Socrates

Beoordeling 5.2
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 1006 woorden
  • 28 januari 2005
  • 9 keer beoordeeld
Cijfer 5.2
9 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
S O C R A T E S Socrates, een man, filosoof, voornamelijk bekend uit de verhalen van Plato, heeft een aantal , inmiddels bekende, theorieën geuit, die nu door vele filosofen gebezigd worden. Zo zou hij vinden dat niemand iets weet, en dat je niet iets geleerd kan worden, maar dat de kennis hooguit uit je naar boven kan worden gehaald. Socrates was verder een man voor de democratie, en was tegen onder anderen de doodstraf. Deze normen en waarden vinden wij natuurlijk nu heel gewoon, maar in die tijd werden die veel minder gepredikt dan tegenwoordig. Deze standpunten hebben hem waarschijnlijk onder anderen een vroegtijdige dood bezorgd. Zoals we allemaal wel weten is Socrates in het jaar 399 voor Christus gestorven, ten gevolge van het drinken van de gifbeker. In het proces dat leidde tot zijn dood, heeft Socrates ruimschoots de mogelijkheid gehad om aan deze vroegtijdige dood te ontkomen, maar ondanks aandringen door familie en vrienden, bleef hij kiezen voor de dood. Wanneer hij namelijk was gevlucht of had gepleit voor verbanning, dan was er wel een grote kans geweest dat hij niet dood zou gaan, maar hij zou dan indirect toegeven dat hij schuldig was aan de beschuldigingen die hem ten laste werden gelegd, en dat wou hij ten allen tijde voorkomen. Hem was namelijk ten laste gelegd dat hij de jeugd van de Atheense democratie bedierf, en dat hij de staatsgoden niet vereerde, en dat viel niet goed in de aarde bij het Atheense volk. Socrates moest zich verdedigen tegenover een jury van vijfhonderd man, maar daar slaagde hij echter niet in. Hij meldde ze dat ze hem dankbaar moesten zijn voor wat hij de stad Athene allemaal voor wijsheid gebracht had, en dat hij geen enkele straf verdiende. In een later stadium was hij wel bereid om een symbolisch bedrag aan boete te betalen, maar daar werd uiteraard vol afwijzing op gereageerd. Hij mocht namelijk zelf een straf voorstellen die hem passend leek, maar hij deed dit in ieder geval zodanig, dat het duidelijk geen serieuze poging was om zijn hachje te redden, omdat hij dan als het ware schuld zou bekennen. Hem werd door zijn vrienden ook nog aangeboden om hem te bevrijden, ze hadden de bewaker reeds omgekocht, maar ook daar kon hij niet mee instemmen, aangezien hij ook dan zijn schuld zou erkennen, wat hij geenszins van plan was. Hij had dus minimaal twee keer de mogelijkheid om zijn leven te redden, maat tor twee keer toe heeft hij daar geen gebruik van gemaakt. Om deze voor ons vreemde gedragingen te verklaren, moet onder anderen bedacht worden dat Socrates reeds zeventig was, in die tijd was dat zeker een zeer hoge en respectabele leeftijd. Dit betekent natuurlijk dat hij waarschijnlijk niet in een al te beste staat van dienst meer verkeerde, zodat het voor hem niet zo heel veel zin meer had om te blijven leven. Het was namelijk niet erg waarschijnlijk dat hij nog lang te leven had. Dit is natuurlijk nog geen verklaring op zich , aangezien hij best nog wel een tijdje had kunnen genieten van het leven, ook al was het nog maar een paar maanden, of misschien nog wel veel korter, of langer. Maar het heeft wel mede bepaald dat het minder moeilijk voor hem was om afscheid van het leven te nemen, aangezien hij alles wel meegemaakt had, en niet zo nodig meer “nog een aantal jaren moest.” Ook het feit dat hij nog nooit buiten Athene was geweest, met uitzondering van de Poleponnesische oorlog, toen hij ongeveer een jaar of veertig was, toen hij moest vechten als hopliet, zal ongetwijfeld hebben meegespeeld aangezien het dus waarschijnlijk is dat hij ondertussen een (misschien milde) vorm van xenofobie had ontwikkeld (“velden en bomen leren mij niets, maar de mensen in een stad wel”), waardoor hij het niet zag zitten om in ballingschap te gaan in een plaats buiten Athene, waar hij waarschijnlijk niemand kende, met allemaal vreemdelingen, en waar hij niet een zo vooraanstaande positie zou bekleden als hij gewend was. Hij was in Athene toch gerespecteerd onder een groot aantal burgers, en had onder deze ook een aantal leerlingen. Wanneer hij buiten de polis zou moeten gaan wonen, zou hij het gezelschap moeten missen van dezen, en zou hij waarschijnlijk ook de vele discussies die hij in Athene aan heeft kunnen gaan, moeten ontberen in de nieuwe stad waar hij dan zou gaan wonen. Hij zou het leven in Athene zodanig kunnen gaan missen, dat hij niet lang meer te leven zou hebben, of, indien dat wonder boven wonder wel het geval zou zijn, zou hij het leven onwaardig hebben gevonden, en zou hij de vernedering dus voor niets hebben ondergaan. Verder is het ook nog zo dat Socrates zich natuurlijk helemaal fantastisch vond. Dit blijkt ook wel uit zijn gesprekken die door Plato zijn opgetekend, want daar heeft hij, mijns inziens, altijd een air om zich heen hangen, van een man die gelijk wil hebben, anderen minderwaardig vindt, aangezien zij zijn denkbeelden niet meteen inzien. Dit is duidelijk te zien bij het gesprek tussen Socrates en de slaaf van Menoon. Officieel is het de bedoeling om aan te tonen dat de slaaf de stelling van Pythagoras kent, hoewel hij zich daar niet bewust van is. Dit aannemende is het al snel duidelijk dat Socrates het waarschijnlijk ook belangrijk vond om herinnerd te worden als een standvastig man, een man van principes, en bovenal ook een geniaal man. Hij moet zich er namelijk van bewust zijn geweest dat Plato alles opschreef wat hij zei, en bestaat de mogelijkheid dat Socrates om zijn nagedachtenis een vroegtijdige door heeft gekozen. Socrates had dus weinig vooruitzichten, en kon met zijn dood een goede nagedachtenis regelen. Ook maakte hij, als een koppig kind, op deze manier duidelijk aan heel Athene dat hij het duidelijk niet eens was met het huidige beleid, en dat hij tevens tegen de doodstraf was. Het was, alles bijeengenomen, niet meer dan logisch dat hij koos voor de doodstraf, en absoluut geen heldendaad.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.