Het symbool voor de zwaarbevochten eenheid van de Verenigde Staten
Hoe waren Lincolns eerste levensjaren?
Abraham Lincoln werd geboren op 12 februari 1809, in een blokhut in Nolin Creek in Kentucky. Een hut zo groot als een schuurtje, met een raam, een deur, een schoorsteen en een lemen vloer. De familie Lincoln bestond naast Abraham uit vader Thomas, moeder Nancy en Sarah van ongeveer 2 jaar ouder dan Abraham. Pa Thomas was een vrolijke, gezellige man. Hij was een kleine boer en slaagde er maar moeilijk in de eindjes aan elkaar te knopen. De familie Lincoln bleef ook niet lang in Nolin Creek. Ze reisden langs de rivier, en gingen in Knob Creek wonen. Toen Abraham zeven jaar was verhuisden ze naar Indiana, de nieuwste staat van de VS in die tijd, naar Little Pigeon Creek. In 1818 stierf Nancy. Dat was voor de familie een ramp. Moeder Lincoln was pas voor in de dertig, maar het leven aan de grens had haar uitgeput. Haar tanden waren uitgevallen en haar huid was verschrompeld. Zonder Nancy werd het leven in de hut een chaos, dus trouwde Thomas met Sally, en zij was minstens zo’n goede moeder voor Abraham als Nancy. Sally begreep zijn wisselende buien, en probeerde ook ervoor te zorgen dat hij een opleiding kreeg. Thomas en Sally waren beiden zo goed als analfabeet, maar het verschil was dat Thomas het belang van een opleiding niet inzag. Zeker niet voor Abraham, die hij opvoedde als boerenknecht. Thomas heeft ooit de volgende woorden over zijn zoon gezegd: ‘Abraham houdt zichzelf nog altijd voor de gek door op ontwikkeling uit te zijn. Ik heb geprobeerd er een eind aan te maken, maar hij heeft dat dwaze idee in zijn hoofd gehaald, en het is er niet uit te krijgen.’ Maar Sally moedigde Abe aan om te lezen. Dus Abraham worstelde de bijbel door, las grote romans als Robinson Crusoe en zakelijke boeken, over de geschiedenis van de Verenigde Staten van Amerika en over het leven van president George Washington. Hij las ze steeds weer. Maar van echt onderwijs kwam niet veel terecht. Abraham ging naar schooltjes in het binnenland, hier een maand, daar een maand, tussen twee drukke landbouwseizoenen door. Al met al zat hij niet meer dan een jaar in de klas. Pa vond dat meer dan genoeg, hij dacht dat het in Pigeon Creek alleen maar van belang was om geboren te worden, te oogsten en te sterven. En voor Abraham telde alleen het zware werk op het veld waar hij 25 cent per dag voor kreeg, als boeren hem inhuurden. Die 25 cent moest hij tot zijn 21ste verjaardag aan vader geven, dat was de regel. Daardoor ging Abraham zijn vader bijna haten. In 1830 was het eindelijk zover: Abraham werd 21. In dat jaar verhuisden de Lincolns naar Illinois, weer sneeuw, weer grond ontginnen en bomen vellen. Abraham had er schoon genoeg van. En met de sneeuw in de lente van 1831 verdween hij. Lincoln belandde in New Salem, waar hij zijn eerste politieke stappen zou zetten.
De politieke loopbaan van Lincoln
In 1832 stelde Lincoln zich kandidaat voor het huis van afgevaardigden van de staat Illinois. Hij werd niet verkozen. Bij de volgende ronde in 1834 was dit wel het geval. Nu hij verkozen was als politicus, zette Lincoln zijn zelfstudie op een hoger niveau voort. Hij behaalde zijn diploma als advocaat. Zijn vrouw, waarmee hij in 1842 trouwde, moedigde hem aan om in Washington politiek te gaan beoefenen. In 1846 werd Lincoln verkozen als volksvertegenwoordiger. Zo werd hij bekend om zijn visie over de slavernij. Hij keurde deze af. In 1861 werd Lincoln voor de Republikeinen de 16de president van de Verenigde Staten. De spanningen waren ondertussen hoog opgelopen tussen de noordelijke staten die slavernij overal wilden afschaffen en zeker niet in nieuwe staten wilden toelaten, en de zuidelijke staten, waar men bang was dat een stagnering van het aantal pro-slavernij staten hen zou isoleren. Tot dan toe waren de tegenstellingen verhuld door slap beleid en zachte compromissen, met af en toe wat geweld. Lincoln was niet radicaal. Hij stond midden tussen de moralisten die de slavernij volledig en onmiddellijk wilden afschaffen en de zuiderlingen die slavernij eisten in de nieuwe staten. Lincoln had keer op keer duidelijk gemaakt tegen slavernij te zijn maar geen grondwettelijke mogelijkheid te zien om het instituut te verbieden. Hij was bereid slavernij te isoleren in het zuiden, overtuigd als hij was van het uiteindelijk verdwijnen ervan. Voor Lincoln stond het behoud van de Unie voorop. Dit lukte echter niet. Al in december 1860, nog voor Lincoln als president was geïnstalleerd, scheidde South Carolina zich af van de Unie. Zes andere staten volgden al snel het voorbeeld van South Carolina. Ze vormden een nieuwe unie die de ‘Geconfedereerde Staten van Amerika’werd genoemd. Staatsman Jefferson Davis werd gekozen als hun eerste president. Lincoln verklaarde dat de staten zich niet konden afscheiden van de Unie en zwoer dat hij geen gewelddadige acties tegen de VS zou toestaan. Op 12 april 1861 vielen de Geconfedereerden, ook wel de ‘Rebellen’ genoemd, Fort Sumter in South Carolina aan. Lincoln reageerde door een leger bijeen te brengen. De burgeroorlog was begonnen. Beide partijen dachten snel en gemakkelijk te kunnen winnen. De eerste grote veldslag, de Eerste slag bij Bull Run in Virginia in juli 1861, kwam bij beide partijen hard aan, maar vooral bij het Noorden, die de veldslag verloor. Bijna 900 soldaten kwamen om en het was opeens duidelijk dat de oorlog langdurig en bloedig kon worden. De geconfedereerden bleven winnen. Tegelijkertijd beseften meer Amerikanen dat de slavernij verkeerd was. Velen, waaronder president Lincoln, zagen een praktisch en moreel voordeel in de vrijlating van slaven in het Zuiden. Het geconfedereerde leger werd op de been gehouden door slavenarbeid. Een vrijheidsverklaring voor slaven kon die steun van de Rebellen wegnemen en aan de Unie geven. Zo kon ook de steun gewonnen worden van Engeland en Frankrijk, die beide fel tegen slavernij waren. Lincoln raakte ervan overtuigd dat de oorlog eigenlijk om de slavernij ging, maar hij was bezorgd over de reactie van de grensstaten als de slaven zouden worden vrijgelaten. Als de grensstaten zouden overlopen naar de Confederatie, zou dat de andere partij voldoende macht kunnen opleveren om de Unie te verslaan. Lincoln nam een besluit. Hij zou alleen de slaven bevrijden in gebieden die in handen waren van de Rebellen. Lincoln wachtte op het juiste moment. Op 22 september 1862 vaardigde hij een voorlopige emancipatieproclamatie uit. Als de Geconfedereerde staten, zo stond er in te lezen, voor 1 januari 1863 niet terugkeerden naar de Unie, zouden al hun slaven vanaf die datum voor altijd vrij zijn. Op 1 januari was de strijd echter nog steeds gaande. Zijn grote beslissing had hem de overwinning in de oorlog kunnen kosten. Zijn populariteit daalde immers spectaculair. In het noorden was opnieuw een reeks verkiezingen gehouden, en in de ene staat na de andere wonnen de democraten. Ze hadden de oorlog gesteund om de Unie te redden, zeiden ze, niet om een eind aan de slavernij te maken. Lincoln vocht dus op twee fronten, thuis in het Noorden, om zoveel mogelijk vrienden te houden, en in het zuiden. Aan een Republikein die vond dat hij niet snel genoeg handelde, schreef Lincoln: ‘Als ik de Unie kon behouden zonder enige slaaf te bevrijden, dan zou ik het doen; en als ik haar kon behouden door alle slaven te bevrijden, dan zou ik dat doen; en als ik haar kon redden door sommigen te bevrijden en anderen met rust te laten, dan deed ik dat ... Ik ben niet van plan om mijn vaak uitgesproken persoonlijke wens dat iedereen overal vrij moet zijn, te veranderen.’ In 1863 en 1964 keerde het tij in de burgeroorlog. Het uniegezinde leger van het Noorden, onder leiding van generaal Ulysses S. Grant, wist het Geconfedereerde leger van het Zuiden te verslaan. Op 9 april 1865 gaf Robert E. Lee, de generaal van het Geconfedereerde leger, zich over aan Grant. De burgeroorlog was afgelopen.
Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
S.
S.
ik wil iedereen bedanken voor deze site !!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!
11 jaar geleden
Antwoorden