Anne Frank

Beoordeling 7.6
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • groep 8 | 2766 woorden
  • 26 mei 2006
  • 328 keer beoordeeld
Cijfer 7.6
328 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Inhoud Inhoud
Anne Frank
Adolf Hitler aan de macht
Het achterhuis
Het dagelijkse leven
Concentratiekampen
Het achtergebleven dagboek
Na de oorlog
Anne Frank Stichting
Bronvermelding Anne Frank Anne werd op 12 juni 1929 geboren in de Duitse stad Frankfurt. Ze had ook een iets oudere zus zij heette Margot zij is geboren op 16 februari 1926. Hun ouders heetten Otto Frank (vader) en Edith Frank-Holländer (moeder). Het was zomer toen Anne het ziekenhuis verliet, de familie Frank woonde aan de Marbachweg 307. Daarna verhuisden ze eind maart 1931 op de Ganghoferstrasse 24. In die buurt was het veiliger en gezonder voor de kinderen, dachten de ouders. Anne en haar familie waren Joods, dat wil zeggen dat zij verbonden waren met de Joodse tradities maar ze waren niet streng gelovig. 12 juni was Anne Frank jarig. Ze stapte om 6 uur uit haar bed omdat, ze vandaag 13 jaar wordt. Om 7 uur ging ze naar beneden in de slaapkamer van haar ouders. Het was oorlog het land was al 2 jaar onder bezet van Duitsland. De familie Frank woont in Amsterdam. Nu nog in een nieuwbouwbuurt. Deze dag kreeg Anne heel veel cadeautjes. Ze kreeg boeken, puzzels, een broche, snoep, geld en nog veel meer. Ze kreeg ook van haar ouders een dagboek. Anne was daar heel blij mee. Het was haar allermooiste cadeau. Het werd haar beste vriendin. Een vriendin die ze kon toevertrouwen. Op de eerste pagina schreef ze: ik zal hoop ik aan jou alles kunnen toevertrouwen, zoals ik het nog aan iemand gekund heb, en ik hoop dat je een grote steun voor me zult zijn. (Anne Frank, 12 juni 1942) Ze noemde haar dagboek: ‘Kitty’. Later, op 16 juni begon ze erin te schrijven. Adolf Hitler aan de macht Wanneer Anne geboren werd, was de economie slecht in Duitsland. Er was armoede en werkloosheid. Iedereen was ontevreden. De Nationaal Socialistische Duitse Arbeiders Partij, de NSDAP, kreeg de meeste stemmen. Die partij had ook een leider, Adolf Hitler en zijn aanhangers heetten de nazi’s. Hitler zei, dat de Duitsers de slimste, de beste zijn een soort supermensen. Daarom hadden zij recht om van andere volken slaven te maken. Hitler beloofde aan elke Duitser werk en geld. Hij zou een prachtig toekomst geven. Iedereen vroeg zich af waarom er zoveel werkloosheid was. Hitler had altijd een antwoord op alle problemen: het ligt aan de Joden, zei hij. Hij beweerde, dat Joden gevaarlijk en slecht zijn. Door dit te zeggen komt hij dicht in de beurt van Jodenhaat. Niet alleen Joden waren slecht, volgens hem, hij hield ook niet van homoseksuelen, zigeuners en gehandicapten mensen. Deze soort mensen werden als slaven gebruikt of werden gedood. Joden moesten ook jodensterren dragen net als de David ster maar dan met zwarte letters getypt: ‘jood’. Joden boven de 6 jaar moesten die dragen. Het was een opdracht van de Duitse nazi’s. Het was zo om de Joden te identificeren. Het moest zichtbaar op de linkerkant van je borst zijn genaaid. Als je zonder een Jodenster naar buiten gaat en een politieagent ziet je, werd je meteen in elkaar geslagen.
Het achterhuis Toen de familie Frank dit te horen kreeg waren ze alle hoop voor hun land verloren. Ze moesten vluchten uit Duitsland. Hun beste keus was om naar Nederland te gaan. Otto was niet de enige die zich ongerust maakte over Duitsland. Vele andere mensen moesten vluchten nadat de nazi’s de baas waren over Duitsland. Maar niet iedereen kon weg, voor een reis is geld nodig en niet iedereen had geld. Er kwamen steeds stapje, voor stapje strengere regels voor de Joden. Ze mochten geen winkels in ook trams waren verboden voor hen. De familie Frank kwam in Nederland aan, Otto had snel een huis gevonden, het was op de Merwedeplein op de tweede etage. Otto had ook een baan, hij begon met zijn nieuwe bedrijf in 1933. Hij werkte voor Opekta, daar maakten ze pectine. Dat is een soort vruchtenpoeder dat je nodig had om jam te maken. Veel mensen kochten het omdat, het veel goedkoper was dan gewone jam in een pot. Dit was het symbool van Opekta, Anne had deze poster in haar kamer
Als je de inlichtingen dienst belde van Opekta, kreeg je Miep Santrouschitz aan de lijn. Zij werkte bij Otto op kantoor. Otto vertelde over de vreselijke gebeurtenissen in Duitsland. Ook Miep was tegen Hitler en de nazi’s. In 1938 kwam er een nieuw bedrijf bij: Pectacon B.V. Dit bedrijf handelde vleesproducten en kruiden. Otto’s handelsgenoot word Hermann van Pels zij hadden ook een zoon: Peter. Op 1 december 1940 verhuisde het bedrijf Opekta. Ze gingen naar de Prinsengracht 263. In 1933 bereidde Hitler een oorlog voor, de nazi’s veroverden Oostenrijk en een paar delen van Tsjecho-Slowakije. En als ze Polen binnenvallen verklaarden Engeland en Frankrijk aan Duitsland de oorlog. Later op 10 mei 1940 vielen ze Nederland binnen. Ze veroverden Rotterdam. Ze wouden ook andere steden veroveren zoals Utrecht maar Nederland gaf zich snel over. De Nederlanders die weg konden, vluchtten naar Engeland. Op maandag 29 juni 1942 stond er In elke Nederlandse krant dat alle Joden naar werkkampen moesten, zei de Duitse bezetter. Wat moesten ze doen? Nederland was in paniek. Hitler wist waar elke Jood woont. Veel Joden wouden onderduiken, maar dat was erg moeilijk. Op 5 juli kregen de eerste Nederlandse Joden een kaart in de brievenbus. Daarin staat dat ze zich moeten melden en wanneer de trein vertrekt en wat ze allemaal moeten meenemen. Margot Frank behoorde tot die groep. Anne schreef in haar dagboek: Toen we een paar dagen geleden samen om ons pleintje wandelden, begon mijn vader over schuilen te praten, hij had het erover dat het erg moeilijk voor ons zal zijn om helemaal afgescheiden van de wereld te leven. Ik vroeg waarom hij daar nu al over sprak, ‘Ja Anne,’zei hij daarop ‘je weet dat we al meer dan een jaar kleren, levensmiddelen en meubelen naar andere mensen brengen.’ (5juli 1942) Acht jaar hadden ze op de Merwedeplein gewoond en nu moesten ze weg. Ze gingen onderduiken in het achterhuis van het bedrijf Opekta (Prinsengracht). Op 6 juli 1942 ‘s morgens vroeg verlieten ze het huis en gingen lopend naar het achterhuis. Het is zo’n vier kilometer lopen. De Joden mochten toen niet met het openbaar vervoer. Anne schreef: We kleedden ons alle vier zo dik aan, alsof we in een ijskast zouden moeten overnachten en dat alleen om nog wat kleren mee te nemen. Geen Jood zou het in onze toestand gewaagd hebben met een koffer vol kleren uit huis te gaan. Ik had twee hemdjes, drie broeken, een jurk, daarover een rok, jasje, zomerjas, twee paar kousen, dichte schoenen, muts sjaal en nog veel meer aan, ik stikte thuis al, maar daar vroeg niemand naar. (8 juli 1942) Ze gingen het huis binnen, het was een hele grote rommel daar. Ze begonnen meteen op te ruimen tot laat in de avond. Maar er waren ook andere onderduikers: Hermann van Pels (als schuilnaam: De heer van Daan), Auguste van Pels (mevrouw van Daan), Peter van Pels ( Peter van Daan), Fritz Pfeffer ( Albert Dussel). De helpers: Miep Gies, Johannes Kleiman, Victor Kugler en Bep Voskuil. Alleen zij wisten dat ze ondergedoken zijn, want de onderduikers hadden ook voedsel nodig om te kunnen overleven. Dat voedsel werd door hen gehaald. Het dagelijkse leven Er is was niet veel eten meer te vinden dus kreeg iedereen behalve de onderduikers bonnen. Die werden eerlijk verdeeld. Chocolade, koffie, sigaretten en vele andere producten waren niet meer te koop. De mensen moesten fietsen en radio’s inleveren. Ze konden met de radio’s de engelse zender (Radio Oranje) afluisteren in het Nederlands. Daar zeiden ze wat er echt gebeurde. De onderduikers: Het was bijna voorjaar 1943 als niemand kon slapen door het afweergeschut en de vliegtuigen die door de lucht heen raasden. Miep en Bep deden steeds meer moeite om voedsel te vinden. Vrijdag 16 juli 1943 ontdekten de onderduikers dat er ingebroken was in het voorhuis. De voordeur was met een breekijzer open gemaakt. Johannes Kleiman die later in het voorhuis binnenstapte zag dat het geldkistje weg was. Maar niet alleen dat het geldkistje weg was, maar de distributiebonnen waren gestolen waarop 150 kilo suiker te krijgen was. De onderduikers waren bang dat de inbreker iets van hen gehoord had. Maar de dagen gingen voorbij en er gebeurde niets. Anne en Peter raakten zelf heel vertrouwd in elkaar, ze praatten veel over elkaar hoewel Peter zo verlegen was ging Anne vaak naar de kamer van Peter. De groten waren heel nieuwsgierig naar wat Anne en Peter samen deden. En vaak maakten ze flauwe grapjes. Meneer en mevrouw Frank waren wel een beetje bezorgd om hun dochter. Later op een zondagavond (9 april 1944) was er weer ingebroken. Het was in die tijd wel meer dan 3 keer ingebroken. Maar dit keer was het wel heel eng want, de voordeur was kapot en stond wijd open. Het bleek dat iemand de politie gewaarschuwd had en dat ze het huis gingen doorzoeken. Anne schreef: Dan, kwart over elf, gedruis beneden. Bij ons was de ademhaling van het hele gezin hoorbaar, verder verroerden we ons niet. Stappen in huis, privé-kantoor, keuken, dan… onze trap. Niemand ademde nu hoorbaar, acht harten bonkten. Stappen op onze trap, dan dat gerammel aan de draaikast. Dit moment is onbeschrijfelijk. ‘Nu zijn we verloren!’ Zei ik, en ik zag ons alle vijftien diezelfde nacht nog door de Gestapo weggevoerd. (11 april 1944) (Dit was wat Anne dacht en schreef het in haar dagboek, later was het ook gebeurd) Concentratiekampen Het was stil in het achterhuis als de onderduikers er niet waren. Miep en Bep waren niet meegenomen. Zij waren nog bang dat er mannen zouden terugkomen en hen oppakken. Aan het einde van de middag ging Miep naar boven naar het achterhuis. Ze ontdekte dat alle sieraden weg waren. Ze zag ook dat er heel veel bladen op de grond lagen. Ze pakte die op en bewaarde alles. Al die papieren stopte ze in de la van haar bureau en deed die op slot. Het achterhuis moest in opdracht van de Duitsers leeggehaald worden, niemand wist wat er met de spullen was gebeurd. Het was altijd een raadsel geweest wie de onderduikers verraden heeft. Ze werden op 4 augustus 1944 naar het Duitse politiebureau gebracht. Later op 8 augustus moesten ze naar een ander gebouw gebracht worden. Ze werden overgebracht naar het kamp Westerbork. Daar bleven ze de hele maand augustus. Ze waren strafgevangenen omdat, ze zichzelf niet hadden gemeld maar als onderduikers gepakt werden. Op 3 september 1944 werden ze overgebracht naar het concentratiekamp Auschwitz in Polen. Ze moesten drie hele dagen in een goederenwagon zitten met samen nog een paar 70 mensen. In de nacht van 5 en 6 september komen ze in Auschwitz aan. De mensen onder de 15 jaar, werden meteen die dag vermoord. Anne was net 15 geworden en ontkwam hieraan. De mannen en vrouwen werden van elkaar gescheiden. Edith Frank haar dochters en mevrouw van Pels (Van Daan) bleven bij elkaar. Zij gingen naar het vrouwenkamp in Birkenau. Otto Frank, Peter van Pels (Van Daan) en Fritz Pfeffer (Albert Dussel) gingen naar het mannenkamp. In Auschwitz waren de omstandigheden heel erg. Elke dag werden vele aantallen mensen gedood. Door ziektes, door geen voeding te geven, ze kregen bijna nooit wat te eten. En als er geen medicijnen waren werd het allemaal erger. Elke dag werden duizenden mensen vergast in gaskamers. Mensen zeiden dat de Joden daar kunnen douchen maar als ze de kraan opendraaien komt er in plaats van water gas uit. De onderduikers: Peter van Pels overleed in het concentratiekamp Mauthausen op 5 mei 1945. 3 dagen voor het kamp werd bevrijd. Auguste van Pels ging samen met Anne en Margot Frank naar het kamp Bergen-Belsen. Anne en Margot bleven daar, maar Mevrouw van Pels ging via Buchenwald naar Theresienstadt, daar overleed ze in het voorjaar van 1945. Hermann van Pels werd vergast in Auschwitz. Fritz Pfeffer ging van Auschwitz naar Neuengamme daar werd hij gedeporteerd en stierf op 20 december 1944. Edith Frank werd gescheiden van haar dochters en overleed in Auschwitz op 6 januari 1945. Margot Frank werd van Auschwitz overgebracht naar Bergen-Belsen. Eind maart 1944 stierf ze door tyfus. Anne Frank werd ook net als haar zus Margot naar Bergen-Belsen gebracht en daar stierf ze een paar dagen later net als haar zus aan tyfus. Otto Frank overleeft in Auschwitz. Paar maanden later komt hij in Amsterdam aan. Otto wou terug naar Amsterdam, maar in Nederland heerste er nog oorlog. Op 5 maart1945 begon Otto aan zijn lange reis naar Amsterdam. De Russen brachten hem naar de havenplaats Odessa aan de Zwarte zee. Van Odessa ging hij met een schip naar Marseille, in Frankrijk. Dan ging hij per vrachtauto en per trein naar Amsterdam. De helpers: Bep Voskuijl en Miep Gies werden niet gearresteerd maar, de mannen Johannes Kleiman en Victor Kugler wel. Zij werden in het kamp in Nederland gebracht. Ze overleven ze de oorlog. Het achtergebleven dagboek Op 3 juni kwam Otto pas weer in Amsterdam aan. Hij ging direct naar Miep en Jan (Miep’s man). Daar bleef hij wonen. Otto dacht dat er nog hoop was dat Margot en Anne nog leefden, want Bergen-Belsen was een concentratiekamp en geen vernietegingskamp. Maar een paar maanden later ontving hij een brief waarin stond dat zijn dochters overleden waren. Al die tijd had Miep haar dagboek bij zich en wou die terug geven aan Anne, maar als ze dood was kon dat niet meer. Als Otto het dagboek las was hij verbaasd en soms een beetje ontroerend over wat zijn dochter schreef, hij wist niet dat Anne zulke gevoelens had. Otto wilde Anne’s dagboek vespreiden om haar ideeën te laten zien, omdat ze heel graag schrijfster wilde worden. Hij begon meteen een uitgever te zoeken die het dagboek wereldberoemd wou maken, maar zo vlak na de oorlog was er zelden een te vinden. Pas op 3 april verscheen er een krantbericht over Anne’s stukjes en meteen werd er een uitgever gevonden. Al gouw kwam het boek in verschillende talen. Eerst in het Frans dan in het Duits en later in 1951 kwam de Engelse uitgave. In de jaren die volgden kwam het boek in dertien verschillende talen. Nu is het dagboek van Anne Frank wereldberoemd. Er zijn ook toneelstukken gemaakt over Anne. Na de oorlog In 1955 kwam het dagboek op de markt. Kort daarna werd er ook een toneelstuk van gemaakt. De film was succesvol en trok veel bezoekers op. Miljoenen mensen lazen het dagboek van Anne. Er werden wel 20 miljoen exemplaren verkocht. Mensen wouden met eigen ogen zien waar ze haar dagboek schreef, dus was het Anne Frankhuis in 1960 open voor publiek. Er zijn scholen en straten naar Anne Frank genoemd. Voor veel mensen is Anne Frank het symbool geworden van de 6 miljoen Joden die zijn vermoord. Nu realiseren mensen door de verhalen van Anne, de dood op al die Joden. In 1979 op 90 jarige leeftijd een jaar voordat Otto stierf schreef hij: ‘Nergens in haar dagboek spreekt Anne over haat. Ze schrijft dat ze, wanneer de oorlog voorbij is, voor de wereld en voor de mensen wil werken. Dat heb ik als mijn plicht van haar overgenomen. Ik heb vele duizenden brieven ontvangen. Vooral jongeren willen steeds maar weer weten hoe het ooit tot deze verschrikkelijke gebeurtenissen heeft kunnen komen. Ik antwoorde hun zo goed als ik kan. En aan het eind schreef ik vaak: ‘Ik hoop dat Anne ’s boek in latere leven zal nawerken, zodat je, voor zover dat in je omgeving mogelijk is, zult werken voor toenadering en vrede’.’
Anne Frank Stichting Het achterhuis waar de onderduikers waren ondergedoken (Prinsengracht 263 in Amsterdam) werd na de oorlog nog steeds gebruikt als een bedrijf. In 1957 had het huis een neiging om neer te storten en zou moeten afgebroken worden. Veel mensen vonden dat erg. Een groep Amsterdammers kwamen in actie met de steun van Otto Frank, en werd de Anne Frank Stichting opgericht. En was van de sloop gered. In 1960 zijn de panden op de Prinsengracht 263 en 265 open voor publiek. Niet alleen het achterhuis is te zien maar ook de werk- ruimtes en het voorhuis. Er zijn ook tentoonstellingen te zien over antisemitische en nationaal-socialisme. Na de opening van het huis (1970) was niet voorgesteld dat er zoveel mensen zouden komen en werd het huis een beetje opgeknapt. De opknapbeurt duurde een paar maanden. In 1971 was het klaar en werd feestelijk heropend. Bronvermelding Ik heb al mijn informatie gehaald van: Titel: Anne Frank
Schrijver: Rol, Ruud van der
ISBN: 90-384-0329-1
Titel: Anne Frank Huis
Schrijver: Janrense Boonstra en Marie-Jose Rijnders
ISBN: 90-12-06601-8
Titel: Een geschiedenis voor vandaag Anne Frank
Schrijver: Rol, Ruud van der en Menno Metselaar
ISBN: 90-72972-21-x
Plaatjes heb ik van www.google.nl

REACTIES

J.

J.

Woooow echt goed!! echt een mooi werkstuk ik heb er heel veel aan gehad, deze gast moet echt op nr. 1 want hij is echt geweldig goed :D (6)

16 jaar geleden

J.

J.

thnx voor de info ik moet ook een werkstuk maken over anne frank kan ik lekker afkijken nee hoor doe ik niet

respect!!!
(L) (L)
bye jennifer uit gelderland

13 jaar geleden

J.

J.

echt een gaaf werkstuk en wat veel informatie

12 jaar geleden

L.

L.

wat een vet gaaf werkstuk ik wou dat ik dat kon ik ben namelijk vet slecht in werkstukken :)

12 jaar geleden

L.

L.

super ik heb hier echt heel veel aan! B-)

12 jaar geleden

V.

V.

thnx, gast. ik kom dan wel uit België maar zit in de zelfde groep als jij en dacht: wrm niet ff op scholieren.com kijken om inspiratie op te doen. hé, ik heb nog een vraag: weet er iemand een bron waarin ik een stukje kan voorlezen uit haar dagboek?

11 jaar geleden

E.

E.

Whow, goed werkstuk!

11 jaar geleden

M.

M.

heel goed gedaan

11 jaar geleden

O.

O.

SUPERSUPERSUPER GOED WERKSTUK!!!!!!
IK HOEF NU ALLEEN TE KOPIEREN EN TE PLAKKEN LOL :P
IK MOET OOK EEN CONCLUSSIE SCHRIJVEN, MAAR IK HEB GEEN IDEE HOE IK DAT MOET DOEN... HEELLLPPPP :(

9 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.