Ghana

Transport in een ontwikkelingsland.

Welk verband is er tussen het ontwikkelingspeil en de infrastructuur?

De Afrikaanse landen hebben altijd al een laag ontwikkelingspeil gehad.
Toen in 1471 de Portugezen de eerste voet aan wal zetten, waren er niet meer dan wat vissersdorpjes aan de kust, in het binnenland leefden de mensen van de zelfverzorgende landbouw.
Er waren al helemaal geen verbindingen na de kust vanuit de dorpjes, infrastructuur was er dus nauwelijks.
Na 1500 kwamen er na de Portugezen ook andere Europeanen naar Ghana, bouwden langs de kust forten met de bedoeling handel te drijven, ook zaten daar vaak kleine haventjes bij, dat waren de eerste stappen na de infrastructuur in Ghana, maar wegen na het binnenland waren er nog steeds niet. Hun belangrijkste handelswaren waren de slaven, die werden verkocht aan de katoenplantages in Amerika. Doordat Europa zich begon te ontwikkelingen en rond 1800 de industriële revolutie begon, en de uitvinding van de stoommachine werd gedaan, hadden de moderne industrie behoefte aan grondstoffen uit tropische landen zoals palmolie, katoen en cacao
De koloniën moesten grondstoffen produceren: maar deze grondstoffen moesten ook vervoert worden vanuit de plantages na de kust, omdat via een boot verder vervoert te worden.
Zo ontstonden de aftaplijntjes, wegen van het binnenland naar de havens.
Hoe meer er vervoert werd des te beter de infrastructuur werd.

Welke kenmerkende tweedeling is er in de economie.

Aan de ene kant zie je dat er hele grote westerse bedrijven in ontwikkelingslanden staan, vaak omdat er dan goedkope arbeidskrachten zijn, vaak zijn dit fabrieken, mijnen of plantages, dit wordt de moderne sector genoemd , je hebt daarnaast ook nog kleinschalige bedrijfjes, de traditionele sector; Die bestaat uit een heleboel kleine bedrijfjes op het gebied van landbouw en ambacht, de bedrijfjes zijn erg arbeidsintensief en kapitaalextensief.
De economie in ontwikkelingslanden wil wel mee met de welvarende Europese landen, maar dan moeten ze ook een goede infrastructuur hebben.

Welke kenmerkende tweedeling is er in de infrastructuur.

Elke sector heeft zijn eigen infrastructuur, De bedrijven in de traditionele sector zijn kleinschalig en hebben ook een totaal andere infrastructuur als de bedrijven in de moderne sector.
De afstanden waarover de goederen vervoerd worden zijn mar klein, meestal komen ze niet verder in het eigen dorp. (traditionele sector)
Behoorlijke doorgaande wegen zijn er niet.
De contacten van de grootschalige bedrijven in de moderne sector zijn heel vaak op het buitenland gericht, daar hoort dus ook een goede infrastructuur bij.
De westerse bedrijven hebben spoorlijnen, wegen oftewel ‘aftaplijntjes’ van de bedrijven na bijvoorbeeld de kust om de goederen te kunnen vervoeren en bij te kunnen blijven met andere concurrerende landen.
Kun je voorbeelden geven van zo’n aftaplijntjes.?

De aftaplijntjes lagen vooral aan de kust bij de grote westerse bedrijven, ze hadden spoorwegen, wegen, etc.
Voorbeelden van deze aftaplijntjes zijn:

* van Kumasi -> na Obuasi
* van Kumasi -> na Koforidua
* van Kofordidua -> na Accra
* van Obuasi -> na Sekondi-takoradi
* van Sekondi-Takoradi -> na Cape coast of Accra

Wat betekenen de volgende termen?

Kolonie: Land of gebied buiten Europa dat vroeger (tussen 1500 en 1950) onder bestuur stond van en werd uitgebuit door een Europees land (het zogenaamde moederland).

Dekolonisatie: Het zelfstandig worden van koloniën.

Exploitatiekolonie: Een kolonie die door het moederland gebruikt werd voor de levering van grondstoffen.

Moderne sector: Bedrijven in een ontwikkelingsland, meestal onder buitenlandse leiding, die de werkwijze hebben van een modern westers of Japans bedrijf.

Traditionele sector: Bedrijven in een ontwikkelingsland die op een traditionele manier (zoals eeuwen geleden ook ging) gedreven worden door de inheemse bevolking.

Wat betreft Ghana…

Geef een beschrijving van de geografie?

De geografie

De indeling van Ghana is als in de buurlanden. Het land kent drie zones: de kust, de bossen en de in het binnenland gelegen graslanden. Het klimaat is tropisch en als gevolg daarvan is het vrijwel het gehele jaar broeierig, met uitschieters van de temperatuur tot over de veertig graden. Maar het is vooral de hoge vochtigheidsgraad die van westerse mensen een gewenningsperiode vraagt.

Inwoners: 19.700.000
Hoofdstad: Accra
Oppervlakte: 238.530
Taal: Engels; Ewe, Ga, Guan, Twi, Akan (Kwa-talen)
Munt: Cedi
Religie: protestantisme, katholicisme, islam, etnische religies

Geef een beschrijving van het ontwikkelingspeil.

Het ontwikkelingspeil in Ghana is niet zo laag als je het zou vergelijken met andere Afrikaanse landen.
Het land doet volop mee in de internationale handel, want het land heeft volop aan exportproducten.
Hierbij hoort natuurlijk ook de infrastructuur, die moet aangepast worden.
Er zijn vrij goeden wegen en spoorverbindingen, veel mensen hebben een baan.
Maar toch zijn er ook nog veel kenmerken van een ontwikkelingsland.
Zo is de economie in Ghana nog vooral gebaseerd op de landbouw, er wordt ook nog veel aan zelfverzorgende veeteelt gedaan, vooral in de binnenlanden.
Door de snelle bevolkingsgroei is er meer voedselproductie nodig dus meer akkers, weiden, en wegen.
Ontbossing en overbeweiding vernielen jaarlijks duizenden hectaren natuurlijke omgeving.
Vooral in het noorden van het land worden de landbouw mogelijkheden de laatste jaren sterk beperkt door langdurige droogte.
Dit heeft veel invloed op het ontwikkelingspeil.
De opbrengst van de landbouw ligt vooral aan het weer, als het weer omslaat is ook de oogst verloren, ook merk je aan andere dingen dat het ontwikkelingspeil nog niet zo heel hoog is.
Bijvoorbeeld het percentage analfabetes is nog vrij hoog, nog lang niet alle kinderen gaan na school etc.
Toch blijft Ghana zichzelf ontwikkelen en gaat het steeds beter met de welvaart.

Geef een beschrijving van de Koloniale geschiedenis?

In 1492 ontdekte Colombus Amerika en in 1948 vond Vasco da Gama de zeeweg na Indië.
De wereld bleek veel groter te zijn als men tot toen dacht.
In die nieuwe tijd zagen kooplieden dit als een kans om hun handel uit te breiden, zei stichtte handelsnederzettingen in de overzeese gebieden oftewel koloniën.
De koloniën werden gebruikt voor het leveren van producten die men in Europa bijvoorbeeld nog niet had, denk aan specerijen, peper, kruidnagelen maar ook stoffen, schelpen etc.
Na 1850 veranderde de functies van de koloniën, de stoomschepen werden groter en konden meer producten meenemen, daardoor veranderde de functies.
Ze werden leverancier van grondstoffen voor de industrielanden en afzetmarkt voor de industrieproducten.
In Ghana was ongeveer hetzelfde geval, de bevolking was niet instaat zelfstandig voldoende aan de gewenste grondstoffen te produceren en het gevolg was dat Europese landen grote stukken van Afrika in bezit namen, waaronder Ghana.
Na 1500 kwamen er na de Portugezen ook andere Europeanen naar Ghana waaronder ook de Hollanders, ze bouwden forten met de bedoeling vanuit daar handel te drijven.
Hun belangrijkste handelswaar waren de slaven die verkocht werden aan suikerrietplantages en katoenplantages in Amerika.
Na 1800 werd dus de functie veranderd en moesten ze grondstoffen produceren, dit gebeurde ook in Ghana op plantages, die grondstoffen moesten vanaf de plantages vervoert worden naar de kust.
Dat had gevolgen voor de infrastructuur, er kwamen wegen en spoorlijnen oftewel aftaplijntjes.

Op welke wijze hebben de havens zich ontwikkelt.

Door de uitvinding van de stoommachine werden de schepen verdrongen door de stoomboten, De schepen werden groter en groter, en in de loop van de 19e eeuw werden deze grote schepen een probleem voor Ghana, ze konden dit niet verdragen.
Alleen de kleine schepen konden door de zware branding de riviermonding bereiken, grote schepen haalde dit niet eens en moesten dus al in zee voor anker gaan.
De lading werd dan overgeladen op kleinere schepen en zo aan land gebracht, dit schoot natuurlijk niet op, de eerste verbetering was.:
- Men ging in zee pieren bouwen zodat de schepen in rustig vaarwater konden aanleggen.
Dit was natuurlijk niet alles, om goed te kunnen functioneren in de internationale handel moeten ook deze grotere schepen kunnen aanleggen. Hiervoor is toen ook een oplossing bedacht.
In 1928 legde men in de buurt van Sekondi een diepzeehaven aan, dit trok grotere schepen, en de haven groeide extra snel, en dat had natuurlijk weer gevolgen voor de infrastructuur, de wegen na andere plaatsen in Ghana werden verbetert, in 1957 nadat Ghana onafhankelijk werd is er nog een diepzeehaven aangelegd in Tema, daardoor moesten weer nieuwe aanvoer en afvoerwegen erbij komen om de goederenstromen van en naar deze nieuwe haven te kunnen verwerken, dit alle had alleen maar positieve gevolgen voor de welvaart van Ghana.

Hoe heeft het spoorwegennet zich ontwikkelt?

In 1922 waren er niet veel spoorwegverbindingen, er was alleen een spoorweg van Accra naar Koforidua, van Koforidua naar Kumasi, en van Kumasi naar Sekondi Takoradi. Nu is het ook mogelijk om rechtstreeks van Sekondi Takoradi naar Accra te reizen met de trein. Verder zijn er nog kleine stukken spoorweg bijgekomen in de buurt van Dunkwa, Tarkwa en Oda. Deze ontwikkelingen zijn er vooral gekomen door de 2 nieuwe diepzeehavens, en ook omdat er bij de plaatsen veel handel is. Zo is er in de buurt van Dunkwa veel handel in goud. Hetzelfde geld voor Tarkwa. En bij Oda is er een grote handel in diamanten. Door die producten zijn die plaatsen een mijnbouwcentrum geworden, en Kumasi is een groot landbouwcentrum geworden.

Wat zijn de voornaamste exportproducten?

De belangrijkste exportproducten van Ghana zijn cacao en goud, dit bevind zich vooral in het zuiden van Ghana, Vroeger was het land zelfs cacao producent van de wereld. Nu staat Ghana wereldwijd gezien op de 5e plaats. Hoewel het in Ghana toch nog steeds het belangrijkste landbouw product is. Op de 3e plaats komt de export van hout. Vooral tropisch hardhout wordt uit Ghana gehaald, maar het hout zal op de korte termijn geen goed exportproduct meer zijn, want de bossen zijn bijna leeggehaald. Verder is de export van graan, katoen en bauxiet ook nog belangrijk voor Ghana.

Hoe is het gesteld met het wegennet?

Wegtransport in Ghana is erg belangrijk. Van het goederentransport vindt 94% plaats over de weg. Bij personenvervoer is dat zelf 97%. Het wegennet is overwegend in handen van particulieren maar het is erg duur om te onderhouden. Dus heeft de regering van Ghana een programma gevolgd, om een efficiënt wegennet te ontwikkelen. Verder is 70% van het wegennet onverhard, en dus slechts 30% wel verhard.

Antwoord op de hoofdvraag:

Welk verband is er tussen de ontwikkelingen van Ghana en de ontwikkeling van de verkeersinfrastructuur in dat land?

Na alle vragen te hebben beantwoord kun je wel zeggen dat Ghana enorm gegroeid is, Dat komt vooral door de exportproducten waar Ghana in handelt, daardoor moest de infrastructuur wel beter zijn anders konden bijv de schepen niet aan wal komen, of over de wegen niks vervoert worden, Ghana heeft een laag ontwikkelingspeil maar toch is er een steeds betere welvaart in het land.
Oftewel, hoe meer ze handelen met andere landen in de internationale handel, des te betere infrastructuur moet er komen, en dit is ook gebeurt, Ghana is van een ontwikkelingsland uitgegroeid tot een land dat volop meedraait in de handel.