De vrouw in het christendom

Beoordeling 6
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 4e klas havo | 1017 woorden
  • 23 februari 2008
  • 99 keer beoordeeld
Cijfer 6
99 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
De vrouw in het christendom
In het christendom volgt men de ideeën van Bijbel. Hier staan veel teksten en stukken in die nadelig zijn voor vrouwen. Er staat dat de vrouw moet zwijgen, dat de vrouw slecht is en meer van dat soort dwaze uitspraken. Veel christen denken dus dat vrouwen geen priester mogen worden. In de Oudheid, de Middeleeuwen en lang daarna werd de vrouw aangezien als een minderwaardig, vrij lichtzinnig wezen, dat volledig ondergeschikt moest blijven aan de man.

Vergelijkt u de positie van de vrouw binnen de Islam, het Boeddhisme, het Hindoeïsme maar eens met die binnen het christendom. Ook in de atheïstische, goddeloze wereld wordt de gelijkwaardige positie van de vrouw ontkend en vervalt ze tot een lustobject voor mannen en krijgt ze van de maatschappij geen enkele ruimte om aan haar diepste verlangens (moederschap, vrouw zijn) tegemoet te komen. Paulus was met zijn uitspraak in Galaten 3:27,28 heel revolutionair: "Want gij allen, die in Christus gedoopt zijt, hebt u met Christus bekleed. Hierbij is geen sprake van Jood en Griek, van slaaf of vrije, van mannelijk en vrouwelijk; gij allen zijt immers één in Christus".


Vrouwen en rechten
Vroeger en nu

De belangrijkste oorzaak van het geweld tegen vrouwen is de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen. Vrouwen worden vaak gezien als tweederangsburgers, en daardoor wordt het geweld tegen hen niet altijd onderzocht en berecht.
Dat is niks nieuws. Vrouwen zijn vrijwel altijd en overal ondergeschikt geweest aan mannen. Er zijn in de loop van de geschiedenis wel machtige en beroemde vrouwen geweest, maar niet zo veel. Cleopatra moest volgens de wet toch altijd overleggen met een man, al was het maar haar jongere broertje of haar zoon. Jeanne d’Arc hielp de Fransen in de oorlog tegen de Engelsen, maar eindigde op de brandstapel omdat ze mannenkleren droeg.
Er zijn ook uitzonderingen. In Babylonië en Egypte waren vrouwen onafhankelijk en hadden ze recht op bezit. In sommige landen hebben vrouwen nog altijd geen recht op eigendom.

De Griekse denkers Plato (427-347 v Chr). en Aristoteles (384-322 v.Chr.) stelden vast dat vrouwen van nature minder waren dan mannen. Volgens Plato waren mannen door god geschapen. Een goed leven van een man werd beloond: zijn ziel keerde terug naar de sterren. Een man die slecht leefde, reïncarneerde als vrouw. Ook Aristoteles had het niet zo op vrouwen. Zij waren minder intelligent en dienden door mannen geleid te worden. Volgens hem was de man bij de voortplanting belangrijker en van grotere invloed dan de vrouw. Zij leveren het zaad, de vrouwen zijn ‘slechts’ de akker waar in dat zaad kan groeien. Dat idee hield lange tijd stand, eeuwenlang dachten wetenschappers dat mannen het grootste aandeel hadden in de voortplanting. Pas in 1875 ontdekte een Duitse wetenschapper dat een embryo een voortkomt uit een eicel èn een zaadcel.
Niet alle Grieken beschouwden vrouwen als minderwaardige wezens. In het gebied rond de stad Sparta waren vrouwen vrijwel gelijk aan mannen. In Athene beschouwden de mannen vrouwen vooral als huishoudsters.
Ook in Rome hadden vrouwen weinig te vertellen. Ze mochten geen openbaar ambt bekleden, konden geen contract sluiten en moesten volledig gehoorzaam zijn aan hun vaders, broers en echtgenoten. Dat kwam niet omdat zij fysiek zwakker waren, maar omdat ze volgens de Romeinen te dom waren om logisch te redeneren of verstandige beslissingen te nemen.

Het christendom bracht voor vrouwen weinig verbetering. Mannen waren geschapen naar god, vrouwen waren een soort mislukte mannen. En dus ondergeschikt aan de man. Vrouwen waren volgens de kerk ongeschikt om leiding te geven of om les te geven. In oudere godsdiensten kwamen wel vrouwelijke priesters voor, maar in het christendom was dat niet mogelijk. Vrouwelijke priesters werden als heidens beschouwd.
Nog altijd zijn in de Rooms Katholieke kerk vrouwen uitgesloten van belangrijke functies. Dat geldt ook voor de islam. Binnen de protestantse kerk, het hindoeïsme en het joodse geloof is meer plaats voor vrouwen, zij kunnen dominee, priester of rabbijn worden.


Pas aan het eind van de achttiende eeuw, na de Franse revolutie, gingen mensen weer eens nadenken over de rechten van vrouwen. Het leverde niet onmiddellijk wat op. Ook belangrijke vrouwen vonden de strijd voor gelijke rechten voor vrouwen maar onzin. De Britse koningin Victoria zei ooit dat ze veel waardering had voor degenen die zich inzetten om de strijd voor de rechten van de vrouw aan banden te leggen. En de Nederlandse koningin Wilhelmina was erg tevreden toen de (mannelijke) Tweede Kamer de vrouwenbeweging afkeurde.
Het algemeen kiesrecht (voor mannen en vrouwen dus) werd voor het eerst ingevoerd in de Verenigde Staten, in de staat Wyoming. Dat was in 1869. In Nederland kregen de mannen kiesrecht in 1917, de vrouwen twee jaar later. In Zwitserland kregen de vrouwen in het kanton Appenzell pas stemrecht in 1991. In Koeweit, Oman en het Vaticaan hebben vrouwen nog altijd geen kiesrecht.

Vrouwenrechten: het gaat vooruit
Toch is de gelijkheid van mannen en vrouwen op veel plaatsen steeds beter geregeld. En niet alleen in West-Europa. In West-Sumatra in Indonesië wonen de Minangkabau. Dit volk heeft een matriarchale samenleving, dat wil zeggen dat vrouwen er een invloedrijke positie hebben. Bij de Minangkabau wordt de familienaam bijvoorbeeld aan de kinderen doorgegeven via de moeder, en niet via de vader. Ook blijft het huis van de voorouders bezit van de vrouw. Door het matriarchale systeem spelen vrouwen van de Minangkabau een belangrijke rol bij het leiderschap, en het nemen van beslissingen.
Ook in een land als Turkije zijn de vrouwen op sommige gebieden verder dan in bijvoorbeeld Nederland. Twintig procent van de hoogleraren aan de universiteit is daar vrouw. In Nederland is dat maar zeven procent, dat is het laagste percentage ter wereld.
Binnen het internationaal recht is de positie van de vrouw steeds beter geregeld. In 1949 en 1966 aanvaarden de Verenigde Naties twee verdragen waarin afspraken gemaakt werden over bepaalde rechten van vrouwen. Vrouwenhandel werd toen bijvoorbeeld verboden. In 1979 kwam het VN-vrouwenverdrag tot stand. Hierin staan bijvoorbeeld afspraken over de gelijke rechten van vrouwen, en over maatregelen die landen moeten nemen om de positie van vrouwen te verbeteren. Het VN-vrouwenverdrag is door 90% van de lidstaten van de Verenigde Naties aangenomen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.