Discriminatie in Amerika

Inleiding: We willen gaan onderzoeken waarom de zwarte mensen in de jaren '50 en '60 in Amerika gediscrimineerd werden ondanks de gelijke rechten in de grondwet. We doen dit doormiddel van 4 deelvragen. - Wat stond er in de grondwet over gelijke rechten en hoe werd die gehandhaafd? - Hoe en waar werden de zwarte mensen gediscrimineerd? - Wat werd er tegen de discriminatie gedaan? - Welke beroemde mensen in Amerika waren tegen de discriminatie en wat deden ze ertegen? Hier doen we onderzoek naar en zo geven we antwoordt op de deelvragen. Door de deelvragen kunnen we goed antwoordt geven op de hoofdvraag. We hebben dit onderwerp gekozen, omdat het ons interessant leek. We wisten niet zoveel over dit onderwerp en het leek ons leuk om hier meer over te weten te komen. Deelvragen: 1: Wat stond er in de grondwet over gelijke rechten en hoe werd die gehandhaafd? In de grondwet stond: " Geen slavernij noch onvrijwillige dienstbaarheid, behalve als de straf voor een misdrijf waartoe de betrokken persoon rechtmatig veroordeeld zal zijn, zal bestaan in de Verenigde Staten of in enig gebied dat aan hun bevoegdheid onderworpen is." ( zie plaatjes) Ook stond er: " Het stemrecht van de burgers van de Verenigde Staten zal door de Verenigde Staten of door enige Staat niet ontnomen of beknot worden op grond

van ras, kleur of vroegere staat van slavernij." Deze wetten stonden in de grondwet na de burgeroorlog tussen noord en zuid. In de burgeroorlog vocht noord ( waar geen slavernij was) tegen Zuid ( waar wel slavernij was). noord won van zuid en in heel Amerika werd de slavernij verboden. Het zuiden hield zich er niet echt aan. ( zie ook vraag 2). 2: Hoe en waar weden de " zwarte mensen" gediscrimineerd? De zwarte mensen werden in vanalles benadeeld. Dit gebeurde vooral in het zuiden. Na de burgeroorlog werd de slavernij ook in het zuiden afgeschaft, maar de zwarte mensen kregen geen gelijke rechten. De staten in het zuiden bedachten allemaal smoesjes om onder de regel uit te komen. Zo zeiden ze dat als de zwarte mensen wilden stemmen ze eerst de grondwet moesten begrijpen. Ze moesten dan een stuk uit de grondwet voorlezen en uitleggen, als dat volgens de blanken fout was mochten ze niet stemmen. De zwarten mochten ook niet naast blanken in de bus zitten. Alles was apart voor de zwarten. Ze hadden aparte ziekenhuizen, parken ook alle openbare gebouwen waren apart voor zwart en blank. Bij de rechtbank waren er zelfs aparte bijbels om de eed af te leggen. 3: Wat werd er tegen de discriminatie gedaan? Er werd niet veel tegen gedaan, want rassendiscriminatie bleef. De zwarten zelf deden er ook niet zoveel tegen, omdat ze dan opgepakt konden worden. Ze waren bang. Sommige blanken kwamen wel in opstand tegen de discriminatie maar dat had meestal niet veel zin. Op 1 dec. 1955 had Rosa Parks, lid van de NAACP, genoeg van al die aparte dingen voor de zwarten. Ze stond in een bus niet op voor een blanke. Door de daad van Rosa besloten de zwarten een busboycot te ondernemen. De busmaatschappijen gingen bijna failliet door deze actie van Rosa, waardoor ze gearresteerd werd, was er een rechtzaak op gang gekomen. Het Hof deed de uitspraak dat rassenscheiding in het openbaar vervoer in de strijd was met de grondwet. Met ingang van 20 dec 1956 werd de rassenscheiding in het openbaar vervoer verboden. Rosa en de andere zwarten hadden een belangrijke overwinning behaald. 4: Welde beroemde mensen in Amerika waren tegen de discriminatie en wat deden ze ertegen? Toen in 1961 John F. Kennedy aan de macht kwam stelde hij het congres voor een wet op burgerrechten en een wet op het kiesrecht aan te nemen. Hij probeerde hiermee te bereiken dat zwarten niet meer als 2e rangs burgers werden behandeld en werden afgehouden van het kiesrecht. Na het voorstel van Kennedy organiseerde Martin Luther King in 1963 een demonstratie waarnaar een kwart miljoen mensen naar Washington kwamen. Ze wilden daar het Congres onder druk zetten. In 1963 werd Kennedy vermoord, nog voordat de wet was aangenomen. Onder zijn opvolger Johnson kwamen de wetten erdoor in 1964 en 1965. Hoofdvraag: Waarom werden de "zwarte mensen" in de jaren '50 en '60 in Amerika gediscrimineerd ondanks de gelijke rechten in de grondwet? Voor 1865 bestond er geen slavernij in het noorden maar wel in het zuiden. In 1861 tot 1865 was er een Amerikaans burgeroorlog tussen noord en zuid. noord won de oorlog en de slavernij werd in het zuiden ook afgeschaft. Toch werden de zwarten in het zuiden nog benadeeld. Ze hadden geen gelijke rechten. Als de zwarten wilden stemmen, moesten ze de grondwet eerst begrijpen, ze moesten een heel moeilijk stuk voorlezen uit de grondwet, als ze niet voldeden aan de eisen van de blanken, kregen ze geen stemrecht. Voor de zwarten was het heel moeilijk, want de meesten konden niet lezen. Alles was apart voor blank en zwart. De blanke mensen discrimineerden de zwarten, omdat ze altijd al slaven waren geweest en dus volgens de blanken dus minder waren.