Drie Gratiën

Beoordeling 4.3
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 1961 woorden
  • 16 april 2004
  • 14 keer beoordeeld
Cijfer 4.3
14 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Twijfel je nog over jouw studiekeuze?

Of heb je hulp nodig bij het inschrijven? Bezoek dan onze Extra Open Avond op 7 juni. Kom een kijkje nemen en voel hoe het is om te studeren bij Hogeschool Inholland. Wij staan voor je klaar! 

Meld je aan!

Inleiding.

In dit werkstuk ga ik het hebben over de invloed die klassieke voorbeelden in de kunst hadden. Om daarachter te komen, ga ik naar de invloed over verschillende periodes kijken. Ook ga ik kijken wat het begrip classicisme betekent en wat het ermee te maken had. Aan het eind zal ik dan mijn onderzoeksvraag beantwoorden. Die onderzoeksvraag luidt: Hoe is de westerse kunst omgegaan met het klassieke voorbeeld van onder andere de drie gratiën? Hoewel ik zeg onder andere, bespreek ik alleen het voorbeeld van de drie Gratiën. Classicisme. Als je de betekenis van classicisme uit het woordenboek haalt, krijg je de volgende betekenis: ‘richting in de kunst die de Griekse en Romeinse oudheid navolgt’. In Nederland heeft die stroming de naam classicisme gekregen, maar in bijvoorbeeld heet het neoclassicisme. Het classicisme heeft niet in elke periode dezelfde vorm gehouden; er zijn verschillen te zien tussen bijvoorbeeld de Renaissance en het postmodernisme. In de Renaissance is de kleding namelijk meer op de klederdracht uit de oudheid gericht en in het Postmodernisme staan de drie Gratiën in spijkerbroek afgebeeld. Hier volgen van de Middeleeuwen tot aan het Postmodernisme de kenmerken van het classicisme van die tijd.

De Middeleeuwen (500-1500): De drie Gratiën worden niet als vrouwen uit de Oudheid afgebeeld, maar als tijdgenoten; de vrouwen zien eruit alsof ze in de Middeleeuwen thuis horen. Dit wordt ook wel anachronisme genoemd. Dit is een kenmerk die echt specifiek is voor de Middeleeuwen. De Renaissance (1500-1600): In de Renaissance werd de manier van tekenen die ze in de Oudheid hadden gekopieerd. Ook werd een boodschap in het kunstwerk gestopt. Ook werd de classicistische kunst voor een geschoold publiek gemaakt. De Barok (1600-1730): De Barokkunst is dramatisch, pathetisch en vol beweging en spanning. Meer kenmerken heeft de Barok niet, maar de Barokkunst is wel makkelijk te herkennen. De Rococo (1730-1800): De Rococo is een stijl die erg gericht is op decoratie. De kunstwerken uit die tijd behandelen aloude thema’s op een luchtige en erotische manier. Het Neoclassicisme (1800-1960): Het Neoclassicisme idealiseerde de Griekse kunst. De edele eenvoud en de serene grootsheid werden de norm en niet alleen in de kunst en architectuur, maar ook in kleding, omgangsvormen, politiek en opvoeding. Dit kan je ook wel ‘de liefde voor Griekenland’ noemen. Met deze neoclassicisme wordt het andere woord voor classicisme bedoelt. De Nazi-kunst (1930-1945): De Nazi-kunst was door Hitler, Mussolini en Stalin tot officiële kunst uitgeroepen, daardoor werd de kunst eigenlijk als propaganda gebruikt. Volgens mij zijn er verder eigenlijk geen kenmerken van het classicisme in die tijd. Het Postmodernisme (vanaf 1980): Het classicisme is in het postmodernisme heel prominent aanwezig. Soms ironiserend, soms vervreemdend, maar toch ook weer heel vaak serieus. De drie Gratiën.

Ik heb het nu al de hele tijd over de drie Gratiën, maar wat zijn zij eigenlijk? De drie Gratiën zijn de drie belangrijkste godinnen, namelijk Hera, Athena en Aphrodite. De drie Gratiën zijn in het verhaal van het Parisoordeel voor eerst voorgekomen. Van die drie Gratiën werd Aphrodite tot mooiste gekozen. Om het wat duidelijker te maken, zal ik een stukje van het Parisoordeel citeren. “Toen Zeus’ dochter Thetis met Peleus trouwde, werden, zo gaat het verhaal, alle goden voor het feestmaal uitgenodigd behalve Eris, dat is de Ruzie. Toen deze na een tijdje toch opdook en geen toegang kreeg tot het feestmaal, gooide zij vanuit de deuropening een gouden appel, waarop stond: ‘De mooiste vrouw mag mij pakken’. Hera, Aphrodite en Athena eisten de schoonheidsprijs ieder voor zich op. Zo kregen zij een stevige ruzie. Toen gaf Zeus aan Hermes de opdracht om hen naar Paris te brengen en hem te laten oordelen. Indien hij haar zou kiezen, beloofde Hera hem over alle landen te laten heersen en hem de rijkste van de mensen te maken, maar Athena dat hij de dapperste onder de stervelingen zou zijnen vaardig in elke kunst als zij als winnares uit de bus zou komen. Maar Aphrodite beloofde hem Helena, de mooiste van alle vrouwen, als echtgenote te geven. Paris stelde het geschenk van deze laatste godin boven dat van de anderen en sprak als oordeel uit dat Aphrodite de mooiste was.”

In het citaat worden de godinnen Hera, Aphrodite en Athena genoemd, maar er wordt niet bij gezegd waar zij de godinnen van waren. Om alles nog wat duidelijker te maken, zal ik bespreken wat elk van die godinnen deed, wat hun kenmerken waren en waarvan ze de godin waren. Hera: Hera is de vrouw en de zus van Zeus en ze is de dochter van Cronus en Rhea. Ze is de koningin van de godinnen. Hera werd meestal geëerd als de godin van het huwelijk en de geboorte. De koe en de pauw zijn haar heilige dieren. Hera’s wagen werd ook voortgetrokken door pauwen. De kraai en de granaatappel, het symbool voor het huwelijk, waren ook aan haar opgedragen, net als een diadeem, een kostbaar versierde voorhoofdsband, en een sluier. Hera werd meestal als een majestueuze, plechtige vrouw afgebeeld. Aphrodite: In de Griekse mythologie is Aphrodite de godin van de liefde, schoonheid en seksuele extase. Ze is de vrouw van de smidgod Hephaestus en de dochter van Uranus, de vader van de goden. De kenmerkende voorwerpen van Aphrodite zijn onder andere de granaatappel, de dolfijn, de zwaan, de duif en de limoenboom. Athena: Athena is de godin van wijsdom, oorlog, kunst, industrie, rechtvaardigheid en vaardigheid. Ze was de favoriete dochter van Zeus en de dochter van Metis, de eerste vrouw van Zeus. Athena werd uit het hoofd van Zeus geboren; Zeus had erge hoofdpijn en riep Hephaestus om zijn hoofd open te splijten en toen kwam Athena eruit. Haar metgezel was de godin van de overwinning, Nike. De kenmerkende attribuut van Athena is de uil.

Betoog. Om te beginnen zal ik het classicisme uitleggen. Het classicisme is een richting in de kunst die de Griekse en Romeinse oudheid navolgt. Het classicisme heeft niet in alle landen dezelfde naam; in Frankrijk bijvoorbeeld heet het classicisme neoclassicisme. Heet classicisme heeft in veel periodes invloed gehad op de kunst. De periodes vanaf de Middeleeuwen tot aan het Postmodernisme ga ik behandelen. In het Memo werkboek staan bronnen waarin het classicisme te zien is. Elk van die bronnen beelden de drie Gratiën uit. Aan de hand van die bronnen en de gegevens die ik heb, ga ik mijn vraag beantwoorden en die vraag luidt: Hoe is de Westerse kunst omgegaan met het klassieke voorbeeld van de drie Gratiën?

Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Leraar worden

Alles wat je moet weten over leraar worden

Betoog. Om te beginnen zal ik het classicisme uitleggen. Het classicisme is een richting in de kunst die de Griekse en Romeinse oudheid navolgt. Het classicisme heeft niet in alle landen dezelfde naam; in Frankrijk bijvoorbeeld heet het classicisme neoclassicisme. Heet classicisme heeft in veel periodes invloed gehad op de kunst. De periodes vanaf de Middeleeuwen tot aan het Postmodernisme ga ik behandelen. In het Memo werkboek staan bronnen waarin het classicisme te zien is. Elk van die bronnen beelden de drie Gratiën uit. Aan de hand van die bronnen en de gegevens die ik heb, ga ik mijn vraag beantwoorden en die vraag luidt: Hoe is de Westerse kunst omgegaan met het klassieke voorbeeld van de drie Gratiën?

Bron 4: Deze bron hoort niet bij één van de periodes die ik bespreek, omdat hij uit de tweede eeuw na Christus komt. De periode die als eerst beginnen is de Middeleeuwen en die beginnen pas in 500 na Christus. Ik weet dus ook niet uit welke periode dit beeld wel komt. Bron 5: Deze bron hoort bij de Renaissance, omdat de stijl uit de Oudheid erg goed is nagemaakt en dat is één van de kenmerken van de Renaissance. Dit zie je ondermeer aan hoe de vormen zijn getekend; de afgebeelde personen zijn ‘rond’ van vorm en met ‘rond’ bedoel ik dat eigenlijk hun lichamen overal met een rondlopende lijn zijn getekend. Bron 6: Deze bron is in de Barok gemaakt. Dat zie je vooral doordat er veel beweging in zit; het is net alsof de personen die op het schilderij staan zich zo kunnen gaan bewegen, zo echt lijken ze. Het schilderij is op de één of andere manier ook wel dramatisch, doordat de mensen uitdrukkingen op hun gezicht hebben en je dus ook de uitdrukking van verdriet bij de twee Gratiën die zijn afgewezen kunt zien. Bron 7: Deze bron hoort in het Postmodernisme thuis, omdat de ironie eigenlijk van het schilderij afdruipt. Dit is typisch een kenmerk voor het Postmodernisme. Door de drie Gratiën zo af te beelden, geef je ze ook een bepaalde onafhankelijkheid mee, vind ik persoonlijk;ze staan erbij alsof ze niemand nodig hebben. Bron 8: Bron 8 hoort bij de Nazi-kunst. Je ziet dat Paris eigenlijk ‘de baas’ is over de drie Gratiën, omdat hij een man is. Maar het schilderij zegt ook meteen dat men vrouwen wel nodig heeft. Ik vind dat deze bron tevens propaganda is, omdat het aangeeft dat mannen altijd nodig zijn en voor die tijd in het leger. Bron 9: Ook deze bron hoort bij de Renaissance. Deze bron verschilt wel van bron 5, maar hij heeft nog wel dezelfde kenmerken. Ook in deze bron is de stijl uit de Oudheid afgekeken en gebruikt. En net als in bron 5 zijn de personen zeer rond getekend. Bron 10: Het is duidelijk te zien dat deze bron bij de Rococo hoort door de luchtige manier van afbeelden. Ook is er duidelijk een erotisch tintje te bespeuren wat ook een belangrijk kenmerk is van de Rococo. Het schilderij legt de nadruk ook op de decoratie, namelijk de wolken om de drie Gratiën heen. Bron 11: Deze bron hoort bij het Neoclassicisme, maar dan niet het neoclassicisme die ze in Frankrijk in plaats van classicisme gebruiken. De kenmerken van het Neoclassicisme die je ook in dit schilderij terugvind zijn dat het schilderij volgens de stijl van de Oudheid is geschilderd en geïdealiseerd naar de normen van die tijd.

Dit wil je ook lezen:

Ik hoop dat ik hiermee voldoende informatie en uitleg daarbij heb gegeven en dat alles duidelijk is. Ik ben van mening dat ik dit niet beter kan uitleggen. Tot slot wil ik nog even kwijt dat ik vind dat je kunt zien dat de kunstenaars die de drie Gratiën als voorbeeld hebben gebruikt, respect hebben voor het origineel, omdat er niet serieus mee wordt gespot. Natuurlijk wordt er in bron 7 ironie gebruikt, maar dit is niet serieus te nemen Conclusie.

De Westerse kunst goed met het klassieke voorbeeld van de drie Gratiën is omgegaan. Je ziet dat men er respect voor had, door de manier waarop ze het voorbeeld hebben gebruikt. Vooral in de Renaissance en het Neoclassicisme, omdat ze in die periodes de stijl, die men in de Oudheid had gebruikt, hebben nagemaakt. Geen van de genoemde periodes hebben de drie Gratiën ‘belachelijk’ gemaakt. Daarmee bedoel ik dat ze het beeld niet zó hebben veranderd, dat het bijvoorbeeld erg lachwekkend of sentimenteel wordt, alhoewel ironie soms wel wordt uitgebeeld. Eigen mening. Ik vind dat de stijl in de verschillende besproken periodes niet veel is veranderd. Dit komt doordat ze eigenlijk allemaal hetzelfde uitgangspunt hebben. Ik vind het wel jammer dat ze in plaats van een beeld vaak een schilderij hebben gemaakt, omdat dat toch wat van het origineel weghaalt. Aan de ene kant vind ik dat de kunstenaars beter een beeld hadden kunnen maken. Aan de andere kant vind ik dat een schilderij toch ook weer origineel is, qua idee dan. Het is dan alleen wel jammer dat na het eerste schilderij iedereen een schilderij ging maken. Evaluatie.

Ik vond het werken aan dit werkstuk niet vervelend, maar ook niet echt heel leuk. Ik heb dit onderwerp gekozen, omdat de oudheid me interesseert; ik vind het leuk om dingen over vooral Griekse goden te lezen en de mythologie die erbij hoort. Ik heb door dit werkstuk wel veel over het classicisme geleerd; voordat ik aan dit werkstuk begon, had ik eigenlijk nog nooit van het classicisme gehoord. Ik had al wel van het Parisoordeel gehoord en ik had die mythe op de basisschool, volgens mij, al een keer gelezen, maar ik had eigenlijk niet van de drie Gratiën gehoord. Volgens mij worden de drie Gratiën niet zo in de mythe genoemd, maar gewoon bij hun naam. Bronvermelding. De bronnen die ik heb gebruikt zijn: - Memo handboek - Memo werkboek - www.google.nl - www.scholieren.com - www.logia.com - www.patheon.org

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.