Romeinen

Beoordeling 5.9
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • groep 7 | 2656 woorden
  • 19 mei 2002
  • 591 keer beoordeeld
Cijfer 5.9
591 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Inleiding Waarom heb ik dit onderwerp gekozen? Ik heb dit onderwerp gekozen omdat de romeinen vroeger heel machtig waren en heel veel landen en gebieden hebben veroverd. Wat weet ik al? Ik weet dat de romeinen vroeger bijna heel Europa hadden veroverd. Ik weet ook al dat ze heel erg machtig waren en dat ze speciale vechttechnieken hadden. Verder weet ik nog dat Caesar een hele belangrijke man voor Rome was. Hij werd door 11 mannen gedood en een van die mannen heette Brutus. Wat wil ik nog weten? Ik wil nog weten hoe de romeinen zo machtig zijn geworden en hoe

ze verslagen werden. En verder wil ik nog weten waarom ze Caesar gedood hadden. 2. Hoe Rome is ontstaan De tweeling Romulus en Remus werd achtergelaten in een mand en in de rivier Tiber gegooid. De babys werden gevonden door een wolvin die ze grootbracht. Later toen ze groot waren kregen ze ruzie; toen pakte Romulus een zwaard, stak hem in de grond en tekende een lijn. Hij zei tegen zijn broer Remus: “Als je over deze lijn komt dan dood ik je”. Remus stapte over de lijn en Romulus stak hem neer. Daarna begon hij aan de bouw van de stad Rome over zeven heuvels en werd de eerste van de zeven koningen van Rome. Dit is de legende over het ontstaan van Rome; we weten niet of dit verhaal echt gebeurd is en of Romulus inderdaad de eerste koning van Rome was. Maar de wolvin met de tweeling zijn nog steeds het symbool van Rome en je ziet het overal staan, maar ook op de vlag van het Romeinse voetbalteam A.C. Roma. Na Romulus volgden er nog 6 koningen die Rome verder bouwden. De laatste koning was een gehate man. Hij was niet geliefd bij het volk omdat hij trots en arrogant was, zijn bijnaam was “de trotse”. Hij werd van zijn troon gestoten en de romeinen kozen voor de republiek. Dat betekent dat het volk zelf kon kiezen wie er in de regering kwam. Aan het hoofd van de regering kwamen 2 consuls te staan, zij hadden ook de leiding over het leger van Rome. Daarnaast waren er ook rechters en senatoren die mee konden beslissen met belangrijke zaken. Het volk van Rome was in klassen verdeeld: je had de edelen die konden gekozen worden, je had de gewone werkende mensen die mochten stemmen maar niet gekozen worden voor de regering en je had ook nog de ridders dat waren mensen in de handel. Vrouwen en slaven mochten niet stemmen. 3. Het romeinse leger De romeinen hadden een heel groot leger nodig om gebieden te veroveren en vijanden te verslaan. De romeinse mannen werden opgeroepen in het leger, maar zo’n oproep was niet voor iedereen, alleen voor mannen tussen 17 en 46 jaar die de legerspullen konden betalen, meestal boeren. Later werden de mannen niet meer opgeroepen maar konden zelf vrijwillig in het leger gaan. De romeinen kregen steeds meer ervaring en betere technieken en nieuwe tactieken om te vechten. Het leger was georganiseerd in legioenen, een legioen bestond uit ongeveer 5000 man te voet en 120 ruiters en 60 catapulten. De soldaten gebruikten de catapulten om zware stenen of brandende pijlen af te schieten tegen de vijandelijke forten die ze wilden veroveren. Ook hadden ze een stormram, dat is een soort rijdend ding met een grote houten paal in het midden en daarmee konden ze de stadspoort kapot rammen en dan binnen vallen. De soldaten werden niet alleen opgeleid om te vechten maar ook om kampen en wegen te bouwen Als de soldaten op pad gingen droegen ze een rugzak van ongeveer 30 kilo, ze hadden gereedschap bij zich voor het bouwen van het kamp, eten en drinken en potten en pannen om mee te koken, wapens een schild en een helm. De romeinse soldaten vochten eerst met lange speren en korte zwaarden. Later veranderde het uniform en de wapens. Vroeger droeg een soldaat meestal een helm met lange pluimen of veren erop en hij droeg een ovaalvoornmig schild. Later droegen de soldaten bescherming overal op het hele bovenlichaam en de helmen kregen toen kleppen om de wangen en de nek te beschermen. De schilden werden lang en vierkant om zich erachter te kunnen schuilen. Om zich tegen de vijand te beschermen kwamen er een stuk of 50 man bij elkaar en maakten van hun schilden een soort bunker. Zo konden ze dicht bij komen zonder geraakt te worden. De romeinen hielden hun schilden boven hun hoofden als een dak en zo stevig vast dat er andere soldaten overheen konden lopen. En als er op hun geschoten werd met pijlen werden ze niet geraakt. Het beschermde hun ook tegen de kokende olie die de vijanden naar beneden gooiden. 4. Julius Caesar Rond 100 v.C. werd Caesar geboren in een belangrijke familie. Door het huwelijk van zijn tante Julia werd hij neef van de politicus Marcus. Daardoor kreeg hij ruzie met Zulla, een vijand van Marius. Toen Caesar 20 jaar was begon hij zijn cariere in het leger. Van 73 tot 60 v.C heeft Caesar verschillende hoge functies gehad in Rome en in Spanje. In 60 v.C. werd hij tot de hoogste functie gekozen, consul in de regering van Rome. Daarna mocht hij kiezen welke provincies hij wou regeren. Hij koos Noord Italie en Galiie. Tussen 59 en 49 v. C. veroverde Caesar een enorm gebied voor het Romeinse Rijk. Later werd Pompeius jaloers op de successen van Caesar en wou dat Caesar uit zijn leger stapte maar Caesar weigerde en zo ontstond er een burgeroorlog. In 48 v. C. verklaarde Caesar de oorlog aan Pompeius, daarna stak hij met zij leger de Rubicon over om het leger van Pompeius te achtervolgen. Maar toen Caesar bij de Middellandse Zee aankwam had hij niet genoeg schepen om verder te gaan. Caesar besloot terug te gaan naar Spanje en het leger van Pompeius in Spanje aan te vallen. Hij versloeg een deel van het leger in Llerda. Daarna ging Caesar met zijn leger per boot naar Griekenland en daar versloeg hij de rest van Pompeius’ leger. Caesar bracht zijn leger terug naar Italie via Turkije. Daar versloeg hij een vriend van Pompeius. De overwinning vond Caesar heel erg makkelijk zodat hij een brief stuurde naar Rome waar opstond: “veni, vidi, vici” dat betekent: “ik kwam, ik zag, ik overwon”. Nadat Caesar naar Noord Afrika was overgestoken versloeg hij nog een vriend van Pompeius en daarna ging hij door en stak over naar Spanje waar hij de zoon van Pompeius versloeg. Julius Caesar had toen de complete macht over het hele romeinse leger. In 44 v.C. werd hij dictator voor het leven. Brutus, zijn stiefzoon, en Cassius besloten Caesar te vermoorden. Caesar negeerde alle waarschuwingen van zijn vrienden. Toen hij op 15 maart 44 v.C. het Senaat binnenliep werd hij gepakt door 11 man en doodgestoken. De dood van Caesar betekende het einde van de Republiek. 5. Romeinse veroveringen Nadat Caesar was vermoord brak er opnieuw een burgeroorlog uit. Zijn zoon Octavianus keerde terug uit Griekenland naar Rome om zijn vader Caesar te wreken. Na vele gevechten overal in het romeinse rijk werden de veroverde gebieden verdeeld tussen de twee overwinnaars Octavianus en Marcus Antonius. Antonius kreeg de macht over het oosten en regeerde vanuit Egypte omdat daar zijn geliefde Cleopatra was, de koningin van Egypte. Octavianus kreeg de macht over de rest en regeerde vanuit Rome. In 31 v.C. kwam er weer een oorlog deze keer tussen Octavianus en Antonius en Cleopatra, want de senaat in Rome wou niet dat het rijk verdeeld was. Octavianus won en riep de vrede uit over het hele rijk. In het jaar 27 v. C. kreeg hij de naam Augustus en werd de machtigste man in het hele romeinse rijk. Augustus gebruikte de legioenen niet meer om aan te vallen maar om de grenzen te bewaken. De helft van de gebieden gaf hij aan het romeinse volk en de andere helft hield hij voor zichzelf. Hij koos natuurlijk voor zichzelf de provincies met de meeste legers en liet zijn provincies besturen door mannen waarvan hij zeker wist dat die hem trouw zouden blijven. Augustus kreeg steeds meer macht en werd de eerste keizer van het romeinse rijk. Toen hij in het jaar 14 n.C. dood ging werd hij een van de goden van Rome. Na Augustus kwamen nog meer keizers en die breidden het romeinse rijk nog verder uit. Keizer Claudius veroverde Britannie, Mauretania en Thracia, keizer Trajanus veroverde Dacia. 200 jaar n.C. was het romeinse rijk op zijn grootst. Er woonden dan ook ongeveer 60 miljoen mensen binnen zijn grenzen en ze hadden maar 450.000 soldaten om al die gebieden te bewaken. De romeinen hadden hele goede wegen nodig om al die tijd goederen te vervoeren en boodschappen te brengen. En ook om snel soldaten te verplaatsen naar een andere pek vooral in de winter als het koud en nat was. Daarom moesten de wegen heel erg sterk en goed zijn. 6. Pompeji Pompeji was een belangrijke mooie stad. Op 24 augustus in het jaar 79 n.C. kwamen er rookwolken uit de vulkaan Vesuvius in de vorm van een een boom. Daarna barstte de Vesuvius uit en begroef de stad Pompeji onder as en lava. Gelukkig waren er maar 2000 mensen gestorven van de 20000 die in Pompeji woonden. Voordat de vulkaan uitbarste hadden de meesten al de tijd gehad om te vluchten. Sommige mensen wilden niet weg of ze werden getroffen in hun slaap. Ze stikten door de zwaveldampen van de vulkaan of werden verpletterd door stenen en lava. De keizer Titus begon een inzamelingsaktie om de vluchtelingen te helpen en de stad te herbouwen. Maar de stad lag te diep begraven onder 4 meter as en lava. Pompeji werd voor een lange tijd vergeten. Later in 1594 werd de stad weer ontdekt en begonnen ze met opgravingen. De mensen die daar werkten waren te snel en niet erg zorgvuldig. En daarom brachten ze veel schade aan en ze plunderden uit de opgegraven huizen, In 1860 werd er een nieuwe leider uitgekozen voor de opgravingen, Hij heette Fioretti en werkte veel zorgvuldiger dan de anderen voor hem en hij groef hele straten op. Fioretti was ook degene die een techniek heeft uitgevonden om afbeeldingen te krijgen van mensen, dieren die waren omgekomen bij de uitbarsting. Hij vond gaten waar ooit mensen of dieren hadden gelegen en goot daar een soort van vloeibaar gips in. Als het hard was geworden had je bijna een perfecte gipsafbeelding van die mensen of dieren. Pompeji is nu bijna helemaal opgegraven en het is een goed voorbeeld van hoe een romeinse stad vroeger gebouwd werd, met mooie huizen, kantoren, markten, tempels, badhuizen, theaters en een amfitheater waar alle 200000 inwoners tegelijk konden kijken naar de spelen.
7. Romeinse spelen Het romeinse volk wou maar 2 dingen: brood en spelen. Om het volk tevreden te houden organiseerde de keizer dus allerlei spelen zoals: wagenrennen, gladiatorengevechten en gevechten met dieren. De toegang was gratis en iedereen kreeg brood mee naar binnen. Wagenrennen werden gehouden in een stadion, de grootste was het Circus Maximus in Rome. Er werden gewoonlijk 24 wagenrennen per dag gehouden. De toeschouwers wedden dan om wie er zou winnen. Het doel was om 7 ronden om de spina heen te rijden, de spina is een lange strook in het midden van de renbaan met allemaal standbeelden erop. De renwagens werden getrokken door een span van 4 paarden. Er deden per race 4 teams mee: de roden, de blauwen, de groenen en de witten. Iedere kleur werd beschermd door een bepaalde god. Bijvoorbeeld de rode kleur werd beschermd door Mars, blauw door Neptunus, groen door Venus en wit door Jupiter. Wagenrennen was een opwindende en gevaarlijke sport en kon heel slecht aflopen. Als er iemand viel en bleef op de baan liggen, dan reden de andere wagens gewoon over hem heen. Er waren ook mensen die probeerden de gewonde mannen die op het veld lagen zo snel mogelijk op te halen. Dan kwamen ze met een veldbed en droegen ze de gewonde gauw weg. Gladiatorengevechten en gevechten met wilde dieren werden gehouden in het amfitheater. Een amfitheater was een arena met tribunes eromheen. Het grootste amfitheater was het Colosseum in Rome, er pasten wel 50.000 toeschouwers. Boven het amfitheater hadden ze een enorm groot scherm gemaakt zodat het publiek niet zou verbranden door de zon. Soms lieten ze ook 1 kwart van het amfitheater vollopen met water en hielden ze er zeeslagen met echte oorlogschepen. De mensen keken in het amfitheater naar gevechten van strijders tegen wilde dieren of van mensen tegen elkaar, de gladiatoren. Gladiatoren waren verkochte slaven, misdadigers, krijgsgevangene of beroepsvechters. De gladiatorengevechten waren de meest wreed en populaire spelen in het oude Rome. De dappere mannen groetten aan het begin van het spel hun machtige leider Caesar met de woorden “gegroet Caesar zij die gaan steven groeten u”. En dan kon het spel beginnen. Als de mannen ter dood veroordeeld waren liet Caesar de leeuwen op hun los. Ook werden soms 10 mannen in het veld gestuurd en dan moesten zij vechten tegen stieren, beren, panters, buffels, leeuwen. En dan liep het meestal ook niet goed af met de mannen. Maar normaal vochten ze gewoon tegen elkaar. Als de een de ander verslagen had dan stak Caesar zijn duim omhoog of omlaag, omhoog betekende dat hij mocht blijven leven en omlaag betekende dat hij dood moest. De gladiatoren gebruikten verschillende soorten wapens, zwarte vechters hadden een drietand en een net, de blanke vechters kregen een schild en een zwaard. 8. Romeinse goden De Romeinen geloovden in goden, godinnen en geesten. Om deze goden en geesten bevriend te houden baden ze en offerde ze geschenken zoals: eten, drinken, dieren en soms ook maagden. De dieren werden eerst versierd en daarna gedood. De ingewanden werden eruit gehaald en op het altaar gelechd. Ze bekeken eerst de ingewanden, en als ze er goed uitzagen was het een goed voorteken en daarna werden de ingewanden verbrand. De romeinen geloofden ook in anderen voorteken bijvoorbeeld voor een veldslag gaven ze de heilige kippen te eten en als ze hun eten gulzig op aten dan was het een goed voorteken. de gebeden werden altijd gehouden in de tempel of op andere heilige plaatsen. De ene god was belangrijker dan de andere. Elke god had zijn eigen verandwoordelijkheden. Bijvoorbeeld Jupiter was de oppergod van de hemel, Mars was de godvan de oorlog en Venus van de liefde. Iedere god had een eigen tempel waarhij vereerd werd en waar hij offers kreeg. De meeste romeinen hadden zelfs thuis een altaar waar ze dingen konden offeren aan de goden en dan dachten ze dat hun gezin bescherm werd. Toen Rome een keizerrijk werd werden de keizers ook als goden vereerd. Soms lieten de keizers zelfs tmpel voor ze bouwen. Keizer Hadrianus liet een tempel bouwen ten eren van allen goden en daarom heet deze tempel Pantheon dat betekend allen goden in het Grieks. De romeinen namen soms ook goden en godinnen over uit de landen die ze veroverd hadden, bijvoorbeeld in Britannië was de Keltische zonnemgodin Sul erg belangrijk en de romeinen bouden dan na hun verovering een tempel ter ere van de godin Sulisminerva, dat was een combinatie van de Keltische Sul en de romeise minerva. In veel gebieden die de romeinen hadden veroverd zaten christenen. Het christendom was erbodenen dus gingen de christenen stiekem hun goden vereren in de catacomben, dat zijn een soort ondergrontse tunnels waar ze hun doden begroevenen waar ze konen bidden. In het jaar 312 n.C. kwamer een wet dat het christendom officiëel de romeise godsdienstwerd. Maar sommige romeinen bleven toch hun oude goden vereren in de tempels. 9. Slot Ik vond het werkstuk en ook en het onderwerp heel leuk. Ik heb er heel veel tijd en moeite aan besteed. Het was een interessant onderwerp om het over te hebben. En ik heb er ook heel veel van geleerd, en alles wat ik wou weten ben ik te weten gekomen. Ik vond het ook heel knap van de romeinen dat ze met 450.000 man 60 miljoen mensen en ongeveer 31 landen bewaakten.

REACTIES

S.

S.

Er stonden veel fouten in maar ik kon het wel gebruiken ook schreef ze Romeinen steets zonder hoofdletter

15 jaar geleden

E.

E.

leuk verslag ik heb er veel aan gehad

19 jaar geleden

N.

N.

het is een goed werkstuk , wou hem ook gebruiken alleen er staan geen plaatjes dus heb ik het maar niet gedaan

19 jaar geleden

C.

C.

ikbenernumeebezigomtemakenvoorspreekbeurtenhetismooi

13 jaar geleden

I.

I.

Leuk, veel informatie! Ik heb er veel van opgestoken!


En Stefan het woord steeds schrijf je met een d hoor!
Je hebt het dan over het woord Romeinen die niet met een hoofdletter werden geschreven.

11 jaar geleden

H.

H.

Mooi

9 jaar geleden

J.

J.

Zijn er mensen die dit serieus kopiëren? Bij ons op school kunnen ze dat gewoon zien. Haha altijd oppassen dus! ;)

8 jaar geleden

E.

E.

dankjewel! ik doe er mijn werkstuk ook over

6 jaar geleden

J.

J.

er staat niks over opgravingen

5 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.