Wat is filosofie ?
Filosofie is het zoeken naar antwoorden die het onverklaarbare verklaren, het onverklaarbare is onverklaarbaar omdat het niet bewezen kan worden. Filosofie is het speculeren van antwoorden op vragen die niet wetenschappelijk bewezen kunnen worden, daarom zijn er altijd meerdere antwoorden op filosofische vragen. En aangezien niemand kan bewijzen of het antwoord waar of niet waar is, hoe raar het antwoord ook mag zijn, zijn de meeste antwoorden op filosofische vragen goed, ook al spreken ze elkaar tegen. Een goede filosofische vraag zou daarom zijn : “Wat is het einde ?"
Filosofie, en daarbij filosofische vragen komen voor uit verwondering. Laten we de vraag : “Wat is het einde ?” nemen, we kunnen stellen dat deze vraag voorkomt uit verwondering.
Iemand kan bijvoorbeeld na hebben gedacht over het leven, het heelal, of het einde van een moeilijke periode. Het einde van het leven leek altijd een vanzelfsprekend iets ; de dood, totdat je je realiseert dat er nooit bewezen is of er iets na de dood is, is de dood wel het einde ? Dit kleine moment van realisatie noemt men verwondering, het in contact komen met de werkelijkheid en onwetendheid van alles om je heen, het gewone wordt plotseling ongewoon en onzeker. Verwondering overkomt je, je kunt het niet stimuleren, filosofie (het verklaren van de verwondering) wel is een bewust proces.
Als je een antwoord gaat zoeken op de vraag “Wat is het einde ?” komen er steeds meer vragen bij, is de dood het einde van het leven ?, komt er iets na de dood ?, wat is oneindig ?, wat is het begin ?, wanneer is het einde ?. Je zult al deze vragen moeten beantwoorden om tot een conclusie te komen. Om deze vragen filosofisch correct te antwoorden moeten je antwoorden voldoen aan de eisen van Thales :
Volgens Thales stelde twee eisen aan filosofie :
1. Opvattingen over het universum moeten bewezen worden door het universum.
Hiermee wil hij zeggen dat alles wat er in het leven en universum gebeurd zichzelf moet verklaren. Goden en het bovennatuurlijke zijn iets wat mensen hebben verzonnen om verschijnselen te verklaren die men niet kon verklaren. Thales zegt dat de oorzaak van iets zich altijd binnen het universum bevindt, dit duidt op het feit dat alles een natuurlijke oorzaak heeft.
Het grote verschil tussen filosofie en mythologie is het verklaren van verschijnselen met het gebruik van goden en het bovennatuurlijke. Filosofie en mythologie spreken elkaar tegen maar ze kunnen elkaar ook beïnvloeden. Denk bijvoorbeeld aan het geloof :
Veel gestelde filosofische vragen zijn : wat is goed ?, waar komt de wereld vandaan ? Het geloof beantwoord deze vragen zonder bewijs te leveren, en toch wordt het geloof door veel mensen als de waarheid beschouwd. De waarheid is een persoonlijk iets zolang het niet wetenschappelijk bewezen kan worden. Aangezien het bovennatuurlijke natuurlijk niet verklaard kan worden door de wetenschap, kan de wetenschap deze wel tegenspreken. De oerknal spreekt bijvoorbeeld het scheppingsverhaal tegen. Het geloof beïnvloed de filosofie van veel mensen, zo beïnvloed het geloof de levensstijl, de normen en waarden en de gedachtegang waarmee men door het leven gaat. Filosofie is het uitvinden van je eigen essentie van het leven en alles om je heen. Daarom zegt Cicero : “Filosoferen is niks anders dan je voorbereiden op de dood.” Als je achter de essentie van het leven bent gekomen en dit je leven zodanig beïnvloed dat je tevreden bent en accepteert dat alles is zoals het is, kan je in vrede doodgaan. Er is alleen geen vaste conclusie, telkens als je denkt dat de vraag op een antwoord hebt gevonden duiken er weer andere vragen op. Filosofie is een herhalend proces, bijna verslavend, je blijft je dingen afvragen. En daarom hebben mensen zoveel angst voor de dood, omdat er nooit genoeg tijd zal zijn om de essentie van je leven uit te vinden.
Geloof is een makkelijk alternatief, het geeft men voldoening om te denken dat het leven slechts de weg is naar het goede hiernamaals. De wetenschap spreekt alle stellingen in het geloof tegen maar ontkent ze niet, en al zou de wetenschap kunnen bewijzen dat het geloof slechts verzonnen is zullen er altijd mensen zijn die dat niet aannemen. Zo zijn er mensen die bijvoorbeeld de Jodenvervolging ontkennen of de opwarming van de aarde. De waarheid is dat jijzelf gelooft wat de waarheid is. Filosofie is het uitzoeken van je eigen waarheid, of god een rol in je eigen waarheid speelt is aan jou, maar dan is je eigen waarheid niet een filosofische waarheid, maar een mythologische waarheid. Welk soort waarheid je eigen waarheid is, is onbelangrijk, ze hebben allebei evenveel kans om waar te zijn omdat ze niet bewezen kunnen worden, en goede argumenten bevatten.
Dit leidt tot de tweede filosofische eis van Thales:
2. Alle opvattingen moeten onderbouwd worden met argumenten. ‘
Argumenten is het middel om je eigen waarheid als het ware te bewijzen, de enige manier waarop je andere kunt overtuigen dat je eigen waarheid klopt.
Filosofie is als het ware een gesprek met jezelf, je voert een discussie en uiteindelijk kom je tot een compromis, dit compromis wordt je persoonlijke filosofie of je persoonlijke waarheid. In een discussie met anderen neem je de mening van jezelf en van anderen mee, in een discussie neem je je eigen opvattingen mee alleen kunnen deze elkaar in het geval van filosofie ook tegenspreken. Om tot een compromis met jezelf te komen moeten je argumenten goed onderbouwd zijn, en om tevreden te zijn met je conclusie moeten al je argumenten even zwaar meetellen. Zodat je uiteindelijke conclusie alle mogelijke vragen beantwoord, denk terug aan de vraag : “Wat is het einde ?” en welke vragen die vraag nog meer opriep.
Omdat filosofie de studie van alles wat niet en nooit wetenschappelijk bewezen gaat kunnen worden is, wordt het vaak automatisch beschouwd als het tegenovergestelde van wetenschap (voornamelijk fysica en wiskunde). Maar dat is niet zo, de eerste filosofen ; natuurfilosofen (onder wie Thales) worden als de grondleggers van filosofie én wetenschap beschouwd. De eisen van Thales gelden dan ook voor de wetenschap. Filosofische gedachte van bijvoorbeeld Democritus : “De wereld bestaat uit minuscule deeltjes.” Bleken later wetenschappelijk bewezen kunnen worden, filosofie kan daarom inspiratie zijn voor wetenschap en andersom. En hoewel je filosofie en wetenschap niet kunt mengen heb je ze allebei nodig om de wereld om je heen te verklaren.
Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden