Het leven van Toetanchamon

Beoordeling 6.6
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 4e klas vmbo | 3806 woorden
  • 16 maart 2001
  • 654 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
654 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Het leven van Toetanchamon.

Toetanchamon is geboren rond 1354 voor christus in Amarna. Hoewel zijn afstamming onduidelijk is denkt men dat Toetanchamon een zoon was van farao Achnaton en zijn bijvrouw Kira.

Hij begon waarschijnlijk op 4-jarige leeftijd met school net zoals andere egyptische kinderen uit de betere kringen. Ze kregen op school veel lezen en schrijven. Toetanchamon kreeg ook schrijfmateriaal mee in zijn graf. In het hiernamaals, zo geloofden de oude egyptenaren, diende een farao de zonnegod als schrijver.

Toetanchamon verzamelde ook veel. Zo verzamelde hij ook wandelstokken hij had er zo’n 130 van alle soorten en maten.


Hij hield ook van rijden met strijdwagens en deed aan zwemmen, vissen en jagen. Er zouden veldtochten in Nubie en palestina geweest zijn. Dit kwam naar voren uit fleurig beschilderde strucwerkkist uit toetanchamon’s graf. Deze kist geeft 4 levendige scenes met de koning aan. Op een daarvan is hij op leeuwenjacht, op de andere jaagt hij op gazellen, terwijl hij op de derde en vierde woest Nubiers aanvalt en vervolgens syriers, die bezwijken onder zijn pijlen. Het is alleen twijfelachtig of hij deelnam aan de gevechten.

Toetanchamon had ook veel kleren. Hij had 100 lendedoeken en hij droeg soms overhemden. De meeste mensen uit de hogere kringen hadden handschoenen aan net zoals Toetanchamon, hij had er zo’n 27.

Ook maakte Toetanchamon zijn ogen dagelijks op met kool.

Op 9 jarige leeftijd word Toetanchamon farao hij werd gekroond te Memphis, en trouwt ook in dat jaar. Hij regeerde van 1345 tot 1336 voor christus. Hij regeerde in het nieuwe rijk in de achttiende dynastie. In die dynastie regeerdenook Thoetmozes 3, Hatsjepoet, Amenhotep 3, Achnaton, Horemheb. (Eje staat er helemaal niet bij) Toetanchamon trouwt met Anchesenamon, de weduwe van Smenchkare die na 4 jaar regeren overlijdt, Hij was mede regent met Achnaton. Anchesenamon is de halfzus van Toetanchamon. Anchesenamon heeft twee miskramen gehad. Op

17of 18jarige leeftijd overlijdt Toetanchamon. Dit is te zien aan de rontgenfoto’s, waarop te zien is dat de verstandkiezen door breken. Na negen jaar reageren. Kleizegels en wijnkruiken vermelden het regeringsjaar van de koning op het moment dat ze worden neergelegd. De hoogste dateriong is negen jaar. Farao Toetanchamon was een halfgod die bovenaan de volksperamide stond. Hij was de bemiddelaar tussen de goden en de mensen. Hij moest de goden, zo belangrijk voor het leven van de mensheid, tevreden stellen en houden, en hun daarom van alles offeren. De bevolking van Egypte bestond toen vooral uit boeren. Zijn belangrijkste zorg was: de jaarlijkse eb en vloed van de levensschenkende Nijl. Anchesenamon is de laatste vertegenwoordiger van de 18e dynasie. Ze moet binnen 70 dagen trouwen want de nieuwe farao moet Toetanchamon naar zij graf begeleiden. En het mummificeren duurt 70 dagen Dus op de 70ste dag wordt hij begraven. Er zijn twee kandidaten:

Eje, waarschijnlijk de vader van Nefertiti en dus de opa Van Anchesenamon.

Eje was ook de adviseur van Toetanchamon. Maar door zijn gevorderde leeftijd is hij echter geen serieuze kandidaat.

Daarnaast is er Horemheb, de opperbevelhebber van het leger onder Toetanchamon. Maar die gezien de handelingen van Eje en Anchesenamon niet een gewenste kandidaat was.

Uit geschriften blijkt dat Anchesenamon schriftelijk contact opnam met een vijand van Egypte, de Hittietenkoning, om te vragen of hij een prins beschikbaar had. Na twijfels bij de Hittieten over de serieusheid van de vraag, gaat toch een prins op weg. Deze wordt gedood al voor hij in Egypte is.

Waarschijnlijk door de volgelingen van Horemheb. Eje aanvaart uiteindelijk de troon en begraaft na enkele maanden uitstel want hoogst uitzonderlijk is de jonge farao Toetanchamon (normaal na 70 dagen). Na de dood van Eje 4 jaar later neemt Horemheb de troon over. Hij verwoestte alle monumenten van toetanchamon. Zelfs zijn naam werd verwijderdvan de lijst der koningen. Hij heeft geen nageslacht en de 18e dynastie is ten einde.




De dood van Toetanchamon.

Zoals ik eerder al noemde is Toeanchamon gestorven rond zij 18e jaar. Hoe Toetanchamon is gestorven is een vraag. De autopsie geeft hierover echter geen duidelijkheid. Wel kan gezegd worden dat hij niet is gestorven aan tuberculose zoals sommige wetenschappers hebben beweerd. Bij iemand die tuberculose heeft zijn de rugwervels namelijk altijd aangetast en dit was bij Toetanchamon niet het geval. Wel hebben de onderzoekers bij de autopsie in de dunne beenderen van de schedelbasis een bloeding onder de hersenvliezen van zijn schedel geconstateerd. Dit was waarschijnlijk het gevolg van een harde klap tegen zijn hoofd.

Het Britse tijdschrift MAG (musea and galerieen) komt tot de conclusie dat hij vermoord is in een politieke intrige. Er zijn volgens hun twee verdachten. Eje en generaal Horenheb. Hun motief zou geweest zijn: Opvolging van de troon en een deel van de schatten van Toetanchamon erven.



De begrafenis van Toetanchamon.

Uit onderzoek is gebleken dat Toetanchamon zoals ik al vertelde, op het moment van overlijden een leeftijd van tussen de achttien en twintig was. Dankzij de bloemen en de vruchten die op het ogenblik van de bijzetting op zijn sarcofaag waren neergelgd, heeft men een idee gekregen in welk jaargetijde de farao stierf. Men had Toetanchamon waarschijnlijk eind maart begin april begraven. Het ogenblik va overlijden moet dan zeventig dagen eerder zijn geweest. Dat wil zeggen aan het begin van de mummificeringstijd. De farao had dus omstreeks januari zijn laatste adem uitgeblazen.



Op het moment dat Toetanchamon “overleden” was, was heel Egypte verslagen. Het nieuws had zich snel verspreid en men zei, dat “Horus zich met de zonneschijf had verenigd”. Overal staakte men de werkzaamheden. Nadat het lijk was opgebaard, maakte het hele land de rouw door. Men onthield zich van elke feestviering, elk genot was verboden. De mannen uit de directe omgeving van de gestorven farao mochten zich tot de dag van de begrafenis niet meer scheren.



Zoals bij de voorgangers, was bij Toetanchamon’s troonbestijging reeds begonnen met de bouw van zijn rotsgraf. Dit gebeurde door een grote rotspartij uit te houwen in het dal der koningen, nabij Luxor. Hierna begon men met het inrichten van de grafkamer en het aanbrengen van heilige teksten op de muren.



Toetanchamon’s vroege dood liet echter nauwelijks toe dat zijn graftombe al was afgebouwd. Zodoende werd hij in een klein graf begraven, oorspronkelijk bestemd voor een ander lid van de koninklijke familie. Dit kleine graf dat opvalt door zijn soberheid en geringe hoeveelheid decoraties, was slecht aan enkelen bekend. Ook niet aan de oude Egyptenaren, getuige het graf van een latere farao, dat pal naast het graf van toetanchamon werd gehouwen. De grafbouwers gooiden bij de bouw hiervan puin boven op de ingang van toetanchamon’s graf. Zodoende werd ongewild een goede bescherming geboden tegen mogelijk grafrovers. Tot aan het begin van deze eeuw.



Alle voorzorgen om het eeuwige leven voor te bereiden, konden slechts doeltreffend zijn wanneer het stoffelijk overschot veranderd werd in een mummie. Zeventig dagen wordt de dode behandeld door de priesters en de vaklieden. Via de neusgaten werden toetanchamon’s hersenen verwijderd met een speciale haak. Hierna loste men met gearomatiseerde stoffen op wat er nog in de schedel zit. Door een opening die in de zij was gemaakt, verwijderen de priesters de ingewanden en verschillende organen uit het lichaam. Hierna werden de borstholte en de buikholte eveneens gespoeld met aromatiseerde stoffen. De ontstane holten werden met welriekende middelen, zoals fijngewreven mirre opgevuld. Niets dat aan bederf onderhevig was bleef in het lichaam achter.




De organen zoals hart, lever en nieren werden, zodra ze uit het lichaam gehaald waren, geprepareerd en daarna in vier gouden sarcofaagjes gestopt. Deze sarcofaagjes werden vervolgens in vier dikbuikige vaasurnen geborgen. Deze vaasurnen of “canopen” hadden een deksel, in de vorm van een mensenhoofd met de gelaatstrekken van de farao in dit geval dus van toetanchamon. Magische hierogliefen opschriften werden op de wanden van deze vazen gegrift. Het lichaam, ontdaan van alles wat kon bederven kon werd geheel kaalgeschoren en in droge natronloog en zout gelegd voor 70 dagen. Dit mengsel zorgde ervoor, dat al het vocht dat zich nog in het lichaam bevond werd geabsorbeerd. Hiermee werd het stoffelijk overschot gewassen, waarna men het liet drogen op een bed.



Vervolgens kwam het zwachtelen, het laatste stadium van de mummificering. Er waren honderden meters fijn linnen nodig om het lichaam van de farao geheel in te kapselen. Men begon met elke vinger en elke teen afzonderlijk in te wikkelen, daarna alle ledematen en tenslotte het hele lichaam. Onder het uitspreken van spreuken en gebeden werden zalfolien over het stoffelijk overschot gesprenkeld. De mummie werd nu werkelijk met tientallen schatten overdekt. Zo droeg bijvoorbeeld elke vinger een gouden kokertje. Een priester had gouden zegelringen aan de ringvinger en aan de middelvinger van de linkerhand geschoven. Ook hadden de priesters gouden kokertjes om de tenen geschoven. Tussen het linnen werden meer dan honderdveertig amuletten geschoven. Hiervoor gebruikte men goud en de prachtigste edelstenen, zoals de donkerblauwe lapis lazuli



Het was aan de vooravond van de begrafenis. Toetanchamon lag uitgestrekt op een groot gouden bed. Het gevoelige gouden masker van de farao drulte de volmaakte rust uit. Aan de voeten van de mumie reciteerde zijn weduwe spreuken, om de wedergeboorte op te roepen. Vervolgens kwamen de priesters binnen geschreden en werd de mummie door hen meegenomen en in een katafalk gezet. Deze katafalk werd weer op een slede geplaatst.

De volgende ochtend trokken heilige rode ossen het stoffelijk overschottot aan zijn graf voort. De stemming in het dal der koningen was nog nerveus, men was ternauwerdood klaar met het graf. De schilderingen op de drie muren van het vertrek, waar toetanchamon bijgezet zou worden, waren maar net droog. De vierde wand zou pas beschilderd en dichtgemetseld kunnen worden, nadat de sarcofaag met daarin de lijkkist zou zijn gemonteerd.



De mummie werd uit de katafalk genomen en de priesters zetten de mummie recht overeind voor de ingang van het graf. Nu werden er een aantal rituele handelingen verricht, zoals het opzeggen van spreuken. Vervolgens werd de mummie in een massief gouden sarcofaag gelegd. Deze sarcofaag werd weer in een houten kist gelegd, die met bladgoud ingelegd was.

Toen alles op zijn plaats was gezet sloot een priester de deuren van vier schrijnen een voor een en verzegelde ze. Het rotsgraf zelf werd tenslotte dichtgemetseld en werd pas weer geopend door Howard Carter en Lord Carnavon.



De ontdekking van toetanchamon’s graftombe.

Lord Carnavon had in zijn jeugdjaren aan autosport gedaan. Hij kreeg toen een groot ongeluk. Hoewel hij van de dood was gered was hij heel erg zwak geworden. Hij werd hierdoor steeds gevoeliger voor koude lucht en bezocht egypte. Het leven begon hem daar al gauw te vervelen. Om de eindeloze winterdagen door te komen ging hij zich met egyptologie bezig houden. Via via werd hij voorgesteld aan Howard Carter en ze werden compagnons in het zoeken naar oude prive graven.





Howard Carter’s geestdrift voor archeologie was er altijd al maar hij was tekenaar van zijn beroep. Toen hem werd gevraagd om naar egypte te gaan als tekenaar voor EFF stemde hij daar enthousiast mee in. Hij werd na een tijdje benoemd tot inspecteur generaal van de monumenten van het opper Egypte. Hij werd meteen naar het dal der koningen gestuurd. Hij deed zijn werk goed. Toen hij na enkele maanden ontslag nam was iedereen geschokt. Toen hij Lord Carnavon ontmoette bood dit de kans op een nieuw begin.




De ontdekking:

Carter en Carnavon waren al een tijdje aan het werk in het dal der koningen maar hadden nog geen echte grote ontdekkingen gedaan. Ze hadden al wat graven gevonden, maar ze waren allemaal geschonden. De teleurstellingen en de kosten van de opgravingen begonnen dan ook op te stapelen. Het geld raakte op. Carter kwam echter met een voorstel: hij zou het volgende seizoen zelf gaan financieren om het laatste stuk in het dal der koningen nog te onderzoeken. Carnavon stemde hiermee in maar stond erop dat hij het ging financieren. Meteen werd het graf van Ramses al gevonden. Na drie dagen werd er naast het graf van Ramses treden van een trap gevonden. Dat hebben ze de volgende dag bloot gelegd. Carter zocht, maar tevergeefs, naar een naam in de zegelafdrukken. Voorlopig moest de vraag wie de eigenaar was onbeantwoord blijven. Toen de trap helemaal was schoongemaakt waren de zegelafdrukken duidelijk te zien en konden ze de Toetanchamon ontcijferen.

Drie dagen later vonden ze een nieuwe deur, die over de gehele oppervlak was bedekt met ovale zegels en in de linker boven hoek was afgesloten. Toen ze naar binnen gingen konden ze hun ogen niet geloven. Er lagen stapels goud. Ze vonden vier verschillende vertrekken en daarachter steeds mooie schatten en beelden. In de vierde kamer trok echter iets anders hun aandacht. Het was duidelijk wat voor bergplaats dit was.

Het nieuws verspreidde snel. Veel mensen boden aan om mee te helpen om onder andere het graf uit te ruimen. Het graf werd dan ook ontruimd.



De vloek.

Lord Carvanon werd ineens ernstig ziek toen ze het graf van Toetanchamon aan het ontruimen waren. Toen hij zich stond te scheren had hij namelijk een muggenbeet open gesneden, die lelijk begon te bloeden. Hij raakte nog meer verzwakt dan hij al was door de infectie die hij kreeg. In die tijd hadde ze namelijk nog geen penicilline. Hij kreeg er later ook een longontsteking bij en overleed. De dood van Lord Carnavon richtte de publieke aandacht op een net twee week geuite waarschuwing van een romanschrijver dat de ijzijndwekkenste straf elk vermetelde indringerin een verzegeld graf achtervolgt. Het ging het publiek voorbij dat Lord Carnavon ooit een echt sterk gestel had bezeten. Het publiek gaf er de voorkeur aan om zijn plotselinge overlijden te beschouwen als het onvermijdelijke gevolg van het verstoren van de rust van de farao.

Het gonste praatjes. Op een dag dat het graf werd geopend, werd Carters kanarie door een cobra verslonden. De cobra is de slang op het voorhoofd van de farao die vuur spuugt naar zijn vijanden. Op het zelfde ogenblik dat Lord Carnavon overleed- zo wordt beweerd gingen alle lichten op onverklaarbare wijze uit. Lord Carnavon’s broer overleed plotseling ook. De gezondheid van Arthur mace, carters rechterhand, was achteruit gegaan en hij stierf in de tijd dat lord Carnavon ook overleden was. Iedereen die ook maar iets met Carnavon te maken had gehad en ook stierf werd meteen van gedacht dat het door de vloek kwam. Carter zelf stierf pas op 64jarige leeftijd.

Er werd beweerd dat de inscriptie op de mummie aangaf: De dood zal op snelle vleugelen komen tot hem die het graf van de farao beroert.

Het kan echter niet worden ontkend dat de dood bijzonderselectief was bij de keuze van zijn slachtoffers en er verbazend lang over deed om voor diegenen te komen die misschien het nauwst bij het werk betrokken waren.



Wat lag er allemaal in het graf van Toetanchamon.

Er lag allemaal voedsel in het graf zoals rundvlees en schapenvlees, er lag honing, en brood en cakes. Als nagerecht lag er dadels, vijgen, druiven, amandelen en palmvruchten.


Er werden elf manden met watermeloen pitten aangetroffen. En er lagen 30 grote kruiken wijn.

Hij nam ook in het graf allemaal spellen mee. Ook nam hij schrijfmateriaal mee.

Ook lagen in het graf 46 bogen waarvan de grootste 1.80 meter was, en hij was zelf maar 1.63. Er lagen ook 400 pijlen in het graf en een grote verzameling knuppels, boemerangs en messen. Er stonden ook zes strijdwagens in het garf; vier daarvan waren staatsiewagens van met hout over trokken bladgoud, gedecoreerd met reliefs en ingelegd met glas. De twee lichtste wagens waren speciaal geschikt voor scherpe manoeuvres tijdens de jacht.

Er lagen ook 130 wandelstokken die verzamelde hij. Zo lag er een staf die versierd was met twee gevangenen een Nubier en een aziaat. Hij had ook wandelstokken van ebbenhout, ivoor, zilver en goud. Ook was er een van riet men denkt dat Toetanchamon die zelf heeft gemaakt, want er staat een inscriptie in: Een rietstengel die zijne majesteit eigenhandig sneed.

Ook lag er veel kleding in het graf zoals: sandalen, sieraden, overhemden, handschoenen, ondergoed. Ook werd er een levensgrote houten mannequin gevonden met het gezicht van toetanchamon. Het lichaam van de pop was wit geschilderd en dat moest een hemd voorstellen, en werd waarschijnlijk gebruikt om kleding en met juwelen ingelegde kragen te tonen.

In het graf lagen ook twee mummies van vrouwelijke foetussen, men denkt dat het de twee kinderen zijn van Toetanchamon. Want Anchesenamon heeft twee miskramen gehad. Het eerste kind is bij de 5e zwangersschapmaand

Overleden en de andere waarschijnlijk bij de geboorte.

Ook lag er stukken rundvlees en gemummificeerde eenden in dozen.

Er lagen tuiltjes bloemen en een vergulde troon. Er stonden bedden in de vorm van fantasie dieren. En een soort pop zonder armen.



Het graf.

Carter had aanwijzingen ontvangen en hij is dus in de buurt van de graven van ramses 4 en ramses 6. Toen hij op 4 november 1922 ’s ochtends bij het terrein aankwam, was de sfeer bij de opgravingen heel anders dan de vorige dagen: men wachtte op hem in indrukwekkende stilte. Hij begreep dat zijn werklieden nu het einddoel van het speurwerk hadden bereikt. Een in de rots uitgehouwen trede was blootgelegd, die tot nu toe bedekt was geweest met puin, dat over de gehele oppervlakte van de bodem, onderlangs het graf van ramses 6 lag. Na de eerste trede werden er nog vijftien uitgegraven, die in de vorm van een trap met een breedte van 1,60 meter en een lengte van 4 meter naar een deur leidden: dat was een rechthoekige opening met een zware houten balk erboven die volkomen geblokkeerd werd door stenen, waarvan het oppervlak bepleisterd was. De wand die zich aan de opgravers vertoonde droeg sporen van zegels. Op het bovenste deel van de muur waren dit uitsluitend zegels van de koninklijke dodenstad. Op het onderste deel van de muur waren andere zegels aangebracht, waarvan de vorm die was van de cartouches met de kroningsnaam van toetanchamon, die Neb-Cheperoe-Re wordt uitgesproken. Nog iets anders werd vastgesteld: het graf moest geplunderd zijn, aangezien sporen van tweemaal na openbreken. De opening was wel dichtgepleisterd, maar nog goed zichtbaar. Men denkt dat ze het graf betreden hadden nadat de muur verzegeld was. Die sporen bevestigden de bange verwachtingen van de opgraver. Hij had, op het ogenblik dat het puin dat de trap opvulde, weggeruimd werd opgemerkt dat er een tunnel voor een man van middelmatige omvang uitgespaard was, die weer dichtgeggooid was met brokstukken steen en puin van donkerder kleur dan het omringende puin.

Op 25 november werd deze deur helemaal weggebroken. Erachter begon aan het eind van de zestiende trede, een soort gang, uitgehouwen in een rots en evenals de trap, opgevuld met puin. Die droeg eveneens sporen van binnendringers en was ook weer dichtgegooid met brokken zwartachtige steen. Die gang leidde naar een tweede deur gelijk aan de eerste. Deze tweede deur gaf toegang tot het voorvertrek van het graf. Er waren weer sporen van inbraak, alles was weer dichtgegooid en opnieuw verzegeld. Toen deze deur op 29 november plechtig werd geopend dachten de opgravers door de meest onverwachte voorwerpen meteen dat zich hier een bergplaats met voorwerpen voor de koninklijke grafcultus bevond, die nagenoeg ongeschonden was, maar in elk geval in


verschrikkelijke wanorde verkeerde: niets was gerangschikt, alles was op elkaar gestapeld.



De zuidelijke kamer of het voorvertrek.

Het voorvertrek van het graf lag zuid-noord, loodrecht op de toegang, die uitkwam op het oosten. De vloer van het voorvertrek was bezaaid met puin, brokstukken aardewerk, plantendelen en manden; De plunderaars die tot tweemaal toe in het graf doorgedrongen waren, hadden bepaalde voorwerpen verplaatst, kisten opengebroken, manden geopend, de kostbare olien uit de vazen gegoten. Maar bijna alles was aanwezig. Carter vermeldde dat zich alleen al in dit eerste vertrek al 171 verschillende voorwerpen en meubelstukken bevonden. In het voorvertrek bevonden zich uitsluitend voorwerpen met de naam van Toetanchamon erop, maar sommigen ervan lagen zeker niet op hun oorspronkele plaats. Die waren door grafrovers verplaatst.



De westelijke of grafkamer

Eerst op 17 februari 1923 haalde archeologen de muur of de deur omver tussen het voorvertrek en de grafkamer, die door twee grote beelden bewaakt werden. De sporen van weer dichtgepleisterde openingen bewezen dat de dieven ook hier waren geweest. Maar de enorme met goud beslagen schrijn, die achter de deur te voorschijn kwam, scheen niet van de plundering te leiden hebben gehad. De graf kamer lag oost-west en de vloer lag lager ten opzichte van die van het voorvertrek.

Vanaf de tiende oktober 1925, de dag waarop de eerste sarcofaag geopend werd, beleefden de onderzoekers en de persoonlijkheden, die uitgenodigd waren, een echt avontuur. Men kwam nu aan een derde mummievormige kist gewikkeld in een lijkwade die bestond uit een lap rood linnen. Alleen het gelaat bleef onbedekt in het duister waarin de dodenpriesters het bij de bijzetting hadden gedompeld. Op de borst en de afhangende pruik lag nog een bloemkrans op een ondergrond van papyrusstengels. De sarcofaag was van massief goud waarin een godsdienstige voorstelling was gegraveerd; men zag hierop de vleugels van de godinnen Isis en Nephtys verstrengeld en op de armen van de sarcofaag, in goud cloisonne, tekenden zich, in relief, de grote godinnen van opper egypte en neder egypte af: Nechbet en Boeto. De twee sarcofaag werd omvat door de uitgespreide vleugels van de godinnen Nechbet en wadjet. De massief gouden sarcofaag verenigde de vier godinnen om het lijk van de overleden koning. De laatste sarcofaag werd op de ochtend van de achtentwintigste oktober 1925 geopend. Toen zagen ze het unieke gouden masker op de mummie liggen. Dat de indrukwekkende portret van de overleden koning vormde: het was geplaatst op de koning, bijna geheel verkoold door de zalfoliendie er op het moment van de begrafenis over gegoten waren.

Meer dan honderddrieenveertig juwelen waren op honders en een plaatsen over het ingezwachteld lijk verdeeld.

De ernstig aangetaste mummie werd door dokter Derry letterlijk als een zieke verpleegd. Nadat de mummie gerestaureerd was had ze een lengte van ongeveer 1.63 meter; volgens dokter Derry moet Toetanchamon op het moment van zijn overleden 1.67 zijn geweest terwijl andere bronnen beweren dat hij gewoon 1.63 was op het moment van overlijden.



De zogenaamde schatkamer aan de noordzijde.

Een lage opening in de noordoosthoek van de grafkamer gaf toegang tot een klein vertrek. Het scheen dat men hem nooit dichtgemetseld had. De dieven waren er kennelijk in doorgedrongen, aangezien in sommige kisten de juwelen gedeeltelijk verwijderd waren. Dit vertrek was niet versierd. Carter noemde dit de schatkamer en inderdaad lagen de kostbaarste voorwerpen daar.



Het zijvertrek – aan de westzijde.


Zodra de archeologen het voorvertrek leeggemaakt hadden en alle voorwerpen verwijderd, die tegen de grafbedden stonden opgestapeld, hadden ze in de zuidelijkewest hoek van dit vertrek een deur ontdekt, die al in de oudheid opengebroken was; deze toegang was gebleven en bevond zich precies onder het grote grafbed, dat de nijlpaard godin uitbeeldde. Daarachter bevond zich het zijvertrek van het graf.

REACTIES

R.

R.

het is een goed werkstuk alleen jammer dat het niet in het engels is, want ik doe zo'n opleiding waar bijna alles enggels is. Maar verder een goed werkstuk

21 jaar geleden

C.

C.

ik vindt het heelgoed ik heb er een 8.9 mee gekregen bedankt

21 jaar geleden

S.

S.

heej

het is een heel mooi werkstuk en ook erg bruikbaar. bedankt

16 jaar geleden

A.

A.

kan er ook nog iets over het masker?????

13 jaar geleden

J.

J.

goed

12 jaar geleden

A.

A.

Heel goed werkstuk; een puntje, dat hij zoveel stokken had kwam omdat hij een klopvoet had en een ontstoken knie door een breuk. Hij kon moeilijk zelf lopen en had daarom zoveel stokken. Zodat hij kon afwisselen

10 jaar geleden

G.

G.

door Gerrit :

Wow, jij hebt je vast goed gedocumenteerd! Ik heb per toeval de site ontdekt toen ik wat opzoekwerk verrichtte. Ik heb dat van die klompvoet nooit geweten. Proficiat! Doe zo verder en je komt nog ver!

De groetjes,

Gerrit

10 jaar geleden

A.

A.

ik vind het een goed werkstuk ik hoop dat ik er wat mee kan en dat ik een goed cijfer haal met dit werkstuk die jullie hebben gemaakt

9 jaar geleden

H.

H.

kan er ook nog iets bij van zijn opa???

8 jaar geleden

G.

G.

Prachtig werkstuk Charlotte. Je hebt je cht verdiept in het onderwerp. Wil je nog meer lezen over farao Toetankhamon, lees dan mijn boek: De jongen achter het masker, een historische Young Adult roman.

7 jaar geleden

I.

I.

wat voor een hoofdstuk moet ik doen????

6 jaar geleden

J.

J.

Wanneer is zijn sterfdag?

5 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.