Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

De euro

Beoordeling 6.6
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 4e klas vmbo | 2386 woorden
  • 21 mei 2001
  • 43 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
43 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Inleiding Iedereen van onze klas moest voor economie een werkstuk maken, de keuze van het onderwerp was vrij, zolang het maar met economie te maken had. Daarom heb ik gekozen voor het onderwerp: de euro. Door het maken van het verslag zijn mij nog een hele hoop dingen duidelijk geworden, die toch niet helemaal duidelijk bleken te zijn. Dus sowieso heb ik al iets geleerd alleen al door het maken van dit werkstuk, maar ook hoop ik dat diegene die dit werkstuk, nog voor de invoering van de euro, lezen er ook nog wat van kunnen opsteken. Want ik ben beslist niet de enige bij wie nog niet alles duidelijk was over de komst van de euro. De informatie over dit onderwerp was makkelijk te vinden, omdat het natuurlijk een thema is dat in het middelpunt van de belangstelling staat. Dus daar had ik geen problemen mee het ordenen van die informatie en er ook daadwerkelijk wat van kunnen maken, dat is het moeilijke, maar ik heb er mijn best op gedaan en hoop dat dat er ook wel uit blijkt De Euro De euro is sinds 1 januari 1999 de officiële munt van elf landen die meedoen aan de EMU.( Economische en Monetaire Unie) Deze landen zijn: -België -Duitsland -Finland -Frankrijk -Ierland -Luxemburg -Nederland -Oostenrijk -Portugal -Spanje

Pas tot 1 januari 2002 kan je werkelijk betalen met de euro, nu is er alleen nog maar sprake van de girale vorm. Op 15 en 16 december 1995 werd door de Europese leiders besloten dat “euro” de beste naam was voor de eerste, nieuwe munt van Europa. Het herkenningsteken van de euro is een Griekse epsilon met een horizontaal streepje in het midden. Op 12 december 1996 werd het teken van de euro door de Europese commissie gepresenteerd. Waarom wordt de Euro ingevoerd? De belangrijkste reden voor de invoering van de euro is dat er dan een eind komt aan de steeds maar op en neer schommelende wisselkoersen. Dat heen en weer geschommel is namelijk een nadeel voor de internationale handel. Voorbeeld: als een wisselkoers ineens daalt of stijgt dan kan dat een probleem worden voor transacties van een bedrijf. Daar kan men een bedrijf wel tegen verzekeren, maar dat kost natuurlijk geld. En wie moet deze kosten dan betalen..... de consument. Dus als deze schommelingen verdwijnen dan scheelt dat voor bedrijven, maar dus ook voor de consument. Nog een voordeel is dat een gemeenschappelijke Europese munt, door het grootste gebruiksgebied, een belangrijke valuta kan worden op de wereldmarkt. Voorbeelden van zo’n munten die ook veel betekenen op de wereldmarkt zijn: de dollar en de yen. Ook kunnen consumenten dankzij dezelfde munt sneller prijzen vergelijken in de andere Europese landen. Hierdoor hoeft men natuurlijk geen geld meer te betalen voor het wisselen van andere EMU landen, dit zal pas kunnen in 2002. Wat zijn de plannen om en op welke termijn alles in te voeren? Januari 1999: De elf landen vormen de “eerste“ groep binnen de gerealiseerde EMU. De wisselkoersen zijn ten opzichte van elkaar vastgelegd en de euro heeft zijn definitieve waarde gekregen, namelijk NLG 2,20371
De nieuwe munt kan als men dat wil gebruikt worden voor rekeningen, contracten, afschriften etc. Ook de “nieuwe” overheidsschulden worden in euro’s geschreven. Voorlopig ia dus alleen nog de girale euro mogelijk. De Euromunten en bankbiljetten worden rond 1 januari 2002 in omloop gebracht. Tot 1 januari ken men dus nog gewoon de gulden gebruiken. De overheid werkt tot 1 januari nog in guldens. Vanaf 1 januari 1999 kan wel al belastingaangifte worden gedaan in euro’s. 1999-2002: De euro is vanaf 1 januari 1999 ingevoerd in het girale betalingsverkeer. Banken, bedrijven en instellingen zullen gebruik kunnen maken en ook kunnen vermelden als bijvoorbeeld eindbedragen. Zo kan iedereen alvast wennen aan een nieuwe munt. Via de bank kun je tussen nu en 1 januari 2002 terecht als je in euro’s wilt betalen of in euro’s wilt ontvangen. De bank in Nederland zorgt voor een kosteloze omrekening naar guldens. Als je tussen nu en 2002 naar een ander Europees land op vakantie wilt moet je wel nog steeds geld wisselen. Want net zoals in Nederland wordt in de rest van de andere eurolanden, de euromunten en bankbiljetten pas in januari 2002 in omloop gebracht. Vanaf 1 januari 1999 zijn de koersen van de munten van de 11 landen die meedoen aan de euro aan elkaar vast gekoppeld. Januari 2002: In alle landen van de euro worden eurobankbiljetten en munten in de omloop gebracht. ( E-day) Voor een bepaalde periode kan men met guldens als met euro’s betalen. Guldens zullen wel zo snel mogelijk uit de omloop worden gehaald. Alle bank en giro rekeningen worden voorgoed omgezet in euro’s. Betalen met pin, chipcard of creditcard zal voortaan in euro’s gebeuren. Uiterlijk 28 januari 2002: De gulden is niet langer een wettig betaalmiddel. Uiterlijk 1 juli: De nationale bankbiljetten en muntstukken worden uit de omloop gehaald. Tot 1 januari 2002: Gulden munten en bankbiljetten zijn inwisselbaar bij een bank voor euro’s zonder kosten. Tot 1 januari 2007: Gulden munten zijn nog kosteloos in te wisselen voor euro’s bij kantoren van de Nederlandse Bank. Tot 1 januari 2032: Guldenbiljetten zijn nog in te wisselen bij de Nederlandse Bank. Kost de invoering van de Euro geld? De invoering van de euro brengt op korte termijn kosten met zich mee, maar op lange termijn zal de euro ons helpen bij onze welvaart. Het invoeren van de euro kost bijvoorbeeld geld, omdat de administratie en computersystemen verandert zullen moeten worden voor de ombouw van geldautomaten, parkeermeters en andere automaten. Ook zullen kassasystemen verandert moeten worden. En niet te vergeten voorlichting kost natuurlijk ook geld. Gelukkig zijn dit wel maar eenmalige kosten. Volgens een onderzoek van De Nederlandse Bank (DNB) worden de kosten van het bedrijfsleven geschat op ongeveer 5 miljard gulden. Deze kosten moeten zelf worden gedragen of aan de klanten worden doorberekent, want stel je voor de overheid zou zelf de kosten moeten betalen. Worden er een en dezelfde munten en bankbiljetten gebruikt voor alle Eurolanden? Alle landen die de euro invoeren hebben straks euromunten en bankbiljetten van dezelfde waarde. Elk land heeft dan zeven bankbiljetten van 5, 10, 20, 50, 100, 200 en 500 euro’s en ook zullen de landen acht munten van 1 en 2 euro en 1, 2, 5, 10, 20 en 50 eurocent. D bankbiljetten zien er overal hetzelfde uit. Maar de munten hebben steeds een nationale zijde met een nationaal kenmerk, de andere kant van de munt ziet er overal hetzelfde uit. Het is dus ook mogelijk dat je een “buitenlandse” euro krijgt, maar daar is betaling in Nederland gewoon mee mogelijk. De Eurobankbiljetten zullen er als volgt uit zien: Elk effect heeft een verschillend formaat en een eigen kleurinstelling. De euro bankbiljetten bevatten geen nationale kenmerken en worden gemaakt naar een ontwerp van de Oostenrijker Robert Kalina. Het thema van zijn ontwerp is “ Tijdperken en stijlen van Europa”. De biljetten bevatten verschillende elementen zoal: ramen, bogen en bruggen. Al deze bankbiljetten zijn ook in de volgende afbeelding te zien. De Euromunten zullen er als volgt uit zien: De Belg Luc Luycx ontwierp de Europese zijde van de munt. De nationale zijde van de munt verschilt per land. Er komen dus van elke euromunt elf varianten, die in het gehele eurogebied geldig zijn. Bruno Ninabar van Eyben ontwierp de nationale zijde van de Nederlandse euro, op deze staat Koningin Beatrix. Op de euromunt van 2 euro staat in Nederland het randschrift “God zij met ons” De munten van 1, 2 en 5 eurocent zijn roodachtig van kleur. Ze zijn gemaakt van staal met een laagje koper. De munten van 10, 20 en 50 eurocent zijn geelachtig, (een menging van 89%koper, 5%aluminium, 5%zink en 1% tin). De muntstukken van 1 en 2 euro zijn tweekleurig (grijs met een gele rand en de ander is geel met een grijze rand).Alleen de munten van 1 en 2 euro bevatten nikkel. Al deze munten zijn ook in de volgende afbeeldingen te zien. Zoals bekend was de waarde van 1 euro, dus NLG 2,20371. Het omrekenen van gulden naar euro gaat als volgt: Guldens omrekenen naar euro’s gebeurt altijd door delen van het guldensbedrag door 2,20371.Andere methoden zijn niet toegestaan. Voorbeeld: een bedrag van NLG 7,50 naar

euro’s gaat zo: NLG 7,50: 2,20371=3,403352 euro. De einduitkomst van een berekening mag worden afgerond op eurocenten. Als het 3e cijfer achter de komma een 5 of hoger is mag naar boven worden afgerond. Is het 3e cijfer een 4 of lager dan wordt het naar beneden afgerond. Euro 3,403352 wordt dan Euro 3,40
Het omrekenen van euro’s naar guldens gaat als volgt: Euro’s omrekenen gaat altijd door vermenigvuldigen van het eurobedrag met 2,20371. Drie euro is dus (3 x NLG 2,20371)=NLG 6,6113
De uitkost mag berekend worden afgerond op centen. Als het 3e cijfer achter de komma een 5 of hoger is dan wordt naar boven afgerond. Is het 3e cijfer achter de komma een 4 of lager dan wordt naar beneden afgerond, dus NLG 6,6113 wordt NLG 6,61 Hoeveel munten en bankbiljetten moeten vervangen worden? Momenteel zijn er in Nederland 380 miljard bankbiljetten in omloop. Die allemaal vervangen moeten worden. Er zijn 3 miljard euromunten nodig. In totaal moeten er meer dan 60 miljard munten en 9 miljard bankbiljetten vervangen worden in heel Europa. Het slaan van de munten en drukken van de biljetten duurt ongeveer drie jaar. De meeste landen zijn begonnen met slaan en drukken ongeveer eind 1998 begin 1999.Ze zullen dus ongeveer in 2001 klaar zijn met drukken. Dan zal begonnen worden met de voorbereiding van de uitdeling van de munten en bankbiljetten. Er zijn daar veel veiligheidsmaatregelen voor nodig, vandaar dat de euro pas in 2002 wordt ingevoerd. De bankbiljetten van de euro worden door de drukkerijen geproduceerd die nu de nationale bankbiljetten en munten produceren. In Nederland is dat Johan Enschede in Haarlem. De productie van de munten zal gebeuren door de munthuizen in de EU-landen. In Nederland wordt dat gedaan door “ De Nederlandse Munt” in Utrecht. De munten worden vanaf 1999 door de Nederlandse Bank in Lelystad opgeslagen. De eurobankbiljetten worden opgeslagen in De Nederlandse Bank in Amsterdam. De overheid en de euro Waarom voert Nederland de euro eigenlijk in? Nederland heeft er baat bij alles wat de internationale handel bevordert, dus ook de euro. De oprichting van de EMU en de euro zullen als het goed gaat gunstige effecten hebben op de economie. En als de Nederlandse economie groeit krijg je meer welvaart en werkgelegenheid. Uit een opiniepeiling van september/ oktober 1998, gehouden in opdracht van de Nederlandse Bank vonden 78% de euro aanvaardbaar. In het bedrijfsleven vonden 94% de euro aanvaardbaar. Dus kan gezegd worden dat de “gewone” Nederlander er over het algemeen wel mee eens is dat de euro komt. Wat wordt door de Nederlandse overheid eigenlijk gedaan aan de invoering van de euro? Aangezien het dus veel tijd kost, om over te schakelen op de euro heeft de overheid in februari 1996 breed overlegorgaan opgelegd. (het Nationaal Forum voor de introductie van de euro) Het ministerie van financiën is de voorzittervan dit Forum en voert het dus ook uit. Op verschillende manieren heeft de komst van de euro gevolgen voor de overheid en mede overheden (gemeente en provincies)via de belastingheffing, uitkeringen en wetten. De overheid is ook verantwoordelijk voor de voorlichting van het grote publiek en de bijzondere doelgroepen. Om dit allemaal dus goed te kunnen regelen is het Nationaal Forum voor de introductie van de euro opgericht. De overheid werkt tot 2002 zoveel mogelijk nog in guldens. Maar in 2002 werkt de overheid alleen nog maar in euro’s. Wel heeft de overheid allerlei mogelijkheden om aan de komst van de euro te wennen een voorbeeld daarvan is om eindbedragen in guldens en euro’s aan te geven. De belastingdienst daarentegen heeft al de mogelijkheid om te betalen in euro’s in 2002 wordt dit verplicht. Hoe zit het met de Euro wat betreft de belasting? Sinds 1 januari 1999 kunt U zelf kiezen of U over de belastingjaren 1999, 2000 en 2001 belastingaangifte in guldens of euro’s doet. Voor bedrijven kan deze faciliteit soms aantrekkelijker zijn. Op het aangifteformulier staat de keuzemogelijkheid uitgelegd. Pas vanaf het belastingjaar 2002 moeten alle belastingaangifte in euro’s worden gedaan. Even alles op een rijtje zetten: -aangifte over de perioden voor 1 januari 1999 moeten altijd in guldens gebeuren -voor belastingen die betrekking hebben op perioden tussen 1 januari 1999 en 1 januari 2002 is aangifte zowel mogelijk in guldens als in euro’s. De belastingbetaler mag het zelf weten, wel moet de volledige aangifte in een en dezelfde valuta gedaan worden. -over perioden die beginnen op of na 1 januari 2002 moet in euro’s gebeuren
Wie dus een aangifte doet in euro’s krijgt ook een aanslag met berekening in euro’s en iemand die zijn aangifte in guldens doet krijgt dus ook een aangifte op berekening in guldens. Vanaf het belastingjaar 1999 zal op belastingaanslagen, aanmaningen n dergelijke het eindbedrag zowel in guldens als in euro’s. Dit is natuurlijk een “hulpje” voor iedereen om alvast te wennen aan de komst van de euro.
De Euro en beleggen De beurzen in de elf eurolanden zijn overgegaan op de euro, waardoor het beleggen in en buiten Nederland makkelijker is geworden. Hierdoor zal ook de concurrentie binnen Europa stijgen. Zoals gezegd zijn dus alle beurzen binnen Europa verandert in de Euro. Dit geldt voor: de handel, de notering, de administratie, de systemen, kortom alles wat met de beurs te maken heeft. De beurzen die niet bij die elf landen horen hebben activiteit deels in de euro, maar ook deels in hun eigen valuta. Sinds 4 januari de eerste beursdag van 1999, zijn de noteringen aan de Amsterdam Exchanges uitsluitend in euro’s. De handel op de effecten- en optiebeurs vindt nu plaats in euro’s, alle noteringen zijn weergegeven in euro’s en ook de AEX-index is weergegeven in euro’s. Ook in de andere landen binnen het eurogebied zijn de effecten- en optiebeurzen volledig overgeschakeld op de nieuwe munt. Bronvermelding Naam boekje: Naam schrijver: -Euro info Nationaal Forum voor de introductie van de euro. -De euro stap voor stap naar 2002 Nationaal Forum voor de introductie van de euro. -De gemeenschappelijke munt en het Voorlichting van het Europees Parlement. Europees Parlement -Het euro tabellenboekje Nationaal Forum voor de introductie van de euro. -Alle euro’s op een rij Nationaal forum voor de introductie van de euro. - internet zoekprogramma Ilse. Conclusie De euro komt, wat we er ook van mogen vinden, of we het jammer vinden dat de nationale eenheid weggaat of juist niet het maakt allemaal niets meer uit, nu kunnen we er niets meer aan doen. Als we het niet hadden gewild is het nu te laat om er nog over te gaan zeuren, want de euro komt hoe dan ook.

REACTIES

P.

P.

Mooi werkstuk, alleen wel een beetje langdradig. groetjes xxx moi

22 jaar geleden

M.

M.

bedankt dat ik gebruik mag maken van je werkstuk ik hoop dat ik er veel informatie uit kan halen.
ik hoop op een reactie

Groetjes Mark

22 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.