijn beelden die òf je ogen òf je hersenen een beetje voor de gek houden. In sommige gevallen kunnen je ogen de beelden niet goed doorgeven naar je hersenen. En soms weten je hersenen niet hoe ze een plaatje moeten zien en raken dan in de war. Ze zorgen voor gezichtsbedrog. Kijk maar eens naar de afbeelding van de olifant, kun jij zien hoeveel poten hij heeft? Doordat de poten zo getekend zijn lijkt het net of de olifant 7 poten heeft. Optische illusies ontstaan ergens in ons visuele systeem. Ons visuele systeem bestaat uit je ogen, je oogzenuwen en je hersenen. Wat je ogen opnemen gaat naar naar de hersenen via de oogzenuwen. Om echt te kunnen zien heb je al die drie dingen nodig. Maar je hersenen bepalen het uiteindelijke beeld van wat je ziet. Onze ogen werken vrij ingewikkeld. We hebben twee ogen en daardoor kunnen we diepte zien. Met 1 oog is het niet mogelijk om diepte te zien. Een fotocamera, bijvoorbeeld, heeft maar 1 oog, de lens, en daardoor valt de diepte vaak weg. Kijk maar eens of je een foto kunt vinden van bijvoorbeeld een diep ravijn en heuvellandschap. De diepte zie je er niet op terug. Ook als je goede ogen hebt, zie je eigenlijk veel minder dan je denkt. Toch denk je, als je bijvoorbeeld over straat loopt, dat je alles scherp ziet. Dat komt omdat onze ogen heel snel allemaal kleine scherpe plaatjes scannen. En je hersenen maken daar vliegensvlug één scherp plaatje van. Onze wereld is 3-dimensionaal. We zien hoe breed en hoe dik voorwerpen zijn, hoe hoog en hoe ver weg. Dat beeld, van hoe de wereld eruit ziet, wordt gevormd in ons hoofd. En daar is heel wat voor nodig. Er is namelijk een probleem: Onze ogen kunnen alleen maar 2-dimensionale beelden vormen. Dat zijn platte plaatjes van wat we zien, net als foto's. Maar we hebben in ons hoofd 3-dimensionale beelden nodig, met diepte. Anders weet je bijvoorbeeld niet hoe ver je met je hand van je kopje af bent. Of waar een auto staat en hoe snel hij dichterbij komt. In je hoofd moeten die platte beelden dus weer omgezet worden in 3-dimensionele beelden. Dat gebeurt in je hersenen en daar gebruiken we allerlei foefjes bij. Door naar schuine lijnen te kijken, kan je bijvoorbeeld zien hoe diep iets is, of hoe ver weg. Maar ook licht en schaduw zeggen veel over hoe een voorwerp eruit ziet. Sommige optische illusies ontstaan door dat onze hersenen deze foefjes verkeerd gebruiken. In het omzetten van het platte beeld naar het 3-dimensionale beeld gaat er dan iets verkeerd. Ook licht en schaduw vertellen onze hersenen veel over hoe een figuur eruit ziet. Bedenk in de onderstaande figuren eens waar het gat zit en waar de bolling. Dat komt omdat je onbewust bedenkt waar het licht vandaan komt. Stel bijvoorbeeld dat de linker avocado hol is, dan komt het licht dus van boven. En als je bedacht hebt dat het licht van boven komt en je kijkt naar de rechter avocado, moet deze wel bol zijn, omdat schaduw aan de onderkant zit. Vissenogen en Vliegenogen Het oog van een vlieg bestaat uit duizenden kleine ogen. Daardoor ziet de vlieg de omgeving als een grootte mozaïek. Elk oogje is daar een deel van. Het beeld van een vlieg is verschillend. Hoe meer ogen hoe scherper het beeld. Tussen de ogen staan voelsprieten. Onder de ogen staat de snuit. De snuit is eigenlijk een uitgegroeide onderlip,die de vorm heeft van een gootje. De huisvlieg heeft in elk oog zo'n 3200 kleine ogen. daarom kunnen insecten sneller zien dan wij. Zij zien alles in een tekenfilm, wij zien alles in bewegend beeld. Vissen kunnen geen diepte zien met hun ogen die beide een andere kant opkijken. Hoe voorkomen ze dan toch telkens weer een botsing met de wand van mijn aquarium? Vissenogen wijken af van de ogen van de op het land woonende wezens. Water heeft een andere brekingsindex dan lucht. De brekingsindex van een vissenoog moet duidelijk afwijken van water, anders is er geen lens-effect. Een vissenoog is daarom optisch aanzienlijk dichter dan een mensenoog. Het scherpstelmechanisme is daarom ook anders. De vissenlens beweegt naar voren en achter, maar kan niet van vorm veranderen.’ Dat scherpstellen is een manier om de afstand te meten. Maar belangrijker zijn de druksensoren die een vis heeft, aldus De Jager. ‘Een vis heeft voelharen ingebouwd in de huid. Door drukveranderingen buigen de voelharen, en dat geeft een signaal naar de hersenen. Op die manier kan een vis de reflecties van zijn eigen boeggolven meten. Doordat er verschillende sensoren zijn, is die waarneming ook richtinggevoelig. Het beestje voelt de wand van de vissenkom dus voordat het er tegenaan zwemt. Sommige vissoorten kunnen met alleen de druksensoren een prooi vangen in volkomen duister. Fotograferen: wat is een spiegelreflexcamara en wat is een diafragma? Een spiegelreflexcamera bestaat uit: · Lens · Body

In de lens zit een diafragma, het diafragma bepaalt de hoeveelheid licht die op de film komt. Ook zitten er in de lens een aantal lenzen. Al die lenzen zorgen ervoor dat alle lichtstralen worden omgebogen naar hetzelfde brandpunt, anders krijg je nooit een scherp beeld. Je moet door middel van het draaien aan de lens een scherp beeld krijgen. In de body zit een spiegel, vandaar de naam spiegelreflexcamera. Die reflecteert het licht naar boven, en daar komt het licht bij een prisma en daarom kan je het beeld door je venster zien. Het diafragma is een onderdeel van een fototoestel, waarmee de hoeveelheid licht die op de film valt, geregeld kan worden. Dit kunt je zefl met de hand instellen. Hiermee kan je voorkomen, dat de film overbelicht wordt bij erg helder en zonnig weer. Met een aparte instelring kun je het diafragma regelen. Een diafragma zit niet alleen in fototoestellen maar ook telescopen, en microscopen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.